mn win
ft
LEN
>ON.
Deze Courant komt in meer
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
SwFRKFRK B0SK001’- GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE,
dan 6500 gezinnen in Gouda en Omgeving
No. 18024
-
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
EERSTE BLAD.
Pi
1 J
I
N
ÜUNT
I
f
1 voor
schen
Enorme keuze:
in zwarte en marine-mantels,
Japonnen-Hoeden
I LEZERS
FEUILLETON.
Langs verborgen wegen.
Bahlmann Co. - Gouda
Aparte Dames* en Kinderkleeding, Hoeden, Feite-,
rijen, Bontmantels, Stoffen, Vesten, Pullovers, enz.
28 -
Zaterdag 17 November 1828 67« Jaargang
NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWUK, SCHOONHOVEN. STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enx
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2.25,
4
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Regenmantels en -Hoeden enorme keuze.
«ft.
50
laag.
100 pags. f 0.25.
INEEL
IKOOP
diie spullen? hprhaal-
ncurwxwvoi
8 dagen tijds
1000 ex. zijn verkocht.'
In eiken boekhandel en bij de
Uitgevers A. BRINKMAN Zn.
IZ Markt 31 verkrijgbaar. ZZ
Tijdens de verbouwing
extra verlaagde prijzen.
in aanvra-
van
IKN
12%, mits
et annon-
n en aan-
oeg to.
DPLABE
O EX.
INOSE. Voor
oor alle over
niet goed op
*DE
tN,
I WAT
Band
HOUDING
<feNT.
ET OOK?
«AGTHETUW
I. OF BETER,
PAKJE EN
F U ZELF.
HUUR
leze soort
iaal tarief
1—8 ga-
9288
SO
Iczaam dat
jeitsmiddel
f is dan de
van de
KT SI
ZATER-
Avonturen van den beroemden Engelschen
detective
HERBERT PORTER.
Vrij naar het Engelsch door
J. van der Sluye -
AAN DEN ANDEREN KANT.
Geld uitgeven voor onnutte dingen is
een met zekerheid geraken op den weg,
waar men geen geld heeft voor het
noodige.
dit systeem verbonden. Voor een rit zonder
diekaart betaalt men een dubbeltje maar
men stelt de gelegenheid open speciale
kaarten te koopen die alleen op die werk
dagen gelden. Ongetwijfeld zou dit aan
het gebruik dat van de tram gemaakt
wordt ten goede komen.
Het is maar een idéetje, dat we nooit
ergens hebben gelanceerd gevonden en dat
naar het ons lijkt de overweging wel waard
is omdat een conform tarief ongeacht het
doel waarmede men van de tram gebruik
maakt, onbillijk is te achten.
Eén van de Haagsche bladen is een
enquête gaan instellen over het onderwerp:
Winkelen in den Haag en is vooral bezig de
klachten te uiten die winkelende dames
over het winkelbedieningspersoneel hebben.
Een onuitputtelijk onderwerp en het regent
natuurlijk allerlei grieven. Van de zijde van
het aangevallen personeel is al een ander
klachteh- en grievenboekje geopend over
len. De winkeliers zelf hebben zich nog niet
in de discussie gemengd; zij doen mis
schien hun voordeel met de beide boekjes.
Maar één punt is er dat wij nog niet in het
debat gebracht zagen en dat met name van
de zijde der winkeliers een stevig boekje
zou kunnen vormen n.l. het steeds toene
mende euvel der zeer trage betaling om
niet te spreken van de wanbetaling. Van
alle grieven die aangevoerd kunnen worden
is dat eigenlijk de ergste en een winkelier
met wien wij deze wederzij dsche enquête
eens bespraken, verzekerde ons dat het
„lastigste” deel van het publiek in den
winkel in den regel ook het deel van het
publiek is dat het slechtst van betalen is.
Hy liet mij nog eens een lijstje zien van
hetgeen er „open” stond sedert den aan-
jj een aanzienlijk
deel der kwitanties over 1927 was in Oct.
na derde of vierde aanmaning niet betaald
en een deel was al weer als oninvorderbaar
afgeschreven omdat de klant niet meer te
vinden was. Het zyn niet alleen de winke
liers die daarover klagen, de doktoren, de
tandartsen doen niet onder in hun klacht
over dit euvel.
ABONNBMBNTSPMJS: per kwartaal 2.25, per week 17 cent, met Zondakhlad
per loopor s“chWt
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 3L GOUDA
b|j onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
“ur- 82;
En menige winkelier moet uiterst voor
zichtig zijn om niet te hard op te treden,
want dan is de klant zoo vriéndelijk om
hem niet langer de gunst der klandizie te
verleenen en zelfs by vrienden en kennis
sen een soort tegen-propaganda te gaan
maken.
Over het algemeen zouden wy weinig
weten te klagen over het winkelpersoneel
en het oordeel van vele vrouwen is van
dien zelfden aard. Natuurlijk kan niet ver
wacht worden dat de meisjes altijd in de
allerbeste stemming zyn, vooral niet als
men ziet aan welke kwellingen zij dikwijls
van de zijde van besluitelooze, smakelooze
klanten blootstaan. Het gemis aan be
schaafde manieren doet zich wel eens by
het winkelpersoneel gevoelen. Het soort
meisjes dat vroeger als „dag-hit” of als
loopmeisje zich een bestaantje trachtte te
veroveren wordt nu al gafiw winkel-
Hebt ge U al voorzien
van de
Dit practische jaarboek is
voor ieder inwoner van
heel veel nut, feitelijk
heeft ieder het noodig.
Het sprekendst bewijs is
dat in
woningen, te Rotterdam 80925 of 34’4 en
in Den Haag 12326 of 18 Op den wo
ningtoestand in onze groote steden werpt
dit een schril licht. Maar ook buiten die
steden was de toestand allesbehalve roos
kleurig. Het rapport van de Maatschappij
tot Nut van t Algemeen, in 1890 over „ar
beiderswoningen in Nederland” uitgebracht, i
had dat reeds duidelijk gemaakt.
Aan dezen toestand hepft de. werkzaam*
heid der woningbouwverenigingen een‘ein
de gemaakt. Reeds voor het tot stand ko
men der Woningwet 1001 openbaarde deze
vereniging een toenemende activiteit.
Maar het was toch vooral dé mogelijkheid
om voor woningbouw rykspteun aan de ver-
eenigingen te geven, door de Woningwet
geschapen, die haar tot een krachtiger in
grijpen in staat stelde. Vooral tijdens en
onmiddellyk na den oorlog, toen het wo
ningwet beteekenis gekrgen. En het is dan
ook vooral na 1916, dat de woningbouw der
verenigingen een omvang heeft aangeno
men, die'een, geheel anderen toestand op
woninggebipd in ons lahd inluidt en aan
deze verenigingen haar beslissende betee
kenis voor onze volkshuisvesting heeft ge
geven. Zonder haar werkzaamheid zou het
tekort vooral aan arbeiderswoningen een
werkelijk noodlottigen invloed óp ons volks
leven hebben gehad.
iMaar ook na den crisistijd zyn het vooral
de woningbouwverenigingen geweest, die
zich den bouw van arbeiderswoningen heb-
thans in vele gemeenten voorbij en heeft j
het particulier initiatief in deze zijn taak
kunnen hervatten.
In den crisistijd is veel te duur gebouwd.
De schuld, die de verenigingen daardoor
zich op den hals hebben geschoven, dreigt
haar te worgen. De woningen moeten óf be
neden den kostprijs verhuurd worden óf blij
ven leegstaan. En zelfs met behulp van de
bydrage van rijk cn gemeenten kunnen tal
van verenigingen zich niet handhaven. Dit
heeft tot den wensch aanleiding gegeven,
die in de motie-Viiegen werd uitgedrukt.
En het feit, dat met behulp der wo
ningbouwverenigingen in de woningbe
hoefte der arbeiders kon voorzien worden,
maakt de inwilliging van deae wensch nood-
zakelyk. Een goede woning is een eerste
eisch voor de physieke en morele gezond
heid en het volle behoud der levensenergle.
Dit maakt een goede huisvesting voor de
arbeidersklasse tot een besliste voorwaarde
voor het volle behoud van onze volkskracht
en daarmee tot een nationaal belang van de
eerste grootte. K.
Een belangrijke beslissing
in het belang onzer volks
huisvesting.
Er is dezer dagen door onzen minister I
van financiën een toezegging gedaan, die
de bizonder aandacht verdient van al wie
het met zyn land en zyn volk goed meent
en de beteekenis begrypt die de uiterlyke
omstandigheden, waarin een volk leeft
voor zijn. Leven en levenéikraeht heeft.
Het was naar aanleiding van de motie van
de heeren Vliegen en Van deh Bergh. Deze
beide kamerleden haddén vroeger al over
den financieelen toestand van de in ons
land bestaande bouwvereenigingen in ver
band met de schuld, waaronder deze gebukt
gingen, gesproken. In hun motie drukten ze
den wensch uit, dac het ryk zyn vorderin
gen op deze vereenigingen, ontstaan* uit het
verleenen van bouw- en grondvoorschotten,
zoodanig zou verminderen, dat de schuld
der vereenigingen gelyk werd aan de tegen-
woordige waarde van haar wonlngbezit, dat
dus het ryk een groot deel der schuld dezer
vereenigingen zou afschryVen. En zoo alge
meen was de instemming met dezen wensch,
dat minister De Geer de instelling van een
commissie belpofde, die de regeering om-
'teht die afschryvmg van advies zou moe
ten dienen. De algemeene instemming nier
alleen, in de .Kamer ,ook JaarEuitaii
met den uitgesproken wensch maakt het
uit te brengen advies niet twyfelachtig. En
wa^( de regeering zich door dit advies zal
laten leiden en dus tot de afschrijving be-
I sluiten, is deze ministerieele toezegging
een oorzaak van verheuging voor wie de
beteekenis der woningbouwvereenigingen 1
voor onze volkshlui§yesting en de beteeke
nis eener goede volkshuisvesting voor het
behoud onzer volkskracht begrijpen.
Het is nog zoo heel lang niet geleden, dat
het er met onze volkshuisvesting maar heel
slecht uitzag. De cijfers der woningstatls-
tiek, by de volkstelling van 1899 en 1909
opgemaakt, waren in dat opzicht welspre
kend. In 1899 bleek één-derde van de bevol
king van ons land in éénkamerwoningen te
huizen. En in f1900 waren er te Amsterdam
nog 15936 van zulke éénkamerwoningen of
11% van het totaal woningen, in Rot
terdam 10779 of 11% en in Den Haag
8202 of 12 welke woningen voor een deel
door 5 of meer personen bewoond bleken.
Naagt deze éénkamerwoningen waren er te 1
Amsterdam nog 29329 of 21 tweekamer-
Weer keek hij zwijgend eenige minuien
lo kaaniir in een rood schijnsel begon te
gloe ea. Herbert Porter lachte een onhoor-
baren lach. „Als ik me niet vergis, moe-
ter. de goricliten van de hoeren nu steeds
tiftg&r worden.” Plotseling stiet hij een
geBmoordm vloek uit ,,Wel venhui veld
ik geloo' dat ze mo gezien hebben.
Bijna op lietaelide oogenblik word l ét
PMdijm heftig weggotmokken, velschillende
mannen, verschenen op het balcon. Een
atem sdhreeuwde: ..Herbert Polrter
D® gesnapte speurder sprong bliksemsnel
op het grasveld en was weinige seconden
later als door de duister me verzwolgen
Over al zijn leden bevend, .zijn handen
krampachtig tot vuisten gebald), in. starren
^hrik dook de juwelier achter het kreu-
P*toout weg en tuurde met angstige oogen
iuistermie in. In de kamer schreeuwde
iemand.
„Ik moet hem hebben. Breng hem mij,
dood of levend.
Er ontstond een lange, vreeselijke pauze.
Het stampen van zware 1 Aarzen drong door
tot den. luisterendien Spanjaard. Stemmen,
onderdrukte vloeken, een halfluid comman
do. Dan werd het een oogenblik doodstil.
Uit de duisternis tradun mannen te voor
schijn in hun midden een gestalte met.
een lange, lichte jas aan.
„Ze hebben hpm gdpakt”, krmnde do
juwelier in vertwijfeling. „Hij is verio
ren”. Hij voelde doft hot koude angstzweet
Item aan alle kanten uitbrak.
Da mannen traden, hun gevangene mee
voerend, met zware, dreunende stappen h
huis binnen Iedere zenuw van Juan Al-
^5rez trilde, zijn hart klopte met hameren
de stagen. Een oogenblik bedacht hijzou
hij Herbert Porter te hulp komen Maar
ach, dat zou immers waanzin zijn. Twee
tegen zes. Hij kroop onhoorbaar over het
grasveld voorwaarts Dhar stond een boom.
Zonder eenig geluid wist hij zioh in de
takken een eind omhoog te werken, zoodat
'lüj do kamer geheid en al kon overzien
het gordijn hing in flarden. Voor de ^melt
oven stond Arthur Bishop, zijn bediende.
Juist brachten do mannen don gevangene
binnen. Bishop trad op den Engelschm in
too en zei hoonend: „Ziezoo, dat was je
laatste streek, waarde heer.”
Do aangesprokene wondllo zijn gezicht
niaar het venster, zoodat het licht van de
lamp juist op zijn gezicht vlei. Met stom-
legeu, half brutaal, het gezicht
lummelige boerenjongen. Bishop
eerste die de vergissing mxrkka: „nw
jij?’ schreeuwde hij den. vreemde
„Hoe kom je aan dio hoed en jas?”
Do ondervraagde opende zijn dommes
groeten mond on keek de rnnnnen’ met eau
half nieuwsgier gen, half eriwtiigen grijns,
dom aan.
„Hoe kom je aan
da Bishop dreigend.
Do boare.i jongen, tot wie het langzamer
hand scheen door te dringen dat zijn toe
stand ni'.et zonder gevaar was, opende aar
zelend do 'hand. Er lag een vijf dollar
Iriljet in.
„Wat is dat voor geld?”
„Een man”, stotterde hij angstig en in
onvervalseht boersch dialect, „een man
heeft me dat g^'wn. Toen, trok-je mo
vlug de jas aan on zette do hoed op m»jn
hoofd.,..1”
„Nu.... en wat vonder?” drong Bishop
aan.
,,Hij zei blijf hier een pookje staan -
ju wordt hier ook weer afgebaald.”
„'Waar is die man?” schreewwde Bishop.
„II'aggeloKXpen. Daar naar den cvqrknnl
De jongen wees’ met de hand in do rich
ting van een kléin bnigget|O”, daar aan
de overkant, daar loopt-ie.”
liiilhSiUE (0II5A XI.
„Goddank”, zei do juwelier met een die
pe zucht van oplichting. ,,U bent tenmiu-
s>lo gerod, Mr Porter.” Hij legde hem
ontroonl do handen op de sclibuders on
zei „al is h»t platina ook naar de weer
licht....”
„Hoe weet u dat?”
De kerels hebben immers de theepot laten
stuk vallen en de kostlmre inluud is weg-
goloopen.”
Herbert Porter liaalkle Iwdaard zijn pijp
uit do zak. „Het is inderdaad thee wat u
hier op den grond ziet”, zei hij lang
zaam, „deze keer ia liet eohter thee en
geen Biahop-thee”
De detective stopte op zijn dooie gemak
zijn pijp verder, stak hem aan en deed
met welbehagen een paar flinke trekken.
Toen nam hij weer het woord’ Ik had
vooruit in de gaten dat mijnheer Bishop
zijn theepot'zou komen lialen en daarom
heli ik voor allo eventual’tuiten thee in de
pot gedaan, «ohto thee, toen ik vanochtend
vroeg tijdens uw afwezigheid in do werk
plaats was.”
„En do platina oplossing?”
„Staat kant en kfemr gedistilleerd, goed
bewaard in mijn eigen laboratorium.”
De juwelier gaf een schreeuw van blijd
schap.
„Ik had tl dat wel eerder kunnen ver
talen’’, hervatte de speurder”, maar als
straf voor uw Hdlutzinnighedd om Bishop
dcc theepot te geven, heb ik u een beetje
in angst laten zitten,
(Wordt vervolgd).
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
OMXLV.
De illusie, dat wy eens aan belasting-
ly’ksch bestuur wreedaardig ontnomen.
Hoewel er over den dienst 1927 een over
schot is van ruim ze^en ton denkt men over
verlaging niet maar wil m||i een potjes-
stelsel gaan invoeren voor den kwaden dag.
We gevoelen voor dit stelsel niets omdat
het onbillijk is het thans betalende publiek
al vast te laten meehelpen om stroppen,
die straks misschien komen te dékken.
Iedere ttfd moet voor zich zelf zorAn nu
de lasten zoo hoog zyn en bovendien lijkt
het ons niet geWenscht dat het gemeente
bestuur zoo’n potje by de hand heeft als
het niet noodig is. Dat potjesistelsel is ons
te huishoudelijk.
Van belasting-verlaging is geen sprake
en zelfs op de bedrijfswinsten, die abnor
maal hoog zyn, wordt niet gekort. We suk
kelen dus het volgend jaar weer op de oude
manier door. Veel verandering in eenig be
leid is trouwens niet te wachten, gelijk
trouwens te begrijpen is warit iedere ver
andering koset onmiddellijk geld en dat
heeft men met.
Hoe weinig bly’k verschillende raadsleden
geven van hun inzicht in de toestanden van
den Haag, komt weer aan den dag in him
verlangen om op Zondag het tramverkeer
te verminderen. Het is best dat een groepje
menschen vóór volledige Zondagsrust is
dat groepje vormt misschien een twintig
procent van de bevolking maar beper
king van den dienst beteekent allerminst---
BSrWrfftrwaèn vtoopen bötóekent dat IK önïvShtf rflet véél ontloopen zttf-
alleen dat de overige trams nog voller zit-
ten, want niemand blyft thuis omdat er
minder gelegenheid tot vervoer is.
Het eenige waarvan wy voorstander zyn
is het wyzigen van de tarieven voor den
Zondag. Op werkdagen heeft de tram een
ander karakter dan op Zondagen. Op werk
dagen dient de tram in de eerste plaats
voor het vervoer van de menschen die van
en naar hun werk gaan. Natuurlijk zyn
er daarnaast velen die ook voor hun ge
noegen trammen, maar Zondags is het uit
sluitend voor genoegen. Wij zouden er vóór
zyn, dat bijvoorbeeld tienritten-kaarten
werden ingevoerd die alleen op werkdagen
tot 's avonds zeven uur werden geldig ver
klaard en die lager in prys waren dan het
tarief dat ’s avonds na zeven uur en ’s Zon
dags geldt. Op die wy’ze zou men tegemoet vang van het jaar. Nog
komen aan hen die van de tram gebruik «ver
maken als verkeersmiddel tusschen hun
huis en de plaats van hun werk. Thans kost
ieder trammetje een dubbeltje, wanneer de
werkdag-tienrittenkaarten op 85 cents wer
den gepteld zou dit een niet onbelangrijke
reductie zijn op het tarief. Er is geen enkel
bezwaar behalve dan het financieele, aan
,.Er achteraan brulde Bishop. Met eva
vloek sarong hij naar buiten. „Er achter
aan, we nxxjten hem hebben."
De zes mannen sprongen op en
naair de deur een van hen stootte toet
zijn elleboog tegen den theepot. Kletterend
viel deze op den grond in stukken de
inltoudi liep ovet het vloerkleed, dat bel
vocht snel opzoog.
In bet vodgend oogenblik waren do zes
mannen in de duisternis venIwenen. De
boerenjongen, zag hen hoofdschuddend na
en keek nieuwsgierig do ktuner rond. Dan
liep hij naar do uitgang. Do juwelier had
ui> zijn sdhuilplaats als verkrnd. toegezien
naar wat er gieedhieJde. Hij liet zich on
hoorbaar naar beneden glijden, klom over
de borstwering on trad de kamer binnen.
Handenwringend keek hij naar de naile
plek in het vloerkleed en kreunde: „Al
lee naar deA'eerlicht.... Herbert Porter ’n
nmordenaiir^Rnden en hri platina vernie
tigd.”
„En wat nog moer?” vroeg plotseling
oen vroolijke, welbekende stem.
Juan Alvaurez koerde zich om en staarde
stem verbaasl in het Rt>zicht van don boe
renjongen. Diens trekken veranderden zich
geleide’ijk. Tnplaaite hot «ttompzinnijgpgrijn
zen kwam een gwioegclij ko jjlüto«ch op
rijn gezicht hij zotte den hoed) af en
ketk de juwelier recht in hri gozieht
..Herbert Porter”, schreeuwde djeze, bul
ten zioh zelf van vvrwondt'rlng.
„Goeden avond”, laohte do aangesproke
ne terug.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring)
1—5 regels f 1.30, elke regel meet 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
1—5 regels 1.55, elke regdl meer 0»30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bijslag op deft prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft Van den prils.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 14 regels ƒ.2.25, elke regel meer 0.50. Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen by contract tot zeer gereduceerden
pry’s. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van soiiede Boekhande
laren, Adyertentiebureaux en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing aan het
Bureau zyn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn.
m verbatzing zag de juwelier Dal .was
Herbert Porter absoluut utet. De man, dte
daar tusschen de misdadigers stond, droeg
wel de lioa.1 en de jas van den detective
maar onder dien hoed, grijnsde halfver
i- _,r i u_i i-i.| van ceu
was de
,Wie ben
«o toe.