1
Ki. ffl.
I
WERK.
n 306
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
bergambacht, berkenwoude, bodegraven, boskoop, gouderak, haastrecht, moordrecht, moercapelle,
NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWUK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
J
i Natuur Azijn
zijn. Dragon
lijn en echte
^zijn.
dus geen Azijn
is onze prima
7, Gouda
go. 16210
Zaterdag
Juli 1626
65»Jaargang
osterd
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
EERSTE BLAD.
millloan
FEUILLETON.
rt ST”
- Gouda
oogst.
s bezorgd.
r*
DOOK GOUD VERBLIND.
Productiviteit vin dnn arbald.
:undige,
bij
n.
plaatsing
het
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
E
iTTERDAM
ippij.n
Mm van a»n
wlntteind—t
ttest
48)
(Wordt vervolgd>.
Perrfnm Plwe.
Petriam PIMe was ten tijde ran Ko
LBEDE.
gorten Haar-
en 68 uur
Voor góden en menschen is er geen
verhevener schouwspel dan een deugd
zaam mensch, die niet gebogen wordt
door tegenspoed.
mede bekend
R” herstelden
eft in onder-
7CT 80
langen en kor-
172360
ROTTERDAM.
HAGENAAR.
fiOlMHE COURANT.
onder 't uifsniréken vafr een pegening,
hare
ten €6 verschuilende maten modelen
vloersteenen. Thans is dit aantal terugge-
bracht tot 7.
Het staat wel vast, dat deze langs ver
schillende wegen tot staftd gekomen, betere
organisatie van den arbeid veel heeft bijge
dragen tot de thans in Amerika heerschen-
de welvaart.
En aan het feit, dot Europa langzamer
hand het Amerikaansche voorbeeld gaat na
volgen, is het zeker mede te danken, dat de
welvaart in ons werelddeel van den oorlog
en <zyn nasleep de nadeelige gevolgen nog
niet in meerdere mate ondervindt dan inder
daad het geval is.
ig overlat
gemakkelük viel op te
ook ging, altijd waren
de zorg op zich
neenen vacantie-
jmakkelijk, om
jne verbazing
immer had ik
■ig hoofd met
plekken had.
i'heea stug en
U de vrijheid
Een veel bewogen leven.
Roman uit het Engelsch
van
Miss E. BRADDON. A
komende rusttijden en vooral door het ver
mijden van alle onnoodige bewegingen de
arbeiders in vele gevallen 2 tot 4 maal zoo
veel konden verrichten als tot dusver, zon
der dat deze hoogere prestatie hen buiten
gewoon vermoeide.
Voor de doelmatige aanwending van den
arbeid is voorts van belang de zoogenaamde
normaliseering en st and aard i see ring, waar
in men het in Amerika eveneens ver heeft
gebracht. Over de beweging in deze richting
in de Vereenigde Staten gaf het Juninum-
mer van het tijdschrift ,fAdministratieve
Arbeid” dezer dagen een belangrijk artikel
van Prof. Dr. J. Anton de Haas te New-
York.
.Men verstaat daaronder het terugbrengen
van verschillende vormen en maten, door de
onderscheidene fabrikanten van een bepaald
artikel vervaardigd, tot een zoo klein aan
tal als voor de voorziening in de behoefte
noodig is. Tot dusver werden tal van voor
werpen door den eenien fabrikant echigszins
anders gemaakt dan door den ander, tzondei
dat dit noodig was, doch alleen om den koo-
pers wijs te maken, dat die nieuwe eigen
schap aan het artikel een hoogere waande
verleende.
Thans tracht men door samenwerking te
komen tot een veel kleiner aantal modellen
door .sommige der tot dusver bestaande te
doen vervallen. Gaat men daarbij langs we-
tenschappel ijken weg de beste modellen uit
kiezen, dan spreekt men van standaardisee-
ring.
Dit Wdnere aantal rhtxMlen leidt tot eene
geweldige besparing op de bedryfsonkosten
van verschillenden aard en daardoor tot
goédkooper product.
Zoo deelt Prof, de Haas mede, dat voor
e.nige jaren de electrisdhe bedrijven in
Amerika niet minder dan 179 verschillende
soorten lampen produceerden. Het uifawer-
ken van deze verschillende soorten was tijd-
roovend en dus kostbaar. De onderdeden
waren niet verwisselbaar, de handelaren
waren gedwongen groote voorraden te hou
den, waardoor groote sommen onproductief
vastgelegd werden. De fabrieken van elec-
trische artikelen waren verplicht, groote be
dragen in machines en machinegereedschap-
pen te beleggen, ten einde in staat te zijn,
deze groote verscheidenheid van artikelen
'te kunnen fabriceeren. Tegenwoordig wor
den slechts 6 modellen gemaakt en het be
hoeft geen betoog,, dat de productie- en
verkoopkosten daarmede aanzienlijk zijn
verminderd.
In 1918 werden nog 37 verschillende mo
dellen muurpluggen gemaakt en tegenwoor
dig slechts één.
In 1914 vervaardigde men in de verschil
lende steenfabrieken in de Vereenigde Sta-
Reeds eender wezen wij op de hooge loo-
flen en de groote welvaart der Amerikaan
sche arbeiders. De oorzaak daarvan is, zoo
betoogden wij, niet gelegen in eene inten
sieve staatsbemoeiing of in eene krachtige
vakbeweging. Beide zijn in Amerika min
der sterk ontwikkeld dan in Europa. De oor
zaak ligt elder», nJ. in de grootere produc
tiviteit van den arbeid.
Deze is eensdeels het gevolg van den rijk
dom aan natuurlijke hulpbronnen. De land
bouwer ziet zijn arbeid beter beloond, als
hij dien kan aanwenden op eene groote op
pervlakte land dan wanneer er slechts eene
kleine oppervlakte te zijner beschikking
staat. En de arbeid van den mijnwerker le
vert grootere opbrengst, als hij wordt aan
gewend om dicht aan de oppervlakte lig
gende kolen- of ertslagen te exploiteeren,
dan wanneer de kolen of het ijzer uit groote
diepte te voorschijn moeten worden .gehaald.
Behalve van den rijkdom aan natuurlijke
hulpbronnen is de productiviteit van den
arbeid afhankelijk van den ijver en de be
kwaamheid der arbeiders en wel vooral ook
van de bij den arbeid gevolgde methodes.
Van beteekenis in dit laatste opzicht is, dat
de arbeid wordt uitgevoerd op de wijze,
waardoor hij de minst mogelijke vermoeid
heid veroorzaakt.
iDe doelmatigheid der gébruikte werktui
gen en machines speelt daarbij uit den aard
der zaak eene groote rol, maar ook de doel
matigheid der door den arbeider te maken
bewegingen zelf. In beiderlei opzicht heeft
men in Amerika buitengewoon veel gepres
teerd. Wat het laatstgenoemde punt betreft,
verdient inzonderheid de aandacht het door
Taylor jn praktijk gebrachte systeem.
Tot dusver leerde de jongere werkman
van den oudere hoe de verschillende hand
grepen moeten worden uitgevoerd, wat ten
gevolge heeft, dat eenzelfde werk in ver
schillend© streken niet zelden op talloos
verschillende manieren en met talloos ver
schillende werktuigen wordt uitgevoerd. En
toch, zegt Taylor, is er maar één manier,
welke de beste is en maar één werktuig, dat
zich het best laat gebruiken. Om die beste
manier en dat beste werktuig te vinden is
echter een uitvoerige studie noodig. Taylor
heeft op dit gebied veel studie gemaakt.
En hij stond daarbij verbaasd over de
hoeveelheid menschel yke arbeid, welke door
ondoelmatige regeling van den arbeid werd
verkwist. Het bleek hem inzonderheid, dat
door voldoende en op het juiste oogenblik
»3. Inmrak bij
Heen
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2.26, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschied
Franco per post per kwartaal 3.15, met Zondagsblad 8.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA,
by onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9—6 uur. Administratie Telef. Interc. 82;
Redactie Telef. 83. Postrekening 48400.
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
DCQCXXVI.
Wei overal is thans de vacantde ingetre
den en meer dan de helft der bevolking ge
niet daarvan thans. Tot adittienjarigen
leeftijd loopt stellig'ten nog veel booger
percentage in zalig niets doen rond. De be-
teekenis van dit feit is niet gering, want
het is begrijpelijk dat het overgroote deel
daarvan niet alle vrije uren op aangename
wijze weet te vullen. Gelukkig is het vacan-
tie-vraagstuk in de laatste jaren ernstig
onder het oog gezien en heeft men begre
pen, dat men in die vrije wéken de jeugd
niet aan haar lot mag ovérlaten. ’t Was een
vraagstuk, dat niet L
lossen, want hoe het oo
er volwassenen noodig,
namen en juist in den a
tjjd was het verre W
mwnarhwn A*
tijd aan dit werk te geven. Met eenig geld
is het echter moigelijk gewonden, die krach
ten te vinlen.
Het is heusch een izeer zwaar werkje. Wy
hoorden nog dezer dagen het verhaal van
iemand, die zich bereid verklaard had, een
vacantiereisje van kinderen als geleider
mee te maken. Niet gewend om met groote
kinderen om te gaan en als nieuweling in
het vak zich geweldig inspannend en uitslo-
'vend, had hij een dag meegemaakt, zoo
zwaar als hij van zijn leven niet had gekend.
Half geradbraakt en tot het uiterste ver
moeid was hij ’s avonds thuisgekomen. Den
volgenden dag gevoelde hij zich nog stijf in
al izyn spieren en zelfe een zeer lang© en
zware slaap had de vermoeidheid niet ge
heel weggenomen.
Wij hebben wel eens, rustig in het duin
liggend het spelen van zoo’n grooten groep
vacantiekinderen gadegeslagen en met stij
gende bewondering gezien, hoe de 'leiders
en leidsters onafgebroken bezig waren. Al
leen van het kyken er naar werd je al moe;
hoe moet het dan ztfn, als je actief er aan
deelneemt! De gedachte, dat een zeer nuttig
werk wordt verricht, houdt hen wellicht op
de been. Nuttig is het werk inderdaad. Wie
op een vacantiedag eens door de volkswijken
loopt, ziet aanstonds, dat het heusch on-
1825 60
p«r pond
60 cent
60
60
639 20
doenlijk is, de kinderen den ganséhen dag
op straag, te laten slenteren en hoe langer
hoe tuchteloozer t© laten wonden. Hoe het
ook zij, het onderwijs brengt ongetwijfeld
tucht en besef van orde, het houdt de kin
deren een deel van den dag van de straat,
maar wij vreezen, dat in een paar weken zo-
menvacantie, die door het weer allicht de
gelegenheid geven, om het grootste gedeel
te van den dag buiten te zijn, er veel van
die goede resultaten kan worden vernietigd.
Vooral wordt ’t bedenkelijk, als de jeugd op
eigen houtje aan het zwerven gaat en zich
te ver van huis waagt. Dan komt de lust tot
straatschending licht op.
Er wordt over de jeugd overal geklaagd.
Ook iDen Haag kan meeklagen. Nu heeft
men hier één bijzonder omstandigheid, n.l.,
dat de z>gn. volkswijken niet over de heele
stad verspreid zijn maar over het algemeen
zelfstandig staan. Andere wijken ondervin
den dientengevolge niet zoo heel veel over
last van de breede kinderscharen in de
volkswijken. Echter is er in hun eigen wyk
voldoende gelegenheid voor het botvieren
van de zucht tot baldadigheid en in de sta
tistieken van de gemeente-bedryven vindt
men aarigetoond, dat er jaarlijks nog heel
wat door de jeugd wordt vernietigd.
Men staat daar some verstomd van. On
langs hebben we er nog eens een staaltje
van gezieh. Op het strand staat ’s zomers
een houten tent voor de politie, ’s Winters
"Wondt die tent op het duin getrokken, om
dat die anders natuurlijk in het ®ilte nat
zou verdwijnen. De raampjes van die tent
zijn gedeeltelijk met fijn gaas bespannen.
Als men nu niet, wat de jeugd in een win-
hun *an dia tent weet te ventielen, dat is
heusch meer dan kras. Door het fijne gaas
heen zijn alle ruitjes aan gruis gegooid.
Men moet wel met opeet hébben gezocht
naar heel kleine steentjes om die met een
katapult door de openingen van het gaas te
schieten. Voorts zijn de luiken geforceerd,
hoewel ze met ijzeren bouten gesloten zyn.
De deur van de tent, die met een stevig slot
gesloten was, is geopend; de paar bankjes
en het tafeltje, eenige kisten enz. alles is
overhoop gehaald. De wanden van de tent
zijn vol gekrast met messen en met potlood;
vieze woorden zijn er met dikke letters op-
geteekend enz.
Werkelijk, men staat er van verstomd,
hoe het „technisch” mogeüjk is, iets zoo toe
te takelen! Er wordt altijd verteld, dat ner
gens ter wereld de baldadigheid zoo groot is
als in ons land. We kunnen het niet beoor-
deelen, maar dat ze hier groot is, is buiten
twijfel.
Vlak voor het sportpark Houtrust, aan
lederen sportvriend welbekend, ligt een zeer
mooie monumentale brug. 'De voetstukken
van de lantarens zijn alle van fraai beeld
houwwerk vooitzien. ’t Is meer dan treurig,
zoo 'hopeloos beschadigd1 al dat werk is.
Geen enkel kopje heeft meer een gaven
neus, alle uitsteeksels zijn geschonden en
men vraagt zich af, met welk een moedwil
MEDISCHE BRIEVEN.
Utteekens.
Wanneer het litteeken, dat zich vormt na^
een verwonding, niet zijn normalen bouw
en omvang heeft, doch buitengemeen groot
en stram is, dan plegen wij deze bijzondere
vorm van litteeken aan te duiden met den
naam van Keloïd.
Het Keloïd is nu eens vrij plat en blauw
rood van kleur, dan weer sterk hobbelig,
zoodat wij bijna geneigd zouden zyn te spre
ken van een gezwel en wel zoo grillig van
vorm, dat een oogenblik ons een ziekte door
het hoofd gaat, welke nu en dan in de huid
pleegt voor te komen, n.l. de kanker. By
nader onderzoek blijkt evenwel spoedig,
dat deze kwaadaardige aandoening (hoe
wel te dezer plaats nog 't minst funest)
gelukkig uitgeschakeld kan worden. Hoe
griezelig zulk een keloïd er ook uitziet,
nooit grijpen de woekeringen over in de
diepte, wat de kanker wèl doet.
iDeze Utteekenvorjn, die men de naam
van keloïd gegeven heeft, bezit zoo weinig
elastisch weefsel om niet te zeggen, dat het
vrijwel geheel en al ontbreekt, een eigen
schap, welke het litteekenweefsel in ’t al
gemeen genomen in zekere mate bezit. De
oppervlakte om zulk een litteekenmassa.
als ik ’t zoo noemen mag, is meestal glan
zend rood, aangezien het oppervlakkigste
ningin Anna door zekeren Godfried
i'erriam gebouwd, op dezelfde plaats
waar eeuwen geleden reeds een ander
landgoed' van dien naam' had1 gelegen
de Perriaims waren een over-oud
adellijk geslacht. Toen dit nieuwe ge
bouw in gereedheid was, verkoos
Monk'hampton» zijn afgevaardigde; maar
de vrije en onafhankelijke kiéaers, ten
getaj.e van zoven-en-twintig, waren om
zoo te zeggen de vasallen en lijfeige
nen van Sir Godfried Perriam. Hij
betaalde hen voor hun trouw hij,
of het lid waarvoor hij hen deed stem
men maar niemand1 dacht er ooit
aan tegen Sir Godfried’» candidaait te
stemmen.
Vele jaren lang had het tegenwoor
dige rood steenen gebouw den naam
van ..Nieuw Perriam” gedragen, maar
door verloop van tijd was het nieuwe
er langzamerhand afgegaan en die be
naming veranderd. De tulpen aan den
zuidelijken gevel waren hoog en breed
opgeschoten het gebouw was met de
jaren gerijpt, evenals de vruchten lan?s
de tuinmuren.
Perriam Place bestond' uit. een hoofd-
gebouw met sierlijke kroonlijst, en
twee uitgestre’ie. vleugels. Gebeeld
houwde guirlandes versie»rden de stee
nen fries dezelfde guirlandes wa
ren in 't Hein, boven deuren en ven
sters atongebracht. Voor het huis strek
te zidh een fraai grasperk uit, aan den
eenefi kant door eeh groep ceders,
iraaae paarum maar v erawislteo nooit
hun geld. Aan de kunst lieten zij zich
volstrekt niets gelegen liggen. Geen
schilderij behalve een familie-por-
ret, versierde ooit de wanden van
Perriam. hen paar teekeningeu. in
Oostindii&ciieu inkt hingen tegen <1® A
muren in het ontbijt vertrek, en deze
platen waren eerst onlangs in huis ga-
koiren De Perriams volgden het voet
spoor hunner vaderen, en legden ach
tereenvolgens den weg af naar Lethe,
maar geen Perriam bracht ooit eewg®
verbetering of verandering in het ge
bouw. De dingen waarmee hun voor
ouders zich hadden tevreden gesteld,
waren ook voldoende voor hen. Zij
Waren bu;tewewoon conservatief
verzetten zich tegen allee waT naai
nieuwe gewoonten zweemde, gebruik
ten hun namiddagwijn aan een tafel
waarvan het groote mahoniehouten
blad den tintelenden drank weerkaat
ste, en vermeden alle noodelooze uit
gaven. Wanneer de huishoudster, om
den roem van het huis te verhoogen,
het waagde te zinspelen op de minste
veranderingen in de schikkingen voor
een banket, of die opmerking te ma
ken dat dit of dat de mode was in
Londen, werd zij steeds kortaf door
haar mees'er afgescheept.
aan den anderen kaait door reusacnti-
ge masthoornen beschaduwd). Links van
net huis had men den 'bloementuin,
een toonbeeld! van ouxierwetsöae bloem-
kweekerij. Rechts lag de moestuin,
rijk aan alledaiaigsöhe groenten geen
uitgestrekte boomgaarden, gecri orau-
jeriën of wijngaarden mets dan een
paar broeikassen, waarin de luimers
(boeren) in den komkommertijd) kom
kommers teelden. Maar in een klimaat,
waar men tot November jonge boonen
had. en waar monsterpruimen en heer
lijke perziken zonder er de minste
zorg aan te besteden, tegen de met
latten bespijkerde muren groeiden,
voelde men niet zoozeer behoefte aan
wintertuinen.
Het tegenwoordige Perriam Place
was precies hetzelfde a'^ voor honderd
jaar. Wanneer men dat koele steenen
voortiuis binnen kwam,, en de ouder
wetsere meubelen zag. zou men zich
hebben kunnen' verbeelden, dat de tijd
niet verder vooruit was gegaan dan
de dagteekening van ginttediei qptit da
gen loopende klok die haar ouderdom
op haar gelaat droeg in stijve Romein-
sche cijfers, evenals het titelblad' van
een oud boek. Wet was een grondbe
ginsel van de Perriams nooit, geldl uit
te geven, waar dit niet bepaald nood
zakelijk1 was.
Zij waren, wel niet vrekkig, of ongast
vrij, zij hielden ’n goede tafel zoowel in
de eetzaal als in de keuken hadden
waarheen ik u «an ftctirijven, „ais ia
u eens wat geddi zou willen zenden.”
„Ge zijt wel goed sprak juffrouw
Carford. ,,Ja, aan de vrouw, bij wie
ik inwoon ze is een goede ziel en
zou een brief voor me bewaren, zelfs
al woonde ik niet meer bij haar, want
de hemel weet hoelang ze nog in staa;
zal zijn mij een kamer te laten bewo
nen, waarvan ik zelden twee weken
achtereen de huur, kan opbrengen.
Ziedaar, lieve juffrouw, daar is het
adres”.
Zij reikte Sylvia een oude envelop
pe toe, waarop' geschreven" stond
„Juffr. Carford. ten huize van juffr.
Wood, Beil-alley, Feterlane.”
,,’t Is niet zoozeer de kans dat ge
mij ooit zult helpen, die mij goed doet
zei die zij diep getroffen, ..als de vrien-
delijkhe gedhchte, die uw hart eer
aandöet. Vaarwel, lieveling. Ik ga mij
in een wereld begeven, die geen deer
nis heeft met armen en zwakken. Het
is niet waarschijnlijk dat wij elkander
ooit zullen weerzien. Laat ik u een
kus geven eer ik heenga.”
Svlvia onderwierp zich aan de om
helzing en beantwoordde die zelfs; en
pndiAiT- ff vnin> Aan marro<n?nrr
en met betraande oog en, nam1
moeder afscheid van haar.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring)
1—5 regels 1.80, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
15 regels 1.55, elke regel meer f 0J0. Advertentiën in-bet Zaterdagnummer 20
byslag op den prjjs. Liefdadigheidsj-advertentiën de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels 2.05, elke regel meer 0.50. Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeel in gen by contract tot zeer gereduceer-
den prtfs. Groote letters en randen worde^ berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden', door tusschenkomst van soliede Boekhan
delaren, Advertentiebureaux en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing
aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde van ^pname verzekerd te zijn.
men hier gehandeld moet hébben, om
werft zoo te vernielen.
Tóen eenige jaren later over hetzelfde
ververschingskanaal andermaal een brug
gebouwd wonden moest, heeft men van alle
versiering afgezien. De geheele brug is één
massief stug beton geworden met metsel
steen bedekt en de borstwering is van steen
met handsteendekking; alle scherpe kanten,
alle uitstekende punten zyn vermeden en
het is nu haast onmogelyk om er iets aan
kapot te maken. Natuurlijk is dit heel erg
practised en wy begrijpen, dat het gemeen
tebestuur met anders kan handelen, maar
het is dan toch maar heel triest, dat iets
moois niet kan worden opigericht, omdat de
jeugd het alles vernietigt.
Op de strandboulevard staat het monu
ment voor leger en vloot, ’s Winters wordt
er een soliede houten kast omgezet. Men
zegt wel, dat dit is om het monument tegen
de weersgesteldheid te bewaren, doch wy
gelooven het maar half. Den ganschen zo
mer door is er een politiepost by geplaatst
om het tegen de baldadigheid te bescher
men. Eén steenworp, en het monument zou
onherstelbaar geschonden zyn. Het is wel
een dure bescherming, die op rekening' van
de opvoeding der jeugd behoort geplaatst
te worden. Bij de hooge posten, die daar al
op prijken, kan dde eene nog wel by!
Maar, in gémoede, zou er heusch niets
anders op te vinden zijn, om de jeugd beter
inzicht te bezorgen?
„Wij zijn zoo am”, zei Sylvia. ,,U
zou haast niet kunnen gelooven hoe
arm want we doen allee om ons fat
soenlijk voor 't oog der wereld te ver-
toonen, en niet als bedelaars voor den
dag te komen, ’t Spijt me wel dat
papa' niets doen kan om u teheipfen.”
„Dat spijt mij ook, lieve kind”, her
nam de vrouw met teederen blik. ,.Ik
zou zoo gaarne in je nabijheid hebben
geleefd, al was ’t ook maar in het na-
bijgelegen' werkbuis.”
Dat blijk van teerierheid bracht Syl
via in verlegenheid.
„Het spijt me wei voor n,” herhaal
de zij, ,.en als ik1 ooit in betere om
standigheden kom', hetgeen ik echter
J«er betwijfel, ml ik u zeker helpen.
Kunt gij mij ooio een adres opgeven