«Jf
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA Efm OMSiKEKEN
BERKENWOUDE, bodegraven, boskoop, gouderak, haastrecht, moordrecht, moercapelle,
enz.
Ho. 17843
Maandag 30 Maart 1931
99»Jaargang
BOSKOOP,
NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN
Dit blad verschijnt dagelijks behalve opZon-en Feestdagen
r
FEUILLETON.
I
o
I
Een ongeluK in de Andes.
X
v DUöIÏUUr, LiVUUILlv2AIY, n/i/iolIlDLll 1, IVIV7V/1V1V IVAaVjII i9 iriwui w,rvi a
Bureau zijn ingekomer- seinde va» opname verzekerd to rijn.
I»
s
5 vooi 45 et.
veer 45 et.
er on* tt et.
er om 22 et.
er ene 25. et.
er om 10 ct.
Span als bekwaam schipper Vw zeilen,
als er wind is, maar laat U niet foppen,
door lichtbehaalde winst.
rae het haar vol-
ir Mile® zinepeel-
pond 18 ct.
b voer 29 ct.
pond 17 cL
i pond 19 ct.
pond 19 ct.
t pond 25 et.
r pond 25 ct.
r pond M et.
pond 14 et
haardvuur en het zachte licht viel het niet
op, dat hij er nog slecht uitzag.
Hij keek naar haar en ving haar blik vol
warme genegenheid op. In verwarring sloeg
ze de oogen neer.
8ir Miles stond op: hij ping voor het vuur
staan en k«ek op zijn gastvrouw neer.
A]6 Hnrkhutt weg is. Hén ik van plan
een naar weken naar Brighton te gaan. Dr
Morrison raadt mii verandering van lucht,
sterk aan, heron hii. nadat het even stil in
de kamer was geweest. Ik verlanr zoo-
vreoseliik naar miin kleine vriendinneffe en
T.adv Alice ik moet u nog iets zeggenr
dat mii al dagen op de tong brandt.
Ze had de oogen omlaag gericht, maar er
Over de totstandkoming van deze tolunie
schrijft men ons uft Weenen nog het vol
gende:
Als een volk, in twee staten verdeeld,
steeds en steeds weer, zonder onderscheid
der partijen het innige verlangen uitspreekt
naar een samenstelling dej. grenzen, dan
ai lang op het hart gelegen heeft. Kan ik
een poosje ongestoord met u praten?
De eerste drie kwartier worden wij niet
gestoord, Sir Miles, antwoordde Lady Win-
Stanley vriéndelijk, May is een pooe gaan
rusten en komt niet voor zeven uur bene
den. Kon uw vriend Harkbutt ten slotte
toch niet meek omen?
Neen, ik moest u zijn verontachuldfiging
aanbieden, maar een dringende aangelegen
heid dwingt hem vanavond te blijven wer
ken. Het speet hem vreeaelijk, dat hij niet
van uw uitnoodiging gebruik kon maken.
Heit zal May ook erg spijten, verklaarde
de gastvrouw met een zonnig lachje.
In ieder geval, vervolgde Miles ernstig,
ben ik "heel blij dat ik gelegenheid1 heb
tot een ongestoord gesprek met u. Ik kan
niet langer voor mij houden, wat ik u al
maanden geleden had behooren te vertellen,
als mijn plotselinge ziekte niet tusschenbei-
de was gekomen, nadat ik in uw bijzijn door
8ir Thomas met mijn werkelijken naam was
aangesproken.
Ik moet toegeven, dat ik mij in allerlei
gissingen verdiept heb. zet Lady Allee zacht,
verontschuldigd bijna. maar laat ik er
direct bij zeggen, dat ik overtuigd ben, dat
u de beste bedoelingen hebt gehad voor
allee wat u gedaan hebt.
Sir Miles gaf zijn gastvrouw een dank
baren blik en vervolgde-
Ik vind het zoo buitengewoon vriénde
lijk, dat u dat zegt, maar toch ben ik bang
dat het niet heelemaal in overeenstemming
is met de waarheid Toen ik hierheen kwam,
verkeerde ik werkelijk in de meening, dat
ik iemand een groot onrecht had aangedaan,
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorg kring)
1—5 regels 1.30, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
15 regels 1.55, elke regel meer 0.30 Advertentiün in het Zaterdagnummer 20
bijslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiin de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEEUNGEN i 1—regel, 2JS, elke regel meer a.M Op
de voorpagine 50 hooger
Gewone .advertentièn en ingezonden mededeelingen bjj contract tot seer ge reduceerden
prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tUMcbenkomat van «oliede Boekhande
laren, Advertentiebureau* en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing aan het
Het OostenrijkschaOuitsch Tolverbond.
Minister Briand over de totstandkoming van het accoord.
Hij veroordeelt de Tolunie. De verdragsverplichtingen geschonden.
Weenen heeft nog andere wenschen.
Naar het Engelsch van
MORICE GERARD.
34 (Nadruk verboden.)
Een weelde van bloemen en planten gaven
een atmosfeer van luxueuse gezelligheid aan
de kamer, waar hulst en nüstletoe en rood-
omkapte lampen dfe Kerststemming brach
ten.
Sir Miles werd onmiddellijk aangenaam
getroffen door de intieme béhagelijkheid van
het interieur om zich een oogenblik later
bewust te worden van het feit, dat Lady
Winstanley alleen was.
Het was de eerate maal dat hij haar in
avondjapon zag. Het moderne toilet van
«öepele goudgetinte zijdfe flatteerde haarhui,
tengewoon en gaf haar iets heel jeugdigs en
zonder da*, hij het wiet zag ze de bewonder
ring en het verlangen in zijn oogen, toen
hij haar groette Sir Miles kon aich niet her
inneren ooit te voren een zoo volmaakt
mooie en tegelijk zoo liefelijke en aantrek
kelijke vrouw te hebben gezien.
Nadat hij ook bij den haard wae gaan zit
ten, begon hij
Lady Winstanley u zult misschien vin
den, dat ik onbescheiden en vroeg gekomen
ben, maar ik heb u iets te zeggen, dat mij
Op den dag, waarop men niet meer op de
loyale vervulling der aangegane verplich
tingen kan rekenen, bestaat er niets meer,
noch veiligheid, noch voorzorgsmaatregelen.
Sommigen hebben geen vertrouwen in de
voorzorgsmaatregelen ,die wy sedert eenige
jaren hebben genomen. Ik ben van oordeel,
dat zij meer dan eens het oorlogsgevaar
hebben doen verdwijnen. En waartoe zou
een oorlog leiden in een tyd, dat Europa de
schade van den jongsten oorlog nog niet
heeft hersteld?
Ik ben geen jurist, maar een man van de
daad. Ik weet zeer wel, dat gebeurtenissen
als deze iemand zijn moreele kracht ont
nemen. Het is niet in het belang dergenen,
die deze daad hebben verricht, als zy voor
standers van den vrede zijn, een politiekeh
tegenstander dergelyke wapenen in de hand
te geven.
Tot de senatoren, die altyd de buitenland-
sohe politiek van Frankrijk op den voor
grond hebben geplaatst, zeg ik: Er zijn nog
Franschen! Brengt toch niet dengene ten
val, die de vaan van Frankryk in de hand
houdt! Dat ware misdadig. Er moet óf een
ander man aan het roer staan, óf men moet
zich om den tegenwoordigen stuurman
scharen, om hem het noodige gezag te ver
schaffen.
Wat thans is geschied, zal stellig een stil
stand in onze betrekkingen tot Duitschland
veroorzaken.
Met Oostenrijk hoftbert T0j handelsverdra-
gen gesloten, waarby rekening is gehouden
met zjjn economischen toestand. Als deze
zaak zich wijzigt, moet de aangelegenheid
opnieuw op het tapijt worden gebracht. De
tolcommissie van Kamer en Senaat hebben
zich reeds met de zaak beziggehouden.
Het gebeurde heeft nergens ter wereld
sympathie gewekt.
Van Duitsche zijde heb ik, zoo besloot de
heer Briand, al heel wat teleurstellingen on
dervonden. Als ik op myn post blyf, zal ik
in weerwil daarvan de actie voortzetten, die
ik heb ondernomen met den wil tot het einde
te gaan, d. w. z. te bereiken dat de beide
betrokken landen niet by hun voornemen
blyven hun plechtig aangegane verplichtin
gen te verloochenen.
De rede van Briand,werd met groote aan
dacht aangehoord en door de overgroote
meerderheid der senatoren met byval be
groet
De civiele party ontvangt de gevraagde
schadeloosstellingen.
De uiterst gecompliceerde zaak der „Ga
zette du Franc” heeft tot middelpunt Ma
dame Hanau, haar voormaligen echtgenoot
Lazare Bloch on den hoofdredacteur van do
„Gazette du Franc”, die deatyds werden ge
arresteerd, beschuldigd van oplichting en
bedrog in de reusachtige bank- en publici-
teitsondememing, welke zy op touw hadden
gezet. Mme Hanau, de ziel van het geheele
bedrijf, legde zich voornamelijk toe op het
tot zich trekken van zooveel mogeiyk geld
van beleggers, zoowel te Parys nis in de
provincie. Zij gebruikte daarvoor een groot
aantal „démarcheurs”, die de klanten op
zochten en overhaalden, en die naar tij
dens het ptwee da gebleken zelf zóó
overtuigd waren van de soliditeit der oneer*
neming, dat zy hun eigen spaarpenningen
er ook in hadden gestoken. Mme Manau,
vaak „la présidente” genoemd, spiegelde den
beleggers een rente van acht percent voor,
behalve nog een deelgenootschap in de
winst
Het succes der „Gazette du Franc^’ was
buitengewoon groot en welkte ongerustheid
by de groote banken, vooral in de provincie,
daar deze er veel klanten door kwijtraak
ten. Daarby kwam dat het publiciteitsor-
gaan, de „Gazette du Franc” zelf, in aan-
zien steeg. Bekende personen werkten er
aan mee, hetgeen hun later door politieke
tegenstanders leelyk onder den neus is ge
wreven!
Ook de regeering zag intusschen niet
gaarne den toenemenden invloed der onder
neming; de regeeringsbons geven immers
maar vier percent rente, hetgeen ongunstige
uitzichten opende in geval flfe Staat weer
eens een beroep op het publiek zou moeten
doen...
Hoe dit ook zy, den 29en November
1928 nam de ministerraad onder ro .rzitter-
schaj? van Poincaré het besluit tot net ver
volgen van Mme Hanau e.c.
Men weet dat de voorloopige instructie
der zaak en daarna de openbare behandeling
tot sensationeele incidenten aanleiding heb
ben gegeven. Mme Hanau, die niet op haar
mondje gevallen bleek, verdedigde zich met
een waarlijk geniale vaardigheid, waartegen
de rechtbank en de experts nauwelijks op
gewassen waren. Telkens vielen er nieuwe
dramatische voorvallen voor: een bediende
van een der curatoren van het faillissement
pleegde verduisteringen; Mme Hanau be
twistte de juistheid van h»t onderzoek der*
deskundigen, eisohte een contra-expertise,
welke niet werd toegestaan; zy ging toen
over tot haar „hongerkuur”, werd uit de
Santé-gevangenis naar het ihospitaal-Cochin
overgebracht, waaruit ze op een goeden dag
wist te ontvluchten!...
Totdat ten slotte de zaak voorkwam en
de menigte zich by de eerste zitting ver
drong om deze by te wonen, maar bij de
tweede reeds wegbleef, eenvoudig omdat de
was in haar heele houding iets, dat hem
aaninoedigde voort te gaan, iets ondefinieer
baars, dat hem zei dat ze met een willig oor
zou luisteren.
Ik hoop dat u het mij niet kwalijk
neemt, wat ik u .ga zeggen, dat iniju open-
hartigheid geen einde zal maken aau onze
j vriendschapmaar ik kan het niet voor
i mu houden. In die emdelooze weken van
mijn ziekte heeft het mij geen oogenblik
I losgelaten toen ben ik tot het besef geko
men, dat mijn liefde voor Thea vergroeid
en ver wor leid is met de liefde voor een an
der. waarmee ze onafscheidelijk is verbon
den
Lady Winstanley bewoog zich niet; zwij
gend het hoofd gebotren, bleef ze in het
haamtur staren, maar het feit dat er geen
woord van afwijzing kwam, gaf Mites den
moed om te vervolgen:
Ik zou Thea zoo graag iets vertellen,
nis ik in Brighton kom
Toen hief T.adv Alice het hoofd op. Haar
oogen stonden vol tranen, maar in haatblik
las Males een antwoord, dat aan duidelijk
heid niets te wenschen liet.
Hii knielde bij haar laron stoel, nam
haar handen en keek haar diep in de zachte
regen
Alice. Alice, ie het waar, ie het heiweh
waar’ stamelde hij. Hond je werkelijk
van me?
—Ze vaf rwn antwoord, maar lecde haar
hoofd tegen zijn schouder en even Weven ze
zoo zitten
Toen verbrak ze.met een stem, dieheeach
was van ontroering, het riilzwrgen.
(Wordt vervolgd)
Minister Briand heeft in de Fransche Se
naat de Duitsch-Oostenryksche Tolunie be
sproken en als zyn meening uitgesproken
dat wat thans tusschen beide landen is ge
schied, nergens ter wereld sympathie heeft
gewekt.
Spr. herinnerde er aan dat men eenige
jaren «geleden gestaan heeft voor een poging
tot politieke aaneensluiting van beide lan
den en niet voor een tolunie. Dat was,
meende Briand. destijds een ernstig gevaar.
Men heeft my, zoo zeide hy, gerustgesteld,
de propaganda is opgehouden en er is ont
spanning ingetreden.
In weerwil daarvan hebben wjj de econo-
r mische voorwaarden, waaronder Oostenrijk
leefde, en zyn sociale toestanden niet mis
kend. Dat alles is niet verdwenen, doordat
ik de uitdrukking Locarno heb gebruikt.
Men moge dit woord belachelijk maken, dat
veel van zjjn kracht schijnt te hebben ver
loren, ik heb nimmer verondersteld, dat het
in staat is alle problemen tot oplossing te
brengen.
Ik mag er mij op beroemen, eAi zekeren
vooruitzienden blik te hebben gehad. Reeds
in 1921 heb ik in een conferentie te Parys
op het gevaar gewezen. Ik heb toen ge
zegd: „Zoo is de toestand van Oostenrijk!”
en ik heb gewezen op het gevaar, dat voor
dit land de nabuurschap van een volk van
60 millioen zielen met zich brengt.
Daarna heeft men overeenkomsten geslo-
- -- i 1902 tot-eerr le^ftng vWr Oos
tenrijk leidde. De vier garanten verlangden
een waarborg, dat Oostenrijk noch direct,
noah indirect iets van zyn onafhankelijkheid
zou opgeven. Wij hebben het destijds de
middelen gegeven «n te kunnen voortbe
staan, omdat wjj daarbjj belang hadden. Men
mag dus het thans gebeurde niet beschou
wen als iets, dat men nimmer heeft voor
dien.
Het ergste van deze zaak is de wijze,
waarop men te werk is gegaan. Zjj is hiet
de juiste, zy is verontrustend, zy is in stryd
met hetgeen is overeengekomen en met de
voorwaarden voor een Europeesche samen
werking. x.
Zakelijk gesproken ben ik er zelfs niet
zeker van, of er niet in Frankrijk lieden
zijn, die een zekere geheime bewondering
koesteren voor deze wyze van doen.
Ik geef de voorkeur aan Frankryks han
delwijze. Ik vind, dat de vrye discussie te
Genève beter is.
Wat kan de Fransche minister van bui-
tenlandsche zaken doen?
Men heeft gezegd, dat de Fransche diplo
matie geen flauw idee had van w|t er ge
beurde. Men zal evenwel spoedig rememen,
welke stappen er in werkelijkheid zyn ge
daan.
FRANKRIJK.
Uitspraak in de zaak der
Gazette du Franc.
Twee jaar gevangenisstraf voor
madame Hanau.
De elfde correctioneele kamer te Parijs
veroordeelde mevrouw Hanau wegens mis
bruik van vertrouwen en oplichting tot twee
jaar onvoorwaardelyke gevangenisstraf en
3000 frs boete, en lerstapt, haar rechtskun
digen raadsman, wegens medeplichtigheid
tot 3000 frs. boete. De Courville en Audi-
bert werden vrijgesproken.
gelucht nu hat blijkt, dat ik vrij-uit ga, dat
ik het ni^ van me verkrijgen kan, een aan-
kl&éht in te dienen. Bovendien heb ik ont
zettend medelijden met dien ouden vader.
Dat is heel nobel van u, prees Lady
Winstanley met een stem, waarin ontroering
trilde en haar oogen keken met een teedp-
rei> blik in de zijnen. Maar» vervolgde ze
op zakelijker toon, bent a niet aan uzelf
verplicht dat alte» bekend wordt? Immers
daardoor alleen kunt u gerehabiliteerd wor
den?
Daarover maak ik mij geen zorgen.
Lady Winstanley- de babbelzieke bewoners
van Overlee hebben ongetwijfeld hun eigen
kanalen om de waarheid te vernemen.
Lady Alice had hem nog nooit zoo techt
vroolijk, uitbundig en onbezorgd hoeren
’nchen en zie kwam onder de bekoring van
het jongensachtige in hem. dat zoolang on
der een «luier van weemoed en kommer ver-
borgen was geweest. Pij de gloed van het.
behoeft men zeer zeker geen bijzondere uit
legging te geven der gronden, die tenminste
voor economische aaneensluiting ijveren.
Dat een vrye warenuitwisseling van de
Noorzee tot aan de grenzen van de Bren
ner, van het Bodenmeer tot de Karawanken,
zoover de .Duitsche tong klinkt, moest
plaats vinden, dat is, of beter gezegd, dat
was niet meer dan natuurlijk. Deze toestand
zou ook zijn ingetreden als niet de verdra
gen van Versailles en Saint-Gemain, maar
het zelfbeschikkingsrecht van het Duitsche
volk over de nieuwe verordening der ver
houdingen na den wereldoorlog had te be
slissen gehad. De politieke samensmelting
van Duitschland en Oostenrijk ontmoet te
genwoordig weliswaar vaft de «jjden van en
kele landen minder tegenstand dan in de
eerste na-oorlogsjaren. Joego-Slavië, Italië
en zelfs Polen, het laatste omdat het een
versterking van het Katholieke element in
het Duitsche rijk niet ongaarne zou zien,
zouden daarin nu geen aanslag meer op hun
voornaamste belangen rien, maar met de
beslissende tegenwerking van Frankrijk en
Tsjecho*Slowakye zou men in elk geval heb
ben rekening te houden. Zou er echter één
macht kunnen zyn, welke zich tegen een
economisch verbond, ja zelfs een Oosten-
ryksch-iDuiteche tolvereeniging kan verzet
ten? Men is nu van meening, dat de tyd
voor een zeer enge economische samenwer
king der Europeesche regionen steeds meer
naderby komt. Men beroept zich er op, dat
de stoot tot samenwerking van niemand an
ders dan van Briand uitgegaan en dat
juist deze zich in September 1930 in Genève
op de z.g. Europa-confenntie in zijn ondeit
met den opbouw vin
Pan Europa van onderop uitgesproken
heeft. Zonder verloochening van het aldus
verkondigde beginsel zou juist Frankryk
niets tegen een Oostenfljksch-Duitschen tol-
bond als eerste begin van dezen opbouw
kunnen inbrengen.
M^ar toch ontbreekt het aan verschillen
de zyden niet aan critiek, ondernamen niet
de gezanten van Frankryk, Italië en Tsje-
cho-Slowakye diplomatieke stappen by
Schober om namens hun regeeringen te pro-
testeeren.
En in de Fransche pers worden heel wat
bezwaren te berde gebracht tegen de aan
eensluiting der beide broederstaten. De
Temps b v. zegü, het Oostenrijksch—Duitsche
accoord is een douane-un'ie en een dergélijke
unie is Oostenrijk door het verdrag en het
protocol van 4 Oct. 1922 verboden. Ook in
Londen blijkt men uiterst terughoudend te
zijn over dte vooropgestelde tolunie.
Dat het vooralsnog niet gaat om een on
voorwaardelyke en volledige opheffing van
alle tolrechten aan den tegenwoordigen
Oostenrij ksch-Duitschc grens, maar dat
voorioopig zekere overgangstolrechten ge
handhaafd moeten blyven, is vanzelfspre
kend. «Dat kan men reeds concludeeren uit
de niet op te heffen verscheidenheid van
daarom nam ik mijn moeders naam aah.
Het viel mij zoo vreeeelijk moeilijk er over
te sprekenalleen mijn vriend John Hark
butt heb ik» maar ook pas eenige maanden
nadat m Engeland wag teruggakomen.
allee verteld.
Lady Alice zweeg en Sir Miles vervolgde:
Maar nu kan ik tot mijn onuitspreke
lijke blijdschap zeggen, dat ik dat onrecht
ri^)t heb gepleegd Het blijkt integendeel
de man, die mij onrecht wilde aandoen,
zijn gerechte gtraf kreeg. En zijn tweede po
ging heelt eveneens gefaald.
- Due u wilt zeggen, dat de zoon van
dien ouden meneer Sylvester niet’ dood is?
vroeg Lady Alice gretig. Weet de vader
dat? S
Door de dorpspraatjesr^ve
komjep duidelijk, waarop Sii
de.
Ja, Harkbutt heeft het h*n> verteld.
Wanneer5
Een paar dagen geleden geloof ik, toen
vertelde Sir Mileg haar alles wat hij tot nu
toe van Harkbutt had gehoord. Hij was
thans op de hoogte van hetgeen de detec
tives ontdekt haddenalleen van zijn plan
nen van dien avond had de advocaat hem
onkundig gehouden
Dus u zult Sylvester zijn verdiende
straf niet laten ontgaan? vroeg Lady Win
stanley.
De uitdrukking in Sir Miles’ oogen werd
zachter.
Ik heb toch niet gezegd dat ik hem
straffen zou. Ik heb zóó geleden door d«
veronderstelling, dat ik een moord op mijn
geweten had en voel me zoo ontzettend op-
ABONNEMENTSPR1JS: per kwartaal, 125, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2J0, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kwartaal ƒ8.15, met Zondagsblad 8^0.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 11, GOUDA,
by onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zyn dagelyks geopend van 9-^6 uur. Administratie en Redactie Telef.
Interc. 2745. Postrekening 48400. I
indirecte belastingen in de beide landen,
voor alles echter uit het feit, dat Oostenrijk
een tabaksmonopoÜe bezit (een van zijn
zekerste en beste financieele bronnen) en
dat de Duitsche tabaksbelasting op geheel
andere principes berust. Doch verder zullen
voor een menigte waren de tolrechten diep
naar beneden of geheel afgeschaft worden.
Waar zij blijven bestaan, hebben zy enkel
als belastingobject en niet meer als bescher
mende rechten verder te duren. Want dat
moet het wezen van een tolbond zyn, dat een
volkomen economisch eenheidsgebied wordt
geschapen, waarbinnen de vrye wedyver
van de industrieën bestaat, waar binnen ech
ter ook een grootere binnenlandsche markt
en betere productie-voorwaanden kunnen
ontstaan. De gedachte, dat twee landen zich
economisch kunnen aaneensluiten en zich
tezelfdertijd tegen elkaar beveiligen, staat
gelijk met de uitnoodiging: wasch myn
huid, maar maak my niet nat.
Het ontstaan van de Tolunie en de ver
schillende overeenkomsten, 'die in de toe
komst tusschen Duitschland en Oostenrijk
van kracht zullen worden, moeten klaarheid
brengen in hoeverre de „Anschluss”, de aan-
eensluitings-gedachte kracht heeft om* zich
in leven om tè zetten.
Wij hebben echter in Weenen nog andere
wenschen met betrekking tot een engere
economische samenwerking met Duitsch
land. Een verbetering van de spoorwegver
binding tusschen onze beide landen, waarbij
tenminste de b.aanvakken van Zuid-Duitsch-
land naar Weenen geëlectrificeerd moeten
zyn, lijkt ons een dringende noodzakelijk
heid. Ook de instelling van een levendiger
luchtvaartverbinding eh het aanleggen van
goede autowegen zou in aanmerking komen.
Een uitbreiding van personen- en goederen
verkeer in verbinding met vermindering van
toltarieven en spoedige afwikkeling zoo
mogelyk onderdrukking van het gevoel dat
tusschen Passau en Weenen een grens wordt
overschreden, dat moet de oplossing zijn.
Geen van beide landen moet in de toekomst
voor het andere buitenland zyn. De tot
stand gekon^n Upie zou misschien later
eens als middelpunt van de midden-Euro-
peesche markt kunnen dienen, dien Duitsch-
1 and-Oostenrijk moet trachten te -veroveren
als het met ondergaan en verhongeren wil.
BÜITÈNLANDSCH NIEUWS.
GOllkSIHE COURANT.
ir groot blik
voor 52 ct.
voor 55 ct.
voor 69 ct.
voor et.
voor 74 ct.
I voor 65 ct.
5 voor 50 ct.
S voor 89 -ct.