glimlach op wascwdag
OP 0UIEMERKEN!
£EN K£Uft VAN
GESCHENKEN
lijden Mtrkis
Koopt bij onze Adverteerders.
JWWV
nVmmm
'ara mm m
ra m"m m
>|4p#
De nieuwe Protosstofzuiger f 165.--
OPHEFFINGS
UITVERKOOP
KALFSVLEESCH
K»js
ZEEPPOEDER IVETL00GMEEL DUIFZEEP
J. VAN DANTZIG
PIRIN de wereld
X
„Carl Hkgenbeck's
Dierenvangd
Electro-Technisch-Bureau J. F. W. TURION
,40
Werkt geruischloos en ;is storingvrij voor Radio.
c A. B. Bantzinger
WISKUNDE
P. S. DAUVILLIER.
Blank Vet
Teekens, Modelslagerij,
en meelt verschillende vormen. De popu
laire meening ia, dat men juist troebel en
vuil water moet nemen en zeker vindt men
dan een ongelooflik groot aantal diertjes,
Betooverende schoonheid.
In een druppel water ziet men soms wie
gende stelen met teere bloesems van zeld
zame schoonheid, of boomen, meer of min
der vertakt en bedekt met een overvloed van
knoppen en bloemen, die zich voortdurend
openen en sluiten en onvermoeid voedsel
naar zich toehalen met ontelbare trilhaar-
tjes.
Wü kunnen door de doorzichtige lijfjes
heen zien, hoe het voedsel wordt verteerd;
overal zwemmen diertjes rond van de meest
verschillende vormen, groen, blauw, zwart
en bruin gekleurd, pantoffeldiertjes en an
dere met een langen zwanenhals, kleurlooze
schijven met lange, naar alle zijden uit
staande sprieten en vormen met gespleten
staarten en wielvormige organen aan den
kop. En dat alles is voortdurend in bewe
ging, rekt zich uit, draait en keert en rooit
voort met verrassende snelheid. Daar zweeft
een klompje slijm, kleurloos, byna doorzich
tig, bezet met een groot aantal fijne kor
reltjes. Het heeft geen huidje, geen vasten
vorm en zelfs met den sterksten micros
coop zouden wij er geen organen aan kun
nen ontdekken. Toch is dat slijmklompje
een levend wezen, een monere, de eenvou
digste diervorm.
De benjamin van het water.
Deze monere zullen wQ speciaal in het
oog houden. Na eenigen tyd zien wij op
willekeurige plaatsen uit het weeke lichaam
pje vingervormige uitsteeksels ontstaan, de
z.g. schijnvoetjes, die ook weer ingetrokken
kunnen worden. Het zijn geen pootjes, maar
uitvloeisels van het taai-vloeibare lichaam
pje zelf. Het diertje kan zich dus bewegen
en niet alleen onwillekeurig, maar ook wille
keurig. Die schijnvoetjes komen o.a. ook
voor by de amoeben, die eveneens uit een
klompje protoplasma bestaan en zich door
eenvoudige deeling voortplanten. En als yvy
goed kijken, kunnen wy het ook zien, dat
het protoplasma niet overal even dicht is,
maar dat zich binnenin een eenigszins bol
vormige celkern bevindt. Wy weten nog niet
precaeS, waarvoor die celkern dient, maar
hy schynt een gewichtige rol te vervullen
in het leven van deze diertjes.
Onze amoebe begint zich te bewegen. Hij
zendt een schynvoetje uit, dat steeds langer
wordt, terwyl de rest van het lichaampje
zidh verkleint. Tenslotte vloeit de geheele
massa van het lichaampje in het schyn
voetje uit: Zoo beweegt het zich langzaam
vooruit. Onderweg ontmoet het een andere
amoebe. Het begint er zich omheen te be
wegen, eerst In groote bogen en dan komt
het er steeds dichter omheen. Op het laatst
beweegt het zich haast niet meer, maar het
maakt zich heel lang en smal en legt zich
tenslotte als een band om het andere diertje
heen. De lichaamsmassa van de beide dier
tjes vloeit in elkaar over; de twee amoeben
zyn tot één diertje geworden, dat zyn weg
verder vervolgt alsof er niets gebeurd is.
Maar lang zal het niet meer van zyn
leven genieten. Daar nadert een breede
schyf met beweeglyke, dolkvormige stekels
bezet. Al spoedig heeft hy
reikt, die als
macht aangetrokken Un den wydgeopenden
muil van het monster\verdwynt. Dat is ook
nog een van de door leeuwenhoek ontdekte
infusoriën of afgietseldiertjes, al is het veel
hooger ontwikkeld dan de moneren amoe
ben. Het lichaam bestaat eveneens uit taai
vloeibaar pratoplasma, doch dit is in een
iets vaster huidje gevat. Het diertje heeft
dus een vasten vorm, hoewel het huidje
heel teer en doorzichtig is. De stekels kun
nen willekeurig worden bewogen en dienen
voor het bemachtigen van voedsel en voor
de voortbeweging.
De voortplanting.
Deze primitieve diertjes planten zich in
de eerste plaats voort door deeling. Maar
daarnaast vindt men ook de voortplanting
door knopvorming, die eigenlyk pas by wat
hooger georganiseerde diertjes algemeen
voorkomt. Er ontstaat dan op een wille
keurige plek van het lichaam een uitwas,
die steeds grooter wordt. Wanneer hy groot
genoeg ls, ontstaan er een mondopening,
trilhaartjes, enz. aan en in het knopje vormt
zich een kern, het kleine diertje kan zelf
standig leven en snoert zich af. In som
mige gevallen blyft het echter vastzitten
en ontstaan koloniën, zooals by de sponzen.
Maar dat zyn niet altyd koloniën ter
grootte van een badspons. Zelfs in onzen
waterdruppel vinden wy wel zoo'n kolonie,
als wy een beetje geluk hebben. De klok-
diertjeB b.v. zyn de mooist gevormde infu
soriën, die men zich denken kan en toch zyn
ze microscopisch klein. Het lyken wel sier-
lyke boompjes, die gewoonlyk sterk vertakt
zyn en overal bedekt worden door teere
knoppen en bloesems. Die bloesems zyn na-
tuurlyk de afzonderlyke diertjes. In geslo
ten toestand zyn zy bolvormig, doch zy
openen en sluiten zich geregeld en wanneer
zy geopend zyn, zien zy eruit al3 een sier-
lyk klokje, rondom bezet met voortdurend
bewegende trilhaartjes.
Vroeger dacht men, dat deze „bloemkelk
jes" van binnen hol waren. Dat is niet juist.
In het kelkje of klokje bevindt zich het» pro
toplasma, m. a. w. het eigenlyke diertje. En
naast de klokdiertjes treffen wy nog vele
soorten aan, die er oppervlakkig gezien wel
wat op lyken, maar niet zoo'n duidelyk
zichtbare mondopening hebben. En als wy
ze nauwkeurig bekyken, zoeken wy de
mondopening tevergeefs. Daarentegen is
hun geheele lyf je bedekt met fyne buigzame
aanhangsels, die eindigen in een klein knop
je. De aanhangsels blyken holle buizen te
zyn erfde knopjes zuignapjes. Het mond-
looze lier, de acinete, zuigt door die buis
jes zyn vöfedsel op.
De hooidiertje».
Verder zien wjj nog een hooidiertje, dat
gemakkelijk te herkennen is aan zyn mier-
vormig lichaampje met een bosje korte
trilhaartjes om de diepliggende mondope
ning. Het is zoo onvoorzichtig, in de buurt
van een van de zuignapjes der acinette te
komen. Het wordt dadeiyk vastgegrepen
en zyn pogingen, om weer los te komen,
houden spoedig op: de acinete heeft hem
gedood. Nu bemerkt men, dat enkele van
de zuigbuisjes zich verwyden; dat komt,
doordat de lichaamsinhoud van het doode
diertje erdoor wordt opgezogen om in de
lichaamsholte van de acinete terecht te ko
men. Spoedig is er van het hooidiertje al
leen nog maar een leeg velletje over, dat
van de zuignapjes afvalt.
En daar is een raderdiertje. Tot nu toe
heeft het langzaam rondgekropen over de
glasplaat, waar onze waterdruppel op ligt.
Nu trpkt het plotseling onze aandacht en
begrtfpen wfl ook, dat het den naam „rader
diertje" heeft gekregen. Voor op zyn kop
ontwikkelt zich een groot radervormig or
gaan, dat voortdurend schynt rond te
draaien. Alle kleine plantjes en diertjes,
die in de buurt van dit raderdiertje komen,
worden als door een magneet aangetrokken
en verdwynen in zyn opengesperden muil.
Het mooiste is, dat dit raderdiertje niet zal
sterven, wanneer wy den waterdruppel la
ten opdrogen. Men zegt zelfs, dat het na
weken en soms na maanden weer opleeft,
wanneer men het opnieuw met water in aan
raking brengt. Er zyn trouwens verschei-
denen andere dnfusoriën, die ondanks hun
veel teerdere lichaampjes de droogte kun
nen weerstaan, al is het dan ook niot voor
zoo langen tijd.
Prof. E. VREDENDAAL.
(Nadruk verboden.)
PIERRE CURIE, 19 APRIL 1906
DE ONTDEKKER VAN HET RADIUM.
Bracht een omwenteling in de natuur-
w etenschappi-n ten eeg.
Het zal 19 April a.s. 25 jaar geleden zyn,
dat de beroemde Pierre Curie overleden is.
Om zyn verdiensten te beschryven, moeten
wy teruggaan naar het begin dezer eeuw.
Toen had Bectjuerel, professor in de natuur
kunde te Parys, juist een merkwaardige
ontdekking gedaan. Hy had bevonden, dat
verschillende mineralen, vooral uraanertsen,
eigenschappen vertoonden, die deden den
ken aan de toen pas kort bekende Rönt
genstralen. In het donker werkten zy in op
een fotografische plaat en zy maakten de
lucht geleidend voor electriciteit. In zyn
instituut werkte ook de jonge laborante
Maria Skledowska, een Poolsche, die al
spoedig zelfstandig in de sporen van haar
leermeester trad. By haar wetenschappelyke
werk raakte zy in kennis met den jongen
natuurkundige Pierre Curie, met wien zy
spoedig daarna in het huwelyk trad. Het
gezamenlyk werk der beide ecjrtgenooten
heeft geleid tot een van de merkaardigste
en belangrykste ontdekkingen wan onzen
tyd, die op het gebied der natuurweten
schappen zoo menig succes heeft kunnen
boeken. In de toekomst zal misschien pas
ten volle worden beseft, van welk een over
wegend belang deze ontdekking was.
Merkwaardig ertsen.
De beide goed onderlegde scheikundigen
onderzochten de raadselachtige ertsen. Zy
losten ze in zuren op, lieten neerslagen ont
staan, filtreerden, losten ze weer op, heten
opnieuw neerslagen ontstaan, kortom, zy
deden alles wat de chemicus gewend is te
doen, wanneer hy verschillende stoffen van
elkaar wil scheiden. Zy begonnen met een
groote hoeveelheid materiaal, die zy verder
wilden onderzoeken om de oorzaak der
merkwaardige verschynselen te vinden. Zy
werkten zooals een ontdekkingsreiziger te
die een machtige rivier 'in het
eds verder volgt, totdat
hy eindelyk by de bron van een klein
beekje staat. Voor de Curie's dienden de
raadselachtige uitwerkingen der onderzoch
te stoffen als wegwyzer; zy maakten in dit
opzicht voornamelyk gebruik van het ge
leidend worden der lucht. Daardoor kwamen
zy te weten, welk bestanddeel verder moest
worden onderzocht. Geen reagens bleef on
beproefd en toen langs chemischen weg geen
verdere scheiding tot stand kon worden ge
bracht, riepen zy de natuurkunde te hulp.
Door kristallisatie gelukte de laatste schei
ding en als bron van al die merkwaardige
verschynselen vonden zy het nieuwe ele
ment radium, dat eenige overeenkomst ver
toonde met barium, doch slechts in uiterst
kleine hoeveelheden voorkwam.
De radium-stralen.
Pierre Curie werd benoemd tot professor
aan de Parysche universiteit en lid van de
beroemde Fransohe Académie des Sciences.
Hy werkte met zyn vrouw yverig verder.
Zy slaagden erin, aan te toonen, dat het
radium drie soorten van stralen uitzendt,
die volkomen van elkaar verschillen. Zy
noemden ze naar de eerste letters van het
Grieksche alfabet: alfa-, beta- en
stralen. De laatste bleken dezelfde'
werk gaat, c
als de reeds bekende Röntgenstralen en de
andere kwamen eenerzyds overeen met ue
kathodestralen en anderzyds met de z.g.
kanaalstralen. De door de Curie's ontwor
pen teekening, die de drie soorten van stra
len vertoont, gescheiden door een sterk
magnetisch veld, circuleert als een symbool
van het radium door de geheele wereld.
Plotseling stond het radium in het middel
punt der belangstelling; het geheele na
tuurwetenschappelijk onderzoek richtte er
zich op. Alle natuuronderzoekers hielden er
zich mee bezig; er werden instituten opge
richt, die zich met niets anders bezighiel
den. Een geheele generatie van geleerden
wydde zyn levenswerk aan het radium,
want het bleek meer en meer, dat deze ont
dekking om zoo te zeggen den kern der na
tuurwetenschappen had blootgelegd.
Het bleek, dat de atomen, de kleinste be
standdeel en, waaruit de materie is opge
bouwd, geen ondeelbare en onveranderlyke
eenheden zyn, zooals hun naam eigenlyk
aanduidt. Wy moeten het wezen van alle
stof eerst zoeken in grotonen en electronen,
die de atomen opbouwen. En het is het uit
eenvallen der atomen in di? bestanddeeleu,
waardoor de „radioactieve" verschynselen
ontstaan. Dodfr het radium kreeg de weten
schap dus den sleutel in handen van steeds
meer geheimen der natuur. En daar heeft
zy een dankbaar gebruik van gemaakt. Er
ontstonden geheel andere opvattingen, ge
heel nieuwe gedachtenwerelden. Waar de
oude natuurwetenschap had moeten ophou
den, begon de nieuwe pas. Zy was niet te
vreden met het algpmeene begrip van de
samengesteldheid van het atoom, zy hield
zich bezig met den bouw van het atoom, die
tegenwoordig even reëel wordt onderzocht
als wanneer wy het atoom met onze oogen
konden zien, hoewel het toch niet grooter is
dan een tienmill^enste millimeter! Het
komt wel meer voor, dat wy pas door de
uitzonderingen den regel ontdekken, doch
dat is zelden zoo schoon en volkomen het
geval geweest als hier: de atomen zyn wel
over het algemeen een aaneengesloten ge
heel anders kon de wereld niet bestaan
maar toch zyn er op dien regel enkele,
zeer zeldzame uitzonderingsgevallen, waar
in zy* om ons onverklaarbare redenen met
groote hevigheid ontploffen, zoodat wy ook
in staat zyn, hun wezen te leeren kennen
in de gevallen, dat zy rustig blyven voort
bestaan.
Op 19 April 1906 werd Pierre Curie het
slachtoffer van een verkeersongeval. Na
zyn dood heeft Mevrouw Curie alleen ver
der gewerkt. Zy is de eenige natuurkundige,
die twee Nobelpryzen zyn toegekend, n.l.
één voor natuurkunde, omdat zy het radium
heeft ontdekt en zyn natuurkundige eigen
schappen heeft onderzocht en één voor
scheikunde, omdat zdit zeldzame element
in zuiveren vorm heeft weten af te schei
den. Toen zy den prjjs in ontvangst nam,
heeft zy met groote dankbaarheid haar
overleden echtgenoot, vriend en medewer
ker herdacht.
(Nadruk
opgestaan
slecht geslapen, fe laaf aan den trein.
Dat haat U kunnen voorkomen, door
gisteravond voor het naar bed qaan,
tegen Uw verkoudheid Aspirin-Tabfetten
te nemen. U moet toch in elk geval ook
een buisje Aspirin mee op reis nemen.
Lrt op d«n oranjeband. Prijs 75 ets.
Met het Aprilzonnetj«~
In tuin en stal.
Reeds sedert eenige dagen kunnen wij zeg
gen. «lat de lange winter eindelijk om is.
Als wij de groententuan nog niet bewerkt
hebben, daq moeiten wij ons in de April
maand haasten er mede klaar te komen, wil
len wij niet een naijver in ons voelen op
komen, bij het zien van de opschietende
plantjes in den tuin van onzen buurman
Tegen het einde van April moet de moestuin
afgewerkt zijn. Slechts met het zaaien of
uitplanten van enkele bijzonder gevoelige
soorten, ais boonen, komkommers, augurken
en pompoenen, iwaehten wij tot madden Mei.
Als de zaadboonen, in een goedgewarmdem
Wem kortten, dan groeien zij veel levendi
ger. dan vroeg gezaaide, terwijl zij even-
vroeg dragen
Om vroege komkommers, pontpoenen en
meloenen te kunnen oogsten, moet men deze
onder glas of in potten zaaien, om ze tegen
het midden van Mei, indien er geen gevaar
meer bestaat voor nachtvorsten, uit t« zaai-
verras.'
en in een goed voorbereid bed.
er ons nu geen onaangename
verrassir gen brengt, kunnen wij an dieze
maand bijna alle groenten en keukenkrui
den ,op het land uitzetten. Zoo kunnen wij
beginnen in de eerste dagen van April met
de koolrapen (late soort) en witte, en roode
koolsoorten (eveneens late soort), terwij!
midden April de juiste tijd is voor zomeir-
radijs, kroten, boereköol. Van midden tot
rinde April voornamelijk knolraap, kroten,
boerekool, late bloemkool, spruitkool en
savoyekool De zaden, die in Maart behan
deld hadden moeten worden, doch die we-
gons de koude nu moeten worden uitgezet,
komen natuurlijk het eenst aan de beurt!
Keukenkruiden, als boonekruid, mariolein.
thijm, dille, enz., zaaien wij naar gelang wij
het noodig hebben, aan de hoeken of randen
van verschillende bedden, vooral op zonnige
plaatsen.
Verder wordt in April geplant: overwin
terde en in het voorjaar ontwikkelde knol
rapen, koolsoorten, kropsla, bieslook, terwijl
re aardappelen, die men van te voren
peedheeft laten uitloopen, thans worden
uitgelegd. De meatbeddeu moeten nu veel
don de luoht worden blootgesteld, om de
I jonge planten t>' harden. Onkruid zorgvul
dig verwijderen. Eventueel de jonge planten
uitdunnen, om al te groote weelderigheid
tegen te gaan. Verder maken wij een begin
met den aanleg van nieuwe aspergebedden
De voor bereidingen hiervoor worden hopen
lijk reeds in den winter getroffen, opdat wij
1 dadelijk met planten kunnlen beginnen. An
dere, reedg bijna volwassen bedden, wor
den nu nog eens extra verzorgd.
In den boomgaard beginnen de knoppen uit
te loopen. Daarmede is het doel bereikt van
de winterarbeid, n.l. het planten en snoeien,
j Eventueel,, wanneer dit hoog noodig mocht
zijn, kunnen vruchtboomen ook nog in April
worden geplant, doch voor de bees en oogst
U bet dm* al to laatWie gaat planten, als
de boom reeds duidelijk leven gaat vertoo-
nen, moet dubbel oppassenDe wortels moe
ten duchtig me#, water worden „ingeimod.
derd" en de plantoppervlakte na het aan
stampen met turfmolm of korte meet te be
leggen. De atammen beschermt men boven
dien goed. door ze met een brei van kiel en
kalk te bestrijken. Dan kunnen ze niet over
matig verdampen en op deze wijze de bruik
bare sappen verliezen. Bij de steenvrucht-
hoornen beginnen wij nu weer met het „prop
pen achter de schors", dat zoo eenvoudig
is en zoo doeltreffend. Van de in het voor
jaar veredelde boomen snijden wij van de
meeste edelloten het grootste gedeelte Weg.
bohalve. de sterksten en de be*t geplaatsten
De overigen hebben de taak, de sappen te
verdeelen en het dichtgroeien van de wonde
te bevorderen, vervuld. Groote wonde» bij
het proppen moeten wederom met boom was
bestreken worden. De winterbëscherining
voor druiven-, perzik- en abri kozen boom
pjes wordt nu gedeeltelijk verwijderd, doen
zij moeten overdag voor een te krachtige
zonnewerking behoed worden, evenals des
nachts voor eventueel nog optredende nacht,
vortjes. Bij perziken en abrikozen kunnen
wij reeds spoedig bloesems verwachten. Drei
gen er nachtvoTstjes in dezen tijd, dan Ver
hinderen wij het bevriezen van de bloesems
door liet aanbrengen van matten er orn heen.
Ook juttezokken of sterk papier is uditste.
kend. Wij kunnen liet bloeien ook door h*,t
beschaduwen der boomen vertragenIn bloei
staande vruchtboomen mogen nooit dorst
lijdenVooral wanneer zij tegen muren op
groeien vormt de watervoorziening een ge
wichtige factor Hier ontbreekt namelijk
meostal ten eenen male de naituurlijke voch
tigheidevoorziening.
De kippuu toonen nu, wat ze kunnen.
Tien dieren moeten iedere twe.ek 40 tot 50
eieren leveren, ia dit niet het geval, dan
zijn et luilakken onder, die geen reden van
bestaan hebben in een ordelijke klppenmaat-
twhappij. Zij behooren tot de smakelijke kip
penboutjes en de heerlijke kippensoep. Door
kunstmatig broeien en hier en daar ook door
natuurlijk broeden zijn er reeds vferschiilande
kuikens aanwezig. De broedende kloeken
moeten uiterst goed verzorgd worden, opdat
zij hun werk naar tevredenheid kunne» ver
richten. Het verdient overigens aanbeveling
tegelijkertijd meerdere kloeken, minstens
twee, tezamen te zetten, opdat men als er
onbevruchte eieren weggenomen moeten
worden de vrijgekomen broedMer op andere
eieren kan plaatsen en de anderen kan sa
menvoegen.
Kuikens moeten voorzichtig in de open
lucht worden gebracht; eerst op mooie da
gen enkele oogen blikken. Tegen wind eft
weer. tegen brandende zon en droge lucht
moeten de diertjes beschermd worden. Voor.
al een klewie grasvlakte is goed; n*en kan
ze in ieder geval een paar uitgestoken gras
zoden in hun ren geven. Kuikens, die geen
vrije uitloop hebben, moeten rijkelijk groen
voer hebben, i^, den vorm van gesneden
gras, paardebloemen, heggekruid en sterkers.
Daar het gewone voer ook meestal niet ge
noeg kalk en pJiosphorzuren bevat, gove
men ze ook fosforzure kalk of een mengsel
dat men aagemaakt kan ko
uit prima kuikenvoer met fosft
dit is in iedere pluimveewinkei te verkrij-
genNooit verzuime men kloek en kuikens
de gelegenheid te verschaffen om stofbacten
STADSNIEUWS.
te i
o!
Kalkoens cl ie kuikena liggen het liefst "i
oen verborgen nest Men moet hieruit nooit
eieren wegnemen, of in ieder geval er zorg
voor dragen, dat do dieren het wegnemen
niet zien want dan mijden zij van al mat
oogenblik angstvallig het nest. De kuikens
van ganzen krijgen fijngehakte harde eieren
en kleingekruimeid oud brtfed met gehakte
braiuinetelbladeren veraaengd. Ia het weer
erg warm, dan kunnen zij direct op de wei
de worden losgelaten. Tegen koude en vocht
moeten ze beschermd worden. Eenden begin-
enn nu ook te broeden, dooh zijn niet be-
trouwenewaardig hierin, zoodat men eenden
eieren over het algemeen door kippen laat
uitbroeden.
De geiten, die lammeren hebben gewor-
pen, moeten in den eersten tijd daarna zorg
vuldig verpleegd en verzorgd worden. De
jonge geitjes geve men in de allereerste
plaats een groote bewegingsvrijheid, hetzij
in de open lucht, hetzij binnenshuis, in de
geitenstallen
De konijnenfokker laat alle vruchtbare
dieren dekken. Na 6 tot 8 weken kan men
rekenen op jonge citeren Dan voorzichtig
paardebloemen en atnder groenvoer geven,
maar van te voren steeds nog hooi, om het
te overmatige eten te verhinderen. Bij de
overgang naar groenvoer i« bij konijntjes
toch steeds de grootste voorzichtigheid ge
boden. Door uiiierat kleine porties, die lang.
zamerhand grooter worden, moet men de
dieren aan ander voer wennen
Op het theaterbureau.
Ik geloof, dat u mij maar wat op den
mouw spelt, zegt de operettediva veront
waardigd en wordt zelf8 een cigarenmerk
naar mij genoemd.
Hm, meent de theateragent, ik hoop
dan maar dat ze beter trekt, dan u.
GOUDA, 18 April 1931.
Nieuwe boeken in de Openbare Leeszaal.
Onze Tuin.
Algemeen.
W. Abbing. Ontwerpen voor kleine tuinen.
J. G. Ballego. (Handleiding voor het bloemi
schikken en bloembinden.
Th. J. Dinn. De vHlatuin.
W. H. K. Djx. Balcon- en gevel versiering.
Onze mooiste kamerplanten en haar ver
zorging. V
G. D. Duursma. Wat moet ik dageiyks in
myn bloementuin doen?
A. J. Herwig. Bloemen en planten in buis.
M. Hesdörffer. Practisch handboek -.oor
tuinliefhebbers.
J. M. v. d. Houten. Kamerplanten.
C. Sipkes en J. P. Fokker. Welke planten
in den tuin Pj.m. 1000 planten en heesters.
H. Stienstra. Bloementeelt in kleine tui
en. Éénjarige sier- en snybloenien.
Vaste planten als sny bloemen voor perken,
boordbed, rots- en muurtuin.
H. H. Thomas. Kleine tuinen.
J. A. Zoutendyk. Het boordbed; zyn aan
leg, beplanting en onderhoud.
Verschillende bloemen en planten.
J. Bergmans. Rotsplanten in kleine tui
nen.
G. J. Boeschoten. Hoe kweek ik chrysan
ten?'
H. Carlee. Hoe kweek ik Lathyrus oilora-
tus of Sweet Peas
J. F. Ch. Dix, De dahlia. Djverje win
terharde bolgewassen (bygoed;. Gladto-
lus of zwaardelies. Hyacintnen voor ka
mer en tuin Irissen, voor kamer en tuin.
Klim- en hangplanten. Het kweeken
van anjers in tuin en kas. Narcissen
voor kamer en tuin. Tulpen voor kamer
en tuin.
W. H. K. Dix. Varens voor kamer, kas en
tuin.
G. D. Duursma. De behandolii.g onzer cac
tussen en andere succulenten vuu maand
tot maand. Onze cactussen; handboek
voor amateurkweekers. Onze vetplamen
voor kamer, kas en tuin.
H. Stienstra. Onze schoone heesters.
Het rozenboekje.
J. J. Verbeek Wolthuys. De cactussen.
De vetplanten.
Boomgaard en moestuin.
J. Z. ten Rodengate Marissen. Algemeene
plantenteelt. Byzondere plantenteelt.
L. J. de Hoog. Het kweeken van tomaten
in- kassen en op vollen grond.
L. C. Muyen. Hoe snoei ik myn vrucht
boomen?
H. Stienstra. De boomgaard. Fruit
teelt voor den amateur. Groenteteelt voor
kleine tuinen. Hoe teel ik met voordeel
aardbei en framboos. Hoe teel ik met
voordeel roode, witte, zwarte en kruisbes
sen? De particuliere tuinbouwer.
A. de Vink. Fraaie coniferen voor elkert/
tuin.
G. Noordanus. Het kweeken onder glas
en het bleeken van groenten dpor amateur
kweekers.
Kantongerecht Gouda.
Strafzitting 16 April 1931.
De Kantonrechter veroordeelde:
Wegens openbare dronkenschap: W. H.
te Gouda, J. S. te Gouda, W. H. te Moor
drecht en D. D. te Woerden, allen 5.
sufbs. 2 d. h.
Wegens rywiel zonder bel: C. J. de J.
3 subs. 1 w. tuchtschool; A. <H. te Gouda
1.subs. 1 w. tuchtschool; A. van W. te
BoBkoop 2 subs. 1 d.
Wegens schoolverzuim: G. R. te Waddinx-
veen 25 subs. 5 d. h.; W. A. van D. te
Capelle a. d. IJssel 3.subs. 1 d. h.; A.
M. de J., huivr. van J. D. te Gouda, schul
dig zonder toepassing van straf.
Wegens overtreding art. 68 Alg. Pol. Ver
ordening Gouda (te snel ryden): J. van T.
te Delft 10.— subs. 4 d. h.; C. W. S. te
Wassenaar 8.— subs. 2 d. h.;»K. S. te
Gouda idem; K. W. A. B. van G. te Zurich
8.— subs. 2d. h.; H. C. te Gbuda 4.—
subs. 2 d. h.
Wegens overtreding art. 59 M. R. Regl.
(zonder licht ryden): Q. de Wit te Boskoop
1 subs. 1 d.; P. H. B. te Gouda, H. V. te
Gouda en P. J. V. te Gouda, allen 2.
subs. 1 d. h.
Wegens overtreding van art. II M. en R.
Regl.: M. K. te Waddinxveen 5.subs.
d. h.
Wegens ryden zonder rybewys, art. 27 M.
en R. wet: A. M. J. V. te Schiebroek, J. P.
D. te R'dam, H. V. D. Z. te A'dam en J. van
H. te BoBkoop, ieder 5 subs. 2 d.
Wegens overtreding art. 87 Alg. Politie
Ver. Gouda: J. S. te Gouda 3 subs. 1 d. h.
Wegens overtreding art. 9 M. en R. be
schikking: J. A. N. te Gouda 2.subs,
d. h.
Wegens overtreding art. 4 Trekhonden-
wet: F. M. P. J. te Waddinxveen 1 subs.
1 d. h.
Wegens overtreding art. 113 Alg. Pol.
Ver. Gouda: F. C. V. te Kamerik 7.50
subs. 2 d. h.
De belangryke zaken zyn uitgesteld tot
de zitting van 29 April 1981.
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
Programma
VOETBAL.
a voor Zondag I9\4pril 1981.
K./N. V. B
oenschap van Nederlknd.
Velocltaer—F«ijeaioord. V
Kampiot
Groningen Velocitop.Feijenoord
Afcf I 1ste klasse.
Rotterdam ExcelsiorH.F.C.
Schiedam H.-D.V.SAjax.
Den Haag: V.U.C—'t Gooi
PromotiecompetRic 2e klasae.
Amsterdam D.W.9.—Weet.Frisia
3e klaase D.
Utrecht Voorwaarte—L.S.V.
Goüda Olympia—Vrieodens<iiaar.
Afd. II late klasse.
Haarlem: E.D.O.—R.C.H.
Den Haag H V V.—Blauw
MODEPRAATJE
LentekleedJng.
Tegeiyk met het uitbotten van boomen en
plinten die nu met een fijn groen waas
overtogen zyn, trekt ook de vrouw op zon-
nig-warme dagen het lentekleed aan. De
mode, die eerst met horten en stooten hare
nouveauté'e de wereld instuurde, legt ons
nu hare volledige collecties voor, die de
lentekleeding in heel haar omvang, in al
hare détails omvatten.
Het is wel een fleurig beeld, dat ze dit
seizoen biedt. Frissehe, levendige kleurtjes
worden gedragen en vroolyke aardige stof
jes, vele in fantasietrant, met stippels (de
z.g.n. pieds de poule), met rechte (écos-
sois) en schuine ruiten, met kleurige stre
pen en levendige fantasiepatroontjes.
Omdat men nu Bchynbaar denkt aan hel
dere, zonryke dagen, brengt men ook hel
dere en sprekende kleuren, vooral van geel
tot bruin, van licht- tot donkerblauw, van
sprekend- tot donkergroen, die alle in de
mode zyn en waaraan nog het turquoise als
garneering voor zwart en grys wordt toe
gevoegd.
Ze zyn nu gereed, de aardige petites
robes, die voor de morgentyd bestemd, een
gimpelen eenvoud van makely aan een on-
berispelyk snit paren. Zy dragen veel stik
sels, soms effen, soms in kleuren en een
voudige découpe's en worden dikwyls bege
leid van een lossen tweed- of fantasie-stof
mantel, die open staat en hun den doorkyk
dus vry geeft.
Voor den namiddag zyn de découpe's ge
compliceerder en wordt het spel der opge
stikte découpe-figuren waarlyk too verach
tig- Ook de fyne plooigroepjes, de uittan-
dingen en de schulpen behooren weer tot
de geliefde „vaste" versieringen.
Legio is het aantal der losse garneerin
gen, der kraagjes en jabotjes, der Berthes
en écharpes, die soms uit twee kleuren be
staan. Men ziet inplaats van een kraagje
ook weer smal-geplooide ruches als hals
afwerking en men' ziet ook een hals-afwer
king, die aan één kant écharpe is en aan
den anderen een kraagje formeert.
Breede uitgeschulpte empiècements, die
over den bovenarm doorloopen, roepen her
inneringen aan een vroegere mode wakker
eft volants die bij den hals in fyne plooitjes
gestikt zyn en verderop hreed-uit waaieren,
zyn ook (niet voor de eerste maal) in de
mode.
De korte tailleurmantel is weer in eere
hersteld en wordt gebracht by de strenge
complets, die van gladde Engelschj tail-
leurstoffen gemaakt zyn. Ook de halflange,
los- gecoupeerde mantel is er weer, tot vor
ming van het „ensemble" met het van
breede plooigroepen voorziene gekleede
namiddagtoilet. Zou men het gelooven Men
draagt zelfs een namiddag-ensemble van
kantstof, een snoezig-eenvoudige kanten
robe met korte mouwtjes, waarover een
soort jaquet van kant, waarvan het man
teltje een dubbelen rand heeft.
Iets nieuws is ook de effen mantel op
een gewerkt toiletje ,hetzy van fijne vaste
stof of van zyde en nieuw zyn vooral de
overjasjes met halve mouwen, waaronder
de japonmouw als een hooge manchet te
voorschyn komt. Prachtig is een dergelyk
pakje, als het met hand-A-jours bewerkt iB,
zooals wy zagen van een rood, wit-gestip-
peld ensemble van Premet, dat over de leng
te en breedte met deze hand-è-jours door
sneden was.
Ook een création van Martial Armand
met een wit-gespikkeld korenblauw over
kleed op effen geplisseerd rokdeel, vormde
een schitterend lente-ensemble, met den ef
fen korenblauwen mantel in Russische
blousemodel en met een dubbel kraagje
(een lang en een kort naast elkaar) van
hermelyn afgezet.
Bont op de voorjaarsmantels is thans
weer plotseling het nieuwste en nu dit
nieuwtje er eenmaal is, wordt het met zoo
veel overdryving toegepast, dat we met
die groote, hooge bontkragen eer den win
ter, dan de lente meenen tegemoet te gaan.
GRACE ALLAN.
2e klasse B.
Rotterdam. D.C.L.-S.V.W
RotterdamC.V.V.-O.D.S.
RotterdamR.F.C.—Overmaas.
3e klasae A.
n: U.V.8.—Schoten,
n: Lugdunum—HiUinen
Alphen. Alphen—T.H.B.
3e klasse B.
Gomchem: D.O.S.B.-'t Noorden
Rotterdam Transvalia—CoaJ.
Schiedam: D.H.S.—G.8.V.
3e klasae D.
Rotterdam, de Musschen-O N-A.
4« klaase A.
Leiden R.C.L.-0.O.A.
Waddinxveen: W'veen—Axgi
Den Haag: Postduiven—
4e klasse fü.
Rotterdam; D.J.8.—FJttkl.
Rotterdam: E.D.8— U.D.I.
^-Gravendeel '«-Gravendeel—Lekkerkwi.
Rotterdam: 8.I.O.D.-O.S.S.
Schiedam: 8.M.V.—Crooewijk.
Reserve le klasse
Gouda; Gouda 2—V.O.O. 2.
Rotterdam: Deijeooord 3—Uiuta* 2
n Ree. 2e klasse B.
Den Haag; H.V.V. 2-D.F.L'. 2.
Rotterdam. St. Hooger 2—Neptunua 2.
Ree. 3e klasse C.
Schiedam H.-D.V.8. 3—Bodegraven 2.
Gouda. O.N.A. 2—G.8.V. 2.
«otterdamOvermaas 2-D.F-C. 3.
Rotterdam: VO.C. 3-OD.& 2.
Afd. III late klai
Awoüc: P.E.C.—Rob. et Vel.
Arnhem Viteeee-Tubentia.
1 »v Afd- IV kl*
Llburg: Willem II—B.V.V
Bo.ch WUhrimina-NA.C.
Afdt V lste klaase.
Leeuwarden: Leeuwarden—Be Quóok.
Loeuwardieu: Friaia—Aioidee.
G. V. B.
le klasee A.
Haastrecht 1—Bosk Boys 1.
le klasse B.
Moordrecht 3—Gouda 4.
Bahoomhovien 2—Gouderak 1
Olynipia 3—Dilettant 1, 11 qur.
2e klasBe A.
Haastrecht 2—Bosk. Boys 2, 12 uur.
Olympia 4—Woerden 2, 4 uur.
2e klasse B.
Gouderak 2—Lekkerkerk 2-
G.8.V. 4—Nieuwerkerk 1.4
O.N.A. 4 -JWacklinxveeo 3, 12 uur.
Zwei-vers 2—Dilettant 2.
3e klasse A.
Nieuwerkerk 3—Schoonhoven 3.
Moordrecht 3—Woerde n3, 12 uur.
3e klasse B.
Schoonhoven 4—Gouda 5, 12 uur.
Zwerver8 3—Moercapelie 2. 12 uur.
O.N.A. 6—Olynipia 5, 11 uur.
Groene weg 2—Nieuwerkerk 2.
NIEUWE UITGAVEN.
Voorjaarsgidsjes van den A. N. W. B.
door de Bollen- en Vruchtboomstreken.
De A. N. W. B. Toeristenbond voor Ne
derland heeft een paar nieuwe gidsjes sa
mengesteld, met beschrijving van tochten
voor wandelaars, fietsers, motorwielryders
en automobilisten door streken van ons
land, die in het voorjaar, tydens den bloei
van de bollenvelden of van de vruchtboo
men, byzondere aantrekkelykheid hebben.
Deze gidsjes zyn thans gereed gekomen,
zoodat de toeristen er nog dit voorjaar ge
bruik van kunnen maken.
Het eene gidsje: „Per rijwiel, te voet, per
auto of motor naar de Bloembollenvelden",
bevat een beschrijving van 25 verschillende
wandelingen ten Zuiden en 8 ten Noorden
van Haarlem, met verscheidene kaartjes,
Waarop die wandelingen zyn aangegeven.
Bovendien geeft dit boekje zeven verschil
lende rywielroutes, met Amsterdam en Den
Haag als uitgangspunt. De tochten, aan
geduid op een overzichtskaartje, zijn zóó
samengesteld, dat verscheidene ervan ge
combineerd kunnen worden, zoodat ieder
aan de hand van de Bondsatlasbladen, of
van de Bondsautokaart zyn tochten desge-
wenscht kan uitbreiden.
Een uitvoeriger beschrijving van de be
zienswaardigheden vaii Haarlem en van ver
schillende wandel- en fietstochten met deze
atad als beginpunt, vindt men vermeld in
de eveneens door den A. N. W. B. uitgege
ven boekjes: Haarlem (Wandelingen) en
Haarlem (Rywieltochten).
Het tweede nieuw uitgegeven gidsje:
„Per rywiel, te voet, per auto of motor naar
de bloeiende boomgaarden", bevat de be
schrijving van een aantal tochten door die
streken van ons land, welke in aanmerking
komen voor een bezoek gedurende den bloei
der vruchtbooven. Door de Betuwe (met
overzichtskaartje van het gebied tusschen
Gorinchem, Nymegen, Axqhem en Vianen)
zijn 20 ryiwel- en autotochten aangegeven,
met Tiel als centrum, en 7 wandelingen; in
Zuid-Limburg 4 auto- en rywielroutes en
wandelingen en voorts tochten door Zuid-
Beveland, naar de Beemster (van Amster
dam uit), naar de Bangert by Hoorn en
naar de Langeraksche polderlanden, met
Gouda als punt van uitgang.
Toeristen van allerlei gading zullen van
deze gidsjes veel gemak en voorlichting gun
nen hebben, als het voorjaar ons nu maar
wat mooie dagen schenken wil.
OAK RUBRIEK
Onder radactie van de Damclub „Gouda
Secretaris de la Refjlaan 14, lokaal dar club
Markt 49.
Probleem No. 783.
Zwart schyven op: 3/5, 7/9, 12, 13, 15,
16, 18, 21, 22, 27, 36.
Wit schyven op: 24, 25, 30/32, 34, 37, 38,
40, 43, 44, 46/49, 50.
Probleem No. 734.
Zwart schyven op: 7, 8, 15, 17, 19, 23
26, 29, 30, 36.
Wit schijven op: 20, 28, 32, 38/42, 47, 48.
Oplossing van Probleem No. 781.
Wit speelt: 2&—18, 4540, 26—21
37-52, 27—21, 22:31, 28:17. 38—28,
29:40, 24:28.
Oplossing van Probleem No. 732.
Wit speelt: 48—48, 37—82, 43—38,
47—42, 38—32, 49—43, 44 :-2.
jyaf
Een schaterlach gaat er op, als Uw kin
deren zich vermaken met de koddige
Pinguïns door de Ufa gefilmd en
gereproduceerd op Pleines' Dieren-
plaatjes. Bij elk pakje Zeeppoeder,
in elke doos Dtlifzeep, in iedere
Bus Schuurpoedér gratis zulk een
plaatje. Het album zelf gratis op 75
geldige Duifmerken of tegen betaling
van 1.50 Afd. Albums.
I )eDuif kroontU w waschdag met allerlei nuttigeen fraaie
Geschenken in kristalenfayence,in nikkelenenkoperen
v.i voorwerpen, in porcelein en aardewerk, in keukengerei
jü en matwerk. U heeft slechts de Duifmerken te sparen.
Bovendien verlengt Duif-Zeeppoeder en Duifzeep den
gebruiksduur van Uw linnengoed. Vertrouw Uw wasch
aan dit van ouds bekende, eerste klasse fabrikaat toe.
Dan is heel de inventaris van Uw linnenkast verzekerd
tegen schade.
N. V. Kon. Zeepfabrieken De Duif,v.h. CHR. PLEINES
Afd. Cadeaux Den Dolder (U.)
Mi
LANGE TIENDEWEG 24 GOUDA
TELEFOON No. 2115
VRAAGT INLICHTINGEN EN DEMONSTRATIE
Van da reeds SO laren beetaande
zaak van dan Haar -
MARKT 1» - GOUDA
ALLE GOEDEREN ZULLEN TEGEN SPOT
PRIJZEN WORDEN UITVERKOCHT, zooals
VITRAGES - FLANELLEN,
MOLTON - WIT KATOEN,
enz. alsmede
HEMDEN - BROEKEN - NACHTJAPONNEN,
DIRECTOIRS - LAKENS - SLOOPEN etc. etc.
DE UITVERKOOP DUURT SLECHTS KORTER TUD 1
ALLE GOEDEREN VER BENEDEN INK00PSWAARDE
HAAST U, HET HUIS IS VERKOCHT. WIJ M0ETEH ER UIT.
Haaet U H—U
HEBT U AL KENNIS
GEMAAKT met ONZE PRIMA
VOORDEELIG, STERK EN
MET LANGE BEENEN.
Markt 18-19
lessen aangeboden, op zeer billijke voor
waarden, voor leerlingen H. B. S. en
Gymnasium, voor candidaten BOUWKUN
DIG OPZICHTER, enz. door
751 10 B. MARTENSS1NGEL 12.
GRAFZERKEN RRAFKRUIZEH
Beleefd Aenbeeelend.
Pa. J. M. v. Buuren
Staanhouwarlj V(varatiaat 12, Raada
SchooTitaanmafltata Omamantan
Heden noteeren wü voor ons bekend
niet te verwarren met nuchter of
mindere soorten:
p. pond
Lappen H?
Gehakt en Poulet j-f'
Rollade en Nierstuk }-4«
Fricandeau L®"
Kalfskarbonaat 1-zu
Biefstuk, Oesters en Blinde
Vinken LM
Tong, Lever en Zwezerik
prijs naar grootte
Hoogachtend,
LANGE TIENDEWEG 49,
Telef. 2094, Privé 2095.