NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN BOSKOOP, fcOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, 10QNH0VEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz. Deze Courant komt in vele duizenden gezinnen. Grootste oplage hier ter stede No. >7437 69* Jaargang BODEGRAVEN Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon-en Feestdagen EERSTE BLAD. FEUILLETON. mi wilt in de >aak. Zaterdag 26 Juli 1930 lagan In da 8/1929? 29? BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, bvaaWr NIEUWERKERK, OUDERKERK, QUDEWATER, REEUWIJK, SCH< 'BriüVen üit £"St RATELSLANGEN” ider. euwe Dit nummer bestaat uit twee bladen. 1 meer WEN (Wordt vervolgd.) Hazel’s schreeuw wekte Samantha, die het wannest dan wa» Ijk hun te ebben wij sic familie lag ic ge- k van een ler en nut lag is tui- olfie, zeer i van een i, zonder itwuining. iffelnevrij. chil spoe- n kunnen hans veel wc.’k cn Houtsnede van P. L. Scholten. en lag net als iet uilste- die hun ’enstond, ihatjs veel i scheutje ’gevoegd De overwinning is hem, die de meeste volharding aan den dag legt. f aan *VS I, Markt 31, Gouda. Hebt U PERSONEEL noodlg? Zoekt U PLAATSING? Plaats dan Zaterdags Uw AANVRAGE in de omcoE iimii ieder leest ze danl Kliini Aidikii 8 rifili tl- Inzending tot Zaterdagmorgen 9 uur aan het Bureau: MARKT 31 - Visschers bootje bij de Reeuwyksche PI De werkloosheid. Zoo neemt, naar we vernamen, de werk loosheid ook in den Haag weer zeer toe en reeds heeft dat verschijnsel, dat natuurlijk een gevolg is van de algemeene malaise, een onderwerp van bespreking uitgemaakt. Voor den aanstaanden winter belooft dit beginselen vanWde^^n^mg ^n^waar^e' nemen. Ook hier durft men de consequentie niet onder het oog te zien. Altijd leeft men nog in de hoop, dat er spoedig verbetering zal intreden, maar het tegendeel is waar gebleken. We zijn nu al twaalf jaar na het einde van den oorlog en al die jaren is er een hoog aantal werk- loozen geweest. Na tijdelijke vermindering steeg het aantal weer en men kan aanne men dat er een vast contingent is en blijft. Dat is op zichzelf een zeer belangrijk vraag stuk en het is allerminst voldoende dat meh er alleen een financieel vraagstuk van maakt, d .w. z. alleen overweegt wat ge daan kan worden om de gevolgen voor de betrokkenen te verzachten Uit Engeland komen verontrustende be richten over de toeneming der werkloosheid en men kan er zeker van zijn, dat hetzelfde verschijnsel voor ons land in aantocht is. Middelerwijl gaat hier alles maar onge stoord voort: de middelbare scholen werpen EEN HARDE LES. Amerika’s nijverheid en samenhangend zakenleven hebben ondanks alle hevige schokken dit volk een groote positie doen innemen. De aard van de massa-productie en gestandariseerde behoeften hebben de belangen van kapitaal en arbeid op belang wekkende wijze vermengd. De kapitalist en industriearbeider weet, dat zijn vermogen afhankelijk is van de verbruikscapaciteit der groote massa. De individueele kooper ziet de vele dingen die hij begeert, in goed- kooper en voortreffelijker overvloed aange boden. Deze samenhang tusschen nijverheid en gestandariseerde consumptie heeft het kan niet anders aanleiding gegeven tot verschillende verkeerde denkbeelden. Een dezer is de z.g.n. theorie van de consump tieve kracht van de arbeidende bevolking. De arbeider, zoo redeneeren velen, waar onder tal van grootindustrieelen (Ford!) moet zoo kort mogelijk werken en zooveel mogelijk verdienen: werkt hjj lang, dan heeft hij geen gelegenheid om zyn loon be hoorlijk te verteren, en verdient hjj weinig, dan is zijn consumptief vermogen vanzelf al niet groot. Dus: veel verdienen en veel vrijaf, met de consequentie: betaal de hoogst mogeljjke loonen bij den kortst mo- gelyken arbeidstijd, want de welvaart hangt ten nauwste samen met een ruimen loon- standaard. De geweldige instorting op de Ameri- kaansche beurs, de depressie in het zaken- *n Ir .Wu sr- ~ri m»— het bewjjs van het tegendeel geleverd. De onjuistheid van de theorie van de consump tieve kracht van de arbeidende bevolking ligt dan ook voor de hand. De industrieele welvaart in Amerika was geen gevolg van de hooge loonen, doch omgekeerd konden deze hooge loonen betaald worden doordat de industrie een reeks van goede jaren ach ter den rug had. En bovendien, hooge ar- beidsloonen in eenige takken van nijverheid waar overigens het arbeidsloon nog een relatief geringe rol speelt zeggen niets voor de algemeene welvaart. Wat heeft b.v. de landbouw in' het Westen van Amerika aan hooge loonen in de staalindustrie? Zullen de arbeiders in deze industrie meer brood gaan eten, wanneer zij meer verdie nen De feitelijke toestand in Amerika was zoo, dat een betrekkelijk gering aantal werknemers een abnormaal hoog loon ver dienden; dat slechts een tiende deel der arbeiders door hooge loonen een extra-koop- kracht hadden. En dit geringe deel kon na tuurlijk niet het geheele arbeidsproduct van de rest consumeeren. De prijssttfgende in vloed was dan ook naar rato niet groot; wel echter dwongen de industrieele vak arbeiders de rest om hooge prijzen voor hun arbeidsproduct te betalen, Het uitein delijk resultaat was derhalve een oneven redige verdeeling van welvaart, die door sommigen voor algemeen werd aangezien. Het hooge loon van de industrieele arbei ders kon echter alleen betaald worden, door dat de rest van de bevolking hun product tegen hooge prijzen moest koopen. De crisis vooral in den landbouw, heeft geleerd, hoe onjuist het is te meenen, dat de gestegen koopkracht van een gering deel der bevol king een prijsstij genden invloed over de ge heele linie tengevolge zou kunnen hebben. De theorie van de consumptieve kracht der arbeidende bevolking is een ge bleken: men heeft voor algemeene welvaart aangezien wat slechts een schijnbeeld daar van was. De theorie van de hooge loonen is op harde wijze door de nuchtere werkelijk heid achterhaald. Toen bij het begin van de ineenstorting de kreet geslaakt werd: houd tot eiken prjjs de loonen op peil, was dit een instinctief gebaar. Men was nu eenmaal vertrouwd geraakt met de gedachte: als wij de loonen niet op peil houden, kunnen de arbeiders de goederen niet meer koopèn en is het gedaan. De practijk heeft anders ge leerd; de leuze: als de looijen maar gehand haafd 'blijven, doet de rest er niet toe en komt alles weer in orde, bleek een fictie. Elke crisis heeft haar onvermijdelijke slachtoffers, maar bevat tevens leering voor ’de toekomst. Het was een harde les moge zij daarom des te beter worden verstaan en begrepen! 'MXXXII. Het aantal inwoners. Niet alleen neemt het aantal levende menschen in de residenie geregeld toe, als gevolg daarvan stijgt natuurlijk in gelijke mate het aantal dooden dat wordr wegge dragen. Vormt de aanwas der levenden een uiterst moeilijk vraagstuk, ook de toene ming der dooden brengt de gemeente in moeilijkheden. Het terrein dat voor laatste rustplaatsen moet worden ingericht, vraagt steeds om uitbreiding en die is er niet meer te vinden. Reeds is nu 30% Hectare grond voor kerkhoven bestemd en naar de laatste gegevens uitwijzen is er op dit terrein nog maar voor weinige jaren plaats. Den Haag telt tien begraafplaatsen, v/aarvan er een paar al lang „vol” zijn en andere nog maar kortèn tijd zullen noodig hebben om ook dit eindpunt te hebben be reikt. Het moeilijke van de kwestie is dat ze alle zóó zeer zijn ingesloten door bebou- GOlJDSCHE COURANT eerste moment dacht dat ze «en nachtmerrie had Ze kwam overeind in bed om te luiste ren. De deur van George’s kamer sloeg toe. Toen hoorde ze een zachten, doffen bons. Daarna niets meer. Haar eerste gedachte was dat George zijn vetten bok had geschoten. Waarschijnlijk had hij de bouten naar huis gedragen. Dat had hij wel eens meer gedaan. Het lag voor de hand dat hij zijn buks in een hoek zou zetten en het wild met een bons op den grond zou laten vallen. Niettemin joeg het kille zwijgen dat volgde Samantha angst aan. Ze kwam uit bed, steeds gespannen luisterend. Ze deed de deur open. Het lampje brandde nog op den overloop. Ze zag dat Hazel's deur open was en een moment later ontdekte ze dat de lo geerkamer leeg was. Dadelijk kwam de over tuiging in haar op dat Hazel bij George was en bij die gedachte stroomde het bloed haar naar de wangen. De stilte werd benauwend. Nu werkten haar gedachten met koortsachtige snelheid. Ze stelde vast dat George nog niet terug was. Die gil moest dus van Hazel gekomen zijn. Ze wae beneden alleen. Maar wat deed ze in George’s kamer, die kamer waar nooit een vrouw binnenkwam, dia kamer van Blauwbaard, die reeds zoo veel nieuwsgierige vragen had uitgelokt? Plotseling raadde ze de waarheid of ten minste een deel ervan. Haar instinct ver- ried het haar in een verblindenden flits. Ha zel, die wist dat George de heuvels was in gegaan, had haar nieuwsgierigheid willen bevredigen en er moest iets ontaettends ge beurd zijn. in deze maand weer honderden jongelui op de arbeidsmarkt en er i« geen plaats. Er z(jn nog ettelijken van vorige lichtingen die zonder betrekking ropdloopen en reeds drin gen de nieuwen zich op. De bevolking blijft wassen met een cijfer dat niet noemens waard daalt; er wordt geklaagd over alge meene malaise en niets wijst op eenig her stel. Het voprtdurend trekken naar de groote centra houdt aan en Art verschijnsel is en MWM 9.1 1 ÏHii li iRelfcHi Uit het Engelsch van H. A. VACHELL. 32 Nadruk verboden. Oogenblikkelijk rolde de slaaig zich op en begon te ratelen. Het mdisje had dit onheil spellende geluid' nog nooit gehoord en de schrik drong haar door merg en been. Ze sprong op den stoel bij de tafel. Nu ze zich voor het oogenblik veilig voelde, werd ze een klein beetje kalmer. Ook de andere slan gen hagden zich ineen gerold en' ratelden. Er waren er negen uit het hok ontsnapt. Ze begon zich, flauw en duizelig te voelen. De sterke, muffe lucht werd haar de baas. Het zweet brak haar over het heele lichaam uit; haar keel leek wel uitgedroogd, haar vingers trokken krampachtig. Ze zou het niet voor mogelijk gehouden hebben dat er dergelijke angsten bestonden, zulk een ver lamming van alle lichamelijke en geestelijke kracht. Ze wiet niets van de gewoonten van ratelslangen af. Ze verbeeldde zich zooals toovelen doen dat de slangen zich vlug ger. bewegen dan de menschen kunnen loo- pen. Volgens haar konden ze waarschijnlijk wel in boomen of in dit geval stoelep klimmen. Boven al deze gedachten zweefde haar de herinnering yan die kinderen, die dood wa- Ambachtsavond- Arbeidsinspectie Autobusdiensten malingen Begraving ermakelijkheden nswaardigheden gen Bewijs van ue Bootdiensten rgemeester Bur- ie van Bijstand jestrjjding Con- Diaconieën - van huisdieren :triciteit en Gas igifte Gemeeffle- jmstenbelasting lad Gemeente- et. van Gezond- abrye Goudsche dêlyk) Handels- Hoffmansgesticht looi Huiszorg igen en Instellingen Instellingen van teitswet Invoer- Kalender 1930 Legelclubs Kerk- i Keuringsdienst ig Lager Onder- v ongevallenwet ding Makelaars Monumenten Stads-) Natuur- an ’t Algemeen ysvereenigingen itvoering) Ont- Juderdomsrente >rten Pensioenen Politieverordening lad van Arbeid igen Reinigings- roefstation Klei - en jks Zuivelconsulent Schoolverzuim iheidscommissie I Slachthuis nevanek Spaar- Stadhuis Stedel. •ootdiensten St. lie) Stratenljjst Tehuis voor Israë- g) Tesselsehade ulosebestrijding ingen van Handel, ■eenigingen (Land- -Maatschappijen nogensbelasting misbruik Volks- Vreemdelingen halen Waag tiigingen en instel- ngbedryf (Comm.) ingen Zegel ekenhuisverpieging ren gevonden door hua radelooze moeder. Ze stelde zich voor hoe misvormd en wan kleurig die arme lichaampjes er uit hadden gezien. Voor de zooveelste fceer kwam haar d<* monsterlijke kop van het veulen weer voor oogen. Haar walging nam toe, de vree- selijke stank werd nog ondragelijker. HAzel keek naar het raam. Kon ze dat openmaken en er door ontsnappen? Neen, er lagen al twee slangen tusschen haar en het venster. Met een gevoel van doodelijke wanhoop werd ze zich bewust dat ze zich niet bewegen dorst. Onderdehand hadden de slangen opgehou den met ratelen en die stilte was nog ondra gelijker dan het lawaai van daarnet. Vijf stuks gleden op en neer door de kamer op zoek zooals Hazel dacht naar haar Als ze hun afschuwelijke platte koppen op beur den, zouden ze haar kunnen zien. Er ging een minuut voorbij. Een kinderachtige woede tegen George kwam in haar op. Waarom had hij haar in dit slangenhol getokt? Natuurlijk schaamde hij zich over dezen handel in vergiftig ge dierte Ze dacht aan Wilbur, die nu rustig lag te slapen in zijn hotel in Aguila. Ze dacnt aan juffrouw Spragge en Samantha, die boven in een diepen slaap gedompeld lagen... vlak bij! Als ze eens schreeuwde! Maar die vree- selijke slangen die haar nu goddank niet konden zien, zouden haar hooren en haar aanvallen, voordat er hulp kwam dagen. Ze zag zich in verbeelding heelemaal omstren- geld door slangen en elk van die monsters had zijn tanden in haar zachte blanke ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt. Franco per post per kwartaal ƒ8.15, met Zondagsblad ƒ8.80. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA, by onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren. Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9—6 uur. Administratie Telef. Interc, 82; Redactie Telef. 88. Postrekening 48400. rug voor de consequenties waartoe ze lei den kunnen zoodra men ernstig aan de op lossing begint. i w wing dat geen aangrenzehd terrein beschikbaar is. Reeds houdt het vraagstuk ons gemeente bestuur ernstig bezig, maak heeft nog geen uitweg gevonden. De algemeene begraaf plaats der gemeente ligt in de Schevening- sche Boschjes en heeft haar laatste stukje dat nog beschikbaar was al in beslag ge nomen. De Katholieke die er aan grenst heeft buiten de stad, aan de Bruckhorst, reeds een nieuwe rustplasés in gebruik, de Wh senaar in en zoo ziet heter naar uit, dat wy vèr van huis zullen moeten gaan om een nieuwe begraafplaats te stichten. "Verband hiermede houdt natuurlijk de vraag of de crematie al dan niet grootere uitbreiding zal vinden. Indien in den Haag een oven werd gesticht, zou ongetwijfeld een groot gebruik daarvan worden gemaakt. Reeds nu levert juist den Haag het groot ste contingent aan Westerveld en zoodra de verbranding nog gemakkelylcer, d. w. z. in den Haag zelf mogelijk was, zou daarvan nog veel meer gebruik' worden gemaakt. De politieke kwestie die er echter aAn verbonden is, zal wel spoedig worden opge lost en het is de vraag of men in de aller zonderlingste positie van heden zal over gaan tot de oprichting van een cremato rium. Men kan zich afvragen waar het op den duur met de terreinen voor begraaf plaatsen heen moet, maar er zijn nu een maal van die vraagstukken die iedereen vlak vóór oogen ziet, maar die niemand onder het oog durft te zien. Men deinst te- vleesch geboord. En het was nog niet eens elf uur! Zou zij hier den heelen tijd op den stoel moeten blijven staan, totdat George thuis kwam? Ze merkte dat hhar krachten haar begon nen te begeven. De vreeeelijke misselijkheid werd ieder oogenblik erger, de duizeligheid overmande haar. Het zou niet lang meer du ren of ze zou beginnen te wankelen en van den stoel fallen. Met een ontzettende krachtsinspanning be- heerschte ze haar angsten. Links en rechte van de deur lagen slangen, maar een smal paadje naar de vrijheid was op het oogen- blik vrij. Als ze ook maar iets van de ge woonten van de slangen had geweten, die, met een enkele uitzondering, nooit een mensch aanvallen, dan zou ze kalm naar de deur zijn gewandeld, zorgvuldig oppassend dat ze de dieren niet verschrikte door te heftige bewegingen. Ze zouden dan in de hoeken van de kamer zijn weggekronkeld. Ze droeg een lange nachtjapon en een peignoir met een sleep. Het kwam niet bij haar op, dat ze deze kleêdingstukken moest optillen om haar beenen meer vrijheid te geven. Haar instinct zei haar dat ze sprin gen moest. Ook had ze zich kunnen wapenen met den gevorkten stok, die dicht bij den stoel lag. Hazel sprong. Ze kwam met een bons op den vloer te recht, schoot vooruit, struikelde over haar i lang nachtgewaad en viel. Een seconde later voelde ze een scherpen prik op een van haar bloote voeten. Ze schreeuwde het uit, in doodsangst! Wat? Ze dacht dadelijk aan de slangen, de eeni ge bron van gevaar. Voor zoover zij wist konden er twee of drie in de reisdoos zijn. AU Hazel het deksel had opgelicht, zou een slang, die zich daarin bevond, onmiddellijk probeeren te ontsnappen. Dikwijls genoeg had ze George met de dieren zien omsprin gen, dan drukte hij het deksel neer op een kronkelenden kop, die dan dadelijk werd te ruggetrokken. Ze veronderstelde dat Hazel zeker in de groene doos gekeken had; toen had zich een slang vertoond; ze had gepro. beerd liet deksel te sluiten en was gebeten. Toen had ze gegild. Wat kon er daarna ge beurd zijn? Ze was dan natuurlijk uit de kamer gevlucht en had de deur achter zich dicht geslagen. Toen ze eenmaal veilig bui ten de kamer waa, was de reactie niet uitge bleven. Een meisje als Hazel was natuurlijk flauw gevallen, niet door den beet, maar van angst en door den zenuwschok.. Saman tha’s vlugge verbeelding had een ander feit begrepen. Ze was er zeker van dat Hazel be wusteloos beneden in den gang lag. En daar zou blijven liggen, terwijl een doodelijk vergif door haar aderen sloop. Als ze niet meer één beet had gekregen, bijvoorbeeld in de hand, dan zou ze gered kunnen wor den als er vlug ingegrepen werd. De eerwte hulp was eenvoudig. Er moest een knellend verband gelegd worden boven den beet. De gebeten plek moest worden adergelaten en vervolgens moest de wond uitgezogen wor den. Als dat gebeurd was, lag de uitkomst bij den dokter en bij God Samantha begon te trillen.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

GC | 1930 | | pagina 1