Bl
bladen
Blad
ii ip dl b
L1EPELT
3LAAUW
rouda
■lie aoortan 571 10
en Lijsten
■••«•rade prijsaa.
■UIÏÏOSE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
Ro. 18020
OS* Jaargang
Zaterdag 5 December 1025
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
EERSTE BLAD.
GOUDA
FEUILLETON.
ida
INT
leesch
Zooals de ouden zongen
BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE,
NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWUK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
de
65)
Bratau,
3
Sokken,
Hand-
■ehoanea
(Wordt vervolgd)
Een goed geweten kan voor geld wel
verkocht, maar niet gekocht worden.
ter-
cana-
de
en
1*07
Dood daags de MUGGEN by haar rust,
’s Nachts zyn ze op uw bloed belust.
En was dat al, t vergaf de zonde,
Maar zy besmetten ook de wonde,
Waarmee haar snoeplust u komt plagen,
Wil daarom trouw de muggen jagen.
„Het Groene Kruis”.
IT. OOOPS, Wjjdrtraat;
Harkt; Fa. J. C. LAN-
aitenmingal.
poging
an de
▼an
het
1 du
net;
d.
Kooj
14,
koopt men
LITEIT
EN GOED KOOF
aanbevelend,
LIKPKLT
E wordt verkocht in
ran ruim 800 gr. in.
Oorspronkelijke roman
door
LOUISE B. B.
LEVEN EN DOOD.
De Amerikaansche levensverzekerings-
expert, Dr. Hoffman, heeft onlangs op het
verband gewezen, dat er tusschen zelfmoord
en den oeconomischen toestanj der maat
schappij bestaat. In Amerika komen jaar
lijks tusschen de 12000 en 15000 zelfmoor
den voor. Het cijfer is voor ’24 15,3 per
100.000 zielen. In 1908, een jaar van zwa
re depressie, was dit cyfer echter 21,5 en in
1919 en 1920, toen er ook door Amerika
een goudstroom ging, slechts 12,3. Nu is
de waarheid, die zich hierin uitspreekt, dat
oeconomische, finantiëele zorgen, armoede,
maar meer nog êe druk dier zorgen, op ge
vaarlijke wijze den levenslust aanvreet en
ten slotte een depressie-toestand schept,
waarin dg natuurlijke drang naar levensbe
houd niet meer tegen den voortdurenden
druk der zorgen en het wanhopig uitzicht,
dat zich daaruit ontwikkelt, op kan en ten
slotte den strijd opgeeft, wel voor niemand
onzer een nieuwe waarheid. De meesten
hebben wel zelf aan den lijve, zy het dan
gelukkig niet in die mate, het fnuikende, het
krachtroovende en neerdrukkende van finan
tiëele zorgen en beslommeringen gevoeld.
Maar niettemin hebben de meesten zeker
niet geweten, dat dit verband zoo in cijfers
aantoonbaar was.
Toch is het goed, bij deze gedeeltelijke
- vwklaring van den zelfmoord niet te blij
ven stilstaan, omdat ze wel wat eenzijdig
het licht laat vallen op oeconomische fac
toren en daardoor den verkeerden indruk
vestigt, als zou 's menschen leven en zyn
geestelijk zyn geheel en alleen, of althans
zoo goed als geheel, onder invloed staan
van oeconomische factoren en de strijd om
het maatschappelijk bestaan, de eenige zyn,
dien de mensch te strijden heeft, de eenige
althans, die hem dermate aanpakt, dat hij
het opgeeft, als zou dus maatschappelijk
welzijn het voornaamste zyn en de mensch
zich daarin in hoofdzaak, ondanks alle
franje van godsdienst en kunst en weten
schap en alle hooger en fijner zieleleven,
niet onderscheiden van het dier, dat in het
diepst der zhak de voldoening zijner licha
melijke behoeften de groote alles overheer-
schende drang in zijn leven zou zijn. Onge
twijfeld is de beteekenis en de kracht van
dezen drang niet weg te denken en moet
zy niet onderschat worden. Ons zuiver li
chamelijk leven is de onontbeerlijke basis
van ons geestelijk leven. En in den uiter
sten nood, wanneer het om ons zelfbehoud
gaat, kan zeker die drang voor een oogen-
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
DCCXCIH.
Onze residentie lydt al tientallen jaren
aan de stadhuisziekten. In dit opzicht kun
nen we Rotterdam alleszins benijden, dat
nog vóór de magere jaren kwamen aan een
nieuw raadhuis is toegekomen en men mag
over de al of niet groote schoonhei^ ervan
kibbelen, het is een feit dat Rotterdam een
grooten voorsprong heeft èn op Amsterdam,
waar men maar steeds aan het by bouwen
en herbouwen blijft èn op den Haag, dat
niet veel verder komt dan het maken van
tallooze plannen. Zoo vaak wjj Rotterdam
bezoeken, wordt ons oog getroffen door
dien breeden boulevard ter plaatse waar
eens het smalle grachtje met zyn veel te
smalle bruggetje lag. AI is de omlijsting
van dien boulevard nog op geen stukken na
ren, je wordt w.èl b|e®ocnt zuouue
n cht Elzie.
„Het ongeluk schijnt niet te wi.len
wijnen uit dit huis. Eerst het pKt
ling treffend' overlijden van je waar
den vader...” teemde nichtje1 Nancy
en tante Claasje de zwartgegiacee^e
vingertoppen bijeen brengend, klaag
de ,Als je eens wist, lieve kinde
ren, d'.e hier zoo rustig bijeen zit in
deze mooie omgeving, de leelija® praa
tjes die er rondloopen in de stad
t is me soms alsoi de oude tijden
herleven.”
Betty kteurde, maar rij had den tijd
niet lot antwoorden, Ruud stond voor
haar, zijn vriéndelijk knap gezicht op
recht deelnemend„Ma pauvre peti
te cousine, van ochtend ging ik toe
vallig hier langs, bah die vulgaire
foule voor je hu„s, een allerehendig-
swe aanblik, het was alsof zij mij op
het hart trapte. Hoe leed ik met je
rne^e, ik, de je fijngevoeligheid ken.”
En weer, met de gebruikelijke cour
toisie, bracht fiij haar bevende vin
gertoppen aan zijn lippep. Hij wist
niets hartelijkers te doen, toch, ze zag
het aan de geheele uitdrukking van
zijn gezicht, hij meende wat hfj zei-
de. hij gaf... wat hij te geven had
Een gevoel van medelijden voor hem
ontwaakte bij Betty. Zij staarde hem
aan, alsof zij hem1 zag voor he eerst
van haar leven, glimlachte hem rustig
dankend toe. Hoe zou ze vroeger po-
iHet is natuurlyk, dat alle leed den le
venslust en daarmee ook den levensdrang
aantast, zoodra het zich werkelijk in he
vige mate en langdurig doet voelen. Maar
tegen deze aantasting is de verwachting, de
hoop, die ons allen eigen zyn, het natuur
lijke tegengif. Die verwachting is daarom
een noodzakelyk levensbéfitanddeel. En hoe
sterker ze is, des te sterker zyn ook de
levensdrang en de levenslust. Wie ouder is,
heeft dat in eigen leven ervaren. Deze ver
wachting van nieuw en iinder geluk sterft
nooit. En de natuurlijke levensdrang blijft
ook altyd zyn verzet tegen den dood hand
haven. Maar de oudere, de oud gewor-
dene, voelt toch niet meer dat hevige verzet
tegen de doodsgedachte als de jeugd. Dat
verklaart ook, waarom hij, die moegestreden
is en weinig verwachting van het leven
meer heeft, tengevolge van voortdurenden
druk niet meer dien heftigen afkeer van
den dood koestert, die de gezonde, krachti
ge, verwachtende mensch van nature tegen
den dood heeft. En wanneer nu toenemende
angst voor wat nog gebeuren zal, of voor
de leegheid, de eenzaamheid, de kou van de
toekomst alle verwachting gedood heeft, en
het geestelijke evenwicht verstoort, dan
kan het gebeuren, dat de dood als een be-
vrijding gaat lyken, als de belofte van een
rust en de natuurlijke afkeer van dien dood
al wat leeft, van nature eigen, niet meer
gevoeld wordt.
Het zijn niet enkel oeconomische factoren,
die dezen geestestoestand te voorschijn roe
pen. Het is waarschijnlijk in laatste instan
tie nooit de werking van dezen oeconomi
schen factor, die in de daad zich uitspreekt.
Maar het is de tot waanzin geworden angst
voor het leven,' die den mensch in den dood,
kan drijven .En deze angst wordt door aller
lei factoren buiten de oeconomische, door
wroeging, allerlei zieleleed en zwaarmoe
digheid gewekt.
PAARDKj'TONICUM
venaarde bron van
?ie voor ieder, die
e verrichten heeft,
n welken aard.
NOSE verhoogt de
den gezonden mensch
le onvermoeiden en
verloren zenuwkracht
bOI IISI llE 01 K A XT.
zoo als wel gewenscht ware, het groote be
gin is er met het stadhuis en het post
kantoor gemaakt en de rest zal langzamer
hand wel komen.
Het lijkt wel alsof den Haag eer den Am-
sterdamscheft dan den Rotte rdamschen
kant opgaat en meer naar lapmiddelen zal
zoeken, dan naar een volledige oplossing
der stadhuiskwestie. Nu zij wy daar eener-
zjjds niet rouwig om, want het plan, dat
eigenlijk al definitief is vastgesteld, en dat
met Rotterdam hierin overeenstemt, dat
men een leelyke achterbuurt wil doen ver
dwijnen om ruimte te maken voor een mo
numentaal gebouw, dat plan kan ons maar
zeer weinig bekoren. De plaats, waar het
nieuwe stadhuis dan zou komen staat ons
heelemaal niet aan, wyl ze niet in het cen
trum ligt en niet in een omgeving staat
overeenkomstig de schoonheidseischen van
een monumentaal gebouw.
Inmiddels is de gemeenteraad er maar
weer toe overgegaan, voor een half milli-
oen panden “te koopen in Je onmiddellijke
nabijheid van het oude stadhuis. De bedoe
ling is, daarin een gedeelte van de gemeen-
te-administratie onder te brengen. Op de
Groenmarkt, achter het stadhuis staat nog
altyd het noodhulpgebouw, dat indertijd
voor de Bonnetterie is gesticht, toen deze
haar huize vernieuwde. De gemeente nam
die tydeljjke bfehuizing over en vestigde er
den. Burgerlijken stand. Thans schijnt het
gebouw zoo aftandsch te zyn, dat het dient
te verdwijnen. Om aan de plaatsruimte te
gemoet te komen, kocht men nu de panden
achter het stadhuis gelegen.
Alweer dus een half millioen. Straks zal
de aap wel weer uit de mouw komen, dat
«en aanzienlijk bedrag noodig is om de pan
den bruikbaar te maken voor het beoogde
doel en dus kost dit jaarlijks weer een aar
dig sommetje aan rente enz. In den loop der
ty'den heeft de .gemeente al meer van der-
gelyke panden gekocht: er staat er een in
het Noordeinde, er is een mooie villa op een
prachtig punt totaal verknoeid tot kantoor
van den gemeente-ontvanger en zoo is er
nog meer. Het zou ons niet verbazen of de
gezamenlijke kosten daarvan zouden genoeg
zyn voor de stichting van een gansch nieuw
stadhuis, indien men althans dit verstandig
ging inrichten. Een verstandige bouw van
een stadhuis voor een groote stad, ly'kt het
ons, indien men van den aanvang af rekent
op gestadige uitbreiding. Er zij een klein
monumentaal hoofdgebouw en daarachter in
vleugelvorm de kantoren op zoo’n wijze, dat
de vleugels steeds weer verlengd kunnen
worden. Wanneer alle kantoorlokalen gevat
worden in het stadhuis zelf dan gaat er veel
te veel ruimte aan gangen en hallen verlo
ren, dan is uitbreiding niet mogelyk, zal
spoedig weer het filiaal stelsel moeten wor
den toegepast. Den Haag bezit eenige ter
reinen, die volkomen geschikt zijn voor den
bouw van een stadhuis, zooals wy ons dat
voorstellen. Het bekende Alexanderveld is
by uitstek geschikt; ’t is een zeer groot
blik alles overheerschen en grijpen we naar
het stuk brood, naar elk middel, dat ons
van den dood redden kan als een wild dier
naar zijn prooi, al toonen dan de gebeur
tenissen, die zich by schipbreuken en groo
te rampen afspelen, dat de mensch zich ook
in oogenblikken van direct levensgevaar nog
<loor andere gedachten dan de zuiver dier
lijke, door liefde, opoffering, zelfs welle
vendheid soms kan laten beheerschen. Maar
al is dan in dezen uitersten nood de zui
ver dierlijke drang naar zelfbehoud onge
twijfeld vaak overheerschend, dit wil toch
nog niet zeggén, dat deze drang, de zorg
voor ons lichamelijk en maatschappelijk
welzijn ook ons leven overheerschen en in
de laatste instantie de basis vormen wan ons
denken en voelen, en van onzen levensstrijd
en ons leven. Tegen de verklaring, door
Dr. Hoffman van den zelfmoord gegeven,
pleit reeds het verschijnsel, dat in de jaren
van voorspoed na den oorlog in Amerika
toch het aantal zelfmoorden in de hoogere
standen is toegenomen en er naar verhou
ding by -de rijkeren meer zelfmoorden voor
komen dan by de armen. Dit bewijst dus
al dadelijk, dat niet directe armoede de
hoofdoorzaak van den zelfmoord is. Wan
neer we ook dén grooten invloed van oeco
nomische factoren aannemen, moeten we
veeleer aan financieele zorgen dan aan recht-
streeksche armoede denken. Het is niet het
gebrek, dat dien uitputtenden en vernieti
genden invloed uitoefent, maar de dagelyk-
sche strijd. En die stryd gaat voor een
groot deel niet tegen wat is, maar tegen
wat dreigt. Het zijn de gevaren der toe
komst, die ook veelal den zelfmoordenaar
tot zyn lugubere daad brengen. En dit ver
klaart ook, waarom de rijkeren, die meer te
verliezen hebben en minder onbekommerd
leven, meer tot zelfmoord neigen dan ar
men. Maar het feit brengt ons tevens wat
dichter by de kern van het vraagstuk. Het
is niet de armoede, het is ook feitelyk niet
rechtstreeks de zorg, maar het is vooral
de angst, die menschen tot de tegennatuur-
lyke daad van den zelfmoord dryft. En
deze angst is niet enkel de angst voor fi-
nantieele of oeconomische moeilijkheden,
maar de angst voor de toekomst, voor het
toekomstige leven. Het is het niet meer op
kunnen tegen het leven, dat ons in de toe
komst niet anders dan (diende en leed schijnt
te zullen brengen, dat soms arme ongeluk-
kigen den dood doet zoeken. Maar deze
angst moet wel zeer sterk zyn voor hy den
natuurlijken levensdrang overwint. En men
kan wel zeggen, dat hy feitelyk dan eerst
overwint, wanneer hij ’s menschen zielsge
steldheid tot een abnormale ontoereken
baarheid heeft vervormd.
De klerk zag haar hoofdschuddend
aan „Meneer Neen, dien had mj
niet eens gezien in de achterkamer,
waar hij de boterhammen achter een
scherm had moeten neerzetlen. Twee
aan twee hadden de klerken allen
^•en paar minuten gekregen om1 wat te
gaan gebruiken in die achterkamer,
achter dat scherm. Meneer was voor
gebleven.”
De middaguren kropen traag voor
bij, de foule voor het huis verliep
langzamerhand'tegen drie uur had
alles het gewone aanzien gekregen..
maar niemand' uit het kantoor ver
toonde zich nog in het woonhuis, of
schoon Hendrik eindelijk de ijzelen
bouten van de communicatiedeur had
genomen. Tegen vier uur werd er aan
w voordeur gescheld en die bel klonk
weer rustig, kalm', alledaags. Fietje
liep dadelijk nieuwsgierig naar voren,
térrein, op een zeer mooi punt gelegen,
van alle zijden bereikbaar en op het oogen-
blik volmaakt nutteloos. De gemeente is
eigenares, maar heeft het terrein voor mili
taire doeleinden in bruikleen gegeven, waar
aan het vastzit, zoolang het Ryk het goed
vindt, doch daaraan zou tenslotte wel iets
te doen zyn. In de tweede plaats ligt het
terrein van de afgebrande Oranjekazerne
nog steeds open. Het Ryl$ denkt er niet
over, hier een kazerne te stichten en de
grond, die door de gemeente eertijds daar
voor in bruikleen werd gegeven, valt dus
in het bezit der gemeente terug. Er zyn al
plannen geweest voor den bouw van een
stadhuis op dit terrein, maar die zijn al
weer van de baan. Daarna heeft de Volks
universiteit het oog op dit terrein gesla
gen voor de stichting van een eigen gebouw,
maar het sehynt niet gelukt te zjjn tot een
definitieve beslissing te komen. Het terrein
is dus weer vrjj.
Nu de gemeente in* de onmfcldellyke om
geving van het bestaande stadhuis weer
panden heeft gekocht, ontstond by velen de
vrees, dat het stadhuisplan dieper dan ooit
werd opgeborgen. De wethouder heeft ech
ter een geruststellend woord gesproken,
maar wy hopen, dat toch hierdoor de defi
nitieve beslissing weer voor eenigen ty^ is
uitgesteld, waardoor de kans grooter wordt,
dat een beter plan wordt aangenomen, dan
thans hangende is. Het is als altyd een
dure geschiedenis, want de panden, ^ie de
heeren uitkiezen, zyn altyd op besten stand
gelegen, op duren winkelstand en zyn
meestal geheel ongeschikt, zoodat een lieve
duit noodig is om ze eenigermate bruik
baar te maken. Het beste ware dat men een
plan ontwierp on dat men begon met da
administratiegebouwen op te richten. Voor
het halfmillioen, dat men nu uitgeeft, had
men al aardig wat kunnen bouwen. Wan
neer er successievelijk wat meer bij gebouwd
werd, zou het geld over vele jaren verdeeld
worden. Te eeniger tijd kon dan het mo
numentale hoofdgebouw er bij gezet wor
den. Op die wy'ze was het mogelyk in étap
pes een dergelijk duur zaakje tot stand te
brengen. Al die grootdoenerij van enorme
gebouwen is in deze tyden waarin wy op
iederen gulden moeten passen misplaatst.
En dan slaat ons de achrik om het hart,
als wy bedenken, welken architect het ont
werpen van zoo’n gebouw, dat eeuwen zal
staan wordt opgedragen. Wat dat zegt,
weten de Rotterdammers al bij ervaririg...
HAGENAAR.
UTTEN- 01
KUIZEN fLUt
a*f tel gij «M
«4.1 de rille» d
d*or b« gebralb
RODENT RAKEN
VERGIF.
t i» de volmaakt»
en gemakte
lute manier orn vm
lig en gevaarlijke
if te komen. Het
t zwermen uit io
i dén nacht.
togparte, vond
Joode ratten na
icbt dat hij het
Veilig, «eter,
>pt thana aaa
ramt een proef.
45 90 tM
verkoopt hot
badaram». Don Haag. r
ter. ApoUu Perth.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda tn onucrekan (behooraodo tot den bMorgkria»):
1—5 rogola 130, elke regel moor ƒ0.26. Van buiten Gouda en den bezorgkring.
15 regels ƒ1 56, elke regel moer ƒ0.80. Advextentiën in hot Zaterdagnummer 20 ft
tjjalag op don pr#o. Liefdadighoids-advertentün do helft van den prfla.
INGEZONDEN MEDEDELINGEN» 1-4 regels ƒ2.06, elke mgel moer ƒ.030. Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden modedeelingen bty contract tot woor geroduceor-
den prijs. Groote letten en randen worden berekend naar plagtoruimve.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusachenkomet ma soliede Boekhan
delaren, Advertentiebureaus en onze Agentes en moeten daags vóór do plaatsing
•an hot Bureau zjjn ingekomen, teneinde van opname verzekerd to zijn.
E kost per flacon
12 fl. 21.-.,
by Apothekers n
3229 30
/OOR NAMAAK!
>AM Co„
t 2c/4. Den Haag,
beaat areigue, voor» feaau ea met ver
geten, ais mj emiueiijK Kwann, zorg
vuldig zich te kieeaen en te panu-
meeren. ,,Ma pauvre petite. Ik kon
het niet langer uithouaen thuis, ik
troonde mania en de tantes mee, zoo
dra wij vermoeden konden dat
foule wat geslonken zou zijn.”
En bit'.er voegae Betty in gedach
ten aan zijn woorden toe ,,En cte
duisternis behoedde te hericennen wie
aan het geschandvlekte huis aanbel
de.” Hardop prevelde zij „O, u bent
allemaal wel neei vriéndelijk”, ter
wijl zij stoelen aanwees om de
pee.
Ondertusschen kwam Fietje naar
Ruud. Hij schudde haar harleli|k Je
hand: Sof iet je, dat hadden wij niet
vermoed hè, toen wij, geen week ge
leden, zoo onbeaorgd matchten op het
veld, dat je in zoo korten tijd zulke
treurige ondervindingen zoude opdoeu
Eerst drie dagen geleden mijn condo-
leence-bezoek om je vader, en nu mijn
deelnemingsbetuiging met deze... deze
financieele onaangenaamheid.”
Fietje wierp fier het höofd ach er
over ,,Ik geloof, Ruud, je oordeelt
wat vlug het is zeker onaangenaam,
maar overwonnen verklaren wij, Bar.
telsen, ons niet zoo dadelijk. De> eene
match is de andere waard, Ruud.”
pelend van rieLsverru.vn.iiig geiui»*e*'~
iiebben naar die aangename stem, noe
zou diie vluchtige kus op haar hana,
nagetrild hebben in haar hart. Hoe
onverschillig, kri.isch doorstond ze nu
den warmen blik zijner donkere oogen.
Die goede, Lieve jongen. Hi] was
voorbijgegaan, had het geluk, de wel
vaart van haar tehuis bedreigd gezien,
en dat allee had slechts bij hem waa-
ker geroepen een warme medejjden-
de gedachte, en hij had zijns weegs
moeten gaan. Hij kon niet méér voe
len, niet ingrijpender handeien. Zij
zag hem voortdurend aan met oogen
die hij niet begreep. Hoe smal waren
die schouders, hoe eigenaardig week
het imbre van die stem, hoe ondiep,
de blik van die mooie oogen. Niet
deze man had alleen defi last kunnen
torsen, waaronder Jaap nu zoo dapper
zwoegde. Betty dacht aan Jaap’s uiter
lijk de laats iel dagen, verwaarloosd
naar lichaam, onverschillig voor zijn
kleeiing, stil gedragen ellende op he'.
blesfie gezicht, maar vastbesloten, gr.ro
mig energiek, den lijdensbreker tot
op den bodem te ledigen, te steiven
zoo hij niet overwinnen mocht. Jaap,
in zijn slordige kleeren, met zijn ver
ouderd afgetobd gezicht, wies, nu
Ruud tegenover haar stond blozend,
?on?vuldig gekleed, in haar oogen’ op
tot een held. Hoe kon een man, ge
troffen, als Ruud voorgaf, in het hart
door bet leed, dat het liefste wat Mj
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2-25, per weak 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kw artaal 8.15, met Zondagsblad 3.80.
Abannementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 81, GOUDA,
bij onze agenten en loopers, den boekhandel en da postkantoren.
Onze bureaux zjjn dagelijks geopend van 96 uur. Administratie Tel. Int. 82;
Redactie, Tel. 83.
heiKiriK tegen het Jjf, uie uit uei oa-
Ion Kwam, waar hij gegluurd had naar
wie er stormen op de stoep.
„Juflrouw... jufirouw rietje, daar is
baron, en de baron z n moeder,
de treuies van Hoogduynen. Maar
binnen laten?”
„Ja, laait ze in de huiskamer, Hen
drik.” Fietje, plotseling vuurrood1, ji
de naar de achterkamer,,De nich
ten komen en... Ruud'. Goddank, wai
heb ik naar ze verlangd” kreet zi4
met naïeve blijdschap.
Betty, loomi, richtte zich langzaam
op uit haar stoel. Och, deze nieuwe
vervelmg. Wat kwam men toch noo
de cos storen. Toch, werktuigelijkideed
zij wat voor de hand lag, nam de lu
cifers en stak heb gaslicht op.
Zij traden b nnen, de drie dames
mevrouw Van Hoogduynen het eerst
Zij was de jongste van de drie, maar
als getrouwde, gaven de twee oudere
freules haar altijd1 den voorrang; dan
volgde tante Nancy, tante Claasje hink
te moeilijk achteraan, en weer de
laatste, boven aVen uitstekend), ver
scheen Rudolf. Zijn blik zocht over
alles heen a,weer en onwillekeurig
Betty het eerst. Maar zij zag niet naar
hem op, als gewoonT.ijk lijdelijk liet
zij Z'dh omringen door de deelnemen
de oudere dames, die haar toespraken
alsof rij ten tweede male kwamen eon-
doleeren voor een doode in huis.
„Hoe beklaag ik jullie, armek'nde-