IT.
JDA
>E
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
Mo. 15888
85*Jaargang
Zaterdag 4 Juli 1925
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
EERSTE BLAD.
TIJ N“.
GOUDA
wy:
»n
BERGAMBACHT. BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEU
WERKERK OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWUK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDI NX VEEN, ZEVENHUIZEN, ena
Barchem.
s
I
Dff iiammer bestaat uit twee bladen.
1800 40
PRIO.
SOON alhier:
MEDISCHE BRIEVEN.
een
FEUILLETOH.
31
u
>wel uit vroegeren
buiten den tekst
uit de beroemde
Wie leerden lijden, dragen het leven
het lichtst.
.dache Handel en
De bedreven der
te Gouda; ILun-
uda; De lichame-
ornaamate monu-
Ik
u
er
lit
J. DE MOL EN ZOON
Turfmarkt 75 - Tal. 418 - Öouda
Hseren- en Dameskleeding
naar maat.
■fiOIBSCHE COURANT.
Met
vei'bouwing van het Buitenhof haar
tooiïng. Midden Augustus van
was
gesprekken)
LMImM. 1014 t
De teheimsinnige verdwijning
van ROBERT GRELL.
door
FRANK FROE9T
oud-chef der Recherche, Scotland J Yard
(Geautoriseerde vertaling).
Nadruk Verbodfto
Zwaarden, die gesmeed zijn
tot sikkels.
De mogelijkheid, om de menschheid te
voeden, is beperkt doordien op eene bepaal
de oppervlakte slechts een beperkte hoeveel-
heid*voedsel kan groeien. Of de hoeveelheid
welke kan worden voortgebracht, ook wer
kelijk wordt bereikt, hangt ten slotte af van
de beschikbaarheid van mest. Tot voor vijf
tig jaren ongeveer draaide men in dezen
rond in wat men een vicieusen cirkel kan
noemen. Men was voor de bemesting vrij
wel uitsluitend aangewezen op dierlijken
mest. De hoeveelheid daarvan was afhan
kelijk van het aantal dieren, dat op deze
bepaalde oppervlakte kon worden onderhou
den. Op onvruohtbaren grond kon men wei
nig veevoeder verbouwen. Daardoor werd
de mestproductie beperkt en deze beperkte
mestproductie was oorzaak, dat de grond
niet tot grootere vruchtbaarheid kon wor
den gebracht. Dit alles is totaal veranderd
door het gebruik van chemische meststof
fen, den zoogenaamden kunstmest. Drie
plantenvoedende bestanddeelen moeten daar
door inzonderheid worden aangebracht:
kali, phosphorzuur en stikstof. De stikstof-
mest is de duurste en zij baarde voor de
toekomst de grootste zorg. Hoofdzakelijk
werd zy geleverd door de lichtgasfabrieken
en cokesovens in den vorm van zwavelzu
ren ammoniak en door de salpetermijnen
van Chili in den vorm van natriumsalpeter.
De productie van zwavelzuren ammoniak
was uit den aard der zaak beperkt, terwijl
het te voorzien was, dat de ealpeterbeddin-
gen in Chili na enkele tientallen van jaren
zouden zijn uitgeput. Vandaar dat men uit
zag naar bronnen, die voortdurend in de be
hoefte aan stikstofmest zouden kunnen voor
zien. Een zoodanige bron vormt de damp
kringslucht, die vpor 4/5 uit stikstof be
staat en waarvan de voorraad onuitputte-
Jyk is, mede (joondien hij door verrotting
van organische stoffen voortdurend weer
wordt aangevuld. Tot voor kort was men
er echter niet >n geslaagd deze luchtstik
stof in ammoniak of salpeter om te zetten.
Reeds voor den oorlog was dit probleem in
een stadium gekomen, die voor de toekomst
het beste deed hopen. Het is echter tijdens
en door den oorlog, dat de ontwikkeling van
deze industrie zoodanig is vooruitgegaan,
dat thans de uit luchtstikstof bereide stik-
stofmeststoffen worden aangeboden egen
prijzen, wel lager dan voor den oorlog. De
producenten van Chilisalpeter slaan bij die
prijzen de schrik om het hart. De boeren,
18'25 183
vooral die op de schrale gronden, lachen
echter.
Die vooruitgang is, zoo zeiden wy, voor
al te danken aan den oorlog. Dezelfde stik
stofverbindingen, als meststof zoo nuttig
voor de instandhouding van het menschelyk
leven, dienen tevens tot de vervaardiging
van springstoffen, in den oorlog gebruikt
tot vernietiging van dat leven. Het ligt zoo
doende dus voor de hand, dat men in
Duitschland, waar men in de onmogelijkheid
was, in de oorlogsjaren Ohilisalpeter in te
voeren, zich met buitengewone energie toe
legde op de vervolmaking der systemen van
bereiding van stikstofverbindingen uit de
lucht. Het resultaat daarvan is eenvoudig
schitterend geweest. Het bewys dkarvan
levert de volgende beschrijving van het zoo
genaamde „Leunawerk” der Badische Ani-
lin- en Sodafabrieken, gevestigd ten Zuiden
van Halle by Merseburg. In 19F6 bestond
van deze industrie nog niets en thans be-
slaan de 500 gebouwen van de meest uit-
eenloopende grootte en bestemming eene
oppervlakte van 600 H.A. Op groeten af
stand reeds ontwaart men de 13 schoorsteen
pijpen, die 117 127 M. hoog zijn. 87 staan
de ketels met een totaal verwarmingsopper-
vlak van 52560 M2., verzorgen 183 stoom
machines en 62 turbines, die gezamenlijk
eene capaciteit hebben van 166800. paarde-
krachten. Door middel van dit geweldige
technische apparaat wordt bij een tempe
ratuur vair 600 gr. C. en een druk van 200
atmosferen de verbinding van door de
dampkringslucht geleverde stikstof met
waterstof tot ammoniak tot stand gebracht.
Ten einde de geproduceerde ammoniak te
kunnen bergen, dient eensilo met een in
houd van 250.000 ton, voldoende om 500
spoortreinen, elk bestaande uit 50 tientons-
wagens, er uit te vullen.
120 academisch gevormde en 1600 tech
nisch of commercieel gevormde ambtenaren
leiden dit wonder van Duitsche techniek,
waarin 12000 arbeiders werken.
Het is wel merkwaardig, dat deze als
oorlogsindustrie ontworpen onderneming
gegroeid is tot een aan de menschheid heil
brengend vredeswerk. Zwaarden, zoo mag
men zeggen, zijn hier gesmeed tot sikkels
De mogelijkheid bestaat echter by het uit
breken van een nieuwen oorlog deze gewel
dige sikkels weder om te smeden tot zwaar
den. Laten wy hopen en er naar streven,
dat de menschheid daarvoor blyve bewaard.
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
DOCLXXI.
tergende traagheid nadert de
vol-
het vorig
jaar werd een aanvang gemaakt met den
men zou worden. Hij knikte vriende
lijk.
iGoeden avond, Sir Ralph,
hoopte dat u zou komen. Ik zou
niet zijn .lastig gevallen, als ik n»et
voelde dat u graag zou weten hoe de
zaak stond. U waart een vriend van
Mr. Grell.
Welnu? vroeg Sir Ralph koel. Ik
ben hier, Mr. Fóyle. Wilt u mij ver
tellen wat u te zeggen hebt en er een
eind aan maken
Zijn manier was zoo vijandig moge
lijk. Er was nog steeds de angst voor
arrest in zijn geest, maar zijn houding
was hoofdzaketlijk het gevolg van zijn
geloof, dat de rechercheur hem had
verdacht. De dief raadde gedeeltelijk
was er in zijn geest ontging.
Ik eisch eerst uw eerewoord, Svr
Ralph; dat hetgeen ik u vertel, door
u aan geen levende ziel zal worden
oververteld, zei hij. Dan zal ik u eer
lijk en openhartig het heele verhaal
van ons onderzoek doen en u kunt
beslissen of u ons wilt helpen of niet.
Neen wacht een oogenblik. Ito weet
welk een eerlijk vriend u van Robert
Grell zij en daarom zal ik u geheel
vertrouwen. Hij is niet doQd. Hij heeft
zich verborgen. Het staat nu aan u of
u ons wilt helpen hem te vinden. Als
hij onschuldig is, heeft hij niets te
vreezen.
Hij keek den ander onderzoekend
De Tic.
I.
Wij willen ons ditmaal bezighouden met
een aandoenig, welke u allen ongetwijfeld
wel eens heeft waargenomen zonder éen
bepaalde diagnose te hebben kunnen stel
len. Wat verstaan wy onder een ,,tic”, een
aanleg van den nieuwen verkeersweg na
dat men maanden lang had gewacht sedert
de onteigende huizen waren afgebroken en
een groot deel van den weg althans vóór
voetgangers in gebruik had kunnen zyn. De
zaak was dat kort voor de verkiezingen in
1923 de raadsverkiezingen B. en W.
een echec hadden geleden met hun voor
stel om een zonderling plan ter plaatse door
te voeren en men nu wachtte of het mis
schien mogelijk was na de verkiezingen
alsnog hetzelfde plan er door te sleepen.
Ten slotte heeft men ingezien dat het aan
vankelijke plan niet aannemelijk was en
eindelijk in Augustus 1924 begon men aan
de uitvoering.
De geschiedenis van Spui-Buitenhof en
Buitenhof-Kneuterdijk zou een dik boekdeel
kunnen vormen. Wat het tweede gedeelte
betreft dateert ze van 26 Januari 1909,
16% jaar dus geleden toen een negental
raadsleden een voorstel indiende om de hui
zen langs de Gevangenpoort aan te koopen
of te onteigenen en daar een weg aan te
leggen op de wjjoe als thans is geschied.
Dat voorstel, wend verworpen omdat B. en
W. het plan haddén om één deel van den
Hofvijver te dempen en den weg achter die
huizen om te leggen. Echter rees toen de
kwestie wie de eigenaar, van den Hofvijver
was, de Staat of de Gemeente. Besloten
werd 21 Juni 1909 om te gaan procedeeren.
Men begrijpt wat dit voor de snelheid van
afdoening beduidde. Op 2 November 1915,
dus 6% jaar later was men nog geen stap
verder en het liet zich aanzien dat het pro
ces nog minstens twee jaar zou duren. In-
tusschen was de raad murw geworden en
nam zy met algemeene stemmen het be
sluit om terug te komen op de beslissing
van 1919 en alsnog tot aankoop en onteige
ning van de huizen over te gaan en dus
geen deel van den Hofvijver te dempen.
Aan het einde van 1922 was men zoover
dat alle huizen in het bezit der gemeente
waren en werd met spoed aan de afbraak
begonnen. Het duurde tot Augustus 1924
eer men den aanleg van den weg begon. In
middels was in hoogste instantie beslist dat
dc gemeente eigenares van den Hofvijver
was. Om die beslissing te verkrijgen tim
merde de gemeente een schutting om den
vy’ver, waarop het Rijk de gemeente dag
vaardde om dat ding te verwijderen. Dit
was de aanleiding voor het proces dat de
gemeente won.
Precies zestien jaar later op 27 Juni 1925
werd op den verkeersweg een gedenksteen
onthuld. Hurporistisch voor men de geschie
denis van dézen dag kent is het opschrift
aldus luidende:
„met den aanleg van dezen verkeersweg
werd een begin gemaakt in 1923 het jaar
waarin blijde werd herdacht de 25-jarige
regeering van koningin Wilhelmina”.
Dit is nu werkelijk de grofste leugen die
te bedenken viel.
Als er één jaar is geweest waarin aan de
weg niets is gedaan dan is het juist 1023
tutti, terwijl hij hem plotseling mee
deelde, dat Greil in leven was. Hij
wilde weten of het werkelijk een ver
rassing voor hem was, of hel niette
genstaande de waakzaamheid der re
cherche, Grell en zijn mannen was ge
lukt zich met den baroivet in verbin
ding te stellen. FairftjHd1 ftad zijn
mond geopend om te spreken. Een
roode kleur kwam en verdween op
z jn vale wangen en zenuw achtig speel
de hij met zijn stok. Toen sloot hij
zijn lippen vast opeen en stapte naar
de plaats waar de chef zat en greep
hem vast bij den arm,.
Wat beteekent dat vroeg hij
heesch. Bedoelt u dat Greil niet dood
is
Zoover ik weet is hij op dit
oogenblik even levend als u en ik,
zei Foyle. Als u er alle» van wil ver
nemen, geef mij dan uw woord en
neem plaats. U doen mijn arm pijn.
Vergeef mij, zei de baronet werk
tuigelijk en nam plaats in den leu
ningstoel, die naast den lessenaar
stond. Half verbluft streek hij met zijn
hand over zijn voorhoofd en zijn zelf-
beheersching keerde terug. Hoe schok
kend, ongelooflijk de mededeeling ook
leek, drukte de kalme stem van Foyle
er den stempel der waarheid op.
Het spreekt vanzelf, dat ik
mijn eerewoord geef, zei hij.
(W ordt vervolgd)
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda eu omstreken (bahoorende tot den bezorgkring)
1—6 regels 1.30, elke regel meer f 025. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
15 regels fl.55, elke regel meer ƒ0.80. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bijslag op den prijs. Uefdadigheids-adveitentiës de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels ƒ2.05, elke regel meer ƒ0.50. Op
de voorpagina 50 booger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen by contract tot aeer gereduceer-
den prijs. Groote lettere en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van «oliede Boekhan
delaren, Advertentiebureau* en onze Agenten en moeten daags vóór de plaatsing
aan het Bureau zyn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn.
want dat jaar heeft juist de zaak ge
rust. Had men er een datum op willen zet
ten dan was het dien van 2 November 1915
geweest of van 18 Augustus 1924 tóen men
werkelijk pas aan den weg begon.
Had men eerlijke geschiedenis willen
schryven op deze plaquette dan had het op
schrift aldus moeten luiden:
„Eerst zestien jaar nadat het gemeente
bestuur van 's-Gravenhage besloot tot den
aanleg van dezen weg is als gevolg van de
tegenwerking van het dageljjksch bestuur
en van den tragen rechtsgang in Nederland
de aanleg voltooid.”
Gelyk wjj in den aanvang zeiden is het
Buitenhof titans zoo goed als gereed. Het
laatste deel der asfalteering is onder han
den. Ongetwijfeld ia de huidige toestand
een zeer groote verbetering vergeleken bij
de vroegere verhouding, maar of op den
duur zal bly'ken dat thans de juiste oplos
sing is gevonden betwijfelen we. Het
vluchtheuveltje midden op het* plein zal
doelloos blijken omdat het veel te gevaar
lijk is er naar over te steken wijl de zijwe
gen te breed en overbodig breed zijn? Er
wordt namelijk maar in één richting gere
den en de weg is zoo breed dat wel vyf
auto's naast elkaar kunnen ryden. Het K6’
volg daarvan is dat het oversteken zeer ge
vaarlijk wordt en men het bezoek aan den
vluchtheuvel maar liever achterwege laat.
Een bedenkelijke ontsiering ondergaat
de Plaats. Het standbeeld van Jan de Wit
komt tusschen twee hooge liebt-masten te
staan en het lijkt wel of Jan als keeper in
de goal staat. Ter volmaking van dit beeld
is de groote bal die boven het Zaterdag
onthulde monumentje staat. Jan de Wit
heeft ’m er fyn op getrapt! Het lijkt ver
der dat de vele masten voor licht- en draad-
leiding van de electrische tram het geheel
zullen ontsieren, vooral omdat de masten
zelf zeer weinig monumentaal zijn.
Het geheel is een enorme vooruitgang,
maar het mist een fraaie afwerking en aan
de onderdeden is te weinig zorg besteed.
Neen, van monumentalen bouw heeft
men bij gelegenheden als deze nog geen
kaas gegeten- Wat men ten slotte niet kan
helpen maar wat zeer ontsiert is de afgrij
selijke huiaen-rij op het Buitenhof. Dat is
een achterbuurt-zaakje van de erbarme
lijkste soort en niet voor dat alles is ver
bouwd zal het Buitenhof een groot stads
beeld geven.
'tls nu alles te samen maar zóó-aóó.
HAGENAAR.
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per poet per kwartaal 8.15, met Zondagsblad 8.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 81, GOUDA,
bjj onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9—6 uur. Administratie Tol. Int. 82;
Radactie Tel. 545.
36) - -
Helden Foyle had vele bronnen van
inlichting, waar her. een gewone, mis
dadigers misdaad betrof.
Het oude spreekwoord ,,diieven ver
klappen elkaar niet”, vond bij hem
geen geloof. Er was altijd inlichting
te krijven aan 'net hoofdkwartier langs
ondergrondsche wegen. Moorden vor
men die uitsondering bij het werk der
recherche en terwijl men bij andere
misdaden handelt volgens vaste hoe
wel rekbare regels, moest manslag ge
heel anders worden behandeld. Toch
had Foyle reden om* aan te nemen,
dat het geen kwaad kon de onder
grondsche machten aan het werk te
zetten, die op het eerste gezicht wei
nig genoeg te maken hadden met bet
geheim van den rijken* Robert Grell.
Deze spionnen en verraders zouden
vreemd woord, waarvoor my helaas geen
Hollandsche omzetting bekend is. Wij zul
len 'tdus met het woord „tic” moeten stel
len in deze verhandeling. Het meest karak
teristieke en opvallende verschijnsel is wel
de typisch snelle plotseling optredende be-
weging, welke veelal met een ruk plaats
grypt, terwyl hiertoe niet de minste aan
leiding bestaat. De aard der beweging is
zoo plotseling als wy b<v. plegen te maken,
wanneer wy onze vingers branden. Wy
trekken dan plots terug. Voor een derge-
lyke manupulatie bestaat nu by den patiënt w
niet de minste reden en maakt dus op dc
omgeving uit den aard der zaak een buiten
gemeen merkwaardigen indruk.
Blijven wy nu den lijder nog even ob-
serveeren, dan nemen wy spoedig waar, dat
dezelfde beweging met even groote inten
siteit herhaald wordt en stellen we ons ge
duld nog wat langer op de proef, terwijl
de patiënt er niets van bemerkt, dan zien
wy dat een derde en een vierde keer niet
achterwege blyft, ja na korteren of lange-
ren tijd telkens en telkens herhaling plaats
grijpt.
Zijn wy thans ingelicht aangaande den
aard der beweging zoo weten wij nog niet
over welke spiergroepen deze meestal
plaats vindt.
Het spreekt van zelf, dat wy ook by deze
aandoening lichte naast zware gevallen
aantreffen. Bij de laatstgenoemde soort
kunnen tal van spieren deelnemen, zoodat
bijkans het geheele lichaam in plotselinge
beweging geraakt, welke natuurlijk ook
steeds herhaald wordt en ook steeds een
zelfde karakter draagt. Ik moet hier aan
stonds aan toevoegen, dat wij dergelyke
ernstige gevallen gelukkig zelden of nooit
zien-al komen zy ongetwijfeld een enkelen
keer voor. In verreweg het meerendeel der,
gevallen beperkt zich derhalve de plotse
linge beweging op een bepaald lichaams
deel en wel het allervaakst op het hoofd,
terwijl hiervan nog de aangezichtsspieren
de allerbelangrijkste rol spelen. Het heftige
knippen met de oogen, het langen tijd ge-
slolten houden der oogen, het trekken met
dc mond etc. etc. gij allen hebt 't ongetwij
feld wel eens waargenomen bij dezen of
genen. Daarnaast zien wij ook wel eens
dat de aangezichtspieren volkomen in rust
blijven, doch de z.g.n. halsspieren heftig in
actie komen op bepaalde regelmatig terug-
keerende tijden. Er worden dientengevolge
sterke bewegingen met het hoofd gemaakt
op een telkens terugkeerende, zelfde w|jae,
zoodat het dengene, die daarop let, zelfs
pleegt te vermoeien.
Spelen, zooals ik zeide, de hoofdspieren
maals te bepeinzen.
Zijn gedachten dwaalden af naar Sir
Ralph Fairfield. Hier was een man
wiens diensten onschatbaar zouden
zijn, als hij konworden overgehaald
te helpen. Grell kende hem*, vertrouw
de hem. Foyle was een man, die nooit
de geringste kans verzuimde. Hij vond
het waard het te probeer on. Welis
waar was Fairfield bij hun vorige
allesbehalve bemoedigd
geweest. Hij zou waarschijnlijk met de
grootste omzicht gheid behandeld moe
ten worden. Foyle schreef een briefje
las het snel over en, uitgaande gaf
hij het een klerk om het dadelijk te
laten verzenden.
,,Mr Heldon Foyïe zendt Sir Ralph
Fairfield zijn beleefde groeten en zou
zich zeer verplicht achten, wanneer
hij hem* vanavond tegen zes uur op
zijn bureau zou mogen zien of, inge
val dit niet kan, vroeger, om hem te
spreken over een belangrijke, drfn-
gende zaak.”
Dat was alles Foyle verspilde nooit
veel woorden.
Dien avond) werd Sir Ralph Fair-
field om vijf minuien over zessen aan.
gediend. Hij nam den aangeboden
stoei niet aan en bleef met een onbe
wegelijk* geaicht op eenige passen af
stand van de deur staan. Foyle was
te verstandig om hem de hand toe te
steken. ïnj wist dat ze niet aangeno-
trachten hem te bedriegen en er in
te laten loopen. Sonm igen hunner zou
dit gelukken. Het zou geild kosten,
maar geld dait niet weggegooid was.
Vier van de vijf inspecteurs die den
generalen staf der recherche vormen,
waren in het vertrek, onder hen ook
Wagnell, die een kwart eeuw in het
Oosten van Londen had doorgebracht
en die de mindere schurken door en
door kende, gezamenlijk en individu
eel.
Foyle sloot de deur.
Ik wil dat eenigen uwer l>et
nieuwtje onder onze menschen ver
spreiden, dat wij goed zullen betalen
ieder, die ons op de hoogte brengt
van de bende, die in deze Grell-zaak
is betrokken. Kleed)1 het zelf maar in
de woorden die ge het beste vindt.
Jij zou Sheeny Forster onder handen
kuimen nemen, Wagnell, of Poodle
Murphy, of Buck Taylor. Ze zijn mis
schien in staat achter iets te komen.
Buck heeft juist zes maanden ge
kregen wegens mishandeling van zijn
vrouw, zei Wagnell. Ik heb Sheeny
in den laatsten tijd niet gezien, maar
ik zal trachten hem op *ue sporen en
ik zal het bericht laten verspreiden.
Nadat hij zoo den eersten* stap had
gedaan om een nieuwe en machtige
kracht van guerilla’s aan de zijde van
de wet te brengen, keerde Foyle naar
zijn bureau terug, om* de zaak nog-