Bl bladen Blad ii ip dl b L1EPELT 3LAAUW rouda ■lie aoortan 571 10 en Lijsten ■••«•rade prijsaa. ■UIÏÏOSE NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN Ro. 18020 OS* Jaargang Zaterdag 5 December 1025 Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen EERSTE BLAD. GOUDA FEUILLETON. ida INT leesch Zooals de ouden zongen BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWUK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz. Dit nummer bestaat uit twee bladen. de 65) Bratau, 3 Sokken, Hand- ■ehoanea (Wordt vervolgd) Een goed geweten kan voor geld wel verkocht, maar niet gekocht worden. ter- cana- de en 1*07 Dood daags de MUGGEN by haar rust, ’s Nachts zyn ze op uw bloed belust. En was dat al, t vergaf de zonde, Maar zy besmetten ook de wonde, Waarmee haar snoeplust u komt plagen, Wil daarom trouw de muggen jagen. „Het Groene Kruis”. IT. OOOPS, Wjjdrtraat; Harkt; Fa. J. C. LAN- aitenmingal. poging an de ▼an het 1 du net; d. Kooj 14, koopt men LITEIT EN GOED KOOF aanbevelend, LIKPKLT E wordt verkocht in ran ruim 800 gr. in. Oorspronkelijke roman door LOUISE B. B. LEVEN EN DOOD. De Amerikaansche levensverzekerings- expert, Dr. Hoffman, heeft onlangs op het verband gewezen, dat er tusschen zelfmoord en den oeconomischen toestanj der maat schappij bestaat. In Amerika komen jaar lijks tusschen de 12000 en 15000 zelfmoor den voor. Het cijfer is voor ’24 15,3 per 100.000 zielen. In 1908, een jaar van zwa re depressie, was dit cyfer echter 21,5 en in 1919 en 1920, toen er ook door Amerika een goudstroom ging, slechts 12,3. Nu is de waarheid, die zich hierin uitspreekt, dat oeconomische, finantiëele zorgen, armoede, maar meer nog êe druk dier zorgen, op ge vaarlijke wijze den levenslust aanvreet en ten slotte een depressie-toestand schept, waarin dg natuurlijke drang naar levensbe houd niet meer tegen den voortdurenden druk der zorgen en het wanhopig uitzicht, dat zich daaruit ontwikkelt, op kan en ten slotte den strijd opgeeft, wel voor niemand onzer een nieuwe waarheid. De meesten hebben wel zelf aan den lijve, zy het dan gelukkig niet in die mate, het fnuikende, het krachtroovende en neerdrukkende van finan tiëele zorgen en beslommeringen gevoeld. Maar niettemin hebben de meesten zeker niet geweten, dat dit verband zoo in cijfers aantoonbaar was. Toch is het goed, bij deze gedeeltelijke - vwklaring van den zelfmoord niet te blij ven stilstaan, omdat ze wel wat eenzijdig het licht laat vallen op oeconomische fac toren en daardoor den verkeerden indruk vestigt, als zou 's menschen leven en zyn geestelijk zyn geheel en alleen, of althans zoo goed als geheel, onder invloed staan van oeconomische factoren en de strijd om het maatschappelijk bestaan, de eenige zyn, dien de mensch te strijden heeft, de eenige althans, die hem dermate aanpakt, dat hij het opgeeft, als zou dus maatschappelijk welzijn het voornaamste zyn en de mensch zich daarin in hoofdzaak, ondanks alle franje van godsdienst en kunst en weten schap en alle hooger en fijner zieleleven, niet onderscheiden van het dier, dat in het diepst der zhak de voldoening zijner licha melijke behoeften de groote alles overheer- schende drang in zijn leven zou zijn. Onge twijfeld is de beteekenis en de kracht van dezen drang niet weg te denken en moet zy niet onderschat worden. Ons zuiver li chamelijk leven is de onontbeerlijke basis van ons geestelijk leven. En in den uiter sten nood, wanneer het om ons zelfbehoud gaat, kan zeker die drang voor een oogen- BRIEVEN UIT DE HOFSTAD. DCCXCIH. Onze residentie lydt al tientallen jaren aan de stadhuisziekten. In dit opzicht kun nen we Rotterdam alleszins benijden, dat nog vóór de magere jaren kwamen aan een nieuw raadhuis is toegekomen en men mag over de al of niet groote schoonhei^ ervan kibbelen, het is een feit dat Rotterdam een grooten voorsprong heeft èn op Amsterdam, waar men maar steeds aan het by bouwen en herbouwen blijft èn op den Haag, dat niet veel verder komt dan het maken van tallooze plannen. Zoo vaak wjj Rotterdam bezoeken, wordt ons oog getroffen door dien breeden boulevard ter plaatse waar eens het smalle grachtje met zyn veel te smalle bruggetje lag. AI is de omlijsting van dien boulevard nog op geen stukken na ren, je wordt w.èl b|e®ocnt zuouue n cht Elzie. „Het ongeluk schijnt niet te wi.len wijnen uit dit huis. Eerst het pKt ling treffend' overlijden van je waar den vader...” teemde nichtje1 Nancy en tante Claasje de zwartgegiacee^e vingertoppen bijeen brengend, klaag de ,Als je eens wist, lieve kinde ren, d'.e hier zoo rustig bijeen zit in deze mooie omgeving, de leelija® praa tjes die er rondloopen in de stad t is me soms alsoi de oude tijden herleven.” Betty kteurde, maar rij had den tijd niet lot antwoorden, Ruud stond voor haar, zijn vriéndelijk knap gezicht op recht deelnemend„Ma pauvre peti te cousine, van ochtend ging ik toe vallig hier langs, bah die vulgaire foule voor je hu„s, een allerehendig- swe aanblik, het was alsof zij mij op het hart trapte. Hoe leed ik met je rne^e, ik, de je fijngevoeligheid ken.” En weer, met de gebruikelijke cour toisie, bracht fiij haar bevende vin gertoppen aan zijn lippep. Hij wist niets hartelijkers te doen, toch, ze zag het aan de geheele uitdrukking van zijn gezicht, hij meende wat hfj zei- de. hij gaf... wat hij te geven had Een gevoel van medelijden voor hem ontwaakte bij Betty. Zij staarde hem aan, alsof zij hem1 zag voor he eerst van haar leven, glimlachte hem rustig dankend toe. Hoe zou ze vroeger po- iHet is natuurlyk, dat alle leed den le venslust en daarmee ook den levensdrang aantast, zoodra het zich werkelijk in he vige mate en langdurig doet voelen. Maar tegen deze aantasting is de verwachting, de hoop, die ons allen eigen zyn, het natuur lijke tegengif. Die verwachting is daarom een noodzakelyk levensbéfitanddeel. En hoe sterker ze is, des te sterker zyn ook de levensdrang en de levenslust. Wie ouder is, heeft dat in eigen leven ervaren. Deze ver wachting van nieuw en iinder geluk sterft nooit. En de natuurlijke levensdrang blijft ook altyd zyn verzet tegen den dood hand haven. Maar de oudere, de oud gewor- dene, voelt toch niet meer dat hevige verzet tegen de doodsgedachte als de jeugd. Dat verklaart ook, waarom hij, die moegestreden is en weinig verwachting van het leven meer heeft, tengevolge van voortdurenden druk niet meer dien heftigen afkeer van den dood koestert, die de gezonde, krachti ge, verwachtende mensch van nature tegen den dood heeft. En wanneer nu toenemende angst voor wat nog gebeuren zal, of voor de leegheid, de eenzaamheid, de kou van de toekomst alle verwachting gedood heeft, en het geestelijke evenwicht verstoort, dan kan het gebeuren, dat de dood als een be- vrijding gaat lyken, als de belofte van een rust en de natuurlijke afkeer van dien dood al wat leeft, van nature eigen, niet meer gevoeld wordt. Het zijn niet enkel oeconomische factoren, die dezen geestestoestand te voorschijn roe pen. Het is waarschijnlijk in laatste instan tie nooit de werking van dezen oeconomi schen factor, die in de daad zich uitspreekt. Maar het is de tot waanzin geworden angst voor het leven,' die den mensch in den dood, kan drijven .En deze angst wordt door aller lei factoren buiten de oeconomische, door wroeging, allerlei zieleleed en zwaarmoe digheid gewekt. PAARDKj'TONICUM venaarde bron van ?ie voor ieder, die e verrichten heeft, n welken aard. NOSE verhoogt de den gezonden mensch le onvermoeiden en verloren zenuwkracht bOI IISI llE 01 K A XT. zoo als wel gewenscht ware, het groote be gin is er met het stadhuis en het post kantoor gemaakt en de rest zal langzamer hand wel komen. Het lijkt wel alsof den Haag eer den Am- sterdamscheft dan den Rotte rdamschen kant opgaat en meer naar lapmiddelen zal zoeken, dan naar een volledige oplossing der stadhuiskwestie. Nu zij wy daar eener- zjjds niet rouwig om, want het plan, dat eigenlijk al definitief is vastgesteld, en dat met Rotterdam hierin overeenstemt, dat men een leelyke achterbuurt wil doen ver dwijnen om ruimte te maken voor een mo numentaal gebouw, dat plan kan ons maar zeer weinig bekoren. De plaats, waar het nieuwe stadhuis dan zou komen staat ons heelemaal niet aan, wyl ze niet in het cen trum ligt en niet in een omgeving staat overeenkomstig de schoonheidseischen van een monumentaal gebouw. Inmiddels is de gemeenteraad er maar weer toe overgegaan, voor een half milli- oen panden “te koopen in Je onmiddellijke nabijheid van het oude stadhuis. De bedoe ling is, daarin een gedeelte van de gemeen- te-administratie onder te brengen. Op de Groenmarkt, achter het stadhuis staat nog altyd het noodhulpgebouw, dat indertijd voor de Bonnetterie is gesticht, toen deze haar huize vernieuwde. De gemeente nam die tydeljjke bfehuizing over en vestigde er den. Burgerlijken stand. Thans schijnt het gebouw zoo aftandsch te zyn, dat het dient te verdwijnen. Om aan de plaatsruimte te gemoet te komen, kocht men nu de panden achter het stadhuis gelegen. Alweer dus een half millioen. Straks zal de aap wel weer uit de mouw komen, dat «en aanzienlijk bedrag noodig is om de pan den bruikbaar te maken voor het beoogde doel en dus kost dit jaarlijks weer een aar dig sommetje aan rente enz. In den loop der ty'den heeft de .gemeente al meer van der- gelyke panden gekocht: er staat er een in het Noordeinde, er is een mooie villa op een prachtig punt totaal verknoeid tot kantoor van den gemeente-ontvanger en zoo is er nog meer. Het zou ons niet verbazen of de gezamenlijke kosten daarvan zouden genoeg zyn voor de stichting van een gansch nieuw stadhuis, indien men althans dit verstandig ging inrichten. Een verstandige bouw van een stadhuis voor een groote stad, ly'kt het ons, indien men van den aanvang af rekent op gestadige uitbreiding. Er zij een klein monumentaal hoofdgebouw en daarachter in vleugelvorm de kantoren op zoo’n wijze, dat de vleugels steeds weer verlengd kunnen worden. Wanneer alle kantoorlokalen gevat worden in het stadhuis zelf dan gaat er veel te veel ruimte aan gangen en hallen verlo ren, dan is uitbreiding niet mogelyk, zal spoedig weer het filiaal stelsel moeten wor den toegepast. Den Haag bezit eenige ter reinen, die volkomen geschikt zijn voor den bouw van een stadhuis, zooals wy ons dat voorstellen. Het bekende Alexanderveld is by uitstek geschikt; ’t is een zeer groot blik alles overheerschen en grijpen we naar het stuk brood, naar elk middel, dat ons van den dood redden kan als een wild dier naar zijn prooi, al toonen dan de gebeur tenissen, die zich by schipbreuken en groo te rampen afspelen, dat de mensch zich ook in oogenblikken van direct levensgevaar nog <loor andere gedachten dan de zuiver dier lijke, door liefde, opoffering, zelfs welle vendheid soms kan laten beheerschen. Maar al is dan in dezen uitersten nood de zui ver dierlijke drang naar zelfbehoud onge twijfeld vaak overheerschend, dit wil toch nog niet zeggén, dat deze drang, de zorg voor ons lichamelijk en maatschappelijk welzijn ook ons leven overheerschen en in de laatste instantie de basis vormen wan ons denken en voelen, en van onzen levensstrijd en ons leven. Tegen de verklaring, door Dr. Hoffman van den zelfmoord gegeven, pleit reeds het verschijnsel, dat in de jaren van voorspoed na den oorlog in Amerika toch het aantal zelfmoorden in de hoogere standen is toegenomen en er naar verhou ding by -de rijkeren meer zelfmoorden voor komen dan by de armen. Dit bewijst dus al dadelijk, dat niet directe armoede de hoofdoorzaak van den zelfmoord is. Wan neer we ook dén grooten invloed van oeco nomische factoren aannemen, moeten we veeleer aan financieele zorgen dan aan recht- streeksche armoede denken. Het is niet het gebrek, dat dien uitputtenden en vernieti genden invloed uitoefent, maar de dagelyk- sche strijd. En die stryd gaat voor een groot deel niet tegen wat is, maar tegen wat dreigt. Het zijn de gevaren der toe komst, die ook veelal den zelfmoordenaar tot zyn lugubere daad brengen. En dit ver klaart ook, waarom de rijkeren, die meer te verliezen hebben en minder onbekommerd leven, meer tot zelfmoord neigen dan ar men. Maar het feit brengt ons tevens wat dichter by de kern van het vraagstuk. Het is niet de armoede, het is ook feitelyk niet rechtstreeks de zorg, maar het is vooral de angst, die menschen tot de tegennatuur- lyke daad van den zelfmoord dryft. En deze angst is niet enkel de angst voor fi- nantieele of oeconomische moeilijkheden, maar de angst voor de toekomst, voor het toekomstige leven. Het is het niet meer op kunnen tegen het leven, dat ons in de toe komst niet anders dan (diende en leed schijnt te zullen brengen, dat soms arme ongeluk- kigen den dood doet zoeken. Maar deze angst moet wel zeer sterk zyn voor hy den natuurlijken levensdrang overwint. En men kan wel zeggen, dat hy feitelyk dan eerst overwint, wanneer hij ’s menschen zielsge steldheid tot een abnormale ontoereken baarheid heeft vervormd. De klerk zag haar hoofdschuddend aan „Meneer Neen, dien had mj niet eens gezien in de achterkamer, waar hij de boterhammen achter een scherm had moeten neerzetlen. Twee aan twee hadden de klerken allen ^•en paar minuten gekregen om1 wat te gaan gebruiken in die achterkamer, achter dat scherm. Meneer was voor gebleven.” De middaguren kropen traag voor bij, de foule voor het huis verliep langzamerhand'tegen drie uur had alles het gewone aanzien gekregen.. maar niemand' uit het kantoor ver toonde zich nog in het woonhuis, of schoon Hendrik eindelijk de ijzelen bouten van de communicatiedeur had genomen. Tegen vier uur werd er aan w voordeur gescheld en die bel klonk weer rustig, kalm', alledaags. Fietje liep dadelijk nieuwsgierig naar voren, térrein, op een zeer mooi punt gelegen, van alle zijden bereikbaar en op het oogen- blik volmaakt nutteloos. De gemeente is eigenares, maar heeft het terrein voor mili taire doeleinden in bruikleen gegeven, waar aan het vastzit, zoolang het Ryk het goed vindt, doch daaraan zou tenslotte wel iets te doen zyn. In de tweede plaats ligt het terrein van de afgebrande Oranjekazerne nog steeds open. Het Ryl$ denkt er niet over, hier een kazerne te stichten en de grond, die door de gemeente eertijds daar voor in bruikleen werd gegeven, valt dus in het bezit der gemeente terug. Er zyn al plannen geweest voor den bouw van een stadhuis op dit terrein, maar die zijn al weer van de baan. Daarna heeft de Volks universiteit het oog op dit terrein gesla gen voor de stichting van een eigen gebouw, maar het sehynt niet gelukt te zjjn tot een definitieve beslissing te komen. Het terrein is dus weer vrjj. Nu de gemeente in* de onmfcldellyke om geving van het bestaande stadhuis weer panden heeft gekocht, ontstond by velen de vrees, dat het stadhuisplan dieper dan ooit werd opgeborgen. De wethouder heeft ech ter een geruststellend woord gesproken, maar wy hopen, dat toch hierdoor de defi nitieve beslissing weer voor eenigen ty^ is uitgesteld, waardoor de kans grooter wordt, dat een beter plan wordt aangenomen, dan thans hangende is. Het is als altyd een dure geschiedenis, want de panden, ^ie de heeren uitkiezen, zyn altyd op besten stand gelegen, op duren winkelstand en zyn meestal geheel ongeschikt, zoodat een lieve duit noodig is om ze eenigermate bruik baar te maken. Het beste ware dat men een plan ontwierp on dat men begon met da administratiegebouwen op te richten. Voor het halfmillioen, dat men nu uitgeeft, had men al aardig wat kunnen bouwen. Wan neer er successievelijk wat meer bij gebouwd werd, zou het geld over vele jaren verdeeld worden. Te eeniger tijd kon dan het mo numentale hoofdgebouw er bij gezet wor den. Op die wy'ze was het mogelyk in étap pes een dergelijk duur zaakje tot stand te brengen. Al die grootdoenerij van enorme gebouwen is in deze tyden waarin wy op iederen gulden moeten passen misplaatst. En dan slaat ons de achrik om het hart, als wy bedenken, welken architect het ont werpen van zoo’n gebouw, dat eeuwen zal staan wordt opgedragen. Wat dat zegt, weten de Rotterdammers al bij ervaririg... HAGENAAR. UTTEN- 01 KUIZEN fLUt a*f tel gij «M «4.1 de rille» d d*or b« gebralb RODENT RAKEN VERGIF. t i» de volmaakt» en gemakte lute manier orn vm lig en gevaarlijke if te komen. Het t zwermen uit io i dén nacht. togparte, vond Joode ratten na icbt dat hij het Veilig, «eter, >pt thana aaa ramt een proef. 45 90 tM verkoopt hot badaram». Don Haag. r ter. ApoUu Perth. ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda tn onucrekan (behooraodo tot den bMorgkria»): 1—5 rogola 130, elke regel moor ƒ0.26. Van buiten Gouda en den bezorgkring. 15 regels ƒ1 56, elke regel moer ƒ0.80. Advextentiën in hot Zaterdagnummer 20 ft tjjalag op don pr#o. Liefdadighoids-advertentün do helft van den prfla. INGEZONDEN MEDEDELINGEN» 1-4 regels ƒ2.06, elke mgel moer ƒ.030. Op de voorpagina 50 hooger. Gewone advertentiën en ingezonden modedeelingen bty contract tot woor geroduceor- den prijs. Groote letten en randen worden berekend naar plagtoruimve. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusachenkomet ma soliede Boekhan delaren, Advertentiebureaus en onze Agentes en moeten daags vóór do plaatsing •an hot Bureau zjjn ingekomen, teneinde van opname verzekerd to zijn. E kost per flacon 12 fl. 21.-., by Apothekers n 3229 30 /OOR NAMAAK! >AM Co„ t 2c/4. Den Haag, beaat areigue, voor» feaau ea met ver geten, ais mj emiueiijK Kwann, zorg vuldig zich te kieeaen en te panu- meeren. ,,Ma pauvre petite. Ik kon het niet langer uithouaen thuis, ik troonde mania en de tantes mee, zoo dra wij vermoeden konden dat foule wat geslonken zou zijn.” En bit'.er voegae Betty in gedach ten aan zijn woorden toe ,,En cte duisternis behoedde te hericennen wie aan het geschandvlekte huis aanbel de.” Hardop prevelde zij „O, u bent allemaal wel neei vriéndelijk”, ter wijl zij stoelen aanwees om de pee. Ondertusschen kwam Fietje naar Ruud. Hij schudde haar harleli|k Je hand: Sof iet je, dat hadden wij niet vermoed hè, toen wij, geen week ge leden, zoo onbeaorgd matchten op het veld, dat je in zoo korten tijd zulke treurige ondervindingen zoude opdoeu Eerst drie dagen geleden mijn condo- leence-bezoek om je vader, en nu mijn deelnemingsbetuiging met deze... deze financieele onaangenaamheid.” Fietje wierp fier het höofd ach er over ,,Ik geloof, Ruud, je oordeelt wat vlug het is zeker onaangenaam, maar overwonnen verklaren wij, Bar. telsen, ons niet zoo dadelijk. De> eene match is de andere waard, Ruud.” pelend van rieLsverru.vn.iiig geiui»*e*'~ iiebben naar die aangename stem, noe zou diie vluchtige kus op haar hana, nagetrild hebben in haar hart. Hoe onverschillig, kri.isch doorstond ze nu den warmen blik zijner donkere oogen. Die goede, Lieve jongen. Hi] was voorbijgegaan, had het geluk, de wel vaart van haar tehuis bedreigd gezien, en dat allee had slechts bij hem waa- ker geroepen een warme medejjden- de gedachte, en hij had zijns weegs moeten gaan. Hij kon niet méér voe len, niet ingrijpender handeien. Zij zag hem voortdurend aan met oogen die hij niet begreep. Hoe smal waren die schouders, hoe eigenaardig week het imbre van die stem, hoe ondiep, de blik van die mooie oogen. Niet deze man had alleen defi last kunnen torsen, waaronder Jaap nu zoo dapper zwoegde. Betty dacht aan Jaap’s uiter lijk de laats iel dagen, verwaarloosd naar lichaam, onverschillig voor zijn kleeiing, stil gedragen ellende op he'. blesfie gezicht, maar vastbesloten, gr.ro mig energiek, den lijdensbreker tot op den bodem te ledigen, te steiven zoo hij niet overwinnen mocht. Jaap, in zijn slordige kleeren, met zijn ver ouderd afgetobd gezicht, wies, nu Ruud tegenover haar stond blozend, ?on?vuldig gekleed, in haar oogen’ op tot een held. Hoe kon een man, ge troffen, als Ruud voorgaf, in het hart door bet leed, dat het liefste wat Mj ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2-25, per weak 17 cent, met Zondagsblad per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt Franco per post per kw artaal 8.15, met Zondagsblad 3.80. Abannementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 81, GOUDA, bij onze agenten en loopers, den boekhandel en da postkantoren. Onze bureaux zjjn dagelijks geopend van 96 uur. Administratie Tel. Int. 82; Redactie, Tel. 83. heiKiriK tegen het Jjf, uie uit uei oa- Ion Kwam, waar hij gegluurd had naar wie er stormen op de stoep. „Juflrouw... jufirouw rietje, daar is baron, en de baron z n moeder, de treuies van Hoogduynen. Maar binnen laten?” „Ja, laait ze in de huiskamer, Hen drik.” Fietje, plotseling vuurrood1, ji de naar de achterkamer,,De nich ten komen en... Ruud'. Goddank, wai heb ik naar ze verlangd” kreet zi4 met naïeve blijdschap. Betty, loomi, richtte zich langzaam op uit haar stoel. Och, deze nieuwe vervelmg. Wat kwam men toch noo de cos storen. Toch, werktuigelijkideed zij wat voor de hand lag, nam de lu cifers en stak heb gaslicht op. Zij traden b nnen, de drie dames mevrouw Van Hoogduynen het eerst Zij was de jongste van de drie, maar als getrouwde, gaven de twee oudere freules haar altijd1 den voorrang; dan volgde tante Nancy, tante Claasje hink te moeilijk achteraan, en weer de laatste, boven aVen uitstekend), ver scheen Rudolf. Zijn blik zocht over alles heen a,weer en onwillekeurig Betty het eerst. Maar zij zag niet naar hem op, als gewoonT.ijk lijdelijk liet zij Z'dh omringen door de deelnemen de oudere dames, die haar toespraken alsof rij ten tweede male kwamen eon- doleeren voor een doode in huis. „Hoe beklaag ik jullie, armek'nde-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1925 | | pagina 1