I
EN!
4
len
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLADfVOOR GOUDA EN OMSTREKEN
No. 16358
Zaterdag 15
muari 1927
85s Jaargang
1
r
ten!
NIEUWERKERK,
Dit blad verschijnt dagelijks behafive op Zon- en Feestdagen
EERSTE BLAD.
>n
1
trie Maat'.
1UDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE,
INHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, en*.
estal
loonde
landeling
DAT HET
ELEN KAN
NG’S GIST
MUM AAN
Zo) GIST EN
ND IN DE
BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP,
OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWUK, SC)
:naar’s
ERMEEL
r
den anderen kant moet l06'1
den. vergeten, dat het Éven
dikwyls- moeilyk en vol önaar
is. Voor den arbeider Z’
FEUILLETON,
110UE GOUÜ VERBLIND.
Eaa veel bewogen teven.
Roman uit het Engelscn
*(u«>
ir
io
Uit nummer bestaat uit twee bladen.
Het
htegenzegige-
ran dankbare
anden tijd in
15U'
1.
MODEPRAATJE,
O
I
3341 52
V
Westzaan.
P« afteteUiinu,
38
ikheid herkcua*1
V
V
4
lakte
kunnen volkomen
De ervaring die ons niet verbetert,
maakt onze verantwoording zwaarder.
DEN HAAG
jgisten.
N NEEMT L
ÏEVOELT b
Igende
5 Minuten
het
jq te vpoden
hebben er
38 50
15
15
ur
MHtlO
MUI
FVUTJB»
MU>DZI«KW*
ook niet wor-
nu eenmaal
ngenaamheder.
w niet alleen.
lie moeilijkheden
wijzen, kan nut-
e zich voor over
rate mensch gaat
wanneer hij dag
riten en onaange-
Zoo zijn er nog tal van zeer voorname
punten, die veel meer de welvaart van de
stad aangeven dan een tentoonstelling voor
gjemeente-adnunastratie en de vraag of de
dames minder ondergoed plegen te dragen.
Voor onze gemeente is het vreemdelingen
verkeer één van de voornaamste punten,
omdat daardoor eens geld wordt binnenge
dragen dat van elders komt en met onmid-
dellyk weer bij de gemeentekas aangeklopt
wordt om steun.
Ten slotte is het beeld dat het gemeente-
beheer geeft secundair, omdat het slechts
een gevolg is van dien algemeenen toestand,
maar niet die toestand aelf is. Het lijkt ons
wel een® dat men de beteekems van het ge-
meentebeheer overschat en meent dat daar
van op zichzelf welvaart over onze stad' uit
gaat. Dat is niet juist meer. De welvaart
van onze gemeente wordt bepaald door den
bloei van het geestelijk leven en door de
plaats die zij inneemt te midden van het we-
ïeMvericeer. Er i» cm tijd geweest dat men
hoopte dat den Haag een belangrijk inter
nationaal centrum zou worden, maar die
tijd is al voorbij. De trek naar den Haag is
verminderd en vandaar dat de aandacht
naar minder belangrijk» zaken uitgaat
De economische toestand in den Haag
moge „niet ongunstig” zijn, er is heel veel
in dien toestand dat stellig niet gunstig is.
HAGENAAR.
punt met verder ingaan; het is bekend dat
deze groep op steun van de overheid geen
hoop behoeft «te vestigen en dat zy zelfs du
eer niet waard wordt geacht om met een
enkel woord te worden herdacht. Voor be
waarscholen heeft men zjelfs meer aandacht
en meer geld over dan voor hen.
Het is ons ook opgevallen dat in de nieuw
jaarsrede met geen woord wordt gesproken
over het vreemdelingenverkeer in onze stad,
een punt van groot stoffelijk belang voor
onze gemeente, waaromtrent zeker gege
vens waren te verkrijgen. Het hotel-bedryf
bijvoorbeeld hangt daarmede ten nauwste
samen en het is voor iedereen duidelijk dat
dit voor den Haag van overwegend gewicht
ker welvaartape
dien arbeid ia e
en geestdoodeq^d
duur
zyn. Dit zou wellicht ook mogelyk zjjn,
«wanneer zij, die minder zwaren en minder
geestdoodenden arbeid te verrichten hadden,
langer werkten, b.v. 10 uur. Hiertegen ver
zet zich echter het streven naar uniform!-
fiOlDSCHE COURANT.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda on omstreken (beboerende tot dea bexorgkring)
1regels 1.30, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgknng:
1o regels 1.56, elke regel meer 0.80. Advertentiën in-het Zaterdagnummer 20
bijslag op den prijs. Uefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels 2.06, elke regel meer 0.60. Op
de voorpagina 50 booger.
Gewone advertentiën on ingezonden mededeeüngen bij contract tot zeer gereduceet*
den prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van sóliede Boekhan
delaren, Advertentiebureau! en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing
aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde ren opname verzekerd te zijn.
anwijzing op
kking.
die niet meer,
clusies. Als vo-
i den getemperd-
1, het duid'elykst
negatieven vorm van
ontwikkeling der ge-
rredlgend, de economi-
ongunstig, aange-
■mgermate is ver-
-----D_,ji>te bouwny verheid
kwam'er tamelyk veel'Twèrkloosheid voor
onder de werklieden van dit bedryf, zoodat
de oorzaak daarvan wel zal liggen in een
te-veel aan arbeidskrachten, dat alleen door
afvloeiing zal kunnen worden hersteld.
Hier wordt dus geconstateerd wat wy
reeds vaker hebben betuigd, dat er een per
manente werkloosheid bestaat, een blijvende
schadepost die met weg te krygen is. Van
de afvloeiing komt natuurlijk niets, want er
is dooigiaans een tekort aan aanbiedingen.
Misschien dat een tegengaan van nieuwen
toevloed meer zou helpen, maar daartoe zal
men wel geen middelen kunnen beramen. De
werkgevers moeten zelf inzien dat zy in de
eerste piaats de werkloozen in dienst moe
ten nemen en dat dit ook hun eigen voordeel
is. Men schynt dit nog niet .te begrijpen.
De bakkers klagen dat er minder brood
wordt gebruikt en de lingerie-winkeiiers
klagen, dat de dames te w<euug onderklee-
ren dragen* Het is ons geen van beide op
gevallen. Dat de dames in 1926 nog minder
kleeren droegen dan in het daaraan vooraf
gaande jaar en dat de Hagenaars ondanks
den aanwas met bijna tienduizend zielen
minder brood eten, is haast onbegrypelyk.
Maar als de statistieken het zeggen zal het
wel zoo zyn. Men zal toch met wenschen
dat de dames een „laagje” meer aantrekken
om de winkeliers tegemoet te komen én dat
Huisjaponnen.
Wanneer men zich de vroegere huisklee-
ding vóórstelt, denkt men onwillekeurig
aan slordig zittende peignoirs, aan afzak
kende
altópu
komt, de 'klacht van dêrTlïëer Stënhuis
slechts ten deele. Het gaat niet alleen om
de vraag of de arbeid zwaarder is. maar
vooral ook hierom of de arbeid aan den ar
beider de voldoening «schenkt, die den
zwaarsten arbeid tot een lust kan maken,
n.l. de «voldoening, verbonden aan het zien
van de resultaten van den arbeid en aan
de belangstelling in die resultaten, zooals
zulks het geval is met den kleinen zelfstan
digen landbouwer of handwerksman. Deze
kunnen door die voldoening en die belang
stelling geheel opgaan in hun arbeid, afge
zien van de belooning, die hy hun geeft.
Al moet de gestelde vraag o.i. A-grooten-
deels ontkennend worden beantwoord, eene
andere vraag is of aan den bestaanden toe
stand veel is te veranderen. Hieromtrent
maakte ook het reeds genoemde blad eene
opmerking. Ten slotte, zoo zegt het, heeft
het productieproces in de industrie toch
ook plaats in het belang der arbeiders en
indien de arbeidsduur onbehoorlijk werd ver
kort, zouden de arbeiders en hun gezinnen
in hun vrijen tyd in heel wat ongunstige!
positie verkeeren.
In dezelfde richting ging een betoog van
den heer Smeenk i«n de Tweede Kamer. Hij
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
DOOCM.
Als te doen gebruikelijk is heeft de bur
gemeester de eerste raadsvergadering in
het jaar geopend met een overzicht van de
lotgevallen der gemeente in h^t algelooper
jaar. Verleden week hebben wy in onzen
brief al diverse feiten 'meegedeeld en de
burgemeester memoreei
maar trok alleen eemge.
rige jaren was zyn re
optimistischer toon g*
vastgelegd in den
„met-ongunstig”. De
meente heet zeer bevi
sche toestand weer nif
zien de werkloosheid
ai' nünderd. Ondanks de g
T
aan
rokken en slecht passende blouses,
al kleedingstukken op wier goed lat-
softh het met aankwam? „omdat ze maar
jtfoor in huis te dragen” waren. Ook kleedde
geen enkele huisvrouw of jonge dochter
zich'vóór het middaguur. Zoolang zy eemge
huiselijke bezigheid te verrichten had, bleef
zy in hare afgedragen kleeding rondwaren,
in voortdurenden angst echter, door onty
dig bezoek verrast te worden.
Hoezeer is dat alles in de laatste jaren
veranderd! Hoezeer is de moderne vrouw
er op uit om juist in huis, juist in hare be
zigheden een keurig uiterlijk te bezitten,
wy een boterham meer zullen eten om de
bakkers te gerieven In elk geval zal deze
vermindering niet veel verder door gaan
omdat de dames moeilijk nog minder kun
nen aandoen eiuRomdat wy geen aanleg voor
honger-kunstenaren hebben.
Over twee punten is de burgervader luch
tig heengeloopen, nJ. over de badplaats
Scheveningen en de visechersplaats Scheve-
ningen. Wat de eerste betreft weet hy de
mindier goede resultaten van het laatste
seizoen aan den invloed der valuta. Het is
niet duidelijk welk verschil het in 1926 met
1926 moet gemaakt hebben. Trouwer» wy
gelooven niet dat het de valuta-kwestie is
die Scheveningen drukt. Het is het gemis
aan afwisseling dat Scheveningen minder
aantrekkelijk maakt. Komt daar dan nog by
dat met name de Belgische badplaatsen
goedkooper zyn, dan is het te begrijpen dat
de badgasten naar het zuiden trekken.
Wat de vissohersplaatsen betreft is wel
met veel teleurstelling gewezen op den de-
solaten toestand van het bedryf, maar ove
rigens is ddt punt verwezen naar een com-
miisisie die ter onderzoek is ingesteLd. Mid
delerwijl .gaat men voort met den aanleg
van de tweede binnenhaven, die schatten
geld kost en waarschijnlijk nimmer nut zal
kunnen hebben, omdat naar het zich laat
aanzien het vissöhersbedrijf ten doode is op-
gesch.reven. Toen men plannen beraamde
voor die haven is daarop al gewezen, maar
men had toch nog moed en vertrouwen op
beterschap.
Eigenaardig is het toch, dat in een rede
als deze niet de minste aandacht wordt ge
wijd aan alles wat wij zouden wallen samen
vatten onder den na^m van geestelijk leven.
Het is alles stoffelijke bdangen die behan
deld worden, omtrent de andere geen woonr.
Men eu ook niet de minste moeite voor
om eigens achter te komen hoe het met de
duizenden personen gesteld is, die geen han
denarbeid verrichten. Hoe de toestand in de
kunst was, daarvan wordt niet gerept, hoe
het in het algemeen met het vereenigings-
leven gesteld is, evenmin. Het zou niet zoo
moeilijk zyn daarover eemge gegevens te
verzamelen, maar opmerkelijk is het dat al
die rubrieken van burgers op het stadhuis
alleen bestaan als er «belastingbiljetten zyn
uit te reiken.
Het gemeentebestuur toont niet veel be
langstelling vaar het geestelijk leven; al
leen steekt het er nu en dan zyn neus in.
Wel wordt in die nieuwjaarsrede vermeld
dat de tentoonstelling van Haagsche ge-
meenbe-adnunastratie een uitstekenden in-
di'uk heeft gemaakt, maar van alle andere
tentoonstellingen geen woord.
Zit misschien dat mindere brood-gebruik
met juist by hen die niet de eer worden
waardig gekeurd om vermeld te woj^ien?
W anneer men eens de moeite nam om na
te gaan hoe het met de weritgeiegenheiu
staat by tan van geestelijke werkers^ dan
zou men nog eens iets anders ontdenken,
want neusch de toestand is by vele van hen
verre van schitterend. Wij zullen óp dit
taardige atoffea.,
6, Afd. D.E. 86,
elke ziekte, daar
mj, uwaïaniu luj in t rond keen a.&o
hem eemmiapw letó te binnen scnoot
„U 4011 mijn, zoontje wilien zien zoi-
ne hij.
flu versolieen juifr. Tringfold met
j ee n wenng
slapierig en uit zijn humeur was, naar
hij tegen wil en dank was wakker ge-
nounen, in geval Sir Aubrey mocht
veriiangen hem te zien.
De oude man aanschouwde hem met
tcederneid. Die blik vol liefde verried
niet langer geestverstomping, maar in
nige genegenheid, de diepgevoelde liet
de van een vader.
,,Nu ik mijn jongen heb gezien, i&\
ik beter slapen zeidie hij ik weet
nu dat we ons beiden onder hetzelfde
dak bevinden. Laat niemand ons eo:t
weer van elkander scheiden.
Na dien laa sten tocht van Hattieid
keerde Edmund Standen naar zijn ho
le1 terug, alwaar hij alle toebereidse
len maakte om. den volgenden morgen
naar 't buitenland te vertrekken. Hij
wilde naar Parijs gaan en van daar
naar Marseille en mogedi.k wel naar
Algiers. Hij wilde vergetelheid' toeken
ir een vreemde omgeving, waar geen
enkele overeenkomst in de hem om
ringende natuurtooneelen, geen enkel
woord dat in zijtaei tegenwoordigheid
werd gesproken, nem aan zi ngeboor-
van
koring en de
werk, zoo zei 1
wat men doet,
tigs te doen|
groote geheel, ’dat iets nuttigs produceert.
Het geluk der menschen wordt meer be
vorderd, wanneer die factor naar voren
wordt gebiecht dan wanneer men hen
voortdurend wy’st op den ongelukkigen toe
stand, waarin zy verkeeren.
Ofschoon wy gaarne erkennen, dat he.
veel geonukkelyker gaat den arbeider vreug
de in zyn taak te doen krygen, wanneer
klie taak zelf «de bron van vreugde kan zyn,
zoo heeft de minister hier^och ongetwijfeld
een waar woord gesproken. Wy willen niet
ontkennen, dat in de klacht van den heer
Stenhuis veel waarheid schuilt. Maar aan
Op gepaste wyze op
en onaangenaamheden
tig zyn. Maar men ho
drijving. Ook de geluk
zich ongelukkig gevoek
in q dag uit om zÜne n
naamheden «wordt beklaagd. Het wil ons
voorkomen, dat wy hieriinede staan voor
eene der oorzaken van het verschijnsel, dat.
niettegenstaande de welyaart in de laatste
eeuw sterk is toegenomén, het gevoel van
geluk en tevredenheid et eer op is achter-
dan vooruitgegaan.
leven van den modernen
fabrieksarbeider.
Eenige weken geleden het was by de
behandelhilg van de Staatsbegrooting had
in de Tjveede Kamer eene interessante ge
dachtenwisseling plaats over het leven van
den modernen industriearbeider.
De heer Stenhuis betoogde, dat door de
industrialisatie het leven van de massa der
arbeiders armer is gemaakt, dat zy alleen
nog leven buiten den werktijd. Wanneer
zoo zeide hy de arbeiders in de industrie,
in de mynen enz. konden kiezen tusschen
arbeiden of gedurende de arbeidsuren dood
te zijn en toch hun loon te ontvangen, dar
zouden honderdduizenden den dood verkie
zen. De mjjnwerkers, de textielarbeiders, de
chemische arbeiders, de papierfabrieksar-
beiders, enz. hebben een arbeid, die niets
dan een last is.
„De Nederlandsche Werkgever”, het or
gaan der neutrale werkgeversorganisatie,
meendte tegen de woorden van den heer
Stenhuis te moeten opkomen. Het blad er
kent, dat de arbeid in de moderne industrie
vaak eentonig en geestdoodend is. Maar de
voorstelling, als zou heden ten dage van dt
arbeiders zwaarder, afbeulender, ongezon
der arbeid worden gevorderd dan vroeger,
kan niet door de beugel.
Deze opmerking raakt, naar het ons voor-
;viana waaruit, iuj vrijwillig veioiuuieix
was, Oi aan zijn verwoest levensgeiuK
nennneirae.
na net eten begaf hij zich naar aa
leeszaal en anorhep met niet <ie min
ste beiaugs.einng ue couranten, totua.
nij op een bericht ptuiue, dat al zijn
pionnen veranderde, en hem de ge
dachte om den winter in Algiers door
te brengen voor 't oogenblik uit zijn
hootd deed zetten. Die bericht was van
den volgenden inhoud)
,,De vrienden van eene dame, die nu
ernstig ziek ligt in het Haven-Hotel te
Newhaven, worden verzocht zich aidaar
te vervoegen De dame kwam alhier
aan met den namiddagtrein uit Lewes,
op Donderdag 10 September, en is se
dert lijdende aan ijlende koortsen.
Haar linnengoed is gemerkt S. P. Zij
draagt een groot diamanten kruis en
neeft een marokijnen tasdhje met pa
tentsloi bij zich, waarin zij waarschijn
lijk haar geld bewaart.”
Er vied niet aan te twijfelen wie de
aldus ontschreven persoon was. Het
was half acht toen, Edmund Standen do
advertentie las. Om acht uur bevond
h;j zich aan het station, en een kwar
tier later was hij reeds op weg naar
Newhaven. Te Lijwes had hij een uur
oponthoud, en rt was dus reeds elf uur
eer hij het doel zijner reis bereikte.
Hier wa-chtte hens niets dan teleurstel
ling en smart De logementhoudster
had hem een wonderlijke geschiedenis
meats te ueeien.
z-ij uhd oen vorige» Vrijdag de ad-
verieuties naar <ie ,,iimes gezonnen,
op raad van den uoaier, die voouzag
uat ne Koortsen uier lijueres waar-
6«xnijniij* in typhus zouuen oomaruen.
ve logemenUiouuster was bij de bloo-
te veronderstelling van zoo iets lievig
ontsteld, en had de paueme gaarne
naar net gastuuis wLien laten over
brengen.
De dokter had echter verklaard dat
dit niet mogelijk was. Zij was te zies
om zulk een reis te volbrengen, en ai
wat er kon gedaan worded was haar
naar eene of andere aangrenzende wo
ning to vervoeren, en te wachten dat
belangs-ellende vrienden of bloedver
wanten. die wedlicht de advertentie in
de „Times” zouden lezen van zich zou
den doen hoor en. Dit werd dan ook
onmidriicllijk gedaan, en opmerkelijk
genoeg begon de lijderes van 't oogen-
blik af zij verplaatst weird in beter
schap toe. te nemen. Zij was kalmer,
en de koorts Zaterdagnacht sterk ver-
mindero'. Zondag was zij in staat het
bed te verlaten Den volgenden dag
was het herstel nog verder gevorderd,
de patient was talm en bij haar volle
bewustzijn zij opendö haar taschje
en haalde er een beurs uit. waaruit
ój den dokter twintig pond ter hand
stelde voor de logementhoudpter. en
tien pond ter belooning van zijn dien
sten. (Wordt vervolgd).
wees er op, dat ook de sociaal-democratie
geen oplossing heeft weten te geven van
het probleem, om by de toenemende in-
dustrialiseering den mensch in den arbei
der niet te doen ondergaan en dat van dit
probleem alleen eene oplossing mogelyk
zou zyn, wanneer men zou «willen komen to^
een veel lager levenspeil voor de groote
massa der bevolking.
Deze opmerking is volkomen juist. Wy
zouden daaraan echter nog willen toevoe
gen de vraag, of men in onzen tyd in
tweeërlei opzicht dan eigenlyk niet in de
verkeerde richting gaat. In de eerste plaat.
door al te zeer het denkbeeld te doen post
vatten, dat het menschelyk geluk paralle'
loopt met t>et aantal «behoeften, hetwelk
men kan bevredigen. In werkelijkheid staat
dfe zaak toch meer zoo, dat hy het meeste
uitzicht op geluk heeft, die bij het scheppen
van behoeften de grootste matigheid heeft
betracht.
En in de tweede plaats door uniform
verkorting van den arbeidsduur. Er Inoet
nu eenmaal een zekere hoeveelheid arbeid
worden verricht, om de menschheid een ze-
leil te verschaffen. Onder
er ,die zeer zwaar, eentonig
J is en waarvoor een arbeids-
van b.v. 6 uur zeer gewenscht zou
ABONNEMENTSPRIJS: per kwart**, JL26, per week 17 cent, met Zondagsblad
pe» kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar da bezorging par looper geschiedt.
Franco per post per kwartaal 8.15, met &jM*agsblad 8.80.
Abonnementen worden dagelyks aangenomen aan o»s Bureau: MAREI 31, GOUDA
by onze agenten en loopers, den boekhandel sa de postkantoren.
Onze bureaux zjjn dagelyks geopend van 0—6 uur. Administratie Telef. Interc. 82:
Redactie Telef. 83. Postrekening 48400.
Ten slotte moge hier nog melding wor
den gemaakt van het antwoord, dat de Mi
nister aan den heer Stenhuis gaf. Hy wees
er op, dat, hoe geastdoodend en eentonig in
sommige modernygeoutilleerde industrieën
het werk ook moge zyn, één dagelyks te-
rugkeerende vreugde toch ook daarby niet
behoeft te ontursken. Dat is de vreugde
een nuttig volbrachte dagtaak. De be-
lévensverryking van een
lij, liggen niet uitsluitend ir<
«naar in het besef iets nut-
een schakel te zijn in het
193) -
„Sir Aubrey Perriami.”
„Ja”, antwoordde Mr. Baan, Sir Au
brey Perriam. Ik dacht wel dat zulk»
trouwe bedienden niet in gebreke zou
den bijv en hun meester, dien zij zoo
lang gediend hebben, te herkennen,
üudlanjcs Lady Perriam’p vermeenden
weduwstaat, ondanks het grafschrift in
de kerk van Perriam, ondanks de be
grafenis en het testament dat ik hier
in huis heb voorgelegen, is Sir Aubrey
Perriam in leven en keert hij in uw
midden lefrug. De k st die hier uit
huis werd gedragen, bevatte het lijk
van Sir Aubre».’» broeder, Mordred.
Gedurende die laatste acht maanden is
Sir Aubrey het slachtoffers) geweest
van een laaghartge samenspanning.
Maar ik heb de saamgezworenen ont
dekt !k heb hun geheim aan ’t licht
gebracht ik breng u uw vroegeren
meester terug en herstel hem hiermee
in zijne rechten.”
AaindLouaende en luide vreugdekre
ten en zegenwens Chen voor Sir Au
brey en zijn bemjder weerkionKen.
Mr. Bain gevoelde met zelfvoldoening,
dat hij hier zijn intrede deed ais een
held, die na een groote overwinning haar jeugdigen last, dae
huiswaarts keert. --
Bleek en ontdlaan trad nu Mr. Si mp
son nader en onderzocht het uiterujK
van zijn gewezen patiënt.
„Goede hemel hoe is ’t mogelijk
dat ik me zoo vergist heb?” riep nij
uit. „Ja, 't is waarlijk niemand an
ders dan Sir Aubrey. Die listige vrou
wen. Ze hadden de kamer donker ge
maft en deden al wat ze konden om
mijn aandacht af te leiden. Er had
eigenlijk eene lijkschouwing moeten
plaats hebben. Sir Aubrey, kunt gij
m:j ooit vergeiven
„Ik vergeef iedereen,” siprak de ba
ron et zwakke stem., gejaagd 0m1 zien
heen ziende, „en'nu zou ik gaarne
naar bed gaan, Baan. Ge blij t immers
bij mij niet waar Ge zult wel op mij
passen. Ge zult me niet weer in mijn
slaap laten wegbrecgen.”
„Gij zijt hier onder uw egen dak.
Sir Aubrey gij zijt hier uitsluitend
heer en meester. In dit huis houden
zich niet langer geheime vijanden op.
Gij kunt gerust gaan slapen g j zijt
omringd door trouwe bedienden.”
De oude n-an keek hem met een
flauwe» glimlach aan. „Ik dunk hen
vriéndelijk voor hunne trouw”, zeide
van
Miss E. BR A DON.