HET J*AAR 1925. weritnemere elkaar allen kenden en er een gavoei van saamhoorifhaid bestond. Het personeel verheugde zich in elk succes, dat de onderneming behaalde en gevoelde zich, evenzeer als de directie, daardoor gestreeld en geëerd. De kosten en de duur van het werk, de tijd der aflevering konden met vr\j groote zekerheid berekend worden. Er be stonden wel vakvereenigingen, maar de lei ders beoogden andere doeleinden dan tegen woordig, Zooals uit de sport de beroepsspelers den sportleven geest hebben verdreven, zoo heb ben volgens Sir Archibald, volksmenners en politici van beroep (ten goeden geest in een groot deel van het bedrijf te niet gedaan. Den werkgever wordt verweten, dat hij zyn eigen menschen niet kent, maar het schijnt wel alsof men zorgvuldig waakt, dat hij ze niet leert kennen; den individueelen werk man wordt niet toegestaan, de dingen met den invidiueelen werkgever te bespreken. „Wtf oudere liedeo hadden onze eigen moeilijkheden en bezwaren in het begin van den evolutietljd, maar onze zonen en nako melingen lebben zichzelf gedwongen zich een veel grooter gedetailleerde en nauwkeu rige kennis te verschaffen, terwijl zty, tege lijkertijd, zich voor ontzaglijk veel grooter maatschappelijke moeilijkheden gesteld zien. Alles is politiek geworden. Evenzoo is de politiek voor een groot deel schuld aan de ontwrichting van het Engel- sche mijnbedrijf. Een denkbeeld daarvan krijgt men uit de verklaringen, die de mijn eigenaren in de Commissie van Onderzoek voor het Mijnbedrijf hebben afgelegd. Niet zij, maar de mijnwerkers dragen, naar hun woordvoerder betoogde, het grootste deel der schuld voor de thans heerschecule ma laise. Vóór 1913, dus zoolang in de gemeen schappelijkheid van belangen van werkge vers en werknemers werd geloofd, kwamen alleen zuiver industrieele geschillen voor. Sindsdien echter hebben de leiders de or ganisaties gébruikt voor politieke doelein den, n.l. ter bevordering van de nationalisa tie. De mijneigenaren gaven bij het begin van den oorlog het bedrijf in bloei enden toestand aan de Regeering over en zij kregen het terug als een wrak. In een tyd van veertig jaren hadden zy de productie met 116 weten te vermeerderen en den uitvoer met 425 terwijl het aantal daarin werkende arbeiders met 120 toenam. Toen zy het bedryf in 1921 terugkregen, was de jaariyk- sche productie gedaald van 287 millioen ton op 216 millioen; de productiekosten waren daarentegen toegenomen van 9 sh. 5H d. tot 40 sh. 3 d. per ton. De winst, die in 1913 1 sh. 6& d. per ton bedroeg, was omgesla gen in een verlies van 7 sh. per ton. Zoo ging het bedrijf, dat bovendien im groote verlegenheid werd gebracht door ontevre- heid onder de arbeiders, regelrecht naar den afgrond. De cijfers door de mijneigenaren overge legd, maken Indruk. Ongetwijfeld moet de schuld voor hét grootste deel worden toe geschreven aan de veranderde mentaliteit der werknemers; aan het doordfftigen onder hen van politieke (tenlcbeelden en het voort woekeren van pprtitieke eischen als die van nationalise*® tezamen met de hooge looneischen by/een te lage productie, waar tegen ook het voorspoedigste bedrijf het op den duur niet kan volhouden! BRIEVEN UIT DE HOFSTAD. oocxovu. Met de traditioneele wenschen voor een gelukkig en voorspoedig jaar 1926 moge ook onze brief <ujt de hofstad aanvangen. We zullen maar niemand in het bizonder onze felicitatie aanbieden want ieder heeft een beetje geluk ongetwijfeld even hard noodig. Op het 'Haagsche Binnenhof mag zeker wel wat meer voorspoed komen en het vrij trieste einde dat 1925 heeft gehad voor de p^jitiek moge spoedig in wat meer fleurigs veranderen. Wanneer we de ry eens langs gaan in on ze vaderstad om te zien hoe het in het ver vlogen jaar daar zoo al gesteld was, dan komt natuurlijk de hooge" regeering het eerst in het zieht. Nu, hoe het daar mee ge steld was, weet ieder .Het Ruys-kabtnet ver dween, zijn meerderheid in de Kamer bleef al verzwakte die eenigermate, het nieuwe kabinet tuimelde al vóór bet goed en we! in de arena was aangekomen. Het jaar '25 zal in de parlementaire geschiedenis een eenigszins zonderlinge bladzijde blyven vul len en het nageslacht zal er stellig moeite mee hebben om zich de situatie precies te kunnen voorstellen, zooals die sedert den Hen November was ontstaan. We probeer den het onlangs een buitenlander duidelijk te maken maar de man kon er met zijn ver stand niet by. 't Viel hem van de nuchtere Hollanders niet mee ,dat ze zes weken bezig waren om zoo'n puzzle-tje op te loj»sen en dat ze dan nog geen resultaat hadden. Hy had ons %liipmer gedacht. Ons gemeentelijk bestuur is op zijn oude wyze voortgegaan. De burgemeester heeft de autobussen om hals gebracht, een daad waarover hy zich voor het nageslacht waar schijnlijk niet enkel roem en eer zal heb ben verworven. Overheden zijn er beroemd om geworden dat zy altijd beginne® met het nieuwe tegen te houden. Dat is aan den éénen kant heel gelukkig want zjj prikke len daarmede de particuliere energie. Men spreekt tegenwoordig van twee ziekten, n.l. de neophobie en de neomanie. De eerste is de vrees voor het nieuwe die zeer velen bevangen houdt, de andere is de zucht naar het nieuwe dat weer anderen voortdurend opdaagt, 't Zijn beide ziekte gevallen en dus abnormaal. Aan de eerste lijdt de overheid meestal in meer of minde re mate en dit wordt dan wel opgeheven door de overdrijving van de lijders aan de neomanle. Het evenwicht blijft min of meer bewaard. Aan het einde van het jaar pleegt men de balans op te maken en dan te concludee- ren tot een zekere ontevredenheid of tevre denheid. Te® opzichte van ons gemeente bestuur en zijn daden zijn we maar zeer matigjes tevreden. We zullen niet opsom men wat we zooal minder goed vonden; we hebben in den loop va® het jaar herhaal dé- lijk gelegenheid gehad om te wijzen op het geen wij te laken hadden. Over cijfers die het afgetoopen jaar in beeld brengen zul len wij aanstaande week waarschijnlijk be schikken ate de burgemeester zijn jaar-rede heeft gehouden. Wat betreft het openbare leven in het algemeen heeft 1925 niet veel bizonders op geleverd. Er zijn er die meenen, dat de ont wikkeling in minder goede richting gaat, dat er te veel zucht naar Juchtig vermaak is en dat er te weinig ernst blijkt. Wy zyn het met die opvatting niet eens. Er is wel terdege veel levens-ernst, maar degenen die te veel naar het oppervlakkige kijken, oor- deelen te lichtvaardig en dit lichtvaardige oordeel is gevaarlijk omdat dit leidt tot het maken van verkeerde bepalingen ter beteu geling van z.g. kwaad, een handelwijze die meer schaadt dan baat. Er wordt In den Haag, ondanks de reputatie die van onze stad pleegt te bestaan ongetwijfeld hard gewerkt ,niet minder hard dan in andere steden en misschien is het financieele resul taat eer ongunstiger dan gunstiger voor de Hagenaars. Aan alle zijden leeft verzet op tegen de ringeloordery in het persoonlijk leven .waaraan de overheid zich geregeld schuldig maakt. Niet genoeg kan tegen het gevaar dat daarin schuilt gewaarschuwd worden en by de wisseling des jaars moge het aller overpeinzing zij® of de richting waarin de overheid ons bezig is te leiden wel voert naar een bevredigend1 resultaat. Er wordt steen en been geklaagd over het gemis aan ernst by het opkomende ge slacht. Inderdaad vinden ook wij niet bij dit geslacht terug* de belangstelling voor he* maatschappelijk leven en zyn ontwikkeling. We herinneren ons uit onze jonge' jaren hoe we meeleefden met verkiezingen bij voorbeeld. Onlangs ontdekten wy bij een groepje H. B. S.'ers uit de hoogste klasse dat z(j omtrent de huidige party verhoudin gen niet het allereenvoudigste wisten. Het interesseerde hen absoluut niet. Wat daar van de oorzaak is, zullen wij niet in den breede nagaan, maar dat die niet in de le plaats bü die jongelüi ligt, mogen wy wel eonstateeren. Tal van congressen zijn dit jaar weer in de residentie gehouden. We herinneren aan dat van de boeren, wel het meest typische congres dat wy hier ooit gezien hebben. Dat men het juist in den iHaag hield, heeft ons vooral getroffen; de aantrekkings kracht die „het Haagje" met zyn Scheve- ningen nu eenmaal heeft juist voor hen die in milieux leven daarvan zóó ver mogelyk verwijderd, heeft zich ongetwijfeld zeer doen gelden. Voor deze pacifistische sa menwerking tusschen stad en land zyn wij allen zeer gevoelig en wanneer die er toe by mocht dragen om de verstandhouding te verbeteren, dan heeft alleen reeds daardoor het congres vruchten gedragen. Het vreemdelingenverkeer is in 1925 zeer goed geweest, hooger dan eenig jaar na den oorlog. Als algemeen verschijnsel is deze toeneming ook verheugend omdat het toont dat er meer beweging komt en de toestand zich betert. Voor den Haag blyft ons ver langen steeds het meest gericht op de toe neming va® dit verkeer, als de beste en rijkste levensbron voor onze stad. In 'het algemeen dus onze beste wenschen voor de ontwikkeling van het vreemdelin genverkeer. Ieder kome eenmaal in het jfcar, tenminste eenmaal ter bedevaart naar on ze stad. Zijn aanwezigheid stellen wy ten zeerste op prijs. Wie plannen maakt voor den aanstaanden zomer, denke eens over een paar weekjes verblyf aan zee en dnb liefst in Scheveningen. Wat wy ook op déjljr Haag hebben aan te merken, het hemd is* toch altyd nader dan de rok. HAQENAAïR. FINANCIEELE BERICHTEN. „Naar ons wordt medegedeeld heeft de Drentsche-Veenkoioniale Westerwoldsche Hypotheekbank te stadskanaal haar aan- deelenbezit in de Drentsch-,Groningsche Bankvereeniging overgedragen aan den heer G. Kostwinder consorten te Noord broek. In verband daarmede is door de Ai- gemeene Vergadering yan Aandeelhouders der Drentsch-Groningsche Bankvereeniging, gehouden den 23 December j.l. aan den te- genwoordigen Directeur, den heer A. L. Buurma, eervol ontslag verleend. Het is de bedoeling van de nieuwe ei genaren der Drentsch-Groningsche Bank vereeniging de zetel over te brengen naar Noordibroek, terwyl door hen tot Directeur werd benoemd de heer G. Kostwinder, al daar. tZooals bekend is was tot dusver de Drentsche-Veenkoioniale Westerwoldsche Hypotheekbank vrywel eenige aandeelhoud ster van de Drentsch-Grortingische Bank vereeniging. Waar dit. voor de Hypotheek bank minder wenscheiyk werd geacht was reeds tot liquidatie van de Drentsch-Gro ningsche Bankvereeniging besloten. Door bovenvermelde transactie wordt nu de Drentsche-Veenkoioniale Westerwoldsche Hypotheekbank van haar hinderlyk aandee- lenbezit in de Drentsch-Groningsche Bank vereeniging verlost, wat voor de Hypo theekbank van groote beteekenis kan wor den geacht. Naar wy vernemen is het de bedoeling van de nieuwe eigenaren der Drentsch-Gro ningsche Bankvereeniging de zake® voort te zetten. den dageiykachen sleurgang van ons leven, waarin eenzélfde eentoonigheid van telkens wcerkeerende bezigheden en werk zaamheden de dagen schynt aaneen te snoe ren tot een elndeloozen keten van geiyk- v ormige schakels, gaan we zoo gemakkelijk onnadenkend, onbewust van de beteekenis van al het gebeuren, voort. Maar er zyn dagen, uren, oogenbbkken, dat aio va® zelf onze handen stil worden en onze gedachten. Ep onjj als gedrongen voelend op 't kleine punt van het heden, waar voor onze voeten nauwelyks plaats is tusschen de eeuwig heden van verleden en boekomst, trachten we heen te zien door dien nevel van ver leden en toekomst, die ons omsluit en iets te begrypen van wat het leven is. Want het moet zyn beteekenis hebben. Ep wanneer op den laatsten avond van het oude jaar, terwyl om ons de vroege schemering daalt over de verlaten velden en de eerste lich ten gaan schijnen door de stille straten der sleden, we achter ons zien naar het lief en leéd, dat voorbijging, dan vragen we ons onwillekeurig af, wat de zin was van wat we langs ons heen zagen gaan. Die vraag geldt wel allereerst eigen, maar ook ande- rer leven. En het ié immers alleen in het raam van 'het geheele leven, dat eigen leven zin en beduidenis krijgt. Willen we begry pen en verklaren, dan moeten we heenzien over de enge grenzen van eigen omgeving en ons ook van het leven der menschheid rekenschap geven. Dat leven schynt ook vaak zyn sleurgang te gaan. Maar wanneer we beter toekyken, wanneer we ons bewust trachten te maken van de beteekenis van het gebeurde, dan zien we toch wel duideiyk vaak de merk waardige verandering, den larvgzamen groei. En wie np, bet leven der wereld, van Eu ropa we] in de eerste plaats, overziend, de laatste jaren en wel in 't by zonder 1924 en 1925 vergel Ukt. die moet zich wel bewust worden van den langzamen, maar toch on onderbroken groei NAAR DEN VREDE. die de wereld dooi maakt. Het lykt vreemd. Zeven jaar geleden al werd de wapenstilstand gesloten, die aan- de verschrikkingen, va® den oorlog ee® ein de maakte. En nu£ altyd zyn we, ondanks de vele vredesverdragen, die gesloten wer den, slechts op weg naar den vrede. Het is goed by de oorzaken daarvan niet te lang meer stil te staan. De menschheid heeft ge toond, dat ze het verleden vergeten wil en zich gereed maken voor een nieuwe toe komst. Het is deze duideiyk uitgesproken wensch, die 1925, meer niog dan 1924, tot het vredesjaar maakt. Het is waar, mep kan geen nieuwe toe komst .scheppen dloor het verleden eenvou dig te vergeten. De fouten van het verle den blyven zich wreken, zoolang ze niet hersteld zyn. En de wereld zal voor de nieu we toekomst Van bi(jvenden vrede eerst ge schikt zyn, wanneer voor de» onnatuuriy- ken toestand, dien dé viedesverdragén schie pen, den natuuriyken evenwichtstoestand van het recht, op natuurlyke machtsverhou dingen opgebouwd, in de plaats gekomen is. Maar is het niét de nieuwe geestesge steldheid, in het af&eloopen jaar tot uiting gekomen, die dit langzame herstel mogelyk moet maken? Voor de® onderiingen strijd kwam de begeerte naar samenwerking in de plaats. Reeds de pogingen om de afdoe ning der onderlinge schulden, schoon dan ook de aanmaningen van Amerika, den gnooten schuldeischer, daartoe dringend aanzetten te regelen, waren daarvan een bewys. En al hadden ze nog alleen ten op zichte der Italiaansche, der Belgische en Roemeensche schuld aan Amerika een de finitief resultaat, voortgezet, zullen ze toch het financieel herstel der wereld, waarvan de gedeeltelyke wederinvoering van den gouden standaard in Engeland, Rusland, Australië, Nieuw-Zeeland en Indië belang- ryk in de hand wenken. iMaar het was wel vooral DE VOLKENBOND. die door zyn bemoeiingen dit streven sym boliseerde en in zyn pogingen om den vre de te dienen onloochenbaar successen had. De opiumconferentie, waarvan Aimerika zien helaas terugtrok, de internationale arbeids- conferentie hadden o.a. onder »«n sanctie plaats, In de 6de Bondsvergadering toonde® de voor-stellen van ons land en de Scandina vische Staten inzake beperking der bewape ning en, arbitrage, al hadden ze weinig recht- streek8ch resultaat, den wil om den vrede steviger te verzekeren. Maar voor-al de bemoeiingen va® de® Bond met de Mosoelkwestie en het Gwiéksch- Bulgaarsch conflict illustreerden de betee kenis dde hy voor de zaak van den vrede kan hebben. De houding va® Turkye, dat weigerde zich bü voorbaat aa® de beslissing van den Bond te onderwerpen, maakte, dat hy ip de Mosoelkwestie niet veel succes had. Het ging om ee® grensregeling tusschen Irak, het Engel ache mandaatgebied, en Turkye, waarby beiden het petroleum be vattende Mosoel gebied wen achten te bezit ten. Nadat een Volkenbondsoommissde ge. adviseerd bad het .gebied by Irak te voe gen, mits dit nog 26 jaar onder Engéteéh bestuur bleef, werd aa® het Hof van Inter nationale Justitie de vraag voorgelegd, of de beslissing van den Bond bindend kon zijn, dat daaromtrent in bevestigende® zin besliste, waarna nieiuwe onderhandelingen tusschen Engeland en Turkye begonnen zyn. Meer succes had de Bond door zy® tus- schenkomst in het Griekach-BuLga&rsch conflict, uit ee® grensincident ontstaan, waardoor het ongetwyfeld een oorlog wist te vooritornel. Wanneer men bédenkt, hoe gemakkeiyk de Balkan-volken elkaar in de haren vliegen en dat ee® Grieksch leger Bulgarije reeda waa binnengerukt, toont <Mt resuljaaj wel duideiyk het groeiend gezag van den Bond, maar ook de opmeifceiyke verandering in geestesgesteldheid. Maar bet duidelijkst kwam dit wel bot uiting in de samenwerking tusschen vriend en vyand uit den gnooten oorlog* die in DE VERDRAGEN VAN LOCARNO. haar vooiioopig resultaat vond. Nadat hel duideiyk geworden was, dat Engelafid tot de onderteekening van het protocol va® Genève niet genegen waa, loef de zoowel in Frankryk als in Engeland die gedachte aan het veiligheidsverdrag weer op, dat door aan Frankryk de veiligheid van zy® nieuwe grenzen te waarborgen, de veiligheid in het Westen en daarmee feite lijk den vrede in Europa verzekeren zou. Maai de bedoeling va® dit verdrdg zou een vuel vollediger uitdrukking krijgen dan waaraan deze Entente-staten aanvankelyk g-dacht hadden. Duitschland, begrijpende, dat dit nieuwe verdrag tegen hem gericht zou zyn, stelde, teneinde het een andere richting te geven, zyn deelname aan het verdrug voor. Engeland, wien dit aanbod het eerst gedaan werd, had er onmiddellyk ooren naar en werd ai spoedig van deze ge dachte een ijverig voorvechter. Maar Frankryk voelde, dat door DuitschLand's deelname het verdrag een geheel andere beteekenis zou krygen en niet langer een middel zou blyven om zyn eigen machte loosheid te verzekeren. En het heeft byna een vol jaar geduurd, voor het aan Enge- land's aandrang toegaf en te Locarno ein delijk dit nieuwe veiligheids verdrag, zy 't in eenigszins anderen vorm dan Duitsch land het bedoeld had, aanvaardde. Dien ge- heelen tyd trachtte het door onderhande lingen met Engeland en ten deel ook met Duitschland, die veranderingen te verkry- gen, die het verdrag zooveel mogelyk nog het oorspronkelyk bedoelde karakter zou handhaven en aan Frankryk de waarbor gen verschaffen, die niet alleen zü'n grenzen in het Westen, maar ook zyn machtspositie in het Oosten, door handhaving van den toestand van Midden-Europa en van de macht en het gebied van Frankryk's Mid- den-Europeesche bondgenooben, zou waar borgen. Dit pogen had ook een inmenging van de staten der kleine Entente ten gevol ge, die aanvankelyk het slagen der offer handelingen niet schenen te zullen berde ren. Maar Engeland hield voet by stuk. Het wilde alleen de Ryngrenzan, niet de gren zen* in het Oosten waarborgen. En toen Frankryk den eosch stekte, dat Duitschland met zyn Oostelijke buren ar betrage-vardra- gen zou sluiten, die deell van het veilig heid sverdrag zouden uitmaken en waarby Frankryk arbiter en garant zou zyn, ver- zJtte Duitschland zich beslist hiertegen. Na wisseling van talryke nota's en een con ferentie tusschen Chamberlain en Briand te Londen, werd edndelyk Duitschland tot ee" conferentie over deze aangelegenheid uit- genoodigd, waarin het geheel vry een re geling zou mogen voorstellen en waarin men alleen gebonden zou zyn aa® de vredesver dragen. Toen Duitschland deze uitnoodiging had aangenomen, stelde® een Duatsch, Fransch en Engelsch jurist eerst in ge meenschappelijk overleg de termen van een voorloopig verdrag vast en daarna werd de conferentie te Locarno byeen geroepen. Hier leverde aanvankelyk het verzet v*11 Duitschland tegen art. 16 va® het Volken bondsverdrag, dat ieder lid verplicht aan een gemeenschappelyke actie deel te nemen en Jroepen door zyn grensgebied te laten, die'een onwilligen staat tot vrede moeten brengen, en tegen Frankryk's edschen in zake de Oostelylce arbitrageverdrage® een ernstig beletsel op. Maar de laatste beden king werd door den vorm, die de verdra gen kregen terzyde gesteld en de eerste door de .belofte, dat, wanneer Duitschland lid werd, wat als voorwaarde voor de bot standkoming der verdragen was .gesteld, er met de positie van Duitschland als ontwa pende staat rekening %ou worden gehou den. Ook ten opzichte van de bezetting van het Ryngebied, waar Duitschland, nu het van Elzas-Lotharingen vrijwillig afstand deed en het verdrag van Versailles aan vaardde, eenige tegemoetkoming wensch- te, kreeg het enkele beloften. Het Roerge bied was in Juli qeeds ontruimd, maar de Keulse he zone nog altyd bezet. Behalve de ontruiming daarvan, vroeg .Duitschland ook eenige verzachting in het regiem der bezetting. De voldoening werd mede afhan kelijk gesteld van Duitschland's nakomen van de eischen inzake ontwapening, waar omtrent de Entente nog allerlei eischen had gesteld. Nadat het verdrag te Locaipio ge- teekend was, word deze aangelegenheid ge regeld, de Keulsche zone ontruimd e® ver andering in het regiem in het bezette ge bied beloofd. Daarna had op 1 December te Londen de onderteekenring der verdragen van Locarno plaats, bestaande behalve uit het verdrag betreffende het Westen tus schen Frankryk, Duitschland., Engeland, Italië en België, de arbitrage-verdragen tusschen Duitschland en Polen e® Duitsch land en Tsjecho-Sl owaky e en tusschen de ze laatste staten en Frankryk. Een nieuwe aera 1® de Europeesche .geschiedenis werd daarmee ingeluid. En wanneer de Euro- peesche staten op dezen weg voortgaan en in den geest van Locamo hun onderlinge verhoudingen regelen, dan moet het herstel der wereld eindelijk mogelyk worden. Daarvan moet ook NEDERLAND de gelukkige uitwerking ervaren. Gelegen in het centrum van Europa, ondergaan wy natuurlijk in ons oeconomieche leven in hooge mate den invloed van den oeoonomi- schen wereld toes tand. En de noodzakelijk, heid der bezuiniging doet zioh dan ook nog altoos .gelden. De opheffing van de hulp postkantoren ten plattelande, hét weige ren van subsidie aan de Olympische spe len, die in 1928 in ons land zullen plaatR hebben, de wet tegen belastingontduiking, de wyzigfag der Pensioenwetten en der In validiteitswet en zooveel andere maatrege len, waren er het gevolg van. Maar behalve onder den invloed der al- gemeene malaise leed ons land nog in bij zondere® zin onder eenstoim, dde in Noord- Brabant en den Achterhoek van Gelderland dorpen en stadjes verwoestte en Botculo vrywel met den grond gelyk maakte, In sponbahe aandrift werden honderdduizenden byeen gebracht om den nood te lenigen. En onze Koningin' toonde Hare belangstel ling door een bezoek ter plaatse. Ook el ders in ons land, zelfs op Ameland, ver heugde de Vorstin die bevolking met haar bezoeken en by de 350-jarige herdenking van het bestaan der Leddsche iHoogeschool gaf zy eveneens van haar belangstelling blijk. Dat intusschen niet enkel mo&te en ram pen onze gedachten in beslag namen en ons openbaar en parlementair leven daar- <door niet alleen werden beheerscht, toonde ook de aanname van tal van wetten en maatregelen op allerlei gebied. Zoo werd het regeeringsreglement van Indië gewij zigd, het psychopathenontWerp, een nieu we Bioscoopwet, het ontwerp inzake de' coöperatieve vereenigingen en dat inzake de uitoefening der tandheelkunde aangeno men, het wetboek van strafvordering in de drankwet gewyzigd en het ontslag van de gehuwde onderwyzeres mogelyk gemaakt. De regeert; probeerde ook den zomertijd af te schalen, maar kon daarin de 1ste Ka mer niet meekrygen. De heer Rutgers deed dezelfde ervaringen op met zyn ontwerp inzake de piaatselyke keuze ten opzichte van het drankgebruik en mej. Westerman met haar .poging om het Fransch weer op de Lagere School ingevoerd te krygen, waarin de 2de Kamer met haar mee was gegaan. Maar al scheen dan de gedachte aan be zuiniging wat minder haar invloed in onze wetgeving te doen gevoelen, de verkiezin gen, die dezen zomer plaats hadden, ston den byna weer geheel in het teeken van onzen financieelen noodtoestand. De uit slag leverde een nieuwe, schoon ietwat ge slonken meerderheid van de drie rechtsche partyen van katholieken, antirevolutionai ren en christelyk-historisohen, terwyl so ciaal-democraten en vryzinnig-democraten belangrijke winsten behaalden en zoowel de Roomsch-Katholieke Volksparty als de Hervormde Gereformeerde Staatsparty haar intrede in ons parlement deed. Onder pre sidium van den heer Coiyn kwam een nieuw ministerie uit de rechterzyde tot stand. Maar het beeft het niet lang gemaakt. De aanneming van 'n amendement van den heer Kersten tot opheffing van het geaant- 8chap .by dan Paus met den sfe»» der Christelyk-Historischen deed de Katholie ken zich uit regeering en coalitie terug trekken, waarna het ministerie zyn porte feuilles ter beschikking der Koningin stel de. Mr. Marchant, de leider der vryziiinig- democraten, trachtte daarna een kabinet uit vrijzinnig- en sociaal-democraten en ka tholieken samen te stallen, maar stuiitte op de weigering der laatsten, waarna Dx. de Visser de pogingen, om een ministerie te vormen, voortzette. Een van de moeilykste kwesties, die, wel ke nieuwe regeering dan ook, zal hebben op te lossen is die van het Nederlandsch- Belgiscb tractaat. Sinds België zyn begee- righeid naar stukken van ons grondgebied uitsprak, zyn we al met tusschenpoozen met onze buren in onderhandeling over een nieuwe verhouding, die ter vervanging van de verhouding, op de tractaten van 1839 steunende, noodzakelykheid was geworden. En het is minister Van Karnebeek eindelijk gelukt, in samenwerking met zyn Belgi schen collega van buitenlandsche zaken, een verdrag te ontwerpen, waarmee de Beigen genoegen konden nemen. Maar het schynt wel, of de voldoening aan deze zyde van de grens minder algemeen is. Tegen de bepa lingen betreffende het toekomstig Schelde- regiem, dat ons onze souveréine rechten ge heel ontneemt en de kanalen Antwerpen- Ruhrort en Antwerpen-Moerdyk mede op onze kosten, waarvan vooral het laatste zeer in het nadeel van Rotterdam geacht wordt, is overal verzet gerezen. En het ïykt wel zeer waarschynlyk, dat ons volk tegen de zen prijs de vriendschap van BELGIE niet zal willen koopen. Ongetwyfeld geeft de positie, die België tusschen de groote mogendheden inneemt, het een grooten steun. En het is niet on- waarschynlyk, dat de gedachte daaraan ook minister van Karnebeek tot de aanvaarding van dit verdrag heeft gebracht. België speelt nog altyd de groote mogendheid. Maar in het land zelf laten zich steeds dui- deiyker stemmen tegen deze houding hoo- ren. En nu na de overwinning, die de socia listen by de verkiezingen vooral op de libe ralen behaalden, een ministerie uit socialis ten en democratische katholieken gevormd is, hebben die stemmen ongetwyféld aan kracht gewonnen. Ook de Vlaamsohe zaak heeft ongetwyfeld by deze regeeringsveran- dering gewonnen. De maatregelen van Huijsmans, als minister van onderwye, too- nèn, dat hy zoo gauw mogelyk de Vlamin gen recht wil doen. Maar het verzet, dat daartegen rijst, bewijst ook de minderwaar dige positie, die de Vlamingen nog in bet land innemen. Met Aimerika heeft België een regeling betreffende de schulden kunne® treffen, waarmee het tevreden en waarop FRANKRIJK ifjoersch kan zijn. Ai duidelijker blijkt, dat de financieel^ stand van dit land een ernstige crisis heeft te voorschijn geroepen, waaruit het zich slechts met de uitersto moeite zal kunnen opheffen. Caillaux, de financieele speciali teit, die in het mmisterie-Paihlevé werd op genomen om het land te reddenr is er al evenmin in geslaagd de crisis op te lossen als Painfevé zelf, die na Cailjaux' val de portefeuille van financiën nam. Zyn minis terie werd vervangen door dat van Briand, die onder Painlevé Minister van buitenland sche zaken was en dit ook in zyn eigen mi nisterie bfe«f. Louoheur, die in dit nieuwe ministerie financiën beheert, heeft verhoo ging der belastingen, maar ook van het voorschot van de Bank van Frankryk met 0 milliard voorgesteld, wat nieuwe infla tie en een gevaar voor de steeds dalende franc beteekende en waaraan de andere mi nisters niet wilden medewerken, zoodai, Loucheur viel en Doumer zyn opvolger werd met een ander program, dat gericht was tegen inflatie. By het opstellen van dit overzicht was nog niet bekend of de Kamer de voorstellen van Doumer zou goedkeuren de ministerraad verklaarde zich ervoor. Ook de stryd m Marokko tegen de Rif- kabielen en in Syrië tegen de opstandige Droezen eischen steeds nieuwe sommen, ter wijl vóórts zoowel Engeland als Amerika op de schuldregeling aandringen, die Cail laux in zyn conferentie met Churchill te Londen en zyn conferentie te Washington vergeefs getracht heeft tot stand te bren gen. In ENGELAND heeft men beter orde op zaken gesteld. Maar het oeconomische leven maakt daar een ernstige crisis door. En alleen door tusschen beide te komen in de crisis in de mijnindustrie en den myneigenaars zooveei subsidie te geve®, als ze wegens de weige ring der mynwerkers om met de opzegging der overeenkomsten genoegen te nemen, meer moesten betalen, heeft de regeering ernstiger gevolgen kunnen voorkomen. Ook de Egyptische Crisis kreeg tengevolge van de overwinning der Zagloelistén by de ver kiezingen een ernstig aanzien en heeft al genoopt tot het naar huis zenden vah het Egyptische parlement. Bovendien had het de bekende fnoeilykheid met Turkye over Mosoel en met China tengevolge van natio nalistische 'beroeringen tegen de vreemde lingen. Met DUITSCHLAND verbeterde de verhouding, dank zy Enge- lands steun aan het Duitsche aanbod in zake het veiligheidsverdrag, in belangrijke mate. Voor Duitschland zelf kreeg dit jaar door de overeenkomsten van Locamo byzondere beteekenis, door de wyziging in zyn verhou ding tot het buitenland, maar ook door den invloed, dié her op de pölltldkö verhorudln- gen i® Duitschland zelf uitoefende. De nieu we regeering, die in het begin van dit jaar met Dr. Luther als rykskanselier optrad, en die op Duitsch-nationalen, Volksparty en Centrum steunde, had met goedkeuring ook van de Duitsch-nationale ministers het aan bod aan de Entente gedaan, dat tot de ver dragen van Locarno leidde en de betreffen de onderhandelingen gevoerd. Niettemin verzetten, toen ihet er op aan kwam, de Duitsch-nationalto zich tegen de ondertee- kening en namen de Duitsch-nationale mi nisters ontslag. Aanvankelyk hadden ze nog gehoopt, dat Handenburg, die als ee® der hunne® na den dood van president Ebert in een heftigen verkiezingsstryd tegen Marx als de candidaat der republikeinen tot pre sident gekozen was, de onderteekening zou weigeren. Maar Hindenburg ging hierin ge heel met het ministerie mee. De houding der Duitsch-nationalen had echter het uiteenvallen van de regeerings- meerderheid en na de onderteekening te Londen, ook het ontslag van het ministerie tengevolge. De aanvankelijke weigering .van de Volksparty om met socialisten samen te werken, maakte het herstel der groote coa litie moeilyk. En zoo leverde de samenstel ling van oen nieuwe regeeringsmeerderheid ernstig bezwaar op, welke by het sluiten van dit overzicht nog niet is afgewikkeld. Was Duitschland's houding tegenover het Westen door de verdragen van Locarno l langrijk gewyzigd, ook op de verhouding tot MIDDEN- EN OOST-EUROPA oefende ze grooten invloed. Met Polen, waarmee het een feilen oeconómischen stryd voerde, die door de uitzetting van duizenden Duitschers uit Polen een nog bitterder ka rakter kreeg, en met Tsjecho-Slowakije werd door de gesloten arbitrage-verdragen de verhouding vanzelf eenigszins gewyzigd Maar ook op de verhouding tot Rusland kon de nieuwe toestand evenmin zonder uitwer king blyven. In Rusland zelf was men genoodzaakt steeds meer onder den drang der omstan digheden het particulier bedryf vry te la ten. In Polen beleefde men een paar minis- terscrisiasen en in Tsjecho-Slowakije 'n con flict met het Vaticaan, naar aanleiding van de deelneming der regeering aan de viering van de Huss-feesten. OP DEN BALKAN was het ook dit jaar onrustig. In Bulgarije openbaarde zich in communistische aansla gen, die veel slachtoffers eischten, het ver zet tegen de bestaande regeering. Grieken land maakte een nieuwe revolutie door, die generaal Fangalos aan het bewind bracht. En i® Zuid-Slavië verzoende zich de Kroa tische boerenpartij, die aanvankelijk het •Mftestuur van Kroatië nastreefde, met de regeering te Belgrado, zooóat de leider de zer party, RadJtsj, in het ministerie van Pasjitaj een plaats kreeg. Üit een redevoering, die dec* onlangs hield, sprak zidh wel duideiyk de vrees voor het imperialistische streven van het ITALIË van Mussolini uit. De Italiaansche dictator toonde al duide- ïyker door zyn maatregelen als opheffing van de vry heid van drukpers en van ver- eeniging en vergadering, maar vooral wel door het jongste ontwerp betreffende de macht van den eerste minister, die dezen vrijwel alle macht verzekerde, dat hy ook naar den vorm de volledige aüeenheerschap- py zocht. Het verzet hiertegen opeubaarde zich wel het duideiykat i?» de tegen hem geriohte samenzwering, dfe-echter nog ty- dig ontdekt werd. In SPANJE veranderde de dictatuur onder Primo de Ri vera haar vorm van een directorium in een ministerie. Verzet hiertegen kwam nauwe lyks tot uiting. Maar wel openbaarde zich een groeiende ontevredenheid met het avon- tuur in Marokko, waar de Spanjaarden te zamen met de Franschen Abd-el-Krim en zyn Riff-kabylen bevechten. Deze stryd der Rif-Kabylen wekte overal in de Mohammedaansche wereld sympathie. Maar ook. buiten deze wereld deed zich in Azië de algemeene onrust voelen, het dui- delykst wel in CHINA waar een arbeidsconflict aan een Japaasche fabriek te Sjanghai een nationale berging tegen de vreemdelingen, vooral tegeime En- gelschen en Japanners, uitlokte en de vor ming van een communistische regeering te Kanton tengevolge had. Ook de Stryd tus schen de generaals ontbrandde opnieuw. En daarin wist Peng den dictator uit Moek- den, Tsjang-tso-ün, tydeiyk weg te drin gen, terwyl Wóe-pei-foe in de cehtrale pro vincies de macht in handen kreeg. De inter nationale douane-conferentie te Peking raakte hierdoof eenigszins in het gedrang. 7*y was vooral het werk van AMERIKA dat China's zelfstandigheid wenschte te her stellen en dat ook in het doordryven van die® wensch feiteiyk tegen den zin van En geland zyn nieuwe macht en invloed toonde, die niet het minst het gevolg was van het financieele overwicht, dat het kreeg en dat het ook door het herhaalde aanmanen van zyn Europeesche schuldenaren zoo duideiyk deed voelen. NIEUWE BOEKEN EN UITGAVEN. Alleen in een Zeilboot over den Atlantische» Oceaan, door Alain Gerbault. Uitg. Scheltens Giltay, Am sterdam. üeen romannetje a la Hector Ma- lot's „Alleen op de Wereld", dit s een beschrijving van den bekenden zeiler Alain Gerbault (bekend gewor den door zijn durf den grooten plas over te steken), die na een korte oefening het er op waagde alleen, dus zonder eenige huip of meerdere pas sagiers aan boord, den Atlantischen Oceaan over te steken, Gibraltar te verlaten om New York te bereiken, wat hem ook is gelukt, dat weten we Hij vertelt in dit boek zijn weder varen en dat van zijn compagnon, de" kleine kotter „FirecreetV, gebouwd naar de reglementen der Britsh Yaclit Club, elf nieter lang, 2,60 M. breed 1.80 M. diepgang. Het is een interessant boek van ver- nietelen durf, van geweldig vechten tegen de grootsohe zeemachten, en werd vertaald door Arthur Tervooren. Voorbijgangers, door Jhr. Jan Feith. Uitg. Scheltena Giltay, Amsterdam. De beulende publicist jhr. Jan beitn, thans hoofdredacteur van liet in tie Kokmibn verseti jnemd weekblad „De Indische Post heelt bij zijn serie uitgaven een nieuw gevoegd met den titel „Voorbijgangers", een titel waar mede hij aaimiiuxit die personen en de geschiedenissen welke hij van hen ver telt, die in zijni journalistiek leven zijn voorbijgegaan. Mémories al zoo, niet van een reeds lang verscheiden schrij ver of van één die de pen voorgoed heeft'neergelegd, doch van een jour nalist in den kracht van zijfl, journa listiek, leven. Hoe Feith ertoe kwam, verklaart hij zeer aannemelijk In zijn inleidend woord'. Het is ©en prettig boek om te le zen. Het vertelt van zijn beroepserva ringen, zooals alle journalisten: die hebben, op een bijzondere manier, hij pakt zijn legers met zijn korte, veelal aardige aneodoieis. Willem' Mengelberg was eens solist voor 'n kwartje I 11 Zoudt u dat gedacht hebben van den grooten dirigent, geadhte lezer en' le zeres Feith vertelt het en ook dat Jozef Israels, die een verschrikkelijke hekel aan persnuensdhen jhad, hem han- dlger noemde dan Brusse. Hoe hij met den grooten Louis eens hoeft.medege- speeld, hoe hij de „Voix d'Or" van Serah Bernhardt hoordé, hoe Dirk van den Berg van Memisch verloor en hoe het kwam. Nog veel mieer vertelt Jan Feith in dit boek, dat zeker een groo ten afzet zal vinden. Willy Sluiter maakte er keurige tee- keningen bj. Voor Hagenbeek "Mar kot HL malajagebergto en de Oerwou. den ran indië, door Herman Wfefe in iHoll. bewerking; van A. van den üeuvol. Uitg. ScheLtema Giltay, Amsterdam. Een boen met jachtavonturen >s steens interessant om te lezen, uoch een als dir, waarin de schrijver op verzoek van Hagenbeek (de naam zegt reeus voldoenue) naar het Hima- laja-gebergtd eui de Gerwouaen van liuiio is gegaan, mej alleen om ve schieten, maar meer nog onn de waar nemingen ei» uiteraard de overbren ging van v/kemoe, onbemande dieren naar HagaMpeoks park), heeft meer dan elk aoper jachtlioek groote waarde. Immers de schrijver vertelt zooveel van de geweldige tropische oerwou den, die vrjjwel niemand onzer kent, van do dieren, welke haj er zag, schoot of fotografeerde,dat hij daarmede een zeer nuttig werk heeft verricht, nuttig niet alleen voor Hagenbeek, maar meer nog voor degenen, die viftt hém al nèi ondervonden© zullen lezen en met aan dacht zullen lezen. W4st u bijvoor beeld, dat olifanten geweldige'wegen bouwers zijn? Leest U ér Wiele Jkar op na, hij vertelt U het hoe en waar- omJ Het geheel© werk, dat ruim 600 bladzijden telt, is met 103 keurige foto's vandaar verlucht. St. Joanne door Bernard Shaw. Uitg. Scheltens Giltay.. Eduaru V er wade heelt zich builen- gewoon verdienstelijk gemaakt door een NederiMXische vertaling te geven van dit werk van Sliuw over St. Joan ne, de Hei ige, dus Jeanne d'Arc, de bekende vrouw, in 1112 geboren en iu 1431 verbrand, eerst in 1920 heilig verklaard. Voor hel eerst werd het stuk opge voerd op 28 Deo. 1923 ergens in New York, in Londen ging hét stuk op 26 Maa<rtl924, terwijl het onder regie van Eduard VerKade in Amsterdam werd opgevoerd op 20 Dec. 1924 in den Stadsschouwburg door het V er- een igd' Tooneel van Verkade-*Verbeek. D© fol van Jeanne d'Arc werd hierbij vervuld door Nel Stants, Wellicht hebben meerdere onzer le zers het stuk t.t.t. gezien. De recen cies waren, meenen wij, zeer goed ver het stuk en het is begrijpelijk, at dit werk in boekvorm, waar voor afgegaan door een beschouwing van den schrijver in een 80 ipag. druks, door zeer velen zal worden gevraagd. Blue Band-kalender. W'ij ontvingen de Biue-Band-kalen- der voor 1926, een fridch uitgevoerd schild waarop een aaiftig meisje in wit kleed, dragend een" blaadje met een pakje Blue Band. Ook het dek- blaadje van de kleine dooli duidelijke kalender draagt hek bekende pakje Blue Band. GEMENGDE BERICHTEN. Geen te zachte kussentjes voor babyl We lezen in „het Kind' ho. voi gende overgenomen bericht Het hoofd van den Gaineenteaj .e,i Gemeeskund. Dienst te Heenen, dr. j. A. Kranendonk—Dutiels, deeit ons ter waarschuwing van moeders het vol gende mede „Verleden week schouwde ik het lijkje van een zuigeling, ongeveer ze ven maanden oud. Den. avond te vo ren was de baby volkomen gezond te slapen gelegd en tot haar grooten schrik vond de moeder den volgenden morgen het kind dood in de wieg. Wat was er gebeurd? Het kmd.e was 's avonds te slapen gelegd met zijn hoofd op een zacht, week, veeren kussen. Des nachts is het door een of andere oorzaak omgewenteld' en met het hoofdje in den kuil van het kus sen gekomen. Het heeft zioh daaruit niet kunnen vrijmaken en is wegens gebrek aan adem in deze houding ge stikt. De verschijnselen van dezen ver stikkingsdood waren duidelijk op het 1 jkje waarneembaar. De baby was altijd kerngozondi geweest. Dit betreurenswaardige feit is voor mij aanleiding, moeders te waarschu wen tegen liet gebruik va® zachte, week© hoofdkussens in wiegen en bed jes harer kinderen. Meft vervang© de ze door kussens, gevuld met zeegras of niet te zachte kapok." Voorstel tot een radio-verordenmg. De Hoofdcommissaris van Poütie te Rotterdam' is van meen.ng, dat de snelle ontwikkeling va® de radio-tele- lonife de behoefte doet gevoelen aan voorschriften ter voorkoming yan hiiu der V van radiotoestellen. Hij denkt daariij vooral aan electrisohe radioin- struAenteai, ufigebruik om redevoe ringen over ff brengen af reclame te maken. Vooral voor bet laatste doel yullfo de insrjwuiemen-gebruikt wor den Tp plaatsen waar zich Veel pu bliek beweegt, hetgeen aanleiding kan geven tot storingen in hé verkeer Ook de overlast, dien omwebenden on dervinden van een diergelijk toestel, voorn»! wanneer het voorzie^ is van een loudspeaker, moet niet worden onderschat. Om' de® hinder te voorkomen komt dé Commissie voor dé Strafverordenin gen hel raudzuamst voor om zoodani ge uitbreiding dér verordening tot we ring va® den hinder van muzieküi- strumejièen, dat daarondér ook komen te vallen de radio-instrumenten, voor- zoover gebruikt tot verspreiding van het gesproken woord of «la reclame- m'ddel. D® Azalea, Er is wel eens gezegd, dat de bekende azalea indicu het „Schmercenskinxl" der ka- mercultuur is. Het was een bekend* Duitsch p 1 antemz iektenkundigedie dit «ei en ver moedelijk sprak 'hy uit ervaring, Men trach- te liever niet van deze azalea een kamer plant te maken, maar men beware haar al leen des winters in huis, om in het voor jaar van den bloei te genieten. Daarna bren- ge me® de plant zoo spoedig mogelyk weer naar buiten, opdat zy krachten vergare voor de vorming van de bloemknoppen. Als zy dan in het najaar naar binnen wordt ge bracht, houdt men haar op een koele plaats, totdat het voorjaar in het land komt. Don zetten we de azalea wat warmer en laten haar langzaam tot bloei komen. De scheut jes, die zich onder de bloemknoppen ontwik kelen, zyn zoogenaamde dieven, die met het voor de knoppen bestemde voedsel gaan strijken, als wy ze niet -verwyderen. Men zy hierop bedacht. De bloemisten trekken ieder jaar tien en honderdtallen azalea's, die als bloeiende planten worden verkocht. Vele van deze planten wordeif na den bloei verwaarloosd. Toch kan men er by goede behandeling ver scheidene jaren pleizier van hebben. Men zet de plant Jen bloei wel in een hoek van den tuin en haalt haar in het najaar, kort voordat de eerste nachtvorsten zyn te verwachten of soms pas na zulk een waar schuwing, naar binnen en plaatst haar in een verwarmd vertrek. iZulk een behandeling is verkeerd, want dan laat de plant na het binnenhalen haar b'iaadjes vallen en deze blaadjes zyn met de wortels juist de organen, die de grond- stoffenvoor den bloei moeten verzamelen. We willen eens zien, hoe men de azalea moet behandelen, opdat men er' zooveol mogelyk genoegen van beleeft. Na den bloei zet men de planten op een lichte plaats, zy maken dan het schot, waar aan het volgend' jaar de bloemen moeten ko men. Een groote plant, die men niet nóg grooter wil laten worden, kan men te voren op het oude hout terug snyden. Om de twee of drie jaar moeten de plan ten met kluit worden verpot. Deze mag men met een houtje, zonder de kluitwortels te beschadigen, wat lospeuteren. De nieuwe pot moet ongeveer 3 centimeter wyder zyn dan de oude. Men doet onder in den pot enkele potscherven voor de afwatering, hierop een laagje aarde en zet er dan de plant op. De ruimte tusschen kluit en potwand wordt aangevuld met aarde, die met een stokje licht wordt aangestampt. De plant mag niet dieper komen te staan dun zy, in den ouden pot stond. Men gebruikt een mengsel van bladaarde en scherp zand met een weinig ouden koemest. Men giet na de verplanting eenihaal ryke- lyk en daarna als steeds alleen by blijkende behoefte. In Mei gaat de plant naar buiten, eerst een weinig in de schaduw, daarna in het volle zonlicht. Als men een plekje heeft, waar de heete middagzon niet komt, dan verdiept dit de voorkeur. Aan niet pas ver potte planten kan men af en toe wat ver dunden koemest geven. De potten worden liefst in den grond ingegraven en men giete vooral dan niet veel, maar het is goed de planten op warme dagen een paar maal te sproeien. Zoodra vorst te verwachten isf gaan de planten ineen koel, vorstvry vertrek of op de vensterbank voor een daags geopend raam. Zoodra de bloemknoppen goed ont wikkeld zyn, plaatst men de planten in een matig warme ruimte en giet ze geregeld. Ook worden zy dan weer besproeid. De zich ontwikkelende scheutjes, de dieven, die ik in den aanvang noemde, worden zoo spoe dig mogelyk verwyderd. Menig liefhebber ziet in het voorjaar soms met bezorgden blik naar de azalea, die zulke eigenaardige bobbels krygt aan -le jonge bladeren en ook aan de nieuwe scheut jes of by hooge uitzondering zelfs aan de bloemen, die geheel misvormd geraken. Deze bobbels zyn gallen, woekeringen van het jonge weefsel, die veroorzaakt worden door de aanwezigheid van een schimmel of zwam, die men den naam exobasidium azalea heeft gegeven. Het ziwamweefsel leeft in het hout van de plant en kan?daarin zeer langen tyd bly ven. Zoodoende kan men verscheidene jaren achtereen de gallen telkenmale in het voor jaar zien ontstaan. Zy kunnen nameiyk al leen worden gevormd door delitwerking van de zwam op het groeiende weefsel en niet meer aan de uitgegroeide dëelen van de plant. Pluk de gallen af, vóórdat er sporen aan worden gevormd, waarvan nieuwe besmet ting kan uitgaan, 't Is het eenige dat kan worden aanbevolen. SprMuwenwdalglng. Een consequent dierenbeschermer komt dikwijls voor groote moeilykheden te staan, doordat de practyk hem het doorvoeren van zyn beginselen onmogelijk maakt. Zy die him principes, allerlei practische en maat- schappelyke bezwaren en bedenkingen ten spüt, willen doorvoeren, handelen anti-so ciaal en niemand of'niet is door een derge lijk onzinnig drijven gebaat. Een aardig voorbeeld hiervan vinden we vermeld in „De Telegraaf' van 20 Dec. i.L De tuinders in het Westland ondervinden momenteel veel last van de Spreeuwen, die Let op, dat gy de koperen deelen van een electrische lamp of leiding niet aanraakt! Wees dubbel voorzichtig buitenshuis, in vochtige kelders en dergeiyke ruimten, waar gy direct met de aarde verbonden zjjt. Aanraking kan den dood tengevolge hebben. by de nieuwgebouwde kassen de versche stopverf komen opeten, waardoor de rui ten los kooien te liggen. De schade hierdoor aangebracht is niet gering. Er zy® op het oogenblik niet minder dan 1200 druivenkas- sen van 10 Rynlandache roeden in aanbouw en de directeur van het proefstation „West- land'* begrootte de schade voor dit bouwsei- zoen op niet minder dan 16 k 20.000 gulden. Natuurlyk hebben de kweekers alle mo gelijke maatregelen genomen om de Spreeu wen te verif ratten frnen heeft by voorbeeld prikkelende en stankverwekkende stoffen door de stopverf gemengd en er tusschen geschoten, maar alles tevergeefs, de spreeu wen trokken er zich niets van aan. De cou rant „De Westlander" heeft toen de opmer king gemaakt, dat het verwonderiyk is, dat men niet tracht, door vergif in de stopverf te mengen een einde aan de vernieling te ma ken. Met een weinig Parijsch Groen, meent het blad, ware toch alles te verhelpen. De dierenbeschermers hebben zich onmid dellyk hoogelyk verontwaardigd getoond over deze wreedaardige raadgeving en in ingezonden stukken in diverse bladen aan hun verbolgenheid luoht gegeven. De direc teur van den proeftulb „Westland", die proéven gaat nemen met Parijsch Groen, voert zeer terecht, hiertegen aan, dat hy weliswaar de gevoelens der vogelvrienden begrypt en waardeert, maar van meening is, dat de Spreeuw, evenals elk ander nut tig dier, bestreden moet worden, wanneer hy in een bepaalden vorm voor het bedryf zeer schadeiyk optreedit. Dit is nu het geval, als de vogel de versche stopverf der kassen wegpikt, daardoor duizenden guldens scha de berokkent, en den bouw der kassen on dermijnt. Wy vragen ons nu in gemoede af of er nu voor den ernstigen vogelbeschermer nog reden is hiertegen te ageeren. Zker, het was beter, dat we ee® ander, een preventief mid del kenden om de schade door de Spreeu wen aangebracht, op nul te reduceeren, maar 't is zeer zeker geheel verkeerd om de re pressieve middelen niet te gebruiken en te wachten tot zoo'n middel gevonden en de sohade intusschen veel grooter geworden is. Men meent, dat de sneeuw, die de laatste weken,zoo rykelyk is gevallen en waardoor 't Voor de vogels moeiiyk Was 'aan voedsel te komen, de oorzaak was van die eigenaar dige liefhebberij van de Spreeuwen. In de „Nieuwe Rotterdamsche Courant" heeft men daarom als middel aangegeven voedsel te strooien op die plaatsen, waar de vogels geen schade kunne® toebrengen of overlast veroorzaken. Wy meenen echter te moeten betwyfelen of de sneeuw werkelyk de oorzaak van het stopverfeten is. 't Verdient natuurlyk aan beveling, dat ook in die richting wordt ge zocht, maar wy kunnen er in 't geheel geen bezwaar in zien, dat de kweekers hun eigen dom beschermen tegen de Spreeuwen, ook al is het met eep paardenmiddel als Parijsch Groen. 't Getuigt van weinig gezond inzicht in detquaéstie van nut en schade, wanneer me® in deze zaak aan de zyde staat van hen, die de Spreeuwen de handen boven het hoofd willen houde^ en daardoor schade berokke nen aan een nyver deel van ons volk. Gouda, Dec. 1928. A. S. Zwart schyven op: 11/13, 16, 17, 19, 20, 28, 25, 29. Wit schyven op: 26/28, 82, 35, 37, 38, 40. 43, 45. .a y Oplossing van probleem No. 807. Wit speelt 8024, 20—24, 31—27, 32—28, 28—23, 33 2, 2 16. Oplossing van probleem No. 808. Wit speelt 4842, 86—81, 38—82, 27—21, 1711. 8026, 20—14,14 5. DAMRUBRIEK. Onder redactie van de Damclub „Gouda", Secretaris Steynkade 27, lokaal der olub Markt 49. De oplossing zal worden vermeld op 16 Januari 1926. Probleem No. 811. Zwart schijven op: 12/14, 19, 20, 22, 24, 26, 27, 31, 32. Wit schyven op: 29, 33/85, 39/42, 44, 45. 50. Probleem No. 312.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1925 | | pagina 2