re 7, Gouia
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD! VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
lei 1928
85* Jaargang
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
gr
gfi
EERSTE BLAD.
FEUILLETON.
1
B
I
I0UDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE,
ONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
I»
DE MAANSTEEN
Groot
gezocht 711
h bij
teldag I
rwi 1
rzleken
rgie, neerslachtigheid,
anden, hypochondrie,
-rails brochure v»®
1 Mei-overdenkingen.
f 9ó: 1014!
I I-r 4 i
BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP,
NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWIJK, SC]
COURANT
BRIEVEN UIT
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
MEDISCHE BRIEVEN.
i®
"101294
elefoon 512
die
niet
ge-
lange
wille.
's hemels
60
het
Alles
605 M
(Wordt vervolgd).
IWOllE CRNHIM
lijn alleen ver-
HOFSTAD.
IV.
I ZONIN,
- DEN HAAS
:ij». 1099 50
Spannend romantisch verhaal
van
WILKIE COLLINS.
9
i9V
sn.
hi wjj, Hagenaars,
kier eenig voorbe-
phikkige voorrecht
radhuis-kwestie te
an nog wat na-ktb
jhische waarde van
Jsingel de waar-
sr tyden^op en neer
groot huis der ge
in bezit al was het
Bzeur over de voor-
Sthangen.
»ag nog niet eens
nieuwe stadhuis en
we plannen, die de
rbêslissing op losse
i.het Rotterdamsche
uen navolgen dat
en dus armoedig-
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omscrokan (bohoorande tot den bMor<krin»)
1—6 regels 1.30, elke regal maar ƒ0.26. Van buiten Gouda an dan bezoigkring
1—6 regel»-1 55, elke regel moor ƒ0.80. Advartentita in hot Zatardagnummer 2>
jjjsiag op dan prtfe. Ue^dadigheida-advartentiin da helft van den prtfe.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regale ƒ2.06, elke iagal moer /LM. Op
da voorpagina 60 hooger.
Gewone advartcntiVn en ingezonden medodeelingan bfj contract tot Mar geraduceer-
den prjji. Groots lottere en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van solieda Boekhan
delaren. Advertentiebureaus en onze Agenten en moeten daagt vóór da plaatsing
aan het Bureau zjjn ingekomen, tanaind van opname verzekerd te zQn.
eene krachtige arbeidersbeweging redding
kan brengen aan de voortdurend dieper zin
kende wereld. Daarom moet men krachtiger
dan ooit ijveren voor den achturendag, de
medezeggenschap in de bedrijven, een duur-
zamen vrede."
Waar is, zoo zouden wjj willen vragen,
het bewijs, dat de arbeidersbeweging red
ding kan brengen In het op den voorgrond
stellen van den achturendag en de medezeg
genschap ligt het zeker niet.
Toen in 1918 de wapenstilstand een einde
aan den oorlog maakte en het voor ieder
duidelijk had moeten zijn, dat de door den
oorlog teweeggebrachte verarming slechts te
bestrijden was door hard te werken en so
ber te leven, toen stelde de arbeidersbewe
ging het parool: minder werken en beter
levep. En toen gebeurde, wat verstandige
menschen voorzagen, en de maatschappe
lijke machine mede door onverstandige
sociale maatregelen, vastliep, omdat de
menschheid nu eenmaal niet meer kan ver
teren dan zij produceejt, toen wilde men
geen ongelijk erkennen. Men weet de oor
zaak der ontreddering aan het kapitalisti
sche stelsel en aan de leiders der productie.
Men vergat daarbij echter twee zaken. In
de eerste plaats, dat de fout dier leiders
juist voor een groot deel daarin bestond,
dat zij toegaven aan eischen der arbeiders,
waaraan zij niet hadden mogten toegmren.
En iifMe tweede plaats, dtt <jp inggwal^keNte
verhoüdingOr^ die ónze wereldkuisfu^dnw
krtmeAra, nuAaftnuuMret begaaft van
ten onvermijdelijk maken.
Zal dit echter anders worden, als de lei»
ding van het bedrijfsleven grootendeels
wordt gelegd in de handen van een veel
hoofdig, uit arbeiders bestaand orgaan
Geloove wie het wil.
Wij zouden zelfs geneigd zijn te beweren,
dat het aan de bekwaamheid en de energie
van vele der tegenwoordige bedrijfsleiders
te danken is, dat verschillende op onjuist
maatschappelijk inzicht steunende sociale
maatregelen nog niet grooter ontreddering
hebben teweeggebracht dan het geval is.
En thans de wereldvrede.
De strijd van de arbeidersbeweging tegen
den oorlog, is ons om haar motieven sym
pathiek. Toch vreezen wij, dat die beweging
ons naar den oorlog in plaats van naar den
vrede voert, zoolang zij in de hoofden der
massa allerlei economische wanbegrippen
aankweekt. Het eind van de verwarring,
waartoe die wanbegrippen leiden, is ten
slotte de oorlog. Men zie naar Italië. De
door communisme en socialisme geschapen
verwarring heeft daar het fascisme gebaard
en voor wie den loop van zaken volgt, moet
het duidelijk zjjn, dat het fascisme daar
doende is, den porlog te baren.
par pond
60 oeat
60
"639 10
lastingbetaler onder die last laat bezwijken.
Op deze wijze beïnvloedt de overheid het al
of niet bestaan van de kunst op de meeat er
gerlijke w\jze. Alleen de groote en
kunnen het uithouden maar de jongden
moeten het gelag betalen. Het is onbegrip**-/
lijk dat men in dit opzicht iedereen zijn gang
niet laat gaan; wat een slechte beïnvloeding
gaat dan toch steeds van de overheid uit.
Laat ieder toch zijn geld besteden zooals hij
dat wil, laat hem desnoods betalen naar ge
lang van de winst die hij er mee maakt,
maar laat het toch uit zyn met het bestalen
van hen die trachten iets tot stand te bren
gen. Is iets een kwaad, dat men het bestre
de zoo mogelijk bij de bron, is iets goed iaat
het dan zich vrij-uit ontwikkelen. Maar het
goed te behandelen alsof het een kwaad is
en het tegen te werken en onmogelijk te ma
ken dat is toch een daad van wanbeleid die
afkeuring, verdient. Wil iemand zijn geld op
sparen en ’s zomers naar het buitenland
trekken om het daar te besteden, men laat
hem kalmpjes gaan; wil iemand ’s winters
de kunst in zjjn land steunen door veel
schouwburg-bezoek, men plukt en plundert
zijn goede daad door hem twintig procent
belasting op te leggen.
Inderdaad, de gemeente-bemoeding kan in
bepaald opzicht beperkt worden. Dan was
misschien ook d'e .stadhuiskwestie minder ur
gent. Dat spaarde al weer millioenen.
HAGENAAR.
Gelijk de mot schadelijk is aan een
kleed, en de worm aan een hout, zoo is
de droefheid schadelijk aan ‘s menschen
hart.
114) -
„Sliept gij slecht?’’
„Ellendig Verscheiden nachten ach
tereen deed ik dikwijls geen oog toe.
•Was de nacht na den verjaardag
eene uitzondering Tracht het u te
herinneren. Sliep gij bij die gelegen
heid beter
,Ik weet het nog heel goed. Ik had
rustigen slaap.’
pfrii I in»
lOB
ste
Frankenstraat 79.
1158 IS
Bloedarmoede.
Ditmaal wil ik een «ogenblik uwe aan
dacht vragen voor een aandoening, welke u
allen hetzij uit eigen ervaring hetzij uit uwe
omgeving bekend is. Hoewel de bloedarmoe
de helaas zulk een populariteit geniet, heeft
het mij toch vaak getroffen, dat men zich
geen denkbeeld kan vormen van het wezen
van dit euvel.
Ten deele heeft men vaak een geheel fou
tieve voorstelling hiervan. Ik moet hier aan
stonds aan toevoegen, dat ongetwijfeld de
gebrekkige benaming „bloedarmoede”
schuld heeft. Immers,'wanneer men zich
geen enkel begrip aangaande deze aandoe
ning eigen gemaakt heeft, dan zou men, na-
ilenkende over dit probleem, weldra tot de
conclusie komen, dat men te doen heeft van
een te kort aan bloed of duidelijker uitge
drukt en wel ’t liefst in cijfers, dat iemand
i. p. v. de normale hoeveelheid bloed, zijnde
pijn. 5 Liter er maar drie b.v. in zijn vaat
stelsel herbergt. Deze geheele redeneering
is evenwel totaal foutief. In de allereerste
plaats moet ik u er attent op maken, dat wjf
de totale hoeveelheid bloed, welke een
mensch in zijn vaatstelsel herbergt niet pre
cies Rennen. Het spreekt van zelf, dat dit
bij den één iets meer is dan bt/Mtfjti^nder.
Onder bepaalde omstandigheden ijRllik,
evenwel in de gelegenheid geweest ziem
eenig denkbeeld hieromtrent te vormen en
Bjj de behandeling der Indische Begroe
ting in de Tweede Kamer is zwaar gerede
neerd over het communisme en het gevaar,
hetwelk dit oplevert voor onze Koloniën. De
heer Van Vuuren zeide bij deze gelegen
heid: Er worden geen communisten geboren,
maar gemaakt. Daarom heeft men z.i. te
zorgen voor een rechtvaardig bestuur en
een rechtvaardige behandeling van allen.
Dit zjjn ongetwijfeld gulden woorden.
Toch is het opvolgen van dit advies niet
voldoende, om het communisme te bestrij
den. Het maken van communisten geschiedt
nog op andere wijze, namelijk door verkeer
de, eenzijdige voorlichting. Deze bestaat
daarin, dat de moeilijkheden des levens in
de eerste plaats worden geweten aan het
productiestelsel en de waan wordt verbreid,
dat met wijziging van dit stelsel, ook de
moeilijkheden zullen verdwijnen. Teekenend
in dit opzicht is de volgende passage uit
het 1 Mea-manifest van het Internationaal
j Verband van Vakvereenigingen. „Steeds
klaarder”, zoo leizen wjj daarin, „treedt aan
den dag, dat het kapitalistisch productie
stelsel niet meer bfl machte is, de Voort
brenging ten behoeve der geheele samen-
lerlng te organ rsBferen."
Wordt hier, zoo zouden wij willen vragen,
tiet al te zeer het zwaartepunt gelegd in
het productiestelsel en al te zeer vergeten,
dat er twee andere factoren zjjn, die een
woordje meespreken. Een daarvan is de na
tuur, welker gaven nu eenmaal beperkt zjjn.
En de tweede is de geaardheid der men
schen. Het versje van den ouden dichter is
nog altijd waar, dat, als alle menschen wijs
waren, deze aarde een paradjjs zou zijn,
maar dat ze nu meest een hel is. Juist met
het oog op deze twee factoren is het niet
alleen voldoende te zeggen, dat het kapita
listische stelsel in gebreke is, maar moet op
redelijke gronden worden aangetoond, dat
het socialistische of communistische beter
zal zjjn, dat dit wel de voortbrenging ten
behoeve der geheele samenleving kan orga-
niseeren. En nu zjjn de voorbeelden zoowel
als de argumenten, waarmede de voorstan
ders van een ander productiestelsel hun
standpunt ingang willen doen vinden, niet
van dien aard, dat zjj het denkende deel der
bevolking met vertrouwen vervullen.
En dit vertrouwen vindt allerminst steun
in wat wij in het genoemde Mei-manifest
verder lezen. „Iedere dag opnieuw”, zoo
wordt betoogd, „levert het bewjjs, dat alleen
Hij 1 iet eensklaps mijn arm weer
s en zag mij als iemand, wiens laat-
twijfelingén zijn weggenomen.
Dit is een gedenkwaardige dag in
uw le*ven en het mijne”, sprak hij op
ernstigen toon. ..Van één ding ben ik
aeker, mijnheer Blake ik heb het-
dokter Candy u dezen morgen
wilde zeggen, in mijne aanteekemn-
gen, welke ik aan het bed van mijn
patiënt heb genomen. Wacht. Dit is
W niet alles. Ik ben innig overtuigd,
te kunnen bewijzen, dat gij in bewus-
Barferae, Madera,
jer flêioh en fl.—
f0.90, R. en W.
20, Kinawijn f 1.25,
SIROPEN i Oranje,
1.— p. Literfleioh.
1.— p. literfleioh,
ABONNEMENTSPRIJS: par kwartaal 2J16, per waak 17 cant, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kwartaal f 8.16 net Zondagsblad 8.80.
Abennamenten worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA
hjj onze agenten an loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zjjn dagelijks geopend vu 9—6 uur. Administratie Tal. Int. 82;
Redactie, Tel. 83.
naar hem had uitgezien.
..Ik kom riep hij terug. ,.Ik kom
dadelijk.”
Hij wendde zich tot mij.
..Ik heb een ernstig geval in
dorp”, zeide hij, ,,en had er thans al
moeten zijn. Geef mij twee uur en
kom den terug bij mijnheer Candy.
Dan «al ik ter uwer beschikking we
zen.”
..Hoe kan ik zoolang wachtenriep
ik ongeduldig uit. ..Kunt gij mij niet
een enkel woord tot opheldering ge
ven, voor gij gaat?”
..Deze zaak is van te veel gewicht
om in der haast behandeld te worden
mijnheer Blake. Ik zou slechts uwe
spanning doen toenemen, indien ik
trachtte, er met een paar woorden
..Dal ik het rooaen er aan had ge
geven
'Waart gij er aan gewoon geweest?
,.Ja.”
Hebt gij eensklaps
woonte gebroken?”
..Ja.’
.Betteredge had1 volkomen gelijk,
mijnheer Blake. Wanneer het rooken
een gewoonte is geworden, jnoet iemand
al een buitengewoon gestel hebben,
als hij het er op eens aan wil geven,
zonder er na 'eePge gevolgen van te
ondtervinden. De oorzaak van uw sla
peloos» nachten is duidelijk genoeg,
dunkt mij. Mijn volgende vraag heeft
betrekking op dokter Candy.
Kunt gij u herinneren, op het ver
jaringsfeest of later, een woordenwis
seling met hem gehad te hebben over
iets, wat zijn beroep betreft
Deze vraag wekte terstond een vau
mijn slapende herinneringen op aan
het geen er bij die gelegenheid had
plaats gehad. Het dwaze twistgesprek
fussehen den dokter en mij. is be
schreven in een der hoofdstukken van
Betteredge's verhaal. Ik kon er mij
nog alleen maar van te binnen breh-
gen. dat ik aan tafel min of meer den
spot dreef met do geneeskunde en wel
op zoodanige wijze, dat zelfs mijnheer
Candy er een «ogenblik door uit zijn
humeur geraakte
denken, tijd om u
geloof, dal het bewijs
m mijn handen ligt.
„Verklaar u. om
Wa/i bedoelt gij
in de opgewondenheid van het
oogenblik waren wij eeaige sonreden
buiten het bosohje gegaan, dat ons tot
dan toe aan het gezioat van toevallige
voorbijgangers had onttrokken. Voor
Ezra Jennings mij kon antwoorden,
werd hij geroepen door een man op
den grooten weg. die klaarblijkelijk al
terreinen g-eschikt kunnen zijn voor een
stadhuis. In één ópzicht lokt het denkbeeld
ons niet aan, n.l. omdat de kans op uitbrei
ding van een eventueel te stichten stadhuis
zeer gering zal zijn óf zeer duur: Gelijk wjj
vroeger hebben betoogd is ons denkbeeld dat,
dat een klein monumentaal hoofidgebouw
wordt gesticht, waarin het Dageljjksch Be
stuur en de Gemeenteraad een tehuis vindt,
waar eenige ruimte voor recepties enz. be
staat en aansluitend aan dat hoofdgebouw
een reeks praktische en eenvoudige reeksen
van gebouwen waarin de bureaux zjjn on
dergebracht. Het is dan mogelijk nog een
teirein te reserveeren voor eventueele uit
breiding. Het hoofdgebouw bljjft echter
door alle tijden heen voldoende en daaraan
behoeft niet meer getornd te worden. Dat
gebouw kan heel mooi zjjn, de rest zij alleen
praktisch. Natuurlijk zullen de bouw-mees-
ters zich er niet mee kunnen vereenigen om
dat zjj liever een groot majestueus monu
mentaal gebouw stichten maar een prakti
sche overweging mag toch ook wel gelden.
Het Rotterdamsche stadhuis is misschien al
niet groot genoeg meer en als het zóóver
nog niet is zal de t|jd wel komen en dan be
gint het oude weer op nieuw dat n.l. enkele
afdeelingen worden ondergebracht in groote
woonhuizen, net zoo lang totdat allerlei
moeilijkheden daaruit zijn voortgekomen en
men weer tot een reconstructie van het ei
genlijk stadhuis overgaat. Als eerste eisch
zouden wjj, gezien de ervaring, willen stel
len, dat een nieuw te bouwen stadhuis zóó
wor<lt ingericht dat het op den groei ge
bouwd is. Niemand weet hoe de gemeente-
bemoeiïng zich zal uitbreiden al hopen velen
dat deze ziefi eer zal inkrimpen, maar <fe
uitbouw der gemeente alleen reeds maakt
vergrooting onvermjjdeljjk. Bouwt het stad
huis dan toch op den groei! Het doet er be-
trekkelyk weinig toe waar het stadhuis
staat: iedereen woont er onder alle omstan
digheden ver af en niemand weet zelfs naar
welke richting de gemeente zich het meest
zal uitbreiden. Het lijkt voor het oogenblik
«lat het dn de richting van Loosduinen is,
maar wie zegt dat die richting niet op een
goelen dag meer noordelijk of oosteljjk dan
zuidelijk zal gaan?
Toen wjj onlangs over de resultaten van
het afgeloopen seizoen schreven, opperden
wjj de veronderstelling dat ongetwijfeld
weer variaties op komst waren. Thans heeft
één theater-gezelschap al belangrjjke be
sluiten moeten nemen die van weinig voor
spoed getuigen. Het verwondert ons niets
want er is een zeer groot te veel aan thea
terkunst in den Haag. We] mogen wjj er
eens op wjjzen dat dit gezelschap in den
afgeloopen winter vjjftien duizend gulden
aan de gemeentekas heeft moeten afstaan
voor belasting op de openbare vermakelijk
heden. Daar speelt het residentie-orkest nu
mooi-weer van, dat 83 mille subsidie krijgt.
Men ziet nu weer eens den ellendigen toe
stand dat een belasting genomen wordt van
de bruto-opbrengst en dat men kalm den be-
teloozen loebuuu neoi verKeerd, toeu
gij de kamer biimentradi en den dia
mant wegnam. Geel mij tijd om te
te ondervragen, la
uwer onschuld
(iOlD
ng bemoeiljjkt. De
en wjj nooit geluk-
labiaal niet te zeg-
,—jitrum van de stad
<en het is heusch niet zoo bezwaar!jjk om
atadhi^s eèn weipigjbuiten het centrum
_3tTék«n<le <tilt-veld, eep bizonder
ligt Huwt
zoo goed in het centrum als het uitgebroken
terrein op het Spui en het heeft dat voor dat
het aan geen zjjde belemmering ondervindt.
Langzamerhand waren wjj vertrouwd met
de gedachte dat dan toch het Rotterdamsche
voorbeeld zou worden gevolgd, toen plotse
ling weer een gansch rtieuw denkbeeld is
verrezen en wel om het stadhuis op zjjn ou
de plaats te laten en het uit te breiden;
waartoe de gelegenheid werd geboden nu in
d'e onmiddelljjke omgeving allerlei gebou
wen konden worden verkregen die in aan
sluiting konden worden gebracht met het
bestaande. Onmiddeiljjk is het dageljjksch
bestuur der getneente op dit nieuwe plan in
gegaan en heeft het voorgesteld nog eens
het gansche vraagstuk van den stadhuis
bouw te onderzoeken. We zjjn dus precies
even vér als een vjjftien jaar geleden en het
laat zich aanzien dat het weer zeer gerui-
men tjjd zal duren eer thans een definitieve
beslissing valt die ook onmiddelljjk zal wor
den uitgevoerd. I>it toch is het grappige in
het geval dat de beslissingen die tot nu toe
zjjn genomen, niet aanstonds in toepassing
zjjn gebracht zoodat de gelegenheid open
bleef om weer wat anders te bedenken. De
grootste wijsheid is een kloek besluit..
dat echter niet wordt uitgevjoerd.
Het is niet mogelijk te beoordeelen in hoe-
verre de thans op de Groenmarkt aanwezige
bpheldcriiig oVer te geven. 1 ot straks^
te' Frizanghail”.
Daarmede verliet hij mij.
HOOFDSTUK X.
Moe ik die twee eindeloos
uren doorkwam, herinner ik mij nau
welijks meer. Dit alleen weet ik nog.
dat mijn horloge nauwelijks den tijd
aanween, die mij was bepaald, toen
ik mij reeds in het huis van mijnheer
l andy bevond. Ezra Jennings wachtte
mij in een kamer, die aain de apo
theek grensde.
„Duid het mij ten goede, mijnheer
zeide hij. ,.dat ik u hier ontvang. Dit
is het eenige vertrek waar wij onge
stoord kunnen spreken. Hier liggen
rrijne papieren en hier zijn een paan
boeken, welke wij misschien zuHen
moeten raadplegen, eer wij gedaan
hebben. Schuif irw stoel dichter bij de
lafcl, dan zullen wij te zamen in
zien.”
Dit zeggend overhandigde hij mij
zijne aanteekeningen. Zij besloegen
twee groote vellen papier. Eén ervan
was slechts gedeeltelijk met schrift
bedekt, terwijl op verschillende plaat
sen de regels waren afgebroken door
open ruimten. Het andere was be
schreven met rooden en zwarten inkt
en geheel gevuld van boven tot bene
den. In den prikkelbaren toestand,
waarin ik verkeerde, legde ik hei
laatste blad wanhopig neder
In één opzicht benijd
de Rotterdammers zd
houd, n.l. dat zij hef]
hebben gehad van del
zjjn verlost. Men mefce 1
beien over <le architect
het stadhuis aan den iCa
«leering zal in den loop
gaan het .bezit van él
meente is een aangena!
alleen reeds omdat het
bereiding de keel gaat i
Wij zijn het in den 3
over de plaats voor heg
telkens rijzen er nieto
reeds vele jaren geleda|
schroeven stelt. Men ha?
voorbeeld in zooverre- jjfill
men midden in het oudstfe e
ste deel van de stad graóte opruiming wilde
houden, en een ruim pldn scheppen waarop
het nieuwe raadhuis’ glorieus zou prijken.
Nu heeft zoo’n twe^vliegen-in-één-kJlap
natuurlijk iets voor, maar hoe meer men een
plan bindt aan omstandigheden die eigenlijk
niets met het onderwerp te maken hebben,
hoe meer men de beslisfl
keuze van de plaats heb
kig gevonden. Het iflH
gen waar precies hqt c«
..Heb medelijden met mij zeide
ik. ..Zeg mij. wat ie te verwachten
heb. voor ik dit begin te lezen.
„Gaarne, mijnhee Blake. Hebt gij
er tegen, dat ik u nog één of twéé
vragen stel
Zooals gij wilt.”
Hij zag mij aan met een droevigen
glimlach op de lippen en medelijden
de belangstelling in zijn zachte brui-
ne oogen. s
..Gij hebt mij reeds gezegd”, zoo
begon hij. „dat gij bij uw we en noon
opium hebt ingenomen.
..Bij mijn weten?” herhaalde ik.
„Straks zult gij begrijpen, waarom
ik dat voorbehoud m«|ak. Laten wij
voort gaaai. Gij weet niet, ooit opium
te hebben gebruikt. Verleden jaar om
dezen tijd, leed gij aan zenuwachtige
overprikkeling en sliep gij slecht.
De nacht na het verjaringsfeest was
echter een uitzondering uw slaap
was rustig. Heb ik het juist tot dus
ver?”
..Ja.”
Kunt gij eenige oorzaak aan voeren
voor uw ongesteldheid
„Ik weet er geen. De oule Bette
redge maakte er wel een gissing naar
doch die is nauwelijks de vermelding
waard.”
..Verzoek versdhoonring. Alles is
waard te worden vermeld in een ge
val als dit. Betteredge schreef uw sla
peloosheid toe aan iets. Wat was dat?