HET J*AAR 1925.
weritnemere elkaar allen kenden en er een
gavoei van saamhoorifhaid bestond. Het
personeel verheugde zich in elk succes, dat
de onderneming behaalde en gevoelde zich,
evenzeer als de directie, daardoor gestreeld
en geëerd. De kosten en de duur van het
werk, de tijd der aflevering konden met vr\j
groote zekerheid berekend worden. Er be
stonden wel vakvereenigingen, maar de lei
ders beoogden andere doeleinden dan tegen
woordig,
Zooals uit de sport de beroepsspelers den
sportleven geest hebben verdreven, zoo heb
ben volgens Sir Archibald, volksmenners en
politici van beroep (ten goeden geest in een
groot deel van het bedrijf te niet gedaan.
Den werkgever wordt verweten, dat hij zyn
eigen menschen niet kent, maar het schijnt
wel alsof men zorgvuldig waakt, dat hij ze
niet leert kennen; den individueelen werk
man wordt niet toegestaan, de dingen met
den invidiueelen werkgever te bespreken.
„Wtf oudere liedeo hadden onze eigen
moeilijkheden en bezwaren in het begin van
den evolutietljd, maar onze zonen en nako
melingen lebben zichzelf gedwongen zich
een veel grooter gedetailleerde en nauwkeu
rige kennis te verschaffen, terwijl zty, tege
lijkertijd, zich voor ontzaglijk veel grooter
maatschappelijke moeilijkheden gesteld zien.
Alles is politiek geworden.
Evenzoo is de politiek voor een groot deel
schuld aan de ontwrichting van het Engel-
sche mijnbedrijf. Een denkbeeld daarvan
krijgt men uit de verklaringen, die de mijn
eigenaren in de Commissie van Onderzoek
voor het Mijnbedrijf hebben afgelegd. Niet
zij, maar de mijnwerkers dragen, naar hun
woordvoerder betoogde, het grootste deel
der schuld voor de thans heerschecule ma
laise. Vóór 1913, dus zoolang in de gemeen
schappelijkheid van belangen van werkge
vers en werknemers werd geloofd, kwamen
alleen zuiver industrieele geschillen voor.
Sindsdien echter hebben de leiders de or
ganisaties gébruikt voor politieke doelein
den, n.l. ter bevordering van de nationalisa
tie.
De mijneigenaren gaven bij het begin van
den oorlog het bedrijf in bloei enden toestand
aan de Regeering over en zij kregen het
terug als een wrak. In een tyd van veertig
jaren hadden zy de productie met 116
weten te vermeerderen en den uitvoer met
425 terwijl het aantal daarin werkende
arbeiders met 120 toenam. Toen zy het
bedryf in 1921 terugkregen, was de jaariyk-
sche productie gedaald van 287 millioen ton
op 216 millioen; de productiekosten waren
daarentegen toegenomen van 9 sh. 5H d.
tot 40 sh. 3 d. per ton. De winst, die in 1913
1 sh. 6& d. per ton bedroeg, was omgesla
gen in een verlies van 7 sh. per ton. Zoo
ging het bedrijf, dat bovendien im groote
verlegenheid werd gebracht door ontevre-
heid onder de arbeiders, regelrecht naar den
afgrond.
De cijfers door de mijneigenaren overge
legd, maken Indruk. Ongetwijfeld moet de
schuld voor hét grootste deel worden toe
geschreven aan de veranderde mentaliteit
der werknemers; aan het doordfftigen onder
hen van politieke (tenlcbeelden en het voort
woekeren van pprtitieke eischen als die
van nationalise*® tezamen met de hooge
looneischen by/een te lage productie, waar
tegen ook het voorspoedigste bedrijf het op
den duur niet kan volhouden!
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
oocxovu.
Met de traditioneele wenschen voor een
gelukkig en voorspoedig jaar 1926 moge
ook onze brief <ujt de hofstad aanvangen.
We zullen maar niemand in het bizonder
onze felicitatie aanbieden want ieder heeft
een beetje geluk ongetwijfeld even hard
noodig. Op het 'Haagsche Binnenhof mag
zeker wel wat meer voorspoed komen en
het vrij trieste einde dat 1925 heeft gehad
voor de p^jitiek moge spoedig in wat meer
fleurigs veranderen.
Wanneer we de ry eens langs gaan in on
ze vaderstad om te zien hoe het in het ver
vlogen jaar daar zoo al gesteld was, dan
komt natuurlijk de hooge" regeering het
eerst in het zieht. Nu, hoe het daar mee ge
steld was, weet ieder .Het Ruys-kabtnet ver
dween, zijn meerderheid in de Kamer bleef
al verzwakte die eenigermate, het nieuwe
kabinet tuimelde al vóór bet goed en we!
in de arena was aangekomen. Het jaar '25
zal in de parlementaire geschiedenis een
eenigszins zonderlinge bladzijde blyven vul
len en het nageslacht zal er stellig moeite
mee hebben om zich de situatie precies te
kunnen voorstellen, zooals die sedert den
Hen November was ontstaan. We probeer
den het onlangs een buitenlander duidelijk
te maken maar de man kon er met zijn ver
stand niet by. 't Viel hem van de nuchtere
Hollanders niet mee ,dat ze zes weken bezig
waren om zoo'n puzzle-tje op te loj»sen en
dat ze dan nog geen resultaat hadden. Hy
had ons %liipmer gedacht.
Ons gemeentelijk bestuur is op zijn oude
wyze voortgegaan. De burgemeester heeft
de autobussen om hals gebracht, een daad
waarover hy zich voor het nageslacht waar
schijnlijk niet enkel roem en eer zal heb
ben verworven. Overheden zijn er beroemd
om geworden dat zy altijd beginne® met
het nieuwe tegen te houden. Dat is aan den
éénen kant heel gelukkig want zjj prikke
len daarmede de particuliere energie.
Men spreekt tegenwoordig van twee
ziekten, n.l. de neophobie en de neomanie.
De eerste is de vrees voor het nieuwe die
zeer velen bevangen houdt, de andere is de
zucht naar het nieuwe dat weer anderen
voortdurend opdaagt, 't Zijn beide ziekte
gevallen en dus abnormaal. Aan de eerste
lijdt de overheid meestal in meer of minde
re mate en dit wordt dan wel opgeheven
door de overdrijving van de lijders aan de
neomanle. Het evenwicht blijft min of meer
bewaard.
Aan het einde van het jaar pleegt men
de balans op te maken en dan te concludee-
ren tot een zekere ontevredenheid of tevre
denheid. Te® opzichte van ons gemeente
bestuur en zijn daden zijn we maar zeer
matigjes tevreden. We zullen niet opsom
men wat we zooal minder goed vonden; we
hebben in den loop va® het jaar herhaal dé-
lijk gelegenheid gehad om te wijzen op het
geen wij te laken hadden. Over cijfers die
het afgetoopen jaar in beeld brengen zul
len wij aanstaande week waarschijnlijk be
schikken ate de burgemeester zijn jaar-rede
heeft gehouden.
Wat betreft het openbare leven in het
algemeen heeft 1925 niet veel bizonders op
geleverd. Er zijn er die meenen, dat de ont
wikkeling in minder goede richting gaat,
dat er te veel zucht naar Juchtig vermaak
is en dat er te weinig ernst blijkt. Wy zyn
het met die opvatting niet eens. Er is wel
terdege veel levens-ernst, maar degenen die
te veel naar het oppervlakkige kijken, oor-
deelen te lichtvaardig en dit lichtvaardige
oordeel is gevaarlijk omdat dit leidt tot het
maken van verkeerde bepalingen ter beteu
geling van z.g. kwaad, een handelwijze die
meer schaadt dan baat. Er wordt In den
Haag, ondanks de reputatie die van onze
stad pleegt te bestaan ongetwijfeld hard
gewerkt ,niet minder hard dan in andere
steden en misschien is het financieele resul
taat eer ongunstiger dan gunstiger voor de
Hagenaars. Aan alle zijden leeft verzet op
tegen de ringeloordery in het persoonlijk
leven .waaraan de overheid zich geregeld
schuldig maakt. Niet genoeg kan tegen het
gevaar dat daarin schuilt gewaarschuwd
worden en by de wisseling des jaars moge
het aller overpeinzing zij® of de richting
waarin de overheid ons bezig is te leiden
wel voert naar een bevredigend1 resultaat.
Er wordt steen en been geklaagd over
het gemis aan ernst by het opkomende ge
slacht. Inderdaad vinden ook wij niet bij dit
geslacht terug* de belangstelling voor he*
maatschappelijk leven en zyn ontwikkeling.
We herinneren ons uit onze jonge' jaren
hoe we meeleefden met verkiezingen bij
voorbeeld. Onlangs ontdekten wy bij een
groepje H. B. S.'ers uit de hoogste klasse
dat z(j omtrent de huidige party verhoudin
gen niet het allereenvoudigste wisten. Het
interesseerde hen absoluut niet. Wat daar
van de oorzaak is, zullen wij niet in den
breede nagaan, maar dat die niet in de le
plaats bü die jongelüi ligt, mogen wy wel
eonstateeren.
Tal van congressen zijn dit jaar weer in
de residentie gehouden. We herinneren aan
dat van de boeren, wel het meest typische
congres dat wy hier ooit gezien hebben.
Dat men het juist in den iHaag hield, heeft
ons vooral getroffen; de aantrekkings
kracht die „het Haagje" met zyn Scheve-
ningen nu eenmaal heeft juist voor hen die
in milieux leven daarvan zóó ver mogelyk
verwijderd, heeft zich ongetwijfeld zeer
doen gelden. Voor deze pacifistische sa
menwerking tusschen stad en land zyn wij
allen zeer gevoelig en wanneer die er toe
by mocht dragen om de verstandhouding te
verbeteren, dan heeft alleen reeds daardoor
het congres vruchten gedragen.
Het vreemdelingenverkeer is in 1925 zeer
goed geweest, hooger dan eenig jaar na den
oorlog. Als algemeen verschijnsel is deze
toeneming ook verheugend omdat het toont
dat er meer beweging komt en de toestand
zich betert. Voor den Haag blyft ons ver
langen steeds het meest gericht op de toe
neming va® dit verkeer, als de beste en
rijkste levensbron voor onze stad.
In 'het algemeen dus onze beste wenschen
voor de ontwikkeling van het vreemdelin
genverkeer. Ieder kome eenmaal in het jfcar,
tenminste eenmaal ter bedevaart naar on
ze stad. Zijn aanwezigheid stellen wy ten
zeerste op prijs. Wie plannen maakt voor
den aanstaanden zomer, denke eens over
een paar weekjes verblyf aan zee en dnb
liefst in Scheveningen. Wat wy ook op déjljr
Haag hebben aan te merken, het hemd is*
toch altyd nader dan de rok.
HAQENAAïR.
FINANCIEELE BERICHTEN.
„Naar ons wordt medegedeeld heeft de
Drentsche-Veenkoioniale Westerwoldsche
Hypotheekbank te stadskanaal haar aan-
deelenbezit in de Drentsch-,Groningsche
Bankvereeniging overgedragen aan den
heer G. Kostwinder consorten te Noord
broek. In verband daarmede is door de Ai-
gemeene Vergadering yan Aandeelhouders
der Drentsch-Groningsche Bankvereeniging,
gehouden den 23 December j.l. aan den te-
genwoordigen Directeur, den heer A. L.
Buurma, eervol ontslag verleend.
Het is de bedoeling van de nieuwe ei
genaren der Drentsch-Groningsche Bank
vereeniging de zetel over te brengen naar
Noordibroek, terwyl door hen tot Directeur
werd benoemd de heer G. Kostwinder, al
daar.
tZooals bekend is was tot dusver de
Drentsche-Veenkoioniale Westerwoldsche
Hypotheekbank vrywel eenige aandeelhoud
ster van de Drentsch-Grortingische Bank
vereeniging. Waar dit. voor de Hypotheek
bank minder wenscheiyk werd geacht was
reeds tot liquidatie van de Drentsch-Gro
ningsche Bankvereeniging besloten. Door
bovenvermelde transactie wordt nu de
Drentsche-Veenkoioniale Westerwoldsche
Hypotheekbank van haar hinderlyk aandee-
lenbezit in de Drentsch-Groningsche Bank
vereeniging verlost, wat voor de Hypo
theekbank van groote beteekenis kan wor
den geacht.
Naar wy vernemen is het de bedoeling
van de nieuwe eigenaren der Drentsch-Gro
ningsche Bankvereeniging de zake® voort
te zetten.
den dageiykachen sleurgang van ons
leven, waarin eenzélfde eentoonigheid van
telkens wcerkeerende bezigheden en werk
zaamheden de dagen schynt aaneen te snoe
ren tot een elndeloozen keten van geiyk-
v ormige schakels, gaan we zoo gemakkelijk
onnadenkend, onbewust van de beteekenis
van al het gebeuren, voort. Maar er zyn
dagen, uren, oogenbbkken, dat aio va® zelf
onze handen stil worden en onze gedachten.
Ep onjj als gedrongen voelend op 't kleine
punt van het heden, waar voor onze voeten
nauwelyks plaats is tusschen de eeuwig
heden van verleden en boekomst, trachten
we heen te zien door dien nevel van ver
leden en toekomst, die ons omsluit en iets
te begrypen van wat het leven is. Want het
moet zyn beteekenis hebben. Ep wanneer
op den laatsten avond van het oude jaar,
terwyl om ons de vroege schemering daalt
over de verlaten velden en de eerste lich
ten gaan schijnen door de stille straten der
sleden, we achter ons zien naar het lief en
leéd, dat voorbijging, dan vragen we ons
onwillekeurig af, wat de zin was van wat
we langs ons heen zagen gaan. Die vraag
geldt wel allereerst eigen, maar ook ande-
rer leven. En het ié immers alleen in het
raam van 'het geheele leven, dat eigen leven
zin en beduidenis krijgt. Willen we begry
pen en verklaren, dan moeten we heenzien
over de enge grenzen van eigen omgeving
en ons ook van het leven der menschheid
rekenschap geven.
Dat leven schynt ook vaak zyn sleurgang
te gaan. Maar wanneer we beter toekyken,
wanneer we ons bewust trachten te maken
van de beteekenis van het gebeurde, dan
zien we toch wel duideiyk vaak de merk
waardige verandering, den larvgzamen groei.
En wie np, bet leven der wereld, van Eu
ropa we] in de eerste plaats, overziend, de
laatste jaren en wel in 't by zonder 1924 en
1925 vergel Ukt. die moet zich wel bewust
worden van den langzamen, maar toch on
onderbroken groei
NAAR DEN VREDE.
die de wereld dooi maakt.
Het lykt vreemd. Zeven jaar geleden al
werd de wapenstilstand gesloten, die aan-
de verschrikkingen, va® den oorlog ee® ein
de maakte. En nu£ altyd zyn we, ondanks
de vele vredesverdragen, die gesloten wer
den, slechts op weg naar den vrede. Het is
goed by de oorzaken daarvan niet te lang
meer stil te staan. De menschheid heeft ge
toond, dat ze het verleden vergeten wil en
zich gereed maken voor een nieuwe toe
komst. Het is deze duideiyk uitgesproken
wensch, die 1925, meer niog dan 1924, tot
het vredesjaar maakt.
Het is waar, mep kan geen nieuwe toe
komst .scheppen dloor het verleden eenvou
dig te vergeten. De fouten van het verle
den blyven zich wreken, zoolang ze niet
hersteld zyn. En de wereld zal voor de nieu
we toekomst Van bi(jvenden vrede eerst ge
schikt zyn, wanneer voor de» onnatuuriy-
ken toestand, dien dé viedesverdragén schie
pen, den natuuriyken evenwichtstoestand
van het recht, op natuurlyke machtsverhou
dingen opgebouwd, in de plaats gekomen
is. Maar is het niét de nieuwe geestesge
steldheid, in het af&eloopen jaar tot uiting
gekomen, die dit langzame herstel mogelyk
moet maken? Voor de® onderiingen strijd
kwam de begeerte naar samenwerking in
de plaats. Reeds de pogingen om de afdoe
ning der onderlinge schulden, schoon dan
ook de aanmaningen van Amerika, den
gnooten schuldeischer, daartoe dringend
aanzetten te regelen, waren daarvan een
bewys. En al hadden ze nog alleen ten op
zichte der Italiaansche, der Belgische en
Roemeensche schuld aan Amerika een de
finitief resultaat, voortgezet, zullen ze toch
het financieel herstel der wereld, waarvan
de gedeeltelyke wederinvoering van den
gouden standaard in Engeland, Rusland,
Australië, Nieuw-Zeeland en Indië belang-
ryk in de hand wenken.
iMaar het was wel vooral
DE VOLKENBOND.
die door zyn bemoeiingen dit streven sym
boliseerde en in zyn pogingen om den vre
de te dienen onloochenbaar successen had.
De opiumconferentie, waarvan Aimerika zien
helaas terugtrok, de internationale arbeids-
conferentie hadden o.a. onder »«n sanctie
plaats, In de 6de Bondsvergadering toonde®
de voor-stellen van ons land en de Scandina
vische Staten inzake beperking der bewape
ning en, arbitrage, al hadden ze weinig recht-
streek8ch resultaat, den wil om den vrede
steviger te verzekeren.
Maar voor-al de bemoeiingen va® de®
Bond met de Mosoelkwestie en het Gwiéksch-
Bulgaarsch conflict illustreerden de betee
kenis dde hy voor de zaak van den vrede
kan hebben. De houding va® Turkye, dat
weigerde zich bü voorbaat aa® de beslissing
van den Bond te onderwerpen, maakte, dat
hy ip de Mosoelkwestie niet veel succes had.
Het ging om ee® grensregeling tusschen
Irak, het Engel ache mandaatgebied, en
Turkye, waarby beiden het petroleum be
vattende Mosoel gebied wen achten te bezit
ten. Nadat een Volkenbondsoommissde ge.
adviseerd bad het .gebied by Irak te voe
gen, mits dit nog 26 jaar onder Engéteéh
bestuur bleef, werd aa® het Hof van Inter
nationale Justitie de vraag voorgelegd, of
de beslissing van den Bond bindend kon
zijn, dat daaromtrent in bevestigende® zin
besliste, waarna nieiuwe onderhandelingen
tusschen Engeland en Turkye begonnen
zyn.
Meer succes had de Bond door zy® tus-
schenkomst in het Griekach-BuLga&rsch
conflict, uit ee® grensincident ontstaan,
waardoor het ongetwyfeld een oorlog wist
te vooritornel. Wanneer men bédenkt, hoe
gemakkeiyk de Balkan-volken elkaar in de
haren vliegen en dat ee® Grieksch leger
Bulgarije reeda waa binnengerukt, toont <Mt
resuljaaj wel duideiyk het groeiend gezag
van den Bond, maar ook de opmeifceiyke
verandering in geestesgesteldheid.
Maar bet duidelijkst kwam dit wel bot
uiting in de samenwerking tusschen vriend
en vyand uit den gnooten oorlog* die in
DE VERDRAGEN VAN LOCARNO.
haar vooiioopig resultaat vond.
Nadat hel duideiyk geworden was, dat
Engelafid tot de onderteekening van het
protocol va® Genève niet genegen waa, loef
de zoowel in Frankryk als in Engeland die
gedachte aan het veiligheidsverdrag weer
op, dat door aan Frankryk de veiligheid
van zy® nieuwe grenzen te waarborgen, de
veiligheid in het Westen en daarmee feite
lijk den vrede in Europa verzekeren zou.
Maai de bedoeling va® dit verdrdg zou een
vuel vollediger uitdrukking krijgen dan
waaraan deze Entente-staten aanvankelyk
g-dacht hadden. Duitschland, begrijpende,
dat dit nieuwe verdrag tegen hem gericht
zou zyn, stelde, teneinde het een andere
richting te geven, zyn deelname aan het
verdrug voor. Engeland, wien dit aanbod
het eerst gedaan werd, had er onmiddellyk
ooren naar en werd ai spoedig van deze ge
dachte een ijverig voorvechter. Maar
Frankryk voelde, dat door DuitschLand's
deelname het verdrag een geheel andere
beteekenis zou krygen en niet langer een
middel zou blyven om zyn eigen machte
loosheid te verzekeren. En het heeft byna
een vol jaar geduurd, voor het aan Enge-
land's aandrang toegaf en te Locarno ein
delijk dit nieuwe veiligheids verdrag, zy 't
in eenigszins anderen vorm dan Duitsch
land het bedoeld had, aanvaardde. Dien ge-
heelen tyd trachtte het door onderhande
lingen met Engeland en ten deel ook met
Duitschland, die veranderingen te verkry-
gen, die het verdrag zooveel mogelyk nog
het oorspronkelyk bedoelde karakter zou
handhaven en aan Frankryk de waarbor
gen verschaffen, die niet alleen zü'n grenzen
in het Westen, maar ook zyn machtspositie
in het Oosten, door handhaving van den
toestand van Midden-Europa en van de
macht en het gebied van Frankryk's Mid-
den-Europeesche bondgenooben, zou waar
borgen. Dit pogen had ook een inmenging
van de staten der kleine Entente ten gevol
ge, die aanvankelyk het slagen der offer
handelingen niet schenen te zullen berde
ren. Maar Engeland hield voet by stuk. Het
wilde alleen de Ryngrenzan, niet de gren
zen* in het Oosten waarborgen. En toen
Frankryk den eosch stekte, dat Duitschland
met zyn Oostelijke buren ar betrage-vardra-
gen zou sluiten, die deell van het veilig
heid sverdrag zouden uitmaken en waarby
Frankryk arbiter en garant zou zyn, ver-
zJtte Duitschland zich beslist hiertegen. Na
wisseling van talryke nota's en een con
ferentie tusschen Chamberlain en Briand te
Londen, werd edndelyk Duitschland tot ee"
conferentie over deze aangelegenheid uit-
genoodigd, waarin het geheel vry een re
geling zou mogen voorstellen en waarin men
alleen gebonden zou zyn aa® de vredesver
dragen. Toen Duitschland deze uitnoodiging
had aangenomen, stelde® een Duatsch,
Fransch en Engelsch jurist eerst in ge
meenschappelijk overleg de termen van een
voorloopig verdrag vast en daarna werd
de conferentie te Locarno byeen geroepen.
Hier leverde aanvankelyk het verzet v*11
Duitschland tegen art. 16 va® het Volken
bondsverdrag, dat ieder lid verplicht aan
een gemeenschappelyke actie deel te nemen
en Jroepen door zyn grensgebied te laten,
die'een onwilligen staat tot vrede moeten
brengen, en tegen Frankryk's edschen in
zake de Oostelylce arbitrageverdrage® een
ernstig beletsel op. Maar de laatste beden
king werd door den vorm, die de verdra
gen kregen terzyde gesteld en de eerste
door de .belofte, dat, wanneer Duitschland
lid werd, wat als voorwaarde voor de bot
standkoming der verdragen was .gesteld, er
met de positie van Duitschland als ontwa
pende staat rekening %ou worden gehou
den. Ook ten opzichte van de bezetting van
het Ryngebied, waar Duitschland, nu het
van Elzas-Lotharingen vrijwillig afstand
deed en het verdrag van Versailles aan
vaardde, eenige tegemoetkoming wensch-
te, kreeg het enkele beloften. Het Roerge
bied was in Juli qeeds ontruimd, maar de
Keulse he zone nog altyd bezet. Behalve de
ontruiming daarvan, vroeg .Duitschland
ook eenige verzachting in het regiem der
bezetting. De voldoening werd mede afhan
kelijk gesteld van Duitschland's nakomen
van de eischen inzake ontwapening, waar
omtrent de Entente nog allerlei eischen had
gesteld. Nadat het verdrag te Locaipio ge-
teekend was, word deze aangelegenheid ge
regeld, de Keulsche zone ontruimd e® ver
andering in het regiem in het bezette ge
bied beloofd. Daarna had op 1 December te
Londen de onderteekenring der verdragen
van Locarno plaats, bestaande behalve uit
het verdrag betreffende het Westen tus
schen Frankryk, Duitschland., Engeland,
Italië en België, de arbitrage-verdragen
tusschen Duitschland en Polen e® Duitsch
land en Tsjecho-Sl owaky e en tusschen de
ze laatste staten en Frankryk. Een nieuwe
aera 1® de Europeesche .geschiedenis werd
daarmee ingeluid. En wanneer de Euro-
peesche staten op dezen weg voortgaan en
in den geest van Locamo hun onderlinge
verhoudingen regelen, dan moet het herstel
der wereld eindelijk mogelyk worden.
Daarvan moet ook
NEDERLAND
de gelukkige uitwerking ervaren. Gelegen
in het centrum van Europa, ondergaan wy
natuurlijk in ons oeconomieche leven in
hooge mate den invloed van den oeoonomi-
schen wereld toes tand. En de noodzakelijk,
heid der bezuiniging doet zioh dan ook nog
altoos .gelden. De opheffing van de hulp
postkantoren ten plattelande, hét weige
ren van subsidie aan de Olympische spe
len, die in 1928 in ons land zullen plaatR
hebben, de wet tegen belastingontduiking,
de wyzigfag der Pensioenwetten en der In
validiteitswet en zooveel andere maatrege
len, waren er het gevolg van.
Maar behalve onder den invloed der al-
gemeene malaise leed ons land nog in bij
zondere® zin onder eenstoim, dde in Noord-
Brabant en den Achterhoek van Gelderland
dorpen en stadjes verwoestte en Botculo
vrywel met den grond gelyk maakte, In
sponbahe aandrift werden honderdduizenden
byeen gebracht om den nood te lenigen.
En onze Koningin' toonde Hare belangstel
ling door een bezoek ter plaatse. Ook el
ders in ons land, zelfs op Ameland, ver
heugde de Vorstin die bevolking met haar
bezoeken en by de 350-jarige herdenking
van het bestaan der Leddsche iHoogeschool
gaf zy eveneens van haar belangstelling
blijk.
Dat intusschen niet enkel mo&te en ram
pen onze gedachten in beslag namen en
ons openbaar en parlementair leven daar-
<door niet alleen werden beheerscht, toonde
ook de aanname van tal van wetten en
maatregelen op allerlei gebied. Zoo werd
het regeeringsreglement van Indië gewij
zigd, het psychopathenontWerp, een nieu
we Bioscoopwet, het ontwerp inzake de'
coöperatieve vereenigingen en dat inzake
de uitoefening der tandheelkunde aangeno
men, het wetboek van strafvordering in de
drankwet gewyzigd en het ontslag van de
gehuwde onderwyzeres mogelyk gemaakt.
De regeert; probeerde ook den zomertijd
af te schalen, maar kon daarin de 1ste Ka
mer niet meekrygen. De heer Rutgers deed
dezelfde ervaringen op met zyn ontwerp
inzake de piaatselyke keuze ten opzichte
van het drankgebruik en mej. Westerman
met haar .poging om het Fransch weer op
de Lagere School ingevoerd te krygen,
waarin de 2de Kamer met haar mee was
gegaan.
Maar al scheen dan de gedachte aan be
zuiniging wat minder haar invloed in onze
wetgeving te doen gevoelen, de verkiezin
gen, die dezen zomer plaats hadden, ston
den byna weer geheel in het teeken van
onzen financieelen noodtoestand. De uit
slag leverde een nieuwe, schoon ietwat ge
slonken meerderheid van de drie rechtsche
partyen van katholieken, antirevolutionai
ren en christelyk-historisohen, terwyl so
ciaal-democraten en vryzinnig-democraten
belangrijke winsten behaalden en zoowel
de Roomsch-Katholieke Volksparty als de
Hervormde Gereformeerde Staatsparty haar
intrede in ons parlement deed. Onder pre
sidium van den heer Coiyn kwam een nieuw
ministerie uit de rechterzyde tot stand.
Maar het beeft het niet lang gemaakt. De
aanneming van 'n amendement van den heer
Kersten tot opheffing van het geaant-
8chap .by dan Paus met den sfe»» der
Christelyk-Historischen deed de Katholie
ken zich uit regeering en coalitie terug
trekken, waarna het ministerie zyn porte
feuilles ter beschikking der Koningin stel
de. Mr. Marchant, de leider der vryziiinig-
democraten, trachtte daarna een kabinet uit
vrijzinnig- en sociaal-democraten en ka
tholieken samen te stallen, maar stuiitte op
de weigering der laatsten, waarna Dx. de
Visser de pogingen, om een ministerie te
vormen, voortzette.
Een van de moeilykste kwesties, die, wel
ke nieuwe regeering dan ook, zal hebben
op te lossen is die van het Nederlandsch-
Belgiscb tractaat. Sinds België zyn begee-
righeid naar stukken van ons grondgebied
uitsprak, zyn we al met tusschenpoozen
met onze buren in onderhandeling over een
nieuwe verhouding, die ter vervanging van
de verhouding, op de tractaten van 1839
steunende, noodzakelykheid was geworden.
En het is minister Van Karnebeek eindelijk
gelukt, in samenwerking met zyn Belgi
schen collega van buitenlandsche zaken, een
verdrag te ontwerpen, waarmee de Beigen
genoegen konden nemen. Maar het schynt
wel, of de voldoening aan deze zyde van de
grens minder algemeen is. Tegen de bepa
lingen betreffende het toekomstig Schelde-
regiem, dat ons onze souveréine rechten ge
heel ontneemt en de kanalen Antwerpen-
Ruhrort en Antwerpen-Moerdyk mede op
onze kosten, waarvan vooral het laatste zeer
in het nadeel van Rotterdam geacht wordt,
is overal verzet gerezen. En het ïykt wel
zeer waarschynlyk, dat ons volk tegen de
zen prijs de vriendschap van
BELGIE
niet zal willen koopen.
Ongetwyfeld geeft de positie, die België
tusschen de groote mogendheden inneemt,
het een grooten steun. En het is niet on-
waarschynlyk, dat de gedachte daaraan ook
minister van Karnebeek tot de aanvaarding
van dit verdrag heeft gebracht. België
speelt nog altyd de groote mogendheid.
Maar in het land zelf laten zich steeds dui-
deiyker stemmen tegen deze houding hoo-
ren. En nu na de overwinning, die de socia
listen by de verkiezingen vooral op de libe
ralen behaalden, een ministerie uit socialis
ten en democratische katholieken gevormd
is, hebben die stemmen ongetwyféld aan
kracht gewonnen. Ook de Vlaamsohe zaak
heeft ongetwyfeld by deze regeeringsveran-
dering gewonnen. De maatregelen van
Huijsmans, als minister van onderwye, too-
nèn, dat hy zoo gauw mogelyk de Vlamin
gen recht wil doen. Maar het verzet, dat
daartegen rijst, bewijst ook de minderwaar
dige positie, die de Vlamingen nog in bet
land innemen.
Met Aimerika heeft België een regeling
betreffende de schulden kunne® treffen,
waarmee het tevreden en waarop
FRANKRIJK
ifjoersch kan zijn.
Ai duidelijker blijkt, dat de financieel^
stand van dit land een ernstige crisis heeft
te voorschijn geroepen, waaruit het zich
slechts met de uitersto moeite zal kunnen
opheffen. Caillaux, de financieele speciali
teit, die in het mmisterie-Paihlevé werd op
genomen om het land te reddenr is er al
evenmin in geslaagd de crisis op te lossen
als Painfevé zelf, die na Cailjaux' val de
portefeuille van financiën nam. Zyn minis
terie werd vervangen door dat van Briand,
die onder Painlevé Minister van buitenland
sche zaken was en dit ook in zyn eigen mi
nisterie bfe«f. Louoheur, die in dit nieuwe
ministerie financiën beheert, heeft verhoo
ging der belastingen, maar ook van het
voorschot van de Bank van Frankryk met
0 milliard voorgesteld, wat nieuwe infla
tie en een gevaar voor de steeds dalende
franc beteekende en waaraan de andere mi
nisters niet wilden medewerken, zoodai,
Loucheur viel en Doumer zyn opvolger werd
met een ander program, dat gericht was
tegen inflatie. By het opstellen van dit
overzicht was nog niet bekend of de Kamer
de voorstellen van Doumer zou goedkeuren
de ministerraad verklaarde zich ervoor.
Ook de stryd m Marokko tegen de Rif-
kabielen en in Syrië tegen de opstandige
Droezen eischen steeds nieuwe sommen, ter
wijl vóórts zoowel Engeland als Amerika
op de schuldregeling aandringen, die Cail
laux in zyn conferentie met Churchill te
Londen en zyn conferentie te Washington
vergeefs getracht heeft tot stand te bren
gen.
In
ENGELAND
heeft men beter orde op zaken gesteld.
Maar het oeconomische leven maakt daar
een ernstige crisis door. En alleen door
tusschen beide te komen in de crisis in de
mijnindustrie en den myneigenaars zooveei
subsidie te geve®, als ze wegens de weige
ring der mynwerkers om met de opzegging
der overeenkomsten genoegen te nemen,
meer moesten betalen, heeft de regeering
ernstiger gevolgen kunnen voorkomen. Ook
de Egyptische Crisis kreeg tengevolge van
de overwinning der Zagloelistén by de ver
kiezingen een ernstig aanzien en heeft al
genoopt tot het naar huis zenden vah het
Egyptische parlement. Bovendien had het
de bekende fnoeilykheid met Turkye over
Mosoel en met China tengevolge van natio
nalistische 'beroeringen tegen de vreemde
lingen.
Met
DUITSCHLAND
verbeterde de verhouding, dank zy Enge-
lands steun aan het Duitsche aanbod in
zake het veiligheidsverdrag, in belangrijke
mate.
Voor Duitschland zelf kreeg dit jaar door
de overeenkomsten van Locamo byzondere
beteekenis, door de wyziging in zyn verhou
ding tot het buitenland, maar ook door den
invloed, dié her op de pölltldkö verhorudln-
gen i® Duitschland zelf uitoefende. De nieu
we regeering, die in het begin van dit jaar
met Dr. Luther als rykskanselier optrad,
en die op Duitsch-nationalen, Volksparty en
Centrum steunde, had met goedkeuring ook
van de Duitsch-nationale ministers het aan
bod aan de Entente gedaan, dat tot de ver
dragen van Locarno leidde en de betreffen
de onderhandelingen gevoerd. Niettemin
verzetten, toen ihet er op aan kwam, de
Duitsch-nationalto zich tegen de ondertee-
kening en namen de Duitsch-nationale mi
nisters ontslag. Aanvankelyk hadden ze nog
gehoopt, dat Handenburg, die als ee® der
hunne® na den dood van president Ebert in
een heftigen verkiezingsstryd tegen Marx
als de candidaat der republikeinen tot pre
sident gekozen was, de onderteekening zou
weigeren. Maar Hindenburg ging hierin ge
heel met het ministerie mee.
De houding der Duitsch-nationalen had
echter het uiteenvallen van de regeerings-
meerderheid en na de onderteekening te
Londen, ook het ontslag van het ministerie
tengevolge. De aanvankelijke weigering .van
de Volksparty om met socialisten samen te
werken, maakte het herstel der groote coa
litie moeilyk. En zoo leverde de samenstel
ling van oen nieuwe regeeringsmeerderheid
ernstig bezwaar op, welke by het sluiten
van dit overzicht nog niet is afgewikkeld.
Was Duitschland's houding tegenover het
Westen door de verdragen van Locarno l
langrijk gewyzigd, ook op de verhouding tot
MIDDEN- EN OOST-EUROPA
oefende ze grooten invloed. Met Polen,
waarmee het een feilen oeconómischen stryd
voerde, die door de uitzetting van duizenden
Duitschers uit Polen een nog bitterder ka
rakter kreeg, en met Tsjecho-Slowakije
werd door de gesloten arbitrage-verdragen
de verhouding vanzelf eenigszins gewyzigd
Maar ook op de verhouding tot Rusland kon
de nieuwe toestand evenmin zonder uitwer
king blyven.
In Rusland zelf was men genoodzaakt
steeds meer onder den drang der omstan
digheden het particulier bedryf vry te la
ten. In Polen beleefde men een paar minis-
terscrisiasen en in Tsjecho-Slowakije 'n con
flict met het Vaticaan, naar aanleiding van
de deelneming der regeering aan de viering
van de Huss-feesten.
OP DEN BALKAN
was het ook dit jaar onrustig. In Bulgarije
openbaarde zich in communistische aansla
gen, die veel slachtoffers eischten, het ver
zet tegen de bestaande regeering. Grieken
land maakte een nieuwe revolutie door, die
generaal Fangalos aan het bewind bracht.
En i® Zuid-Slavië verzoende zich de Kroa
tische boerenpartij, die aanvankelijk het
•Mftestuur van Kroatië nastreefde, met de
regeering te Belgrado, zooóat de leider de
zer party, RadJtsj, in het ministerie van
Pasjitaj een plaats kreeg.
Üit een redevoering, die dec* onlangs
hield, sprak zidh wel duideiyk de vrees voor
het imperialistische streven van het
ITALIË
van Mussolini uit.
De Italiaansche dictator toonde al duide-
ïyker door zyn maatregelen als opheffing
van de vry heid van drukpers en van ver-
eeniging en vergadering, maar vooral wel
door het jongste ontwerp betreffende de
macht van den eerste minister, die dezen
vrijwel alle macht verzekerde, dat hy ook
naar den vorm de volledige aüeenheerschap-
py zocht. Het verzet hiertegen opeubaarde
zich wel het duideiykat i?» de tegen hem
geriohte samenzwering, dfe-echter nog ty-
dig ontdekt werd.
In
SPANJE
veranderde de dictatuur onder Primo de Ri
vera haar vorm van een directorium in een
ministerie. Verzet hiertegen kwam nauwe
lyks tot uiting. Maar wel openbaarde zich
een groeiende ontevredenheid met het avon-
tuur in Marokko, waar de Spanjaarden te
zamen met de Franschen Abd-el-Krim en
zyn Riff-kabylen bevechten.
Deze stryd der Rif-Kabylen wekte overal
in de Mohammedaansche wereld sympathie.
Maar ook. buiten deze wereld deed zich in
Azië de algemeene onrust voelen, het dui-
delykst wel in
CHINA
waar een arbeidsconflict aan een Japaasche
fabriek te Sjanghai een nationale berging
tegen de vreemdelingen, vooral tegeime En-
gelschen en Japanners, uitlokte en de vor
ming van een communistische regeering te
Kanton tengevolge had. Ook de Stryd tus
schen de generaals ontbrandde opnieuw.
En daarin wist Peng den dictator uit Moek-
den, Tsjang-tso-ün, tydeiyk weg te drin
gen, terwyl Wóe-pei-foe in de cehtrale pro
vincies de macht in handen kreeg. De inter
nationale douane-conferentie te Peking
raakte hierdoof eenigszins in het gedrang.
7*y was vooral het werk van
AMERIKA
dat China's zelfstandigheid wenschte te her
stellen en dat ook in het doordryven van
die® wensch feiteiyk tegen den zin van En
geland zyn nieuwe macht en invloed toonde,
die niet het minst het gevolg was van het
financieele overwicht, dat het kreeg en dat
het ook door het herhaalde aanmanen van
zyn Europeesche schuldenaren zoo duideiyk
deed voelen.
NIEUWE BOEKEN EN UITGAVEN.
Alleen in een Zeilboot over den
Atlantische» Oceaan, door Alain
Gerbault.
Uitg. Scheltens Giltay, Am
sterdam.
üeen romannetje a la Hector Ma-
lot's „Alleen op de Wereld", dit s
een beschrijving van den bekenden
zeiler Alain Gerbault (bekend gewor
den door zijn durf den grooten plas
over te steken), die na een korte
oefening het er op waagde alleen, dus
zonder eenige huip of meerdere pas
sagiers aan boord, den Atlantischen
Oceaan over te steken, Gibraltar te
verlaten om New York te bereiken,
wat hem ook is gelukt, dat weten we
Hij vertelt in dit boek zijn weder
varen en dat van zijn compagnon, de"
kleine kotter „FirecreetV, gebouwd
naar de reglementen der Britsh Yaclit
Club, elf nieter lang, 2,60 M. breed
1.80 M. diepgang.
Het is een interessant boek van ver-
nietelen durf, van geweldig vechten
tegen de grootsohe zeemachten, en
werd vertaald door Arthur Tervooren.
Voorbijgangers, door Jhr. Jan
Feith.
Uitg. Scheltena Giltay,
Amsterdam.
De beulende publicist jhr. Jan beitn,
thans hoofdredacteur van liet in tie
Kokmibn verseti jnemd weekblad „De
Indische Post heelt bij zijn serie
uitgaven een nieuw gevoegd met den
titel „Voorbijgangers", een titel waar
mede hij aaimiiuxit die personen en de
geschiedenissen welke hij van hen ver
telt, die in zijni journalistiek leven zijn
voorbijgegaan. Mémories al zoo, niet
van een reeds lang verscheiden schrij
ver of van één die de pen voorgoed
heeft'neergelegd, doch van een jour
nalist in den kracht van zijfl, journa
listiek, leven. Hoe Feith ertoe kwam,
verklaart hij zeer aannemelijk In zijn
inleidend woord'.
Het is ©en prettig boek om te le
zen. Het vertelt van zijn beroepserva
ringen, zooals alle journalisten: die
hebben, op een bijzondere manier, hij
pakt zijn legers met zijn korte, veelal
aardige aneodoieis. Willem' Mengelberg
was eens solist voor 'n kwartje I 11
Zoudt u dat gedacht hebben van den
grooten dirigent, geadhte lezer en' le
zeres Feith vertelt het en ook dat
Jozef Israels, die een verschrikkelijke
hekel aan persnuensdhen jhad, hem han-
dlger noemde dan Brusse. Hoe hij met
den grooten Louis eens hoeft.medege-
speeld, hoe hij de „Voix d'Or" van
Serah Bernhardt hoordé, hoe Dirk van
den Berg van Memisch verloor en hoe
het kwam. Nog veel mieer vertelt Jan
Feith in dit boek, dat zeker een groo
ten afzet zal vinden.
Willy Sluiter maakte er keurige tee-
keningen bj.
Voor Hagenbeek "Mar kot HL
malajagebergto en de Oerwou.
den ran indië, door Herman
Wfefe in iHoll. bewerking; van
A. van den üeuvol.
Uitg. ScheLtema Giltay,
Amsterdam.
Een boen met jachtavonturen >s
steens interessant om te lezen, uoch
een als dir, waarin de schrijver op
verzoek van Hagenbeek (de naam
zegt reeus voldoenue) naar het Hima-
laja-gebergtd eui de Gerwouaen van
liuiio is gegaan, mej alleen om ve
schieten, maar meer nog onn de waar
nemingen ei» uiteraard de overbren
ging van v/kemoe, onbemande dieren
naar HagaMpeoks park), heeft meer dan
elk aoper jachtlioek groote waarde.
Immers de schrijver vertelt zooveel
van de geweldige tropische oerwou
den, die vrjjwel niemand onzer kent,
van do dieren, welke haj er zag, schoot
of fotografeerde,dat hij daarmede een
zeer nuttig werk heeft verricht, nuttig
niet alleen voor Hagenbeek, maar meer
nog voor degenen, die viftt hém al nèi
ondervonden© zullen lezen en met aan
dacht zullen lezen. W4st u bijvoor
beeld, dat olifanten geweldige'wegen
bouwers zijn? Leest U ér Wiele Jkar
op na, hij vertelt U het hoe en waar-
omJ
Het geheel© werk, dat ruim 600
bladzijden telt, is met 103 keurige
foto's vandaar verlucht.
St. Joanne door Bernard Shaw.
Uitg. Scheltens Giltay..
Eduaru V er wade heelt zich builen-
gewoon verdienstelijk gemaakt door
een NederiMXische vertaling te geven
van dit werk van Sliuw over St. Joan
ne, de Hei ige, dus Jeanne d'Arc, de
bekende vrouw, in 1112 geboren en
iu 1431 verbrand, eerst in 1920 heilig
verklaard.
Voor hel eerst werd het stuk opge
voerd op 28 Deo. 1923 ergens in New
York, in Londen ging hét stuk op 26
Maa<rtl924, terwijl het onder regie
van Eduard VerKade in Amsterdam
werd opgevoerd op 20 Dec. 1924 in
den Stadsschouwburg door het V er-
een igd' Tooneel van Verkade-*Verbeek.
D© fol van Jeanne d'Arc werd hierbij
vervuld door Nel Stants,
Wellicht hebben meerdere onzer le
zers het stuk t.t.t. gezien. De recen
cies waren, meenen wij, zeer goed
ver het stuk en het is begrijpelijk,
at dit werk in boekvorm, waar voor
afgegaan door een beschouwing van
den schrijver in een 80 ipag. druks,
door zeer velen zal worden gevraagd.
Blue Band-kalender.
W'ij ontvingen de Biue-Band-kalen-
der voor 1926, een fridch uitgevoerd
schild waarop een aaiftig meisje in
wit kleed, dragend een" blaadje met
een pakje Blue Band. Ook het dek-
blaadje van de kleine dooli duidelijke
kalender draagt hek bekende pakje
Blue Band.
GEMENGDE BERICHTEN.
Geen te zachte kussentjes voor babyl
We lezen in „het Kind' ho. voi
gende overgenomen bericht
Het hoofd van den Gaineenteaj .e,i
Gemeeskund. Dienst te Heenen, dr. j.
A. Kranendonk—Dutiels, deeit ons ter
waarschuwing van moeders het vol
gende mede
„Verleden week schouwde ik het
lijkje van een zuigeling, ongeveer ze
ven maanden oud. Den. avond te vo
ren was de baby volkomen gezond te
slapen gelegd en tot haar grooten
schrik vond de moeder den volgenden
morgen het kind dood in de wieg.
Wat was er gebeurd? Het kmd.e
was 's avonds te slapen gelegd met
zijn hoofd op een zacht, week, veeren
kussen. Des nachts is het door een of
andere oorzaak omgewenteld' en met
het hoofdje in den kuil van het kus
sen gekomen. Het heeft zioh daaruit
niet kunnen vrijmaken en is wegens
gebrek aan adem in deze houding ge
stikt. De verschijnselen van dezen ver
stikkingsdood waren duidelijk op het
1 jkje waarneembaar. De baby was
altijd kerngozondi geweest.
Dit betreurenswaardige feit is voor
mij aanleiding, moeders te waarschu
wen tegen liet gebruik va® zachte,
week© hoofdkussens in wiegen en bed
jes harer kinderen. Meft vervang© de
ze door kussens, gevuld met zeegras
of niet te zachte kapok."
Voorstel tot een radio-verordenmg.
De Hoofdcommissaris van Poütie te
Rotterdam' is van meen.ng, dat de
snelle ontwikkeling va® de radio-tele-
lonife de behoefte doet gevoelen aan
voorschriften ter voorkoming yan hiiu
der V van radiotoestellen. Hij denkt
daariij vooral aan electrisohe radioin-
struAenteai, ufigebruik om redevoe
ringen over ff brengen af reclame te
maken. Vooral voor bet laatste doel
yullfo de insrjwuiemen-gebruikt wor
den Tp plaatsen waar zich Veel pu
bliek beweegt, hetgeen aanleiding kan
geven tot storingen in hé verkeer
Ook de overlast, dien omwebenden on
dervinden van een diergelijk toestel,
voorn»! wanneer het voorzie^ is van
een loudspeaker, moet niet worden
onderschat.
Om' de® hinder te voorkomen komt
dé Commissie voor dé Strafverordenin
gen hel raudzuamst voor om zoodani
ge uitbreiding dér verordening tot we
ring va® den hinder van muzieküi-
strumejièen, dat daarondér ook komen
te vallen de radio-instrumenten, voor-
zoover gebruikt tot verspreiding van
het gesproken woord of «la reclame-
m'ddel.
D® Azalea,
Er is wel eens gezegd, dat de bekende
azalea indicu het „Schmercenskinxl" der ka-
mercultuur is. Het was een bekend* Duitsch
p 1 antemz iektenkundigedie dit «ei en ver
moedelijk sprak 'hy uit ervaring, Men trach-
te liever niet van deze azalea een kamer
plant te maken, maar men beware haar al
leen des winters in huis, om in het voor
jaar van den bloei te genieten. Daarna bren-
ge me® de plant zoo spoedig mogelyk weer
naar buiten, opdat zy krachten vergare
voor de vorming van de bloemknoppen. Als
zy dan in het najaar naar binnen wordt ge
bracht, houdt men haar op een koele plaats,
totdat het voorjaar in het land komt. Don
zetten we de azalea wat warmer en laten
haar langzaam tot bloei komen. De scheut
jes, die zich onder de bloemknoppen ontwik
kelen, zyn zoogenaamde dieven, die met het
voor de knoppen bestemde voedsel gaan
strijken, als wy ze niet -verwyderen. Men zy
hierop bedacht.
De bloemisten trekken ieder jaar tien en
honderdtallen azalea's, die als bloeiende
planten worden verkocht. Vele van deze
planten wordeif na den bloei verwaarloosd.
Toch kan men er by goede behandeling ver
scheidene jaren pleizier van hebben. Men
zet de plant Jen bloei wel in een hoek
van den tuin en haalt haar in het najaar,
kort voordat de eerste nachtvorsten zyn te
verwachten of soms pas na zulk een waar
schuwing, naar binnen en plaatst haar in
een verwarmd vertrek.
iZulk een behandeling is verkeerd, want
dan laat de plant na het binnenhalen haar
b'iaadjes vallen en deze blaadjes zyn met
de wortels juist de organen, die de grond-
stoffenvoor den bloei moeten verzamelen.
We willen eens zien, hoe men de azalea moet
behandelen, opdat men er' zooveol mogelyk
genoegen van beleeft.
Na den bloei zet men de planten op een
lichte plaats, zy maken dan het schot, waar
aan het volgend' jaar de bloemen moeten ko
men. Een groote plant, die men niet nóg
grooter wil laten worden, kan men te voren
op het oude hout terug snyden.
Om de twee of drie jaar moeten de plan
ten met kluit worden verpot. Deze mag men
met een houtje, zonder de kluitwortels te
beschadigen, wat lospeuteren. De nieuwe pot
moet ongeveer 3 centimeter wyder zyn dan
de oude. Men doet onder in den pot enkele
potscherven voor de afwatering, hierop een
laagje aarde en zet er dan de plant op. De
ruimte tusschen kluit en potwand wordt
aangevuld met aarde, die met een stokje
licht wordt aangestampt. De plant mag niet
dieper komen te staan dun zy, in den ouden
pot stond. Men gebruikt een mengsel van
bladaarde en scherp zand met een weinig
ouden koemest.
Men giet na de verplanting eenihaal ryke-
lyk en daarna als steeds alleen by
blijkende behoefte.
In Mei gaat de plant naar buiten, eerst
een weinig in de schaduw, daarna in het
volle zonlicht. Als men een plekje heeft,
waar de heete middagzon niet komt, dan
verdiept dit de voorkeur. Aan niet pas ver
potte planten kan men af en toe wat ver
dunden koemest geven. De potten worden
liefst in den grond ingegraven en men giete
vooral dan niet veel, maar het is goed de
planten op warme dagen een paar maal te
sproeien.
Zoodra vorst te verwachten isf gaan de
planten ineen koel, vorstvry vertrek of op
de vensterbank voor een daags geopend
raam. Zoodra de bloemknoppen goed ont
wikkeld zyn, plaatst men de planten in een
matig warme ruimte en giet ze geregeld.
Ook worden zy dan weer besproeid. De zich
ontwikkelende scheutjes, de dieven, die ik
in den aanvang noemde, worden zoo spoe
dig mogelyk verwyderd.
Menig liefhebber ziet in het voorjaar
soms met bezorgden blik naar de azalea, die
zulke eigenaardige bobbels krygt aan -le
jonge bladeren en ook aan de nieuwe scheut
jes of by hooge uitzondering zelfs aan de
bloemen, die geheel misvormd geraken. Deze
bobbels zyn gallen, woekeringen van het
jonge weefsel, die veroorzaakt worden door
de aanwezigheid van een schimmel of zwam,
die men den naam exobasidium azalea heeft
gegeven.
Het ziwamweefsel leeft in het hout van
de plant en kan?daarin zeer langen tyd bly
ven. Zoodoende kan men verscheidene jaren
achtereen de gallen telkenmale in het voor
jaar zien ontstaan. Zy kunnen nameiyk al
leen worden gevormd door delitwerking van
de zwam op het groeiende weefsel en niet
meer aan de uitgegroeide dëelen van de
plant.
Pluk de gallen af, vóórdat er sporen aan
worden gevormd, waarvan nieuwe besmet
ting kan uitgaan, 't Is het eenige dat kan
worden aanbevolen.
SprMuwenwdalglng.
Een consequent dierenbeschermer komt
dikwijls voor groote moeilykheden te staan,
doordat de practyk hem het doorvoeren van
zyn beginselen onmogelijk maakt. Zy die
him principes, allerlei practische en maat-
schappelyke bezwaren en bedenkingen ten
spüt, willen doorvoeren, handelen anti-so
ciaal en niemand of'niet is door een derge
lijk onzinnig drijven gebaat.
Een aardig voorbeeld hiervan vinden we
vermeld in „De Telegraaf' van 20 Dec. i.L
De tuinders in het Westland ondervinden
momenteel veel last van de Spreeuwen, die
Let op, dat gy de koperen deelen van een
electrische lamp of leiding niet aanraakt!
Wees dubbel voorzichtig buitenshuis, in
vochtige kelders en dergeiyke ruimten,
waar gy direct met de aarde verbonden zjjt.
Aanraking kan den dood tengevolge hebben.
by de nieuwgebouwde kassen de versche
stopverf komen opeten, waardoor de rui
ten los kooien te liggen. De schade hierdoor
aangebracht is niet gering. Er zy® op het
oogenblik niet minder dan 1200 druivenkas-
sen van 10 Rynlandache roeden in aanbouw
en de directeur van het proefstation „West-
land'* begrootte de schade voor dit bouwsei-
zoen op niet minder dan 16 k 20.000 gulden.
Natuurlyk hebben de kweekers alle mo
gelijke maatregelen genomen om de Spreeu
wen te verif ratten frnen heeft by voorbeeld
prikkelende en stankverwekkende stoffen
door de stopverf gemengd en er tusschen
geschoten, maar alles tevergeefs, de spreeu
wen trokken er zich niets van aan. De cou
rant „De Westlander" heeft toen de opmer
king gemaakt, dat het verwonderiyk is, dat
men niet tracht, door vergif in de stopverf te
mengen een einde aan de vernieling te ma
ken. Met een weinig Parijsch Groen, meent
het blad, ware toch alles te verhelpen.
De dierenbeschermers hebben zich onmid
dellyk hoogelyk verontwaardigd getoond
over deze wreedaardige raadgeving en in
ingezonden stukken in diverse bladen aan
hun verbolgenheid luoht gegeven. De direc
teur van den proeftulb „Westland", die
proéven gaat nemen met Parijsch Groen,
voert zeer terecht, hiertegen aan, dat hy
weliswaar de gevoelens der vogelvrienden
begrypt en waardeert, maar van meening
is, dat de Spreeuw, evenals elk ander nut
tig dier, bestreden moet worden, wanneer
hy in een bepaalden vorm voor het bedryf
zeer schadeiyk optreedit. Dit is nu het geval,
als de vogel de versche stopverf der kassen
wegpikt, daardoor duizenden guldens scha
de berokkent, en den bouw der kassen on
dermijnt.
Wy vragen ons nu in gemoede af of er
nu voor den ernstigen vogelbeschermer nog
reden is hiertegen te ageeren. Zker, het was
beter, dat we ee® ander, een preventief mid
del kenden om de schade door de Spreeu
wen aangebracht, op nul te reduceeren, maar
't is zeer zeker geheel verkeerd om de re
pressieve middelen niet te gebruiken en te
wachten tot zoo'n middel gevonden en de
sohade intusschen veel grooter geworden is.
Men meent, dat de sneeuw, die de laatste
weken,zoo rykelyk is gevallen en waardoor
't Voor de vogels moeiiyk Was 'aan voedsel te
komen, de oorzaak was van die eigenaar
dige liefhebberij van de Spreeuwen. In de
„Nieuwe Rotterdamsche Courant" heeft
men daarom als middel aangegeven voedsel
te strooien op die plaatsen, waar de vogels
geen schade kunne® toebrengen of overlast
veroorzaken.
Wy meenen echter te moeten betwyfelen
of de sneeuw werkelyk de oorzaak van het
stopverfeten is. 't Verdient natuurlyk aan
beveling, dat ook in die richting wordt ge
zocht, maar wy kunnen er in 't geheel geen
bezwaar in zien, dat de kweekers hun eigen
dom beschermen tegen de Spreeuwen, ook al
is het met eep paardenmiddel als Parijsch
Groen.
't Getuigt van weinig gezond inzicht in
detquaéstie van nut en schade, wanneer me®
in deze zaak aan de zyde staat van hen, die
de Spreeuwen de handen boven het hoofd
willen houde^ en daardoor schade berokke
nen aan een nyver deel van ons volk.
Gouda, Dec. 1928. A. S.
Zwart schyven op: 11/13, 16, 17, 19, 20,
28, 25, 29.
Wit schyven op: 26/28, 82, 35, 37, 38, 40.
43, 45. .a y
Oplossing van probleem No. 807.
Wit speelt 8024, 20—24, 31—27, 32—28,
28—23, 33 2, 2 16.
Oplossing van probleem No. 808.
Wit speelt 4842, 86—81, 38—82, 27—21,
1711. 8026, 20—14,14 5.
DAMRUBRIEK.
Onder redactie van de Damclub „Gouda",
Secretaris Steynkade 27, lokaal der olub
Markt 49.
De oplossing zal worden vermeld op
16 Januari 1926.
Probleem No. 811.
Zwart schijven op: 12/14, 19, 20, 22, 24,
26, 27, 31, 32.
Wit schyven op: 29, 33/85, 39/42, 44,
45. 50.
Probleem No. 312.