*T
BAHLMANN
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
berkenwoude, bodegraven, boskoop, gouderak, haastrecht, moordrecht, moercapelle,
tylEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
No. 17588
Zaterdag 24 Jtenuari 1831
69* Jaargang
EERSTE BLAD.
I
in
1
I
BEL OP 857
Modeiwasscbeiijfa. J.ü.ï. Straaten
Deze Courant komt
FEUILLETON.
Liefde laat zich niet dooden
ONTVANGEN
•ctilttwrenda ooIImcII» JAPONNIN en
HOKDKN voor hoi o. o. seizoen.
Brieven uit de Hofstad.
vele duizenden gezinnen. Grootste oplage hier ter stede
(lOlIMHE (dl HAM
meer ƒ0.50. Op
Extra voordeelige aanbieding REGENMANTELS
I
Ier*
I
Baron van
lllllffninmw
H
I
voor,
HOOFDSTUK VII.
Prudence’s koffer.
tegelijkertijd. Waren Olive'e
AG
zou-
(Wordt vervolgd).
Dit nummer
den draad versleten
gehouden. Ze getuig-
JAM VANDERLAND
MARKT 2 GOUD*
Glazen deurplaton
ïn, 2oo-
i f0.58
Apoth.
Jacoba
n de
XOO-
par-
egen
liteu-
arop
niet
Itteit
ikele
op
chto
loor
rde
het
Oe
Gij
Gij
>or-
hen
i op
elk
Het instituut der Schoonheids
commissie.
Wij willen voor vandaag nog eens even
e-n netelig puntje uit het gemeentebestuur
behandelen, n.l. het instituut der Schoon
heidscommissie. Herhaaldelijk hebben wij al
eens gewezen op de moeilijkheden die dit
instituut oplevert. Hoofdzaak is dat men
nooit goed weet welke personen men voor
het lidmaatschap moet vragen. Men heeft
daarbij echter altijd vergeten dat er nog
andere categorieën van personen zijn, die
daarvoor een plaats zouden kunnen bezet
ten.
Om de zes jaar treedt een lid af en het
is dan niet herkiesbaar. Thans is aan de
beurt de eenige niet-bouwkundige, die in de
commissie zit; het is een tuin-architect die
aftreedt. Het zou nu eens gewenscht zqn in
die commissie te benoemen een kunstschil
der of een beeldhouwer. Voor hen is daar
alle gelegenheid om hun artistiek inzicht te
toonen.
Een groot deel van deze commissie be
staat uit ambtenaren. Dat IJjkt ons onge-
Van het totale onder de vermogensbelas
ting vallende bedrag behoorde ruim 38
.vlyders. Zij wekt I
Jw slaap diep en I
de twee kanalen I
en en atraks ver- I
>el dat U alles te I
lies op; gij durft I
lat dankt gij aan I
f21.—.
Den Haag.
I aan hen, die minder dan 100.000.be
zaten, 32.1 aan bezitters van vermogens
van 100.000—500.009, terwijl 10.67
in het bezit was van personen met
500.0001000.000. Bovendien waren er
nog 1279 personen met meer dan een mil
lioen. Deze millionnairs bezaten samen
19.21 van het in de vermogensbelasting
aangeslagen vermogen.
wier f moeite die de domineesvrouw zich had ge
geven om de juiste verwantschap tusschen
Eva en de familie Campbell, die zij scheen
te kennen, uit te visschen.
Den dag daarop werd het groene koffertje
met de initialen. P. C. er op geschilderd1,
aan het huisje van juffrouw Langley be
zorgd en niet dan met de grootste moeite
en tact slaag’de Eva er in om haar goedhar
tige hospita te doen afzien van haar voor
nemen, om bij het uitpakken behulpzaam
te zijn.
Het meisje zette den' koffer in een hoek
■en ]iet hem daar tot juffrouw Langley den
^volgenden middag uitgegaan om een
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring):
1—5 regels ƒ1.80, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en de bezorgkring:
f 1—5 regels 1.55, elke regel meer 0.80. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20 et
bijslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEEUNGENs 1—4 regels ƒ2.26, elke regel meer ƒ0.50. Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen bij contract tot zeer gereduceerden
prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van soliede Boek
handelaren, Advertentiebureaux en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing aan
het Bureau zijn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn.
Merkwaardig is voorts, dat er meer vrou
wen dan mannen zijn. Zoo telde ons land
op 31 Dec. 1929 3.892.513 mannen en
3.989.662 vrouwen. Maar wat nog merk
waardiger is, is het feit, dat er meer jon
gens dan meisjes geboren worden. Zoo zagen
in 1929 op 100 meisjes 106 jongen^ het
levenslicht. Uit deze cijfers volgt, dat onder
de mannen meer sterfgevallen moeten voor
komen dan onder de vrouwen. Dit is dan
ook zoo. In 1929 bedroegen voor mannen de
sterfgevallen 10.78 en voor meisjes 10.60
per 1000 der gemiddelde bevolking.
Wij wezen er reeds op, dat de menschen
tegenwoordig ouder worden dan vroeger.
Dat dit in zeer sterke mate het geval is,
leeren de volgende cijfers. In de jaren
1870/1879 stierven de mannen op den ge
middelden leeftijd van 38.4 jaar. In de jaren
1910/1920 bedroeg de gemiddelde levens
duur voor mannen 55.1 jaar. Bij vrouwen
zien wij eene stijging van den levensduur
in genoemde periode van 40.7 op 57.1. Geen
geringe vooruitgang dus, die hoofdzakelijk
het gevolg is van eene meer hygiënische
levenswijze. Vooral de zuigelingensterfte is
sterk verminderd. Zoo stierven in 1875 van
de 1000 levend aangegevenen 218 zuigelin
gen beneden het jaar. In 1929 was dit cijfer
gedaald tot 59.
Eene belangrijke vraag is natuurlijk, hoe
al deze menschen aan den kost komen. Dit
leert ons de beroepsstatistiek, die om de
10 jaren wordt samengesteld uit bij de
volkstelling verzamelde gegevens. De laat
ste cijfers zijn op het oogenblik nog die van
1920. In genoemd jaar oefenden van de toen
in Nederland wonende 6.865.146 personen
2.722.407 een beroep uit. Hiervan waren
1.028.155 werkzaam in de nijverheid, 622.514
in den landbouw en 533.295 in handel en
verkeerswezen, terwijl 538.443 personen in
diverse andere beroepen him bestaan von
den.
Eene andere belangrijke vraag is die naar
den welstand, zich uitende in inkomen en
vermogen. In het belastingjaar 1928/29
waren 184.953 personen aangeslagen in de
vermogensbelasting en bezaten dus een ver
mogen van 16.000.of meer. Het totale
vermogen van deze aangeslagenen bedroeg
14.884 millioen gulden. Dit is natuurlijk
niet het geheele volksvermogen, daar een
niet onaanzienlijk bedrag in het bezit is van
hen, die minder dan 16.000.bezitten en
zoodoende dus niet in de vermogensbelas
ting zijn aangeslagen.
Juffrouw Campbell, ik hoorde toevallig
vanmorgen, in Transfield, dat zioh daar nog
steeds een koffer aan het station bevindt,
die afkomstig moet zijn van een passagle'r
van den verongelukten trein en bij nader
onderzoek is mij gebleken dat uw initialen
en naam erop staat.
Rupert Dane merkte gelukkig niet dat het
meisje schrok bij deze mededeeling. Hij
wa« onmiddellijk naar het huisje van juf
frouw Langley gegaan om Eva, of beter ge
zegd juffrouw Campbell, zooals hij haar
noemde, het nieuws te vertellen,,.dat haar
zooals hij meende, zeker veel genoegen zou
doen en hij was daarvan zóó doordrongen,
dat het hem ontging hoe aarzelend haar
antwoord klonk.
Ik was eerst van. plan om een rijtuig
te nemen, en den koffer mee te brengen,
maar later bedacht ik dat het beter was,
om u er eerst over te spreken, om zeker te
zijn,, dat het inderdaad uw koffer is, of
schoon twijfel eigenlijk buitengesloten is
Het is toch zoo’n groene, nietwaar, met uw
initialen erop geschilderd en een label aan
het handvat, met er op geschreven: Mejuf-
danken. Zoo vied dan ten slotte de keuze op
den heer van Voorst tot Voorst, een braven
militair, die bij niemand antipathiek was en
die ook geen belangijker post zou open
laten als hy naar den voorzitterszetel ver
huisde.
Het is niet zoo’n toer voorzitter van de
Eerste Kamer te zijn. Wie de techniek van
het ambt te pakken heeft, een officieele
speech gemakkelijk kan afdraaien, is al vol
doende uitgerust. En de heer van Voorst
heeft doen zien, dat men het zelfs zonder
deze beide kundigheden wel kan klaarspe
len. Want men lachte er maar eens om als
hij de peren door de pruimen wierp, als hy
zqn necrologieën atdraaide. ’t Was een
goeie man, zei men en men volgde hem.
Toch is daartegen één bezwaar geweest.
Het is vooral in de jaren van dit presidiaal
beleid, dat de Eerste Kamer hoe langer
hoe meer buiten haar bedding is getreden
en met haar breede welbespraaktheid te
velde de politiek heeft overstroomd. Mis
schien had een krachtig president kans ge
zien die overstrooming tegen te houden en
de Kamer binffen de perken te houden waar
in de Grondwet haar positie heeft aange
geven.
Wanneer men eens nagaat wat eigenlijk
in den loop der jaren de Eerste Kamer deed,
dan blijkt dat zij een zeker aantal wets
ontwerpen welke zq van de Tweede ontving
verwierp. Daarin zit in feite het werk van
den Senaat. In alle gevallen waarin zq de
ontwerpen liet verder gaan op den weg naar
het Staatsblad, heeft ze veel wijsheid ver
kondigd, maar wq zijn ervan overtuigd dat
die niet veel invloed heeft op de politiek in
het algemeen. Er is nog een bizonderheid
waarop wij willen wijzen.
Als men eens naast elkaar legt de beslis
singen die de Eerste anders nam dan de
Tweede en men vergelijkt de stemmen
cijfers waarmede de Tweede de ontwerpen
aannam en de Eerste ze verwierp, dan ziet
men, dat eigenlijk de heele zaak om slechts
enkele tonnen liep. Het waren altijd du-
bieuse zaken, waarin de meening der Eer
ste en der Tweede verschilden. Een verschui
ving van een paar stemmen van tegen naar
voor zou in de Eerste een beslissing die nu
tegen was hebben verplaatst.
Matige wijsheid siere den man, hij
worde niet al te wijs. Die wat hij weet,
ook werkelyk kent, heeft het steeds licht
in het leven.
het meanschelijk gevloel nog steeds onbe-
invloed gebleven was, door alle eeuwen
heen door tijdstroomingen en veranderde
gewoonten, dat tegen de macht der liefde,-
nog altijd elke andere macht ter wereld het
onderspit had gedolven. Begreep Olive dat
wel in. haai- jeugdig enthousiasme.
Wel zien wq herhaaldelijk dat de Eerste
Kamer met groote meerderheid aannam wat
in de Tweeue op het randje af werd goed
gekeurd. Het omgekeerde dat de Eerste op
net randje-af aannam wat de Tweede met
groote meerderheid aannam, komt veel min
der voor.
Hieruit blykt dat het veel meer een toe
valligheid is als de Eerste Kamer iets ver
wierp, dan een gevolg van zooveel beter
inzicht en zooveel deugdelijker gefunda-
menteerd overleg.
Dat alles overwegend kan men gerqst
zeggen, dat er niets wereldschokkends zou
gebeurd zijn, wanneer de Eerste Kamer er
niet geweest was. Het resultaat in concrete
van al haar besprekingen ia zoo minimaal
in vergelijking van het geheel, dat op grond
hiervan handhaving der Eerste Kamer
moeilijk is te verdédigen.
Jammer is dat juist in de overgangs
periode toen de Eerste Kamer ook door
evenredige vertegenwoordiging nog meer
een duplicaat van de Tweede werd, de leiding
niet krachtiger is geweest om haar binnen
haaf natuurlijke grenzen te houden.
i
Thans nog iets over de verdeeling der
inkomens volgens de statistiek der Rijks-
inkomstenbelasting. In 1928/1929 waren
1.746.057 personen in de Rijk sinko ma ten
belasting aangeslagen naaf een totaal in
komen van 4029 millioen gulden, wat ge
middeld neerkomt op een inkomen van ruim
2300.Als al deze inkomens dus gelijke
lijk over de aangeslagenen verdeeld waren,
zou ieder dus 2300.inkomen hebben.
Feitelijk is het gemiddelde nog kleiner,
daar de inkomens beneden 800.niet
onder de Rqksinkomstenbelasting vallen.
STATISTIEK.
Wq ontvingen dezer dagen van het Cen
traal Bureau voor de Statistiek het door
genoemd bureau uitgegeven Statistisch
Zakboek over 1930, waarin een schat van
cijfers voorkomen, die in menig opzicht er
toe kunnen bijdragen, den kjjk op de maat
schappij te verhelderen. Met het oog daarop
meenen wij goed te doen, enkele interes
sante cijfers onder de oogen onzer lezers te
brengen.
In de eerste plaats die over den loop der
bevolking. Op 31 Dec. 1^29 telde ons land
7.832.175 inwoners, terwijl honderd jaar ge
leden, op 31 Dec. 1829 het aantal slechts
2.613.487 bedroeg. In honderd jaar is de
bevolking van ons land dus tot het drievoud
gestegen. De vraag zal by menigeen rijzen,
of deze toeneming zoo zal kunnen doorgaan.
Ongetwijfeld niet. Maar het zal ook naar
alle waarschijnlijkheid niet gebeuren. In dit
opzicht geven de cijfers aangaande de ge
boorten en de sterfgevallen ons een merk-
waardigen kijk op den toestand. De toe
neming der bevolking toch had plaats niet
tegenstaande het aantal geboorten sedert
omstreeks 1875 belangrijk daalde. Zoo vie
len in de jaren 1840/49 op duizend zielen
jaarlijks 33.5 levend geborenen. In 1875 was
het zelfs nog hooger, n.l. 36.4. Sedert is
echter eene gestadig doorgaande vermin
dering ingetreden, hetgeen wel hieruit
blijkt, dat het aantal geboorten in 1929
slechts 22.8 op de duizend zielen bedroeg.
Dat ondanks den teruggang der geboorten
het bevolkingscijfer zoo sterk aangroeide,
is te danken aan het in nog sterkere mate
afnemen der sterfte. Zoo stierven in 1875
per 1000 inwoners 25.6 personen en in 1929
slechts 10.7.
Nu kunnen de geboorten voortdurend blij
ven verminderen. Met de sterfte is zulks
echter niet het geval. Ja het is zelfs waar
schijnlijk, dat op den duur het aantal sterf
gevallen per 1000 inwoners weer zal toe
nemen» Het gunstige cijfer van thans is
toch voor een deel hieraan te danken, dat
de levensduur is verlengd en zoodoende het
sterven als het ware opgeschort.
van haar vriendinnen in het dorp te bezoe
ken en Eva verwachtte 'dat haar praatlus
tige gastvrouw jlaarvan wel niet zoo spoedig
zou terugkeeren.
Nu had zij een goede gelegenheid om de
koffer op haar gemak uit te pakken. Zij
knielde n^r en begon met trillende handen
de riemen van het verwaarloosd uitziende
stuk bagage los te maken. Gelukkig bleek
het niet op slot en na enkele oogenblikken
lag de inhoud voor haar op de grond uitge
spreid. En toen zij er naar keek voelde zij
eenbrok in haar keel kopen. De weinige
kleeren waren tot op
maar keurig in orde
den van de grootste zorg, van de eigenares
om er tot het laatst toe, zoo goed mogelijk
mee uit te zien. Het schutblad van een
tweetal vergeelde kinderboeken droeg den
naam Prudence Campbell, in één er van
stond „Van *je liefhebbende moeder”, en
een datum van lang geleden.
Eva moest maar steeds denken aan het
geen het zoo jammerlijk omgekomen meisje
haar verteld had omtrent haar leven en om
standigheden en familie. Ze was nog bijna
een kind geweest toen haar moeder stierf;
haar vader was al veel vroeger gestorven
voor zoovei- zij wist, had zij geen familie
leden meer.
Moeder en ik waren arm, straatarm,
hoorde Eva hapr nog zeggen.
Udt het Engelsch van
12 L. G. MOBERLY.
Het duurde een oogenblik voordat me
neer Davidson haar kleine redevoering be
antwoordde, eindelijk begon hij op zijn
zachte manier, maar voor zijn doen, met
ongewonen ernst en nadruk
Je speelt een heel gevaarlijk spel Olive
zelfs de twintigste eeuw met haar voor mij
soms onbegrijpelijke opvattingen, ia' niet in
staat iet® te veranderen aan de grondsla
gen van de scheppingen van den meneche-
lijHen aard. Als Toby je werkelijk als zijn
vrouw wenscht, dan 'verzeker ik je, dat hij
ach niet lang tevreden zal stellen met
vriendschap alleen.
Maar vader, wierp zij tegen. Toby
kent immers zijn standpuntWeest u maar
niet bang, ik kan heusch op mij zelf pas-
ik zal Toby op voldoenden afstand
houdenIk houd mijn oogen wijd open en
ben op mijn hoede
t Davidson glimlachte en, zuchtte
-- oogen wel zoo
wijd geopend als ze zelf dacht? Of was zij
blind voor het feit dat, hoe de zeden en
evensopvattingen zich van geslacht tot ge-
s acht ook mochten wijzigen, één gebied van
Zie de prijzen van ons Restant
Wintermantels en Hoeden
en HOEDEN
ken hoor, verklaarde hij een tikje plagend,
terwijl hij; opstond.
Eva glimlachte.
Uw vriendelijkheid in aanmerking ge
nomen, zei zij, hebt u ongetwijfeld, het
recht om het eerst over mij te beschikken,,
maar ik denk* dat ik nog wel tijd over zal
houden, om een paar kinderen les te geven,
denkt u ook niet? Mevrouw Cranmore was
erg aardig en zij doet haar uiterste best om
mij te helpen.
Mevrouw Cranmore is iemand, die
graag iets voor een ander doet, maar toch
moet ik u in zekeren zin er voor waarschu-
den, want zij is een vreeselijke babbelkous
en houdt er een bijzondere handige manier
op na om iemand uit te hooren.
Dat dacht ik al, bekende Eva, zij
heeft op mij haar krachten ook al beproefd.
Maar gelukkig viel het mij niet moeilijk om
op het grootste deel van haar vragen een
ontwijkend antwoord te geven.
haar werkelijken naam hoorde uitspreken. Zij glimlachte bij de herinnering aan de
beeltenis z” -1
naam droegen, scheen haar een benauwen
de fantasie, een droom in een droom.
Ik wil voor u poseerenJ wanneer en
zoolang u maar wilt, antwoordde zij, po
gend zoo onbevangen mogelijk te spreken.
Ik‘ hoop dat ik binnen niet al te langen
tijd nog meer werk krijg. De vrouw van den
dominee, mevrouw Cranmore, was gisteren
bij mij en zei, dat zij waarschijnlijk wel een
paar kinderen wist, die lessen bij mij
den willen nemen.
Dat is heel prettig voor u, maar ik heb
het recht om het eerst over u te beschik-
MLV.
Ter nagedachtenis aan
Voorst tot Voorst.
Wq mogen wel een woordje wijden aan
de nagedachtenis van baron van Voorst tot
Voorst, die zoovele jaren den voorzitters-
stoel in de hooggeachte Eerste Kamer heeft
bezet. Het eerste dat ieder van hem zeggen
zal is, dat hij zoo’n braaf mensch was, een
ouderwetsche figuur, een representant uit
een voorbijgegane fase in de maatschappe
lijke ontwikkeling.
Het is een eigenaardig verschijnsel in de
politiek dat dikwijls minder beduidende fi
guren zoo gemakkelyk op den voorgrond
komen, hetgeen in den regel hiervan het ge
volg is, dat zy weinig of geen vijanden
hebben. De menschen met sterk-gepronon-
ceerde karakter-eigenschappen worden al
tijd opzij gedrongen en voor sommige func
ties kan men hen nu eenmaal niet gebrui
ken.
Toen de oude heer Schimmelpenninck v.
d. Oye den voorzitterszetel in de Eerste
Kamer had verlaten en het vaststond aan
welke politieke partij deze plaats zou wor
den gegeven, was er niet veel keus, want
er zyn altijd figuren die men niet wil en
er zqn personen die zelf voor de eer be-
frouw Prudence Campbell, Transfield?
Ja, dat ia hij. Wel bedankt voor uw
moeite, antwoordde Eva gejaagd. Als u
misschien eens gelegenheid' hebt boer
Sheldon
O, dat komt wel in orde. Ik moet mor
gen toch weer op het station zijn om een
zending schildermateriaal op te halen. Dan
zal ik meteen dien koffer meebrengen.
Hij liet zich behagelijk neerhallen in een
gemakkelijken stoei en keek Eva, die de
schok en de uitputting weer vrijwel geheel
te boven was, onderzoekend aan. Nu moet
ik het nog eens hebban over dat poseeren,
vervolgde hij. Ik vrees, dat u mij een
echten zeurkous, vindt, maar ik wilde wach
ten, tot u weer volkomen hersteld was.
Maar nu het gelukkig zoover is, zou ik u
willen vragen, wanneer het u gelegen komt
om voor mij te poseeren. Mijn schilderij
schreeuwt gewoon om zijn Eva!
Onwillekeurig schrok zij, toen zij hem
Het feit, dat zij en. d^ vrouw voor
zij moest poseeren, denzelfden
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kwartaal ƒ8.15, met Zondagsblad ƒ8.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA,
bij onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9-6 uur. Administratie Telef. Interc 82;
Redactie Telef. 83. Postrekening 48400.