n".on5( GOUDSCHE COURANT - ZATERDAG 9 OCT. 1926 - TWEEDE BLAD ydQSO 1 11 mfuj wij op iedere bladzijde evtn tlA/g veel afbeeldingen brachten, als U er hier ziet. zouden wij een boek, behoeven om U de volle schoonheid en verscheidenheid onzer overweldigende col* lecties Wintermantels en Japonnen te too* nen. En dan nog zou Uw indruk een onvol* komene zijn. Want U moet ieder stuk #et eigen oogen zien om er de bekoring van te ondergaan, om de deugdelijkheid te kun* nen beseffen. Alleen een spedaal*zaak als de onze kan U zoo rijke collecties voorleggenC. A. alleen kan U dit alles bieden hetgeen voor U hoofdzaak is tegen de bekende, lage prijzen* Hoogst mod., aparte Rips Travers Japon, bloutevorm, plooi-en plisségarn., borduursel op rok en mouwen, ■eplisMcrd Crtpe de Chine vest en shawl, kraag met Ecritkant, in Lie de Vin. Char, don, Marine en Zwart (ook gr. maten) slechts Jonge Dameejapon v. Rips Popellne. blouse, vorm. plisst-rok. keu. rig borduurs. op kraag en zakken, lange mou< wen. In de moderne tinten Amande, Valen. da. Bols dort, Lie de Vin. Ma. Elegante Crtpe «te Chlne Japon, blouse, vorm, modern rokie met Smockwerk en Ruche, in de nieuwe kleuren Praliné, Bols doré, Saphlr, Helio, Amande, Gris fer 7l Zwart - slechts slechts '.J drachtige Velours Man. Ipl. mod. rjjk.bestlkrea raad. volle bontkraag, manchetten en breede rund rondom van Casto* Elegante Madlel van mooi Velours, blouse, vorm, moderne rand. garnecring. volle kraag, ■uncbctten én rand rondom van Sealbont In de roode tinten Valencia, Pillar Boa. Vin LI A 75 On verge! Ukeljjke DubbeURlps Ma» kal. mei Jacquardztyde gevoerd! breede kraag en rand rondom van' &eal Electric, in Valencia, Chardon! Marine en Zwart, slcchta -JL.V-^e bootgarncenng op kraag in manchetten en breede bontrand rondom, ia de modetinten Mulberry, Lie AMSTERDAM ROTTERDAM DEM HAAG UTRECHT LEIDEN GRONINGEN LEEUWARDEN SN EEK EHSCHEPE ZWOLLE ARNHEM HAARLEM 2&11 810 De toestand van hst Midden- standscredletwezen. De negeeringsgarantie voor de cre- dieten aan de „Algemeene Oen- trale". Liet Hbddi. heeft de®er dagen in een tweetal artikelen de toestand van hei middieuscandbcredietwecoein aan een oor deel onderworpen en de bestaansre den en de beBtaan-sinogelijkheid naar voren gebracht. Het blad herinnerde eraan hoe het denkbeeld om voor den middenstand een afzonderlijk bankbe drijf in liet leven te roepm, in de praktijk heel veel teleurstellingen heelt Opgeleverd en hoe ook de Algemeene Centrale Middenstandsoredietbank niet heeft kunnen, ontkomen aan de moei lijkheden, d^e een gevolg waren van de economische crisis en' een te ruime credietverleening. Hoe daarvan het ge volg is geweept, dat die instelling in de na-oorlogsjaren bij de Ned. Bank moest aankloppen om' steun, de toe mand zelfs van dien aard werd dat de Nederlandsche Bank de verdere cre- die-verleening niet wilde voortzetten zonder garantie van, de Kegeering. taf verband hierftiede wordt gewezen op die ingediende staatsbegrooting, waar ais toelichting op een desib(etreffende l'ro-mem-post in hoofdstuk Vil b. de volgende mededeel ing voorkomt ln December van 1925 is het noodig gebleken aan die Algemteene Centraio Bankvereeniging voor den Middenstand tijdelijk een ruimer qrediet te openen, don vermeld is in de toelichting op dezen poet, voorkomende in de Toe lichting op de Tweede Nota van Wij zigingen in hoofdstuk VIIB der Staats begrooting voor het dienstjaar 1919. De Minister van Financiën heeft toen méc del directie dieri Nederlandse!» Bank een nadere regeling getroffen volgens welke aan de Nederlandsche Bank een garantie is verleend voor eventueels verliezen, welke door die Bank onverhoopt mochten worden ge leden ter zake van een tijdelijk ten, behoeve van de A.C.B. te openen extra crediet van ten. hoogste 10 millioen gulden. Daar de Nederlandsche Bank te voren reeds een crediet van ruim f 7 millioen verleend', had, wérd daar bij tevens als limiet voor het geheele te verleenen crediet. gesteld f 17.3 mil- lioen. De verhouding is derhalve thans deze geworden, dat in de eerste f 3 millioen verlies, welke de Nederland sche Bank uit hoofde van credietver leening aan de A.IC.VtB. onverhoopt mocht lijden, de Staat en de Neder landsche Bank ieder de helft dragen, terwijl daarboven het verlies, mits het totaal te verleenen orediet blijft bin nen die grens van f 17.3 millioen,, tot een bedrag van f 10 millioen gehee, door den Staat wordt gedragen. Dat die Nederlandsche Bank ingevol ge deze credietverleening voor verlie. zen zal komen te staan, is hoogst on waarschijnlijk en meer nog, dat zoo danige onverwachte verliezen te eeni- ger tijd de grens van f 3 millioen zou den overschrijden. Naar aanleiding hiervam had bet Hbld'. een onderhoud' met den nieu wen Directeur van de „Alg. Centrale". De heer Posthumus Meyes gaf van de ontwikkeling van den toestand' een uit eenzetting en wees erop dat men door het oredaet in staat gesteld is, de re organisatie van de Bank rustig voor te bereiden onder de nieuwe leiding. Deze nieuwe direotie toch had' twee- erlei in eerste instantie te doen re ductie van het onkosten-cijfer en ver betering der credfi et portefeuille Nu spreekt het wel vanzelf, dat een nieu we directie zich niet in een paar maan den een. volkomen zuiver beeld' kan vormen vau» men waren omvang oer risico s, cue in een oreaaetenporiefeun- ie van carca *00u posten Konden sen ui ten. nvenoeer, uai zij tenmanste een uadt jaair nooouig üack om ae in overieg mei oen naam van Toezicmi opgezette interne reorganisatie ooor te voeren, Vandaar, oat wij nog onmogenjK tol aeunitieve Kapitaal- en baiausreorgani- satie konden overgaan op net ujusup, uiax de balans over iyzo weroi gepubli ceerd. in het bij de balans oenooren- uie vierslag wera eenter zeer auiaeiijK te Kennen gegeven, nat er in de ere- uj eteuporteaeuiiie belangrijke risico s verborgen lagen ©m dat, op grond' daar van eenj Kapiiaai-reorgianisatie onver mijdelijk zou blijken, oisctioon men aeu juiste» omvang daarvan nog niet kon vaststellen, legen uitstel was te min- aer bezwaar, daar het bestuur, steu nend op de getroffen regeling, oreoi teuren absoluut veilig kon noemen. Vervolgens leidde het gesprek tot het midJaenstandsoredietweaen in het algemeen. De hoer P. M. verzocht ons zijn mee ning ails yoigt ce willen weergeven Wanneer de leiders der groote bank instellingen het mdddenstandsoredietbe- drijf als een lastigen en sociaal onnut ten concurrent aanzien, die te erger lijker is, omdat hij van overheidswege wordt gesteund, dan hebben zij gelijk, indien zij denken aan het üiidden- standsoredaetbedTijf, zooals het was, maar zij hebben ongelijk als zij daar mede het middenstandsorediet als zoo danig willen veroordeeden. Van een gezond! middenstandsoredietbedrijf im mers durven wij beweren, a. dat het voor de groote banken geen concurrent ia. (Jredieten, welke gemiddeld beneden de f 10.000 zijn, hebben voor de groote banken geen charme, omdat de organisatie der groo te banken voor doae credieten te kost baar is. b. dat het rendabel kan zijn, omdat het een zoo eenvoudig bedrijf is, d«t het met een uiterst sobere organisatie op volkomen effectieve wijze kan wor den behandeld'. c. dat het sociaal zeer nuttig is, om dat het den kleinen bedrijfsleider kan loeren, behoorlijk zijn fiwaneieele re sultaten na te gaan en niet van de hand in den tand' te leven. Toch, ondanks het laatste, mag m.i. ook een middenstandsorediet niet blij vend op den Staat steunen. Waar wij naar streven is een bedirijf, dat steunt op eigen kracht. Dit zal natuurlijk niet aanstootte mo gelijk zijn. Een aantal jaren, zal de Regeringssteun niet kunnen worden gemist. Maar in die jaren moeit er naar worden gestreefd, de zwakke kasplant zoodanig te versterken, dat zij in vrijen bodem' kan leven. Of dat zal kunnen, i hangt voor alles af van den Neder- landschen middenstand'. Wat verstaat in dit g.evai onder een aantal jaren Vijf h zies jaar. Het blad vroeg dien heer P. M. nog of hij iets omtrent de, reorganisatie van het bedrijf ken mededeeien. Het bleek, dat deze reeds grootendeels was tot stand gebracht en dat zij in bet komende jaar een volle onkosten bespa ring van 20 zal moeten brengen. Het land is verdeeld in 10 rayons, Jie elk een centraal rayon-kantoor hebben en daaromheen ©en aantal kleine kan toren en agentschappen. De-adminis tratie van die kleine kantoren wordt gevoerd' door de centraal rayon-kanto ren. De beslissing in zake het toestaan van credie.en blijft natuurlijk bjj het hoofdkantoor berusten. Behalve rdat door dit systeemi een groote vereen voudiging van die administratie is ver- kregen, daar vroeger ieder der 40 kan toren eeai eigen administratie voerde, is ook de controle belangrijk ver scherpt. Aan het hoofd der rayon-kan toren zijn de best geschoolde krachten der instelling te werk gesteld. Ten slotte deelde de heer Posthu mus Meyjes op verzoek nog mede, dat de deposito's van de Algemeen© Cen trale op het oogenblik c.a. f 8 mill, bedragen en de credieten c.a'. f 18 mill, w.o. geen enkel blanco oreddet. Hat spoorwagonga.uk AijOa Vink Oordeel ran prof. J. A. Van der Kloes. in l>ouwsioiien vau ueze maunu Komt processor J. A. van uer moe a uuvoeng terug op hetgeen tuj inuer- djd ais zijn uieeuing iuu© omuent üq oorzaak van net spoorwegongeluk oij L/e Viuk, n.l. uie spoorwegbaiiasi, uio zien moeilijK onder proiiei iaat bren gen, niet onder probe* houden, en min- uer goed aanstoppen, waaruooa' net spoor muider vast op zijn plaats ligt. wij hebben uit stuk te zijner tijd uit voerig in ons blad vermeid.. Naar aanleiding van dit stuk heelt prof. Van der Kloe» ©enig© brieven Drieven ontvangen, ln één dezer brie- leu schrijft iemand, uit Rotterdam, dat hij in Februari van dit jaar aan aei Delltsdhe station opmerkte, dat op net eerste spoor, minden voor het stati onsgebouw, een dwarsligger bij het passeereo van een trein 7 a 8 c.M. naar beneden gedrukt werd en natuur lijk de spoorstaaf meenam. Door den regen was net zandlbed daar wegge spoeld en bij het neerdrukken van den dwarsligger kwam de awndbrij in be weging en spoelde heg meer weg. toen spoorbeambte, dien de schrijver hier op wees, scheen niet erg onder den indruk te komen van diens ontdek king. „Waarneer het spoor voor net .stationegebouw in zulk een toestand verkeert, wat is dan te verwachten van het verdere van de lijn," eindigt de schrijver van den brief. Prof. Vau dier Kloes antwoordt hier op, dat op Ine* stationsterrein te Deiu tusschen de nooge stoetpamnren weinig, of geen grof grind ligt. Afwezigheid van drooglegging kan hier een ander gevaar opleveren, volgens den heer van der Kloee. Over die ongunstige verhouding tus schen grof en fijn grind' natuur- gjrind, ongehord, met veel te veel grof erin in den spoorweg bal last heeft niemand., vaklieden noch leek en, den heer Van der Kif# tegengesproken schrijft hij. lot naoere verklaring diene, dat in iuiiuiurgrind; de verhoudingen tusschen grol en fijn, rond' en plat, in sterke mate kunnen afwisselen, zoodat wan neer men op verschillende punten een (ivudfcak vei schept en de aakken naast eikaar uitstort, net geval zich kan voor doen dat de hoepen in geenen deele op elkaar gelijken. „Zoo kunnen ergens in den ballast onder die spoorbaan zoo veel grof en rondi grind, met weinig of geen lijn en phu, bijeengebracht zijn, dat ae toestand door te geringe wrijving ge vaarlijk wordt. Deze toestand' moge •ach betrekkelijk zelden voordoen, net gev#iT blijft ten, allen tijdie bestaan. „1t>e ingenieurs van den aanleg der Staatsspoorwegen wisten diat en stel den voorschriften betreffende het bai- iastgrind op. Bij hun tegenwoordige nazaiten ontbreekt blijkbaar deze we tenschap. Doch mij dlunkt, wanneer be kwame voorheden onder het personeel voor bet onderhoud der baan. vrij en zonder gevaar voor hun toekomst met bun ondervinding voor den dag moolueu komen, dan zou blijken dat zij het getoeei met mij eens zijn. „Het is mij sederi jaren, en zooals uit het bovenstaande blijkt, ook ande ren bekend, dat bij „Weg en Wer ken' ook die vrijheid ontbreekt. „Ik bezit deze niet genoeg tewaar- deeren vrijheid wel en maak daarvan in s lands belang onbeperkt gebruik, ik meen hier te mogen herhalen, dat m i. het beheer van weg en werken gebrekk'g en het Hijketoezicht oip de Spoorwegen onvoldoende is, beide als gevolg van gebrek aan kennis van bouwstoffen. „Er is tusscjhen de spoorwegramd bij De Vink van 9 Sept. 1926 en die bij Weesp van 13 Sept. 1918 in dit opzicht en ook met betrekking tot de omstandigheden na het ongeval eenige overeenkomst. Toen betrof het onbe kemjlfceid met het gedrag van zand en wweir in den aardbodem', nu met de vêredschten van spoorweg ballast. Toen werd een groot commissie be last met bet onderzoek naar de oor zaak der ramp en het aainwijzen van maatregelen ter voorkoming van zulke rampen in de toekomst. De oorzaak werd dér commissie niet duidelijk en haar raadgevingen waren) dientenge volge verkeerd'.1' Oook vestigt prof. Van. der Kloes de aandacht op de mogelijkheid, dat in den ballast zich toevallig ophoopingen van ronde veldkedem voordoen. „Behalve aan De Vink, hebben zich onlangs ontsporingen yborgedaan op het stationsterrein, te Heiden, op den Z.-H. Electrischen Spoorweg te Zeve naar en ten Zuiden van Delft in de nabijheid van den Abtswoudfcchen weg. Zijn daar overal ook van die ophoo pingen geweest „Het ware te wenschen, dat dit on derzocht kon worden. Vermoedelijk zullen wij er wel niets meer van te weten komen. „Dat ter plaatse van de laatste ont sporing en ook verderop in de richting naar Rotterdam, zulke gevaarlijke bal last ligt, daarvan heb ik mij ter plaat se overtuigd. Op zulk grind is het vast liggen van het fepoor volstrekt niet verzekerd'. Rampen als die bij De Vink kunnen zich eiken dag voordoen. „Hopen wij, dat de machthebbers in scilte tot zichzeAf zullen inkeeren en óveral waar het noodag is fijn grind, grindaand, beter nog basalt- of por- fiereplit zullen doen aanvoeren, om daarmede de dwarsliggers goed' te on derstoppen. Dan is voor dl© toekomst het gevaar voorbij." DE MOEILIJKHEDEN VAN DE NEDER LANDSCHE HARINGVISSCHEiUJ. Plannen tot exploitatie van de yisscherii in Nederlandach Oo#t-Indië. Een beroep op den moreeten en zoo mogelijk daadwerkelijken steun yan de Indische regeiering. Persbureau Vaz Dias te Am- meldt De Nederlandsche Noordzeevisscnerij en wel in het bijzonder de haringvis- sclherij, het oudé national© bedrijf, ver- keert reeds sedert een aantal jaren in ongunstigen toestand'. In. 1913 voeren nog 717 Neieriandsche visschefsche pen op de Noordzee ter viseoherij uit tn brachten zij 794.687 tonnen haring aan. In 1925 was het aantal aan de visscherij deelnemende schepen ver minderd tot 427 met een. aanvoer van 313.784 tonnen haring en dit jaar zijn in totaal nog slechts 377 schepen ter haringvangst uitgevaren. De ongunstige toestand' van het be drijf noopt de reediere steeds meer schepen uit do vaart te nemen en naar Het wij vernemen, zijn er den laatsten tijd pogingen aangewend een ander em plooi voor een groot aantal Nederland sche haringschepen te vinden. Reedérs hebben getracht hun schepen naar het buitenland voornamelijk Zuid-Ame rika r te verkoopen, terwijl yoor's korten tijd' geleden een poging is ge daan van de Argentijnsche regeering, toestemming te verkrijgen tot het op richten van een Nederlandsche Vis- scherij Exploitatie Maatschappij ln Ar gentinië. Deze pogingen zijn door do bezwarende voorwaarden., die de Ar gentijnsche regeering fcteddte o.a. het brengen dor vaartuigen onder Ar gentijnsche vlag mislukt. Do reedors en haringvisschers schrij ven d© mindere vangsten toe aan de intensieve bevissching en aan do roof- visscherij mot modern visphtuig op de Noordzee. Tot 1857 bestonden er in ons land voorschriften voor de vissche- rij oip do Noordzee, zoowel wat be treft de wijze van visschen als do tij den, waarop gevisdit mocht worden, hoe groot de mazen dor netten moes ten zijn, enz. Tot korten tijd voor ge noemd jaar was dé Noordzeevissoherij bijna uitsluiten^ in handen der Neder landers. Toen evenwel omstreeks de helft van de votrig© eeuw ook do bui- tenlandischo vissdherij, voornamelijk de Engelsche en Deeneche, zich ging ont wikkolen, kwam de Nodérlandsche vis- scherij in het gedrang omdat in het buitenland geen voorschriften voor do viascherij op do Noordzee werden uit gevaardigd. Ook do regeering heeft don ernst van dezen toestand reeds ingezien en op 13 September j.l. heeft do minister van binneniandsche zaken Mr. J. B. Kan een commissie geïnstalleerd, aan welke onder voorzitterschap van het Tweede Kamerlid Dr. H. J. Lovink, is opgedragen een onderzoek in te stel len omtrent do vraag, aan. welke oor zaken do ongunstige toestand, van het haringivisscherijbedrijf moet worden toe geschreven en of, en zoo ja in hoe- verre, maatregelen van overheidswege dienen te worden getroffen, welke zou den kutmeit leiden tot verbetering van, den ongunstigen toestand van dat be drijf. Wij vernemen thans, ctat de direc ties van eenige groote reoderijmaat- schappijen hier te lande plannen heb ben ontworpen om in Nederlandsch Oost-India de vissoherij-éxploitatie ter hand to nemen Het was de directies van bovenbe doelde i-eederijmaatschappdjen ter oore gekomen, dat de heer K. dé Waarj, "die reeds eerder met een onderzoen werd belast, op het oogenblik met ver lof in ons land vertoeft en van déze gelegenheid hebben zij gebruik ge maakt om te trachten reeds vroeger besproken plannen voor vissoherij in Nedérlandsdi Oost-Indlë nader onder de oogen te zien. Dezer dagen heeft dan ook op het Ministerie van Binmemfamrisohe Zaken, afdeeling Visecherijen, te 's-Gravenha- ge een bespreking plaats gevonden tusschen eenige directeuren van reede- rijntaatsehappijon, den heer K. de Waart den heer G. C. Groen, secretaris van de door dé regeering ingestelde Vis- scherijconrmissie alp plaatsvervanger van het Hoofd van. de afdeeling Vis- schérijen en den heer J. C. Boeker, expert bij de ffeheeipvaartinspectio te Vlaardingen, die als tralt-d'union tus schen de reederijen is opgetreden. In déze» conferentie werdén de mo- gèlijlchedén van de vissoherij in .Ne- derlandbch Oost-Indlë besproken en werd vooral aandacht geschonken aan het groote belang voor dé koloniën, zoowel als voor het moederland', voor EEN IDEE. i.Jongeman, ik zeg je, dat dit een geval van betrekking-zelfmoord is." „Het kan me niet schelen, ik moet den baas spreken." „Wanneer hy iemand van zfjn personeel "iet binnenkomen, spuwt hij vuur." „Om je de waarheid te zeggen, myn jeven lang wacht Ik er op, dit eens te zien." „Je trotseert het risico vanmiddag als werklooze winkelbediende het plaveisel van Main Street te betreden?" .•Wat my betreft, had je je wat minder lyrisch kunnen uitdrukken, maar die risico neem ik op me." Tom Pan was een eigenaardig man, Hij nad de zaak geërfd van zyn vader, die het meest energieke lid der familie gfeweest moet zy'n. Tom was niet lui, integendeel, van 's morgens vroeg zat hij tot sluiting der zaak op zijn kantoor. Maar hfj was erger nog dan lui: ham ontbrak de lust mee te doen met de nieuwere reclame-ideeën. hi Louisville was nog een magazijn. Dit werd geleid door den vijand van Tom Pan: Lew Hays. Zij waren schoolkameraden ge weest Maar toen zy heiden aan het hoofd van, de twee confectie-magazynen van Louisville kwamen te staan, was het afge- oopen. Lew had plezier in het uitdenken van pakkende reclame. De meest excentrieke plannen hielpen em hierbij. Zoo had hij eens per annonce bekend laten maken, dat aire inwoners van Louisville, die op denzelfden dag als hy ja rig waren, levenslang één pak per jaar ca deau kregen van „The New World" zooals hy den winkel genoemd had. Schoonheids- wedstrijden werden door hem georganiseerd en bevriende juryleden zorgden altijd, dat alleen die meisjes een prijs kregen wier ver loofden door het huis van Lew Hays ge kleed werden. De felle concurrentiestrijd eindigde in een openlijke vijandschap tus schen beide mannen en ingewijden mompel den dat de zeer conservatieve heer Tom Pan zyn zaak wel aan <den kapstok kon han gen. Jack. ging opeens zonder kloppen het kantoor binnen. Tom; Pan keek verbluft op. Zoo lang hij het map,axyn dreef was nimmer nog een bediende zonder vragen binnenge komen. Tom Pan was zooi perplex, dat hy vergat den jongen eruit te gooien. „Jongeman", Tom Pan's stem klonk vreemd in de oore n, „u weet zeker, dat hier ontslag op staat.'" „Ik had niet anders verwacht, ik ben niet zoo'n optimist." „Gaat heen e-ft tracht een beter mensch te worden," „Daarom wil de ik u eerst eens spreken." „Mhar ik he4» zooeven'toch gezegd, dat u ontslagen bont!" „Zeker, ik eoel me als een ontslagen win kelbediende. Maar daaróm juist bevindt zich de particulk rr Jack frdrrel tegenover u." Tom Pan. voeWe dat deze brutaliteit het einde van t te "Republiek «der Vereenigde Sta ten Inluid de. Met 'dit optreden vergeleken, was het 'ooldjewidme slechts een kibbelende secte va n Kwdkers. Jack 'Mc. Farrel voelde dat hy nu moest doorgaan en Tom 'Pan in zijn verslagenheid overrompelen. Aldus ge schiedde; „Uw zaak, meneer Pan, is verloopen. Iedereen In Louisville lacht u uit en zelfs jongens die 4 dollar per week verdienen, koopen liever by Lew Hays dan bij u. Dit is uw eigen schuld. U heeft zich door de reclamecampagne van Lew laten overbluf fen. U dacht, dat u in dozen tyd nog wel teren kon op de reputatie van uw grootva der en grootmoeder. U bent te sen timenteel. Maar door deze sentimenta liteit heeft u deze zaak laten verloopen en als dat zoo een jaar doorgaat staat een bankroet VöOT de 'deur en keept Lew Hays uw erfdeel." Dit was te veel voor Tom Pan. Die ver vloekte jongen ried zyn eeuwige nachtmer rie. Hij wilde hem er uit gooien, maar toch dwong hem iets te klisteren naar de dingen die hy> duizenden saaien reeds overdacht had. „U hebt my ontslagen, all right. Ik ga. Maar ik geef u een kans. En dat is de vol gende: ik maak een maand lang reclame op i»yn manier. En ik garandeer u dat in die dertig dagen ik den winkel van Low Hays een knock-out verkocht heb, waar bij nooit weer Van op zyn beenen komt. Ik maak die reclame voor eigen roken ing. Op één con ditie: geef my elke dag «en «ader pok ter leen. -En één dolhar per dag voor de kosten. Dat is alles. En met dertig dollar donk ik meer te bereiken dan Lew Hays «net alle schoonheidswedstryden en joagens die op zyn verjaardag jarig zyn, bij elkaar." Tom Pan gaf zioh gewonnen. Het denk beeld, dat Lew Hays nog eens in zyn zaak zou rendloopen had hem den laatsten tijd niet losgelaten. 'Dit was een kans. De jon gen loog niet. Dat voelde hy. Er op of er onder. iDen volgemlen morgen om zes uur was Jack de eerste passagier die in lyn 43 ging zitten, de langste tramlyn van Louisville. Hy ging mee tot het eindpunt. De conduc teur riep „Uitstappen" en Jack bleef zit ten. De conducteur vroeg of hy mee terug ging. Jack knikte „ja" en daarmee was het ambtelijke gesprek afgeloopen. Jack nam opnieuw een kaartje. Weer tot het eindpunt. Dat tevens het beginpunt was (eventueel ook omgekeerd). Hy bleef opnieuw zittenen nam wederom een kaartje. Na den veer tienden rit (het was inmiddels één uur ge worden) pakte hy zijn lunch uit en veror berde deze. Om zes uur bracht zyn meisje hem (aan het eindpant) eon potje warm eten. De conducteur dacht met een krankzinnige te doen te hebben. Maar zoolang er betaald werd, kon hy moeilijk iets zeggen. Om één uur des nachts verliet Jack den wagen. Eenigszins styf. Maar dat zou wel wennen. Den volgenden morgen begon hij om zes uur weer te rijden. In een ander pak en met een anderen coyducteur. Die dag verliep als de vorige. Né drie dagen begonnen de con ducteurs al te mompelen. De wagenbestuur ders, wjer aandacht niet door spreken mag afgeleid worden, werden door kyken afge leid, een omstandigheid, waarmede de di rectie van de tram nog nimmer ernstig re kening had gehouden. Er ging een gerucht door de stad van een excentrieken jonge man, die elke dag ln dezelfde tram zat, el- ken dag een gloednieuw costuum aandeed en in den wagen lunchte en bescheiden di neerde. Na een week sprak iedereen erover, Louis ville Dailly Papers trachtte een interview te verkrijgen, maar ze hadden beter iemand naar Coolidge kunnen stóren. Jack zweeg. Na veertien dagen (Louisville sprak al ner gens anders meer over) kwamen de repor ters uit New-York, Chicago en zelfs uit Frico. Het werd een dolle sensatie. Des morgens om vier uur verdrongen zich dui zenden menschen by de garage om Jack te zien instappen. Hy werd natuurlyk gefilmd en Jack Mac Farrel verscheen in de U. S. A. meer nog op het witte doek dan Douglas Fairbanks. De zestiende dag bracht een kleine tactische verandering. Alle passagiers, die dien dag met den wereldrecordhouder-tramritten meereden, kregen een kaartje in de hand waarop stond „Alleen Tom Pax's confectiemagazijn is het beste". Elke honderdste passagier kon een costuum cadeau krygen. De directie van de tram had nimmer nog met lyn 43 zulke zaken gemaakt. Vanaf dien dag kwam er meer beweging in Tom Pan's magazyn. In Louisville sprak men alleen nog maar over Jack's geweldige reclame-idee. Tom Pan moest nieuw personeel aannemen. Hy had in vier dagen zyn voorraad uitverkocht. Lew Hays knarsetandde. Aan zoo iets had hy nog nooit gedacht. Toen de dertig dagen om waren (Jack had de laatste week een windkassen meege bracht) bestormde heel Louisville Tom Pan's magazyn. 1 -i

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1926 | | pagina 3