Levertraan tabletten
Knopt tij we Unrktrim
BLUE
BAND
Fa. P. J. SEVET&Zi.
Anton Coops
dt Domisraing ei,
BLUE BAND
De Toren Zingt Weer
VOOR HET
KERSTMAAL
Koopt Crebas' Beschuit,
BEGKAFMIS-OSDEMMTKG
GOUDSCHE COURANT - WOENSDAG 24 DEC 1930 TWEEDE BLAD
1
„De Goudsche Gaper"
Werkmans
„De Kleine Winst"
TRAPPENHUIS
Oianbakken - Etendragers
J. SPRUIJT, v h. T. Ruis
D. G. van Vreumingen
A. J. OPSTELTEN
in het openbaar verkoopen
Openbare
Vrijwillige Verkooping.
Twee huizen G140 en 142
Twee varkensschuren
en een Warenhuis
Bouwland
1 49.77 Hectaren.
Kooke/-, Uw kee\'
Actief persoon
Lange Beschuitjes en Crebas' Goudsche
Siroopwafelen merk J.H-C.
N.V. Fa. J. H. Crebas Gouda
Regeling en Uitvoering
der Begrafenissen
VERSCH
GEKARND
Verf, Lakken
Kwa/len
Oosthaven 65, Gouda
Nutsspaarbank te Gouda
Openbare Vrijwillige
Verkooping.
Themogènewatten
Rheumatiekwatten
Formanwatten
S S. van Dantzig
Heeren Mode-Artikelen
en Ondergoederen
Kerstmis 1930.
De Toren zingt weer
*11
{M i
ju../
95 cent per flacon
Drogisterijl 15
Markt 6 Telef. 762
Voor
naar
Korte Tiendeweg 22
GOUDA
Tel. 784 Spieringstraat 107
Gouda.
Groote sorteering Sigaren
droog en belegen.
WIJDSTRAAT 20
iets bizonders
White Ash. 8, 10 en 12 cent
fabrikant van dc bekende 15
KOOPHAMOE.L TABAK.
Speciaal aanbavolan
voor de Kerstdagen
Gebraden Roastbeef
Pekelveesch
Getruffeerd Vleeschkaas
Cottelet Pressé
lste kwaliteit gek. Ham
Schouderham
Blaasham 4
K Tongenw orst
Thuringer Bloedworst
ft Berliner Leverworst
w Sacksische Leverworst
g Gewone Leverworst
Boterhamworst
►j Muisjes Rookvleesch
Gewoon Rookvleesch
J Breede Plocworst
K Servelaatworst
SC Lachschenken
5jj Procureurspek
«g Ontbijtspek
Comedbeef
cg Kalfsgehakt
Een groote verscheidenheid
►J blikjes met
Delicatessen Roomkaasies
Prima Goudsche en
Leidsche Kaas en zeer fyrie
Roomboter.
Beleefd aanbevelend,
TELEF. 120.
Gevestigd sedert 1905.
Notaris G. VOS, te Waddinxveen.
zal op Woensdag 31 December 1930
en op Donderdag 8 Januari 1931,
telkens v. m. 11 uur, in het Café
^Het Schaakbord", aan den Kleiweg
te Gouda, wegens benef. aanvaarding
aan den Bloemendaalschen weg, pl.
get. L 37, nieuw No. 39, te Waddinx
veen; voorzien van electriciteit en
waterleiding, met bijbehoorende uit
muntende wei- en hooilanden, geschikt
voor tuinland; totaal groot 19.34.30.
H.A., te veilen in 5 perceelen en in
combinatiën.
De 2 electrische motoren met drijf
werk voor karn- en waschmachincs
en de waterleiding installatie, bene
vens de aanwezige mest moeten door
de koopers overgenomen worden voor
de bedragen in de biljetten vermeld.
Aanvaarding vrij van huur: de
Woning 1 hjei 1931, het land bij de
betaling.
Lasten vanaf 1 Januari 1931 53
Betaling 2 Maart 1931.
Voor bezichtiging zich aan te mei-
den bij den eigenaar-bewoner, den
Heer J. M. Moons.
Notitiën verstrekt genoemde Notaris.
Notaris A, T. VAN DER LEEDEN
te Ouderkerk a/d IJssel is voornemens
op Woensdagen 31 Dec. 1930 en 7
Januari 1931, telkens des morgens
teirfclf ure, in het Koffiehuis van Joh.
NOOMEN te Stolwijk, bij opbod en
afslag in het openbaar te verkoopen:
met Schuur en Erf,
(met 24 hokken)
(oppervlakte plm. 900 M-)
aan den Goudschen weg, benevens
eenige perceelen
met weg en water, onder de gemeente
Stolwllk
samen groot
Te aanvaarden bij de toewijzing.
Notities en inlichtingen ten kantore
van den Noraris. 48
Pat op I NeemWybert Terbe-
scherming der slijmvliezen en
Ier zuivering van den adem. Zoo
rookt U veilig en aangenaam.
Bijverdienste
Groote Mij. van Levensverzekering VRAAGT voor Gouda een
voor uitbreiding harer relatiën. Hulp van Inspecteur aarawezig. Vaste toe
lage en hooge provisie. 20
Brieven onder No. 5511, Bureau Goudsche Courant, Markt 31, Gouaa.
U doet er een ieder genoegen mee.
Verkrijgbaar bij H. H. Winkeliers en in onzen winkel
TURFMARKT 71
T. LENS, DIRECTEUR.
1 BLIJFT ZICH STEEDS BELASTEN MET DE 40
ZOOWEL BINNEN ALS BUITEN DE STAD.
SPIERINGSTRAAT 57 TEL. 764, toekomstig nummer
Beter verzorgd Schilderwerk.
Onze Olansverf Is ook verkrijgbaar
in omliggende dorpen. 31
LET OP HET BORD
„Aangesloten bij
het Nederlandsche Spaarbank-bureau".
Het Bureau waakt voor de belangen der
spaarder».
Heeft Uw Spaarbank zoo'n bord? 'tGeeft U
de grootst mogelijke zekerheid Spaart veilig
Spaart bij de
OOSTHAVEN 12.
Maak iets bijzonders
van het Kerstmenu!
Welke huisvrouw doet
yiet Kerstmis niet extra
haar best?
Het vleésch is malsch,
de jus is mooi bruin en
het Kerstgebak ziet er
uit om te watertanden.
Dit alles - dank zij
Blue Band - voor 30
cent per half pond, de
beste kwaliteit, die er
bestaat!
Drogist - Wijdstraat
Gouda
Markt 45 GOUDA
Het soliedste adres voor
Herein! herein!
Gesêiitn aide, 3cnkeszt de,n Ke;hen
Lasa wir dne GlocKe tauieod
weiben!
Koncordia soil ihr Name seir.
Zu* Eantracht, zu herzuinigem
Vereinc
Versammle Sie die liebende
Ge meina
jj'reucle clieser Stadt bedeute,
fried» sei ihr erst Gelaute.
„Das Lied von der Glocke
(Eriedrich Schitter).
De toren zingt weer1 Het „snikge-
dmgel" kunkt weer oveir het oude markt
plein onzer stad en weerkaatst zich tegen
de eeuwenoude gebouwen die het Sieren. De
tuim'lende klanken van den St. Jan verkon
digen diat de oude „Hemony's" wederom
uit üiuaiie ru st zijn opgewekt.
Goud» heelt zijn trots, zijn klokkenspel,
terug! De grijze toren ziingt weerllü
Wy vragen ons met Guido Gezelle af:
r wlerd dte wondei^ könst gev.wden
der diepge keelde kopermonden
die, vragende, alledage, j?aan
den ouden gang; die, luide en lamp,
die op en neer, die weg en weer,
alhier, aldaar, gedrien te gaar,
Op tyd en tel, hun tongen slaan?
Voorwaar een „kunst" tot ons gekomen
uit het grijze verleden en de eeuwen door
gebleven!
Wy menachen van den modernen, jachti-
gen, zentïwslcopenden tyd der 20ste eeuw,
wy hebben ze lief gekregen, die oude klan
ken, dlie vanuit hooger sferen tot ons ko
men, ons vènpoozen na ingespannen arbeid
of dezen, een kort oogeniblik doen onderbre
ken om onze gedachten den vrijen loop te
kunnen laten en te overpeinzen wat onze
trotsche St. Jan ons te vertellen heeft.
En d!an zeggen ons zyn vele monden,
waaruit d'e klanken weerklinken over onze
pude veste, dat veel toefde en veel leed aan
hem is voorbij gegaan en nog steeds gaat;
dan spreekt hy van vreugde en van rouw,
van vrede en van oorlog, van rust en van
oproer, in gezin, in land en in stad.
Het oude klokkenspel in den. ouden .St.
Janstoren, het heeft Gouda gekend in tijden
van bloei en iu tijden van druk!
Het heeft hare bewoners hooren juichen
en weeklagen, het heeft medegejubeld by
vreugde, het heeft mede geweeklaagd in
dage n van rouwl
De gryze toren zingt weer
Hij verkondigt weer met jubelende, hel
dere klanken, dlie verre gaan over de aan
zyn 'voet zich uitstrekkende stad, dat hij
uit zy<n rust is ontwaakt!
Zyn klokkenzang zegt het U, d«t hy
zijne stem ueeft teruggevonden en met
hernieuwde kracht, juichende en jubelende,
den volke kond kan doen van zyn herstel.
Gemoderniseerd en toegerust met datgene
van wetenschap en techniek maar niet in
het minst Liefde voor de klokkenspelkunpt
hem op zyn verderen weg der eeuwen
door kan medegeven, zal het hoog boven
den gewonen sterveling verheven gedre
ven door het muzikale genie van zijn ver
zorger, zyn melodieën wederom doen hoo
ren!
I» meerdere perfectie zal het wederom
de weerklank zym van hetgeen in de Goud
sche bevolking leeft.
De grijze toren zingt weer
Het ontstaan der klokken, hun ge
bruik en de klokkentorens.
Het is op dezen heuglijiken dag dat het
mfj niet ondienstig voorkomt de(n) belang
stellenden) leoer(es) eenige bijzonder
heden omtrent ons klokkenspel eu zijn ge
schiedenis mede te deelem, hoewpl het be"
stek dat my in dit blad hoe ruim ook in
verhouding tot de vele eischem op ander ge
bied aan de pers gestold word*, inge
ruimd, niet voldoende moet worden gèacnt
alle die interessante by zonderheden die my
omtrent onzen St. Jan en zyne kiokkan bij
net nasnullelen van onze oude steueiyiu-
archieven; zyn gebleken, te publiceeron.
ik hoop en vertrouw evenwel, dat ik bin
nenkort de gelegenheid zal vinden hierop in
andereaiv meer uitvoerigen vorm, terug te
komen.
Op een dag als deze, past ons in de aller
eerste plaats een terugblik in het verleden,
hoe bescheiden dan ook!
Dr. W. van der Eist zeigt in de inleiding
van „De Klokken van den Domtoren te
Utrecht, dat welk oogmerkook het maken
van hooge bouwwerken een mensch de lei
dende gedachte gaf, na het bereiken van een
zekere hoogte door den blik opwaarts te
heffen, de weg tot geestelijk hooger ont
plooiden werd geopend.
meenschap, waarin de behoefte groeide, een
familieleven in ruimen zin te vormen en men
voorzag, zooals eeuwen geleden in de Ai...
tische cultuurcentra, den toren van een
klokvofmig geluidgevend lichaam, dat ver
Ji den omtrek, baven booimen en huizen
uitklonk.
Zulk een klok, aanvankelijk »on:s aan el
kaar genagelde platen yzer, maar toch ook
in het klein een aan één stuk gegoten
was als instrument aangewezen,
daar het hoog moest hangen, wilde het ge
luid uit de opening van de klok wegvloeien.
Om verschillende redenen riep zy de ge
meente by elkander, eerst door gewoon
kleppen met een klepel, later door de klok
met die klepel heen en weer te doen zwaaien.
Het aantal klokken breidde zich als vanzelf
uit, waarby iedere klok het doel der samen
komst weergaf.
Doch tevens was het aJsqf een mooi hoog
bouwstuk zich niet beter kon ontwikkelen,
dan wanneer met een schoone architectuur
een weliswaar op den achtergrond tredende,
maar niettemin een zich meer en meer ont
wikkelende kunst, die het gehoor boeide,
samenwerkte tot volmaking van het geheel.
Niet kunstmatig of gewild, maar ensch-ge-
biedend, alsof een toren die stom is, gelyk
staat met een half voltooid bouwwerk, zóó
gaf men in West-Europa aan het einde der
middeleeuwen de hoofdlijnen aan.
Galmgaten sierden de flanken, zooals in
later eeuwen de klokken werden opgenomen
in het profiel van den toren. Een toren werd
niet alleen een steenen bouwwerk, dat ter
zijner tyd met donkere stem zyn gelui deed
hooren, maar hy werd zelfs een wezen, dat
emoties weder wist tfe geven als van een
bovenmenschelyke stem.
Zóó hebben zich dan meer dan drie eeuwen
gelegen de zingende torens ontwikkeld in
de Nederlanden en Noord-Frankrijk."
En zóó zie men ook den gestadigen voor
uitgang van de klokken in den St. Jan in
den loop der eeuwen, een steeds voortschrij
dende ontwikkeling, gelijken tred houdende
met den vooruitgang der klokkengieters
kunst en den gestadigen bloei der stad!!
De klokken n& den kerkbrand in 1438.
De kerkbranden van 1438 en 1552 hebben
met den toren ook de daarin hangende klok
ken zoo goed als vernietigd. Omtrent den
kerkbrand van 1361 zyn mij geene bijzon
derheden bekend.
Welke klokken vóór 1438 in den toren
hingen is my niet gebleken, wèl dat zy er
waren.
Spoedig ni den tweeden kerkbrand werd
mèt den herbouw van kerk en toren, ook
het gieten en hergieten der klokken ter
hand genomen en werd ook een nieuw uur
werk aangebracht.
En zoo spreekt dan ook de fundatie van
Jacob Pouwensz. op het St. Joris Altaar
tot een broederschap vah 't Heilig Sacra
ment van 17 December 1457, reeds weder
van de herstelde klokken.
Hierbij wordt toch bepaald dat men
„alle Donredag een singende misse
(Bal) laten doen van de heyligen waerdifen
sacrament met een collect van Sinte Jorys
met dienres mit orgel en mit b e y e r e n
als dat tamelicste wesen aal".
Zeer waarschijnlijk is deze fundatie de
oorsprong van het nog steeds gebruikelijke
„beyeren" op Donderdag, dat zich dus de
eeuwen door heeft gehandhaafd.
Het „voorslag" van 1522.
De stadsrekeningen van 1496 en 1491
spreken van „de kleine klokskenswaaruit
at te leiden is dat men naast de groote
Klokken in den St. Janstoren ook oyer klei
nere klokken oescniKte, die, zooais ïucue
blykt, op het uurwerk waren gekoppeld.
in l6zl wordt besloten tot nej laten gie
ten van nieuwe klokken, hetwelk geschiedde
door een -klokgieter uit Mechelen.
Het klooster der Collatiebroeders stelde
het daarvoor benoodigde geld beschikbaar,
zynde 25 pond Vlaamsch en wel tegen een
rente van één pond per jaar; ter bepaling
van de waarde van het pond, werd dit i
wat üestyds megr gebruikelijk was op
b Kynsche guldens van 20 stuivers bepaald.
Later kocht een der Collatiebroeders deze
rente van de St. Janskerk, ouder voorwaar
de dat jaarlijks op St. Baltholomeus, St.
Victor, St. Willebrord, St. Agniet en St.
Marcus de collatiebroeders van de kerk zou
den hebben „een propijn van zeven kannen
rijnsche wijn en een Btalewart wittebrood"
tot gedachtenis van den legataris. Boven
dien zou den Collatiebroedera op St. Lucas-
dag zeven kannen rijnwijn moeten worden
vereerd voor eenmaal.
Uit de groote en kleine klokken van het
einde der 15e eeuw en de nieuwe of her
goten klokken vpji 1522, heeft zich lang
zamerhand een „voorslag" ontwikkeld
(1522) en een zeer primitief carillon als
waarop meerdere steden in Vlaanderen en
Holland reeds konden bogen.
Het „voorslag" was een samenstel van
uurklok en drie kleinere klokken, welke
laatste als waarschuwing diénst deden voor
het tellen van het aantal slagen. Midden
der 15e eeuw begint men deze voorslagen
uit te breiden in het geheel tot 7 klokken,
dus een vermeerdering van '4.
De herkomst van „carillon" en
fc.
Uit dit samenstel van 4 klokken is de
naam carillon voortgekomen (quadrilllonem-
carillqn).
Prof. J. Vercouille deelt in zyn beknopt
woordenboek der Nederlandsche taal mede,
dat beiaard-beieren wellicht afkomstig is
van beide, d. i. met strengen aan beide han
den luiden, gelyk, zoo zegt hy, het fransche
„carillonner" afkomstig is van „quadrilio"
met strengen aan beide handen en voeten
luiden.
In de oude archivalia is -dikwijls melding
gemaakt van „luiden" en „beieren".
Beide klankvoortbrengingen met klokken
hadden een verschillende betëekenis.
Werd by godsdienstige of burgerlijke
ceremoniën, bij begrafenissen, enz. „geluid",
bij een overwinningsfeest, een „omme-
ganck" en bij de geboorte of het huwelijk
van een vorstelijk persoon werd „gebeiaard
of gebeierd".
Beiaarden of beieren werd genoemd het
doen klinken van een klok door er met een
hamer op te slaan; den klank voortbrengen
door het in beweging brengen van den kle
pel werd „luiden" genoemd. De stadsreke
ning van 1507 vermeldt: dat gegeven werd
heer Hobbe Claesz. de Coster van de clocken
te beyeren daer 't heylick geslooten was
van Hertoge Caerle ende de doghter van
Engelandt, 4 schellingen; die van 1525 dat
betaald was voor „beyeren en luyden over
de victorie op den Koning van Frankrijk".
In dit verband is ook nog vermeldens
waardig dat in 1534 betaald werd aan
„Claes, die koster den 21 Februari van ex
tra ordinaris te beyeren en te luyden als 't
donderd ende weerlicht".
De St. Janskerk vóór den brand in 1552.
(Stedelyk Museum.;
Naar een potloodteekening op perkament van de Kerk vóór den grooten
Kerkbrand in 1552
(Stedelyk Museum.)
Ik noem hier slechts enkele feiten om
mijn mededeelingen te staven.
De kerkbrand van 1552; nieuwe klok
ken worden gegoten.
De kerkbrand van 1552 vernietigde, zoo
als reeds opgemerkt, niet alleen het reeds
tot een verren trap van ontwikkeling ge
komen voorslag van 1622, maar ook alle
verdere klokekn ito den St. Janstoren.
Het verhaal van dez& brand, zooals dit
door kerkmeesters van dien tijd is vast
gelegd, vermeldt dat te 12 uur In den nacht
van 12/13 Januari 1652, de elagklok met de
andere klokken, groot en klein en ook „het
voorslag" naar beneden vielen en op het
steenen verwulfsel smolten, uitgezonderd
de beijerklok genaamd „Gabriël", die in de
luigaten bleef hangen. Zij bleef onbescha
digd en werd „omdat er geen andere en
betere was" langen tijd gebruikt als „de
slaetklocke".
unmiddellyk na den brand worden even
wei maatregelen genomen tot het gieten van
nieuwe kiosken. Verschillende kioKKengie-
ters uit utrecat, Meeneten, Gent en van
elders werden hiertoe uitgenoodigd; ten
slotte worut uit opgeuragen aan Jan, Ja*-
perszn. Moer te s-nertogenboscn.
Leze bedong voor zyn arbeid 48 stuivers
per 100 pond. Le betaling zou geschieden in
une payementen van telkens een derde van
net verschuldigde bedrag en wel een derde
deel zoodra de klokken gereed waren en de
twee volgende jaren teisens weder een der
de deel. Moer bedong evenwel dat nein
bovendien by het overzenden der kloKspys
„op kereke Kosten toequam 200 pond JStoi-
wykse kaasen". Hy zou de tueuwe gegoten
klokken op zyn kosten te Gouda leveren,
laten hangen en luiden „voor zyn risque
Jan Jaspersz. Moer goot 3 klokken, die
genoemd werden St. Salvator, St. Marunub
en St. Jan Baptist, respectievelijk wegende
5912, 4000 en 7729 ponden. Om het gieten
van de nieuwe klok St. Salvator te zien,
begaven zich in 1554 de kerkmeesters Claes
Marcusz. en Jacob Jansz. naar den Boscn.
Zy waren 5 dagen uit en verteerden 7 gul
den en 8 stuiver. De St. Jan Baptist was
„de Sla-clock". Zij werd 18 November 1654
ingewijd, hetgeen 2 schellingen, 2, grooten
Kostte.
Met de St. Martinus was de gieter niet
gelukkig. Zy werd na van den Bosch naar
Gouda gebracht te zyn (hetgeen aan vracht
6 schellingen en 5 grooten kostte), „qualyk
luidend bevonden en des moest de gieter
die na hem neemen, die ze omtrent den
Hriel aan de man hielp".
De gieter leverde een nieuwe klok, maar
ook deze werd niet geaccepteerd, want zy
was van binnen „schilferig", ratelschellig
en schreeuwend van klank. Zü werd gebro
ken,, de spijs werd verbeterd en waar men
vermoedde dat de „meester" de oude klok
spijs „vermangelde" buiten Dijkspoorte
dus te Gouda „daer d eerste wind
molen op den dyk stond" overgegoten. Deze
derde klok werd in orde bevonden; men gaf
ze een anderen naam, n.l. dien van St. Jan
Evangelist.
Deze klokken was behalve de St. Jan
Baptist geen lang leven beschoren.
Slechts een veertigtal jaren zouden zij hun
geknid doen hooren; de St. Jan Baptist
bleef evenwel 139 jaren in den toren han
gen. Op 19 Januari 1601 werd zy op .ast
van de Stadsregeering door Frederik van
den Berg, horlogemaker en Dirk Scnorel,
stadstimmerman, in stukken geslagen en
aan een zekeren Ouderogge, geschutsgieter
te Rotterdam, verkocht.
Dat klokken dikwijls omgegoten werden
tot geschut klokkengieters waren dikwijls
ook geschutgieters had meerdere malen
plaats. Zoo werd bij het beslqit var. de
vroedschap van 10 Augustus 1678 bepaald
dat de klokken van de conventen en kapel
len door het stadsbestuur geconfisceert en
in de „groote schole" staande» zouden wor
den „vermangelt of vercocht", ter verkrij
ging van geschut. Omgekeerd werden ook
wel niet meer bruikbare kanonnen tot klok
ken omgevormd.
Het eerste carillon zal worden aan
geschaft.
Was men met het gieten der klokken na
den tweeden kerkbrand niet voorspoedig
geweest, ook het na dóen brand aange
schafte uurwerk bleek spoedig niet te vol
doen. Reeds in de vroedschapsvergrdering
van 25 November 1678 geven Burgemeeste-
ran in overweging dat men „een ander nieuw
honoghe aai moeten doen maecken alaoo
Dirk Jansz. horlogestelder hem gtdo.eert
ende aengedient heeft dat hy voortaeai lan
ger 't jegenwoordige horloghe nyet en mach
atollen, dat het zelffe eenichtss nts soude
moegen dienen om me die clock in syn be-
hooWycke ganc te houden". Men trad in
overleg met den „horlogemaecker die tor
loge tot Leyden ende Deift gemaeckt heeft"
en kwam overeen dat "ton oen mder sou
bestellen „totte ewaorte van twaeff duysent
ofte derthyn duysent ponden" De opdracht
hield ook in het „vooraiach met zoe veel
clocken te doen voorsien alg er noch noodich
beneffens die jegenwoordige bevonden sal
werden".
Deze uitbreiding van het „voorslach' be-
teekende de tot standkoming van een klok
kenspel van kleinen omvang, zooals uit het
met Mr. Henrycx van Nuys, burger tot
Hasselt in den Lande van Luik en zijn zwa
ger Gerard Sqaeden Matthijsz. aangegane
contract, opgenomen in het „Vercoopboek
van der Stede goederen", blijkt. By deze
overeenkomst toch verbinden deze uurwerk
maker» zich binnen twee jaren te leveren
„een spetende uurwerk bequaem synde
omme te dienen tot 't speelwerck van ses-
thyen clocken, yder clocke twee hamers
hebbende ende spelende met drye ende vyer
parthyen, sulex het uurwerek tot Delff
doende es".
Voor iedere honderd ponden, Wst het
uurwerk met klokken ,jn da waegt
deser Stadt" zou blijken te wegen, zou wor
den betaald „negenthyen Carolia guldens
vyftig stuivers van 40 grootep vlaemsch
yegtlycke gulden".
Stagnatie in de levering van het
nieuwe speelwerk; de toren blijkt
gevaar voor vallen op te leveren.
Gebrek aan financiën.
Mr. Henryck van Nuys overleed evenwel
voor hy het werk heeft kunnen voltooien.
Biiykens de notulen dier vroedschap van 14
Mei 1580 treedt men in ntider overleg met
een „orlogemaecker uyt fursbendom van
Gulick inzake de uitvoering van het opge
maakte bestek, want it\ oude ofte jegen
woordige uurwerek nyet tegenataende duttet
zedve herstelt es" is niet meer bruikbaar.
Middelerwijl zyn er evenwel andere be
zwaren en wel van tweeërlei aard naar voren
gekomen. De toren staat op vallen; de zware
spits die men op de oude furfdeering heeft
aangebracht, biyikt de oorzaak en „over
mits 't sober middel by de stadt zynde ende
die groote coaten die ghedaen sullen nueten
worden om den toorn staande te houden",
m.a.w. de financieele toestand groote uitga
ven niet toelaat, overweegt men of het niet
boter is de aanschaffing van een meuv uur-
e.i speelwerk op te schorten.
In de vroedschapavergadering van 17 De
cember 1582 wordt Burgemeesteren „met
ten Wefh" opgedragen „met alle middelen
te voorsien ten eynde den toorn, die bevon
den wordt nyet geholpen, maer noch even
wel bevende en schuddende te zyn, jae meer
dan to vooren, suicx dot geschapen zy, de
seiffder neder te sullen vallen, vastgemaect
ende gestyfft sail moeghen worden, ora alle
periculen in tyts te voorcomen".
6 Juli 1588 Hchynt het gevaar voor den
toren geweken te zyn. Althans in de vroed-
schapsvergadering van dien dag komt .op
nieuw het maken van het nieuwe uur-speel
werk ter tafel en krijgen de Burgemeeste-
ren opnieuw last met den horlogemaker uit
Gulik in overleg te treden. De financiën
laten evenwel nog steeds te wenschen
over en men zoekt naar andere mid
delen om toch zonder groote uitgaven in
het bezit van een nieuw uurwerk en klok
kenspel te geraken. De gemeente heeft van
het aanwezige uurwerk, dat „seer vergaen-
de" is „groote ondienst" en de toestand
eischt verbetering. Men besluit tot verkoop
„van 't geschut, van Montfoort gecoomen".
Oude kanonnen redden de situatie.
Collecte tot verkrijging der noodige
middelen.
Maar dit kan om verschillende redenen
geen voortgang hebben en by vroedschaps-
besluit van 14 Juni 1588 wordt goedgevon
den het geschut dat „voir de Stadt ondien-
stelick ende onbequaem eB, uitgesondert de
stukken van Montfoort" te verkoopen „ofte
tot de nodige clocken te doen vergieten".
Wanneer de opbrengst, hetzjj in contan
ten of in den vorm van klokspijs nog niet