JT NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD'VOOR GOUDA EN OMSTREKEN No. 18126 Donderdap fg Mprll 1928 Groot, gezocht T7 NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen Droogmaken of niat. FEUILLETON. iten iller uit DE MAANSTEEN bergambacht, bbrkbnwoude, bodegraven, boskoop, gouderak, haastrecht, moordrecht^ moercapeue. iddd D.DJ>. zieken 60S U netrflM. o» f yai) economische L IDA. (Wordt vervolgd). OHR. P. G. J. SMIT, cand. 1.1. Gouda, 14 April 1926. De polders Vettenbroek en de Broekvelden en de Reeuwijksche en Sluipwijksche Plassen. Menigmaal, wanneer een handelaar u een vat appelen verkoopt, vindt gij zijn, reputatie bovenop; maar tegen dat gij op den bodem van het vat komt, vindt gif zijn karakter. Spannend romantisch verhaal van WILKIE COLLINS. sen dan aids be- i N. R. luchtvaart. Tot de staten, die hoewel geen letten van den Volkenbond, toch voor be paalde doeleinden in die commissie zitting nemen, behoort geen enkel der Rritsche Do minions. D« regeeringen der Dominions wa ren als gewoonlyk op de hoogte gehouden van den gang van zaken en er waaen bij zondere maatregelen genomen om ze op de (iOllkSUIE COURANT. I, ens. len aan het Reeuwijksche sluisje het gevaar voor Vettenbroek had kunnen bezweren, be- hoort tot de onmogelijkheden. Al staan my geen cijfers ter beschikking over de capaci teit van dit maalwerktuig; zelfs indien we aan zouden nemen dat het 100 H.A. had kunnen bemalen (wat ongetwijfeld veel te veel is), zoh over het geheele oppervlak van polder Reeuwyk‘verbreid, dit toch maar de geringe vermindering van 10 van het waterbezwaar gebracht hebben. Een hoe veelheid, ieder zal het begrijpen die hierbij geen belangrijke rol gespeeld heeft. De be schuldiging aan het adres van het Reeuwijk sche polderbestuur is dus volkomen onge- op langen en kor-J 1723 60 G 3. ROTTERDAM. ekte fMiezea, die een tast maakt Die enken dat branden- rt verdwenen. Vele n^nde raad ween, JX reeds genezen, arbaai bf vinden. *MO (puOtaeon MMtfoDXkD» ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal /2J5, per weak 17 cent, mat Zondagsblad per kwartaal f 2.90, per .waak 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt Franco per post per kwartaal 8.16 net Zondagsblad 8.80. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 11, GOUDA, h(j onze agenten an loopers, den boekhandel en de postkantoren. Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9—6 uur. Administratie Tet Int. 82; Redactie, Tel. 83. •ie, neerslachtigheid, uien, hypochondrie, atis brochure van Frankenstraat 79, 1188 18 ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda ca om*«reken (behoorende tot den besorgkrin») 1—5 regels ƒ1.80, elke regel maar ƒ0.25. Van buiten Gouda en dan basorgkring 1—5 regels ƒ1 55, elke regel maar ƒ0.80. Advertentiën in het Zate -ijslag op den prijs. Liafdjuiighgidx-iulvartoniièn de helft van den INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels ƒ2.05, elke n«i de voorpagina 50 hooger. Gewone adverteatiin en ingezonden mededeallngefi bfj contract tot soar garaduceer den prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. AdvertentiMn kunnen worden ingezonden door tusachenkomet van solieda Boekhan delaren, Advertentiebureau! en onze Agenten en moeten daags vóór de plaataiag aan het Bureau zijn mgekomen, teneinde van opname varsekard te ztfn. nadenken tot de rtmclusie moeten komen, dat -deze droogmakerij nog niet heel ge zond of ordentelijk genoemd mag worden, ondanks het vruchtbare baggerlaagje. waarvan Dr. Zuidam blijkbaar nogal hooge verwachtingen koestert. Merkwaardig zijn wel de verwaaide meeningen, die men bij lee- ken over de vruchtbaarheid van bagger en slib kan aantreffen: de standaardmeening uit verschillende schoolboeken; waar we reeds vroeg al leerden van het vruchtbare slib dat verschillende rivieren, zooals bijv, de Nyl met zijn jaarlijksche overstroomin- gen, dat afzetten, zal hier wel niet vreemd aan zyn.Landbouwkundig twijfelt men toch al sinds lang aan de waarde van het op brengen van slootaarde op de landerijen, een door de Zuid-Höllandsche boeren nog gevolgde methode, en staat het vast dat het slib dat zich in veenwater afzet, arm is aan plantenvoedende stoffen, dat dus hier slechts zeer weinig heil van te verwachten is. En indien we al eenige aanwijzing in de schaar- sche analysecijfers van het baggeronder- zoek door het Rijkslandbouwproefstation te Groningen zouden mogen onderkennen, dan blijkt het grondmonster uit de Broekvel den slechter te zijn dan het gemiddelde van het niet drooggelegde gedeelte. Ten overvloede wijst Dr. Zuidam ook nog eens op de minderwaardige constitutie van de ringdijk dezer polder», iet» wat wel eenigszins in tegenspraak is met zijn waar deschatting ervan. Goed land toch ip alleen bestaanbaar bij een goede waterbeweging in een polder, en de gedeeltelijke verzwa ring van den ringrijk zal ook maar een ge deeltelijke vermindering van de kwel te weeg kunnen brengen. 100) „Het heeft zieker invloed uitgeoefend op haar wijze van denken zeide hij op stelligen toon. .,En ik wensohte om uwentwil, dat het niet was voorgeval- ,ilen. Wij kunnen thans daar niet ver der rekening mede houden. Onze eer ste stap moet nu zijn, ons in verbin ding te stellen met Rachel. De groot ste moeilijkheid bestaat hierin, haar ronduit voor de zaak te doen uitko ken, zonder eenige terughouding. Hebt gij ai eenig plan gemaakt .Ik heb besloten, zelf met Kachel te spreken mijnheer (Bruff.” >Gij”, riep hij uit, mij met verba zing aanriende „Gij?” Hij hield eens- Mfflps óp en begon in de kamfer heen en weer te loopen. ,,Maar. -ja”, her vatte hij, in gevallen van deaen bui- thngewonen akrd is dfe rechiste weg wans de beste,”’ moest verwav.uen. In den volgenden zin kwam die onvermijdelijke Ezra Jennings alweer op het tapijt. Hij had Betteredge bij zijn terugkeer van hei station aangesproken en gevfaagd wie ik was. Aangaande dat punt ingelicht, had hij later aan mijnheer Candy me degedeeld, mij te hebben gezien. De kleine dokter dit hooiende, was naar Betteredge gekomen en had zijn spijt betuigd, mij gemist te hebben. Hij ver zocht het hem te doen weten, wan neer ik nogmaals in de buurt van Frizingiiall mocht komen, daar hij mij gaarne zou willen spreken. Dat was zoo ongeveer de inhoud. 'Poen de kerkklok van Hampstead drie uur sloeg, slak ik den sleutel in de deur van mijnheer Bruff’s tuinmuur Ik ging den tuin door, kwam in de serre en doorliep de kleine gezel schapskamer. Terwijl ik de hand op de kruk der deur voor mij legde, trof fen een psfcr tonen van een piano mijn oor. Op die wijze had zij dik wijls als in gedachten de toetsen aan geslagen. toen ik nog in het huis lia- rer moeder logeerde. Ik moest even wachten om mij zelf wat te herstel len. Het verleden en het tegenwoor dige rezen rij aan zij voor mij op in dat uiterste oogenblik, en de tegen stelling greep mij aan. Na een poos echter raapt# ik mijn moed1 zanten en deed dfe deur open. loonheid. Hoe scmitteirend, giste- andagmorgen randen van het terspiegeld in het en zon, wolken dthans dan getui- rlies, dat wy door en? pan, komt het my nige opmerkingen rechtvaardigd. Al zien ook wy met leede oogen „de oude reuzen" verdwijnen, dat mag toch zeker geen aanleiding zyn hun betee- kenis to overschatten. Dat verder de lage ligging van het droogkomende land in ver band met gevaar voor nachtvorsten een be letsel zou zijn voor het uitoefenen van het kweekerabedryf, kan voldoend* ontzenuwd worden, door te wijzen op de talrijke laag gelegen landen, ook in de omgeving van Bos koop, waar deze teelt met de noodige zorg* vuldigheid beoefend, uitstekende resultaten oplevert. Toegegeven moet nodithans wor den dat in de lagere gedeelten 'beschut voor de heerschende luchtstroom! ngen de onder ste luchtlagen door uitstraling sterk arge- koeld, juist door hun onbeweeglijkheid op de lage plekken eerder het verschijnsel van nachtvorst zal optreden, maar ook hiertegen zjjn toch verschillende maatregelen te tref fen. De uitvoering van andere productieve werken zal, het is mij herhaalde malen van terzake bevoegde zyclte medegedeeld, in geen enkel opzicht onder deze droogmaking be hoeven te leiden. Van het door Dr. Zuidam aangehaalde: „Wat de volksmond in Reeuwijk zegt?” De nieuwe Polder? Vijftig boertjes en Vijftig arme daglooners; dat ”s honderd gezinnen; die eten er nu ook van, kan geüegd worden dat vox popuii, niet altijd Vox Dei is, et» dat er in Reeuwijk blijkbaar nog een tweede Volksmond is die een tegenovergestelde uiting ten beste geeft. Er zijn daar wel boe ren die voor de droogmaking de vlag zouden willen uitsteken. Ook wij voelen dat de kans op een gewel dig verlies aan schoonheid in de omgeving ft X mer een niet geheel juiste meening over de productiviteit van een droogmaking als de hier bedoelde aansuggereeren. Daar is één hoofdargument tegen deze droogmaking, dat de uitvoering op niet vol doende groote schaal en zonder in de ver- eischte mate rekening te houden met andere waterstaatsbelangen, zal plaats hebben. Hoe het wel zou moeten gebeuren heb ik reeds in eenige gelijknamige artikelen uiteenge zet. uer erusi.g aauoen nao, zou ik aortat weigeren. Gelijk het nu staat even wel. geloof ik, dat Kachel mij dank baar zal wezen, dat ik op mijn Ouden dag nog verraad jegens haar pleeg. BeaChouw mij ais uw medepiicnVge. Kachel zal worden, verzocht hier een I dag door te brengen en gij zult er behoorlijk kennisgeving van ontvan- gen.’’ W amneer Morgen ..Neen, dan is er geen tijd genoeg voor haar oni te antwoorden. La (en wij het oip overmorgen stellen.’ „Hoe zal ik van u hooren 1 ..Blijf den geheelen ochtend thu's ik zal bij u aankomen. Ik dankte hemi op dfe hartelijkste wijze en keerde naar Londen terug1. De volgende dag was de langste, dien ik ooit hebj dfeorgebracht On schuldig als ik was en verzekerd, dat eens alles aan het licht moest komen, droeg ik evenwel een gevoel van zelf* verlaging in miij om. dat mij er tegen dfeedl opzien, mijn vrienden te ont. moeten. Wij hooren dikwijls door op pervlakkige toesehouwera beweren, dut sciiuld er uit kan zien als de onmo gelijkheid zelveik voor mij geloof, dat d'e onschuld heel dikwijl» het uiteriijk kan hebben van schuld. Ik liet aan alle bezoekers zeggen, dat ik n’et thuiswas en ging niet uit. voor dfe duisternis was ingevallen. Den anderen morgen, kwam mijnheer Bruff reed#, toen ik nog aan het ont was iets aan verzwaring gedaan! Dat was de zuinigheid van het polderbestuur van Vettenbroek! En de trouwe wachter- die het gevaar waarschijnlijk voorkomen had, de oude molen aan het Reeuwijksche sluisje bij Gouda, was er niet meer. Het korige jaar zag ik hem nog afgebeeld* in de Katho lieke Illustratie, maar hij is al een jaar of vier gesloopt! Gesloopt ondanks de waarschuwing van den oudenmolenaar, nu ook al ter ziele! Het stoonxgemaai van Bodegraven, op een volstrekt ver keerd punt staande, bleek het regenwa ter niet Aan te kunnen het water dat Vettenbroek’s ringdijk doorsopte en op hief! Dat "Was de zuinigheid van- het pol derbestuur van Reeuwijk! Zoo zjjn de feiten. Wanneer nu de dijkf van Vettenbroek behoorlijk is verawaard wanneer polder Reeuwjjk in het oude stuk molen een electrische pomp aan brengt, die, samen met het gemaal, het water baas kan, dan is voor Vettenbroek óók voor de toekomst alle gevaar bezworen. Laat dus eens en voor goed vastgelegd zijn, dat terwille van Vetten broek de Reeuwijksche Plassen niet droog hoeven. Vettenbroek was het groote argument van hen, die voor droogmaking ijverden. Wie het voorafgaande gelezen heeft, is allicht bekeerd. Een ander argument was het aantal werklooten. Een feit is, dat de boeren niet aan v»lk kunnen komen! Maar xiie weritloosen werden geteld op het oogenblik dat Boskoop „plat” lag Reeuwijkers werken bjj bosjes daar in de kweekeryen en als men dan bij dicht water alle visschartjes er nog bij neemt komt men tot een groot getal werk-bereiden (waarvan alweer een heel klein percentage droogmakings-werk zou den kunnen doen!) Maar dat getal is humbug! Als volgend argument hoort men noemen: de goede cultuurgrond, die beschikbaar komt. Voor kweekeryen ge bruik men de droogmakerijen bij voor keur niet, vanwege de grootere schade door nachtvorsten in dieper-liggend land! En cultuurland kan zijn, praktisch gesproken, alle weiland van Zuid-iïol- land! Of het cultuurland wordt, is een kwestie van conjunctuur! Het schrale bovenkomende landje >s zeker geen le klas cultuurland! Maar waarom zou men de Plassej wél droogmaken? Op 7% ton gouJ grootte een correspondent van de 1 Ct. het nadeelig saldo bjj droogmaking. D.w-.z. verloren, weggewonpen, impro ductief besteed geld. Wie nu de bodem- gesteldheid rondom Gouda kent, zich her innert hoe de, toch ook zoo goed begroo- te aanleg van de trambaan Gouda Schoonhoven jarenlang half-af stilgele- 111. In de Nieuwe Rottendamsche Courant van den 18den dezer komt het volgend ingezon den stuk van Dr. tW. Zuidam voor, over „Droogmaking van de Reeuwijksche Plas sen.” Deze week komt ben ik goed in gelicht r in de vergadering van de Pro vinciale Staten van Zuid-Holland bo- genoemd onderwerp aan de orde. Gaat men den straatweg Goudar—Bodegra ven, dan liggen de Plassen ten Oosten, zes aan elkaar; de zevende, Vetten broek, befaamd, door de dijkbreuk, zal we Idra weer een ordentelijke droogma kerij zjjn. Men heeft een electrometer bij-geplaatst; drie weken is het gat dicht; drie weken is met twee pompen dag en nacht gemalen; oveu- veertien dagen zal ./le polder wel weer „land” zjjn. Ee® vruchtbaar baggerlaagje bljjft op de landerijen achter; het is nog mooi vroeg in den tyd’; de boertjes stellen zich van de opbrengst der graslanden veel voor. Natuurlijk is er behalve de dijkbreuk schade; vooral aan gebou wen. Maar het aspect is geducht meege vallen. De rentelooze leening uit de open bare kas ad 140 mille, in 40 annuïteiten af te lossen, verswaren de polderlasten1 met 20 per H.A. Die lasten waren al teruggeloopen (door de e 1 e c t r i- i s c h e bemaling!) van i 120 tot 50- Van een ruïneering der ingelanden mag niet worde» gesproken! Een boerderij (onder water!) met 19 H.A. land werd verkocht voor 25 mille, 5 milde meer dan de eigenaar er voor gegeven had! Mis schien wordt de toestarfü nóg gunstiger: men gaat n.l. het stuk dijk tusschen de breuk en de eerste boAxlerijen verzwa ren en daarvan mag met reilen een aan zienlijke vermindering van lekkernij en bemaling warden verwacht, al staat daar weer tegenover, dat de 140 mille niet ge heel toereikend zyn. Voor de ramp zelf moeten wij terug gaan tot Oudejaarsdag, toen in een erge regenperiode! op verschillende plaatsen in ons land de doorweekte, doot- sijpelde dijken het begaven. Hier in den polder Reeuwijk, waarbinnen Vetten broek als het ware een leege kom vorm de, was geen aandrang van vloed- of rivier-water, maar slechts een door re gen verhoogd polderpeil. Het water rond' den dijk van Vettenbroek was ver en ver boven peil! En toen is de dijk op die eene plek „opgeborsten”, omhoog geko men, gaan drijven! En wat voor ®en dijk! Van een zoodanige substantie, dat ik hem ”s' zomers heb zien branden, smeulen dus door wat oorzaak dan ook aangestoken! Bovendien een geslonkent een ingezakte dyk! In geen twintig jaar hij i>c» ajvuwue hu vraagstuk eeni ge oogenbiuhem in aat nieuwe licht en einoiigde met een beslissing ten mijnen gunste. ,,Die niet waagt, Alle, niet wint”, zoo ving hij wederom1 aan. „Gij hebt een kans in uw voordeel, die ik mis, en gij moot de eerste zijn om een poging aan te wenden. „Een kans in mijn voordeel her haalde ik verwonderd. Mijnheer Bruff glimlachte. „Het staat aldus”, zeide hij. „Ik verted u openhartig, dart ik niet in uw bescheidenheid geloof en ook niet in uw zelfbebeersctiing. Maar ik ver trouw hierop, dat Rachel nog in een klein hoekje van haar hart een zeke re zwakheid: voor u koestert. Doe daar uw voordeel miee en tracht haar er toe te brengen, haar geheele mee» ning ten uwen opaichte ronduit te openbaren. Nu is het de vraag, hoe zult gij haar te spreken krijgen?” „Zij is uw gast geweest in dit huis”, antwoordde ik. ..Mag ik het wagen- u voor te'stollen, dM de ont moeting hier zal plaats vinden?” „KW, zeide mijnheer Bruff en deed wederom een paar stappen in het vertrek op en neer. „In duidelijke woorden”, hernam hij. „mijn huis moet dienen voor een val om iRaohel in te vangen met een lokaas in den vorm’ van een uitnoodi- ging van mijn vrouw en dochters. AJs gij iemand anders waart dan Franklin Blake en dfe zaak een min gen heeft, die rekent voor dyk-aanleg om den nieuwen polder het tekort op nog wel een miljoentje méér'. Als men dan den polder nog zonder groote kosten droog kan houden! Waarom deze précai re zaak zonder noodhak ik herhaal: zonder noodz a a k aangevat Is daar niet een wegennet dat schreeuwt om verbetering? Is daar niet de dtoor- vaarf-verwyding van de GoUwe bij Wad- dingsveen en Boskoop Ligt daar niet dc volstrekt onvoldoende Mallegatssluis Zijn daar nog niet veje andere p rod u k t i e v e uitgaven Het mag haast onver antwoordelijk geacht worden, dit werk met Overheidsgeld ondernemen. Wien liggen die Plassen iifc den weg? Wat de volksmond in ReeuwBfc zegt? „De nieu we Polder Vyftig boertjes en vyftig arme daglooners: daf is honderd gezin nen; die eten er nu van!” Wat men ten koste*yan ontzaglijk veel geld bereikt, is, dat mén vernielt een van de schoonste natuurhionumenten in het hartje van Holland, een lustoord1 voor komende geslachten! Wat nu Plas is, was oorspronkelijk iteenderij, stukken water gescheiden door snippers land. Door spel van wat$r. wind, golven, stroom, die dit alles wegspoelden en al leen de grootere eilanden lieten, werd het „meer”, natuurrtMipument van prach tige schoonheid. Ho^schitteirend, giste ren, Zondagmorgen Sluipwjjksche WJje, w effen water; daarboj Onze Plassen! Mag iW gen van het groote Y< droogmaking gaan lm Naar aanleiding hiel niet ongewenscht vooy e te plaatsen. Hoewel zelf, op gtéjj en agro-geographische "WBhrégingen geen voorstander van deze droogmaking zonder meer, meen ik toch op te moeten komen te gen een voorstelling als de door Dr. Zuidam gegevene. Trouwens in principe ia, in de laatste vergadering van de Prov. Staten van Zuid-Holland reeds tot droogmaking van deze Plassen besloten. De mate van waardeering die Dr .Z. aan Vettenbroek en de Broekvelden ten opzichte van het nog nooit drooggelegde deel toekent, is zeker niet juist, want èn waterstaatkundig èn wat de kwaliteit van den .bodem betreft zyn de ondergeloopen polders er slechter aan toe dan met het eventueel geheel droogge legde Piassencomplex het geval zal zjjn. Terwijl zonder de minste twijfel de be- malingsmoeilykheden van Vettenbroek c.s. hierdoor sterk zullen verminderen. Dat deze polders zonder zeer ingrijpende veranderin gen boit een ordentelijke droogmakerij zul len worden, mogen we voorloopig gerust blijven ontkennen. Wanneer de totale lasten, dyklasten dus inbegrepen van vruchtbare Weilanden langs de Lek in de dure tyd 12.50 bedroegen per bunder, en in het drooggelegde Vettenbroek 50 4- 20 be taald zal moeten worden, zal men bij eenig De ontwepenings-oonferentie. Een nieuw verdrag met Rusland. Sir Austen Chamberlain deelde gisteren in het Britsche Lagerhuis mede, dat lord Cecil gevraagd was als Britsch vertegen-» woordiger by de voorbereidende commissie inzake de ontwapening te Genève op te tre den. Hy zou worden bijgestaan door verte genwoordigers van de departementen van buitenlandsche zaken, oorlog, marine en bijt zan Hij overiuinüiigde mij een, groote» sleutel en deelde mij mede, dat hij voor de eerste maal in zijn leven besthaamd was over zichzelf. ..Kond zij „Zij komt aan de lunch en blijft den nauniddag bij mijn vrouw en doen, ters doorbrenger».1 „Zijn rij in het geheim?” „Zeker. Zij hebben geen (egenwer- pingen gemaakt. Nu het er on» le doen is. u en Rachel wederom bij elkander te brengen, zien zij niet op tegen de micMelen, die moeten worden aange wend.” „Ik ben haar zeer verplicht. Wat is dit voor een sleutel „Vaal de deur in den tuinmuur. Zorg om dirie uur daar le- zijn. Ga den tu’?i in en door de serre. Dan komt gij in de kleine gezelschapska- n»er. Loop die door en open de deur voor u, welke roegang geeft tot de minliekMial. Daar zult gij Rachel al leen vinden.” ..Hoe kan ik u genoeg danken?” ,.Dait aal ik u zeggen Stel mijniet verantwoordelijk voor wat er misschien later gebeuren z»l.” Met dere wóórden ging hij heen. Ik had nog eenige vervelende uren te wafehten. Om den tijd te verdrijven, keek ik naar mijn brieven. Er was er een onder van Belteredge. Ik maakte hem haastig open. Tot mijne teleur stelling begon hij al dadelijk met mij te waarschuwen, dat ik geen nieuws maar sle< “rpei ttenl toen is de dijk rston”. nmhnoir I rijven! zoodanij zomers 1

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1926 | | pagina 1