glimlach op wascwdag OP 0UIEMERKEN! £EN K£Uft VAN GESCHENKEN lijden Mtrkis Koopt bij onze Adverteerders. JWWV nVmmm 'ara mm m ra m"m m >|4p# De nieuwe Protosstofzuiger f 165.-- OPHEFFINGS UITVERKOOP KALFSVLEESCH K»js ZEEPPOEDER IVETL00GMEEL DUIFZEEP J. VAN DANTZIG PIRIN de wereld X „Carl Hkgenbeck's Dierenvangd Electro-Technisch-Bureau J. F. W. TURION ,40 Werkt geruischloos en ;is storingvrij voor Radio. c A. B. Bantzinger WISKUNDE P. S. DAUVILLIER. Blank Vet Teekens, Modelslagerij, en meelt verschillende vormen. De popu laire meening ia, dat men juist troebel en vuil water moet nemen en zeker vindt men dan een ongelooflik groot aantal diertjes, Betooverende schoonheid. In een druppel water ziet men soms wie gende stelen met teere bloesems van zeld zame schoonheid, of boomen, meer of min der vertakt en bedekt met een overvloed van knoppen en bloemen, die zich voortdurend openen en sluiten en onvermoeid voedsel naar zich toehalen met ontelbare trilhaar- tjes. Wü kunnen door de doorzichtige lijfjes heen zien, hoe het voedsel wordt verteerd; overal zwemmen diertjes rond van de meest verschillende vormen, groen, blauw, zwart en bruin gekleurd, pantoffeldiertjes en an dere met een langen zwanenhals, kleurlooze schijven met lange, naar alle zijden uit staande sprieten en vormen met gespleten staarten en wielvormige organen aan den kop. En dat alles is voortdurend in bewe ging, rekt zich uit, draait en keert en rooit voort met verrassende snelheid. Daar zweeft een klompje slijm, kleurloos, byna doorzich tig, bezet met een groot aantal fijne kor reltjes. Het heeft geen huidje, geen vasten vorm en zelfs met den sterksten micros coop zouden wij er geen organen aan kun nen ontdekken. Toch is dat slijmklompje een levend wezen, een monere, de eenvou digste diervorm. De benjamin van het water. Deze monere zullen wQ speciaal in het oog houden. Na eenigen tyd zien wij op willekeurige plaatsen uit het weeke lichaam pje vingervormige uitsteeksels ontstaan, de z.g. schijnvoetjes, die ook weer ingetrokken kunnen worden. Het zijn geen pootjes, maar uitvloeisels van het taai-vloeibare lichaam pje zelf. Het diertje kan zich dus bewegen en niet alleen onwillekeurig, maar ook wille keurig. Die schijnvoetjes komen o.a. ook voor by de amoeben, die eveneens uit een klompje protoplasma bestaan en zich door eenvoudige deeling voortplanten. En als yvy goed kijken, kunnen wy het ook zien, dat het protoplasma niet overal even dicht is, maar dat zich binnenin een eenigszins bol vormige celkern bevindt. Wy weten nog niet precaeS, waarvoor die celkern dient, maar hy schynt een gewichtige rol te vervullen in het leven van deze diertjes. Onze amoebe begint zich te bewegen. Hij zendt een schynvoetje uit, dat steeds langer wordt, terwyl de rest van het lichaampje zidh verkleint. Tenslotte vloeit de geheele massa van het lichaampje in het schyn voetje uit: Zoo beweegt het zich langzaam vooruit. Onderweg ontmoet het een andere amoebe. Het begint er zich omheen te be wegen, eerst In groote bogen en dan komt het er steeds dichter omheen. Op het laatst beweegt het zich haast niet meer, maar het maakt zich heel lang en smal en legt zich tenslotte als een band om het andere diertje heen. De lichaamsmassa van de beide dier tjes vloeit in elkaar over; de twee amoeben zyn tot één diertje geworden, dat zyn weg verder vervolgt alsof er niets gebeurd is. Maar lang zal het niet meer van zyn leven genieten. Daar nadert een breede schyf met beweeglyke, dolkvormige stekels bezet. Al spoedig heeft hy reikt, die als macht aangetrokken Un den wydgeopenden muil van het monster\verdwynt. Dat is ook nog een van de door leeuwenhoek ontdekte infusoriën of afgietseldiertjes, al is het veel hooger ontwikkeld dan de moneren amoe ben. Het lichaam bestaat eveneens uit taai vloeibaar pratoplasma, doch dit is in een iets vaster huidje gevat. Het diertje heeft dus een vasten vorm, hoewel het huidje heel teer en doorzichtig is. De stekels kun nen willekeurig worden bewogen en dienen voor het bemachtigen van voedsel en voor de voortbeweging. De voortplanting. Deze primitieve diertjes planten zich in de eerste plaats voort door deeling. Maar daarnaast vindt men ook de voortplanting door knopvorming, die eigenlyk pas by wat hooger georganiseerde diertjes algemeen voorkomt. Er ontstaat dan op een wille keurige plek van het lichaam een uitwas, die steeds grooter wordt. Wanneer hy groot genoeg ls, ontstaan er een mondopening, trilhaartjes, enz. aan en in het knopje vormt zich een kern, het kleine diertje kan zelf standig leven en snoert zich af. In som mige gevallen blyft het echter vastzitten en ontstaan koloniën, zooals by de sponzen. Maar dat zyn niet altyd koloniën ter grootte van een badspons. Zelfs in onzen waterdruppel vinden wy wel zoo'n kolonie, als wy een beetje geluk hebben. De klok- diertjeB b.v. zyn de mooist gevormde infu soriën, die men zich denken kan en toch zyn ze microscopisch klein. Het lyken wel sier- lyke boompjes, die gewoonlyk sterk vertakt zyn en overal bedekt worden door teere knoppen en bloesems. Die bloesems zyn na- tuurlyk de afzonderlyke diertjes. In geslo ten toestand zyn zy bolvormig, doch zy openen en sluiten zich geregeld en wanneer zy geopend zyn, zien zy eruit al3 een sier- lyk klokje, rondom bezet met voortdurend bewegende trilhaartjes. Vroeger dacht men, dat deze „bloemkelk jes" van binnen hol waren. Dat is niet juist. In het kelkje of klokje bevindt zich het» pro toplasma, m. a. w. het eigenlyke diertje. En naast de klokdiertjes treffen wy nog vele soorten aan, die er oppervlakkig gezien wel wat op lyken, maar niet zoo'n duidelyk zichtbare mondopening hebben. En als wy ze nauwkeurig bekyken, zoeken wy de mondopening tevergeefs. Daarentegen is hun geheele lyf je bedekt met fyne buigzame aanhangsels, die eindigen in een klein knop je. De aanhangsels blyken holle buizen te zyn erfde knopjes zuignapjes. Het mond- looze lier, de acinete, zuigt door die buis jes zyn vöfedsel op. De hooidiertje». Verder zien wjj nog een hooidiertje, dat gemakkelijk te herkennen is aan zyn mier- vormig lichaampje met een bosje korte trilhaartjes om de diepliggende mondope ning. Het is zoo onvoorzichtig, in de buurt van een van de zuignapjes der acinette te komen. Het wordt dadeiyk vastgegrepen en zyn pogingen, om weer los te komen, houden spoedig op: de acinete heeft hem gedood. Nu bemerkt men, dat enkele van de zuigbuisjes zich verwyden; dat komt, doordat de lichaamsinhoud van het doode diertje erdoor wordt opgezogen om in de lichaamsholte van de acinete terecht te ko men. Spoedig is er van het hooidiertje al leen nog maar een leeg velletje over, dat van de zuignapjes afvalt. En daar is een raderdiertje. Tot nu toe heeft het langzaam rondgekropen over de glasplaat, waar onze waterdruppel op ligt. Nu trpkt het plotseling onze aandacht en begrtfpen wfl ook, dat het den naam „rader diertje" heeft gekregen. Voor op zyn kop ontwikkelt zich een groot radervormig or gaan, dat voortdurend schynt rond te draaien. Alle kleine plantjes en diertjes, die in de buurt van dit raderdiertje komen, worden als door een magneet aangetrokken en verdwynen in zyn opengesperden muil. Het mooiste is, dat dit raderdiertje niet zal sterven, wanneer wy den waterdruppel la ten opdrogen. Men zegt zelfs, dat het na weken en soms na maanden weer opleeft, wanneer men het opnieuw met water in aan raking brengt. Er zyn trouwens verschei- denen andere dnfusoriën, die ondanks hun veel teerdere lichaampjes de droogte kun nen weerstaan, al is het dan ook niot voor zoo langen tijd. Prof. E. VREDENDAAL. (Nadruk verboden.) PIERRE CURIE, 19 APRIL 1906 DE ONTDEKKER VAN HET RADIUM. Bracht een omwenteling in de natuur- w etenschappi-n ten eeg. Het zal 19 April a.s. 25 jaar geleden zyn, dat de beroemde Pierre Curie overleden is. Om zyn verdiensten te beschryven, moeten wy teruggaan naar het begin dezer eeuw. Toen had Bectjuerel, professor in de natuur kunde te Parys, juist een merkwaardige ontdekking gedaan. Hy had bevonden, dat verschillende mineralen, vooral uraanertsen, eigenschappen vertoonden, die deden den ken aan de toen pas kort bekende Rönt genstralen. In het donker werkten zy in op een fotografische plaat en zy maakten de lucht geleidend voor electriciteit. In zyn instituut werkte ook de jonge laborante Maria Skledowska, een Poolsche, die al spoedig zelfstandig in de sporen van haar leermeester trad. By haar wetenschappelyke werk raakte zy in kennis met den jongen natuurkundige Pierre Curie, met wien zy spoedig daarna in het huwelyk trad. Het gezamenlyk werk der beide ecjrtgenooten heeft geleid tot een van de merkaardigste en belangrykste ontdekkingen wan onzen tyd, die op het gebied der natuurweten schappen zoo menig succes heeft kunnen boeken. In de toekomst zal misschien pas ten volle worden beseft, van welk een over wegend belang deze ontdekking was. Merkwaardig ertsen. De beide goed onderlegde scheikundigen onderzochten de raadselachtige ertsen. Zy losten ze in zuren op, lieten neerslagen ont staan, filtreerden, losten ze weer op, heten opnieuw neerslagen ontstaan, kortom, zy deden alles wat de chemicus gewend is te doen, wanneer hy verschillende stoffen van elkaar wil scheiden. Zy begonnen met een groote hoeveelheid materiaal, die zy verder wilden onderzoeken om de oorzaak der merkwaardige verschynselen te vinden. Zy werkten zooals een ontdekkingsreiziger te die een machtige rivier 'in het eds verder volgt, totdat hy eindelyk by de bron van een klein beekje staat. Voor de Curie's dienden de raadselachtige uitwerkingen der onderzoch te stoffen als wegwyzer; zy maakten in dit opzicht voornamelyk gebruik van het ge leidend worden der lucht. Daardoor kwamen zy te weten, welk bestanddeel verder moest worden onderzocht. Geen reagens bleef on beproefd en toen langs chemischen weg geen verdere scheiding tot stand kon worden ge bracht, riepen zy de natuurkunde te hulp. Door kristallisatie gelukte de laatste schei ding en als bron van al die merkwaardige verschynselen vonden zy het nieuwe ele ment radium, dat eenige overeenkomst ver toonde met barium, doch slechts in uiterst kleine hoeveelheden voorkwam. De radium-stralen. Pierre Curie werd benoemd tot professor aan de Parysche universiteit en lid van de beroemde Fransohe Académie des Sciences. Hy werkte met zyn vrouw yverig verder. Zy slaagden erin, aan te toonen, dat het radium drie soorten van stralen uitzendt, die volkomen van elkaar verschillen. Zy noemden ze naar de eerste letters van het Grieksche alfabet: alfa-, beta- en stralen. De laatste bleken dezelfde' werk gaat, c als de reeds bekende Röntgenstralen en de andere kwamen eenerzyds overeen met ue kathodestralen en anderzyds met de z.g. kanaalstralen. De door de Curie's ontwor pen teekening, die de drie soorten van stra len vertoont, gescheiden door een sterk magnetisch veld, circuleert als een symbool van het radium door de geheele wereld. Plotseling stond het radium in het middel punt der belangstelling; het geheele na tuurwetenschappelijk onderzoek richtte er zich op. Alle natuuronderzoekers hielden er zich mee bezig; er werden instituten opge richt, die zich met niets anders bezighiel den. Een geheele generatie van geleerden wydde zyn levenswerk aan het radium, want het bleek meer en meer, dat deze ont dekking om zoo te zeggen den kern der na tuurwetenschappen had blootgelegd. Het bleek, dat de atomen, de kleinste be standdeel en, waaruit de materie is opge bouwd, geen ondeelbare en onveranderlyke eenheden zyn, zooals hun naam eigenlyk aanduidt. Wy moeten het wezen van alle stof eerst zoeken in grotonen en electronen, die de atomen opbouwen. En het is het uit eenvallen der atomen in di? bestanddeeleu, waardoor de „radioactieve" verschynselen ontstaan. Dodfr het radium kreeg de weten schap dus den sleutel in handen van steeds meer geheimen der natuur. En daar heeft zy een dankbaar gebruik van gemaakt. Er ontstonden geheel andere opvattingen, ge heel nieuwe gedachtenwerelden. Waar de oude natuurwetenschap had moeten ophou den, begon de nieuwe pas. Zy was niet te vreden met het algpmeene begrip van de samengesteldheid van het atoom, zy hield zich bezig met den bouw van het atoom, die tegenwoordig even reëel wordt onderzocht als wanneer wy het atoom met onze oogen konden zien, hoewel het toch niet grooter is dan een tienmill^enste millimeter! Het komt wel meer voor, dat wy pas door de uitzonderingen den regel ontdekken, doch dat is zelden zoo schoon en volkomen het geval geweest als hier: de atomen zyn wel over het algemeen een aaneengesloten ge heel anders kon de wereld niet bestaan maar toch zyn er op dien regel enkele, zeer zeldzame uitzonderingsgevallen, waar in zy* om ons onverklaarbare redenen met groote hevigheid ontploffen, zoodat wy ook in staat zyn, hun wezen te leeren kennen in de gevallen, dat zy rustig blyven voort bestaan. Op 19 April 1906 werd Pierre Curie het slachtoffer van een verkeersongeval. Na zyn dood heeft Mevrouw Curie alleen ver der gewerkt. Zy is de eenige natuurkundige, die twee Nobelpryzen zyn toegekend, n.l. één voor natuurkunde, omdat zy het radium heeft ontdekt en zyn natuurkundige eigen schappen heeft onderzocht en één voor scheikunde, omdat zdit zeldzame element in zuiveren vorm heeft weten af te schei den. Toen zy den prjjs in ontvangst nam, heeft zy met groote dankbaarheid haar overleden echtgenoot, vriend en medewer ker herdacht. (Nadruk opgestaan slecht geslapen, fe laaf aan den trein. Dat haat U kunnen voorkomen, door gisteravond voor het naar bed qaan, tegen Uw verkoudheid Aspirin-Tabfetten te nemen. U moet toch in elk geval ook een buisje Aspirin mee op reis nemen. Lrt op d«n oranjeband. Prijs 75 ets. Met het Aprilzonnetj«~ In tuin en stal. Reeds sedert eenige dagen kunnen wij zeg gen. «lat de lange winter eindelijk om is. Als wij de groententuan nog niet bewerkt hebben, daq moeiten wij ons in de April maand haasten er mede klaar te komen, wil len wij niet een naijver in ons voelen op komen, bij het zien van de opschietende plantjes in den tuin van onzen buurman Tegen het einde van April moet de moestuin afgewerkt zijn. Slechts met het zaaien of uitplanten van enkele bijzonder gevoelige soorten, ais boonen, komkommers, augurken en pompoenen, iwaehten wij tot madden Mei. Als de zaadboonen, in een goedgewarmdem Wem kortten, dan groeien zij veel levendi ger. dan vroeg gezaaide, terwijl zij even- vroeg dragen Om vroege komkommers, pontpoenen en meloenen te kunnen oogsten, moet men deze onder glas of in potten zaaien, om ze tegen het midden van Mei, indien er geen gevaar meer bestaat voor nachtvorsten, uit t« zaai- verras.' en in een goed voorbereid bed. er ons nu geen onaangename verrassir gen brengt, kunnen wij an dieze maand bijna alle groenten en keukenkrui den ,op het land uitzetten. Zoo kunnen wij beginnen in de eerste dagen van April met de koolrapen (late soort) en witte, en roode koolsoorten (eveneens late soort), terwij! midden April de juiste tijd is voor zomeir- radijs, kroten, boereköol. Van midden tot rinde April voornamelijk knolraap, kroten, boerekool, late bloemkool, spruitkool en savoyekool De zaden, die in Maart behan deld hadden moeten worden, doch die we- gons de koude nu moeten worden uitgezet, komen natuurlijk het eenst aan de beurt! Keukenkruiden, als boonekruid, mariolein. thijm, dille, enz., zaaien wij naar gelang wij het noodig hebben, aan de hoeken of randen van verschillende bedden, vooral op zonnige plaatsen. Verder wordt in April geplant: overwin terde en in het voorjaar ontwikkelde knol rapen, koolsoorten, kropsla, bieslook, terwijl re aardappelen, die men van te voren peedheeft laten uitloopen, thans worden uitgelegd. De meatbeddeu moeten nu veel don de luoht worden blootgesteld, om de I jonge planten t>' harden. Onkruid zorgvul dig verwijderen. Eventueel de jonge planten uitdunnen, om al te groote weelderigheid tegen te gaan. Verder maken wij een begin met den aanleg van nieuwe aspergebedden De voor bereidingen hiervoor worden hopen lijk reeds in den winter getroffen, opdat wij 1 dadelijk met planten kunnlen beginnen. An dere, reedg bijna volwassen bedden, wor den nu nog eens extra verzorgd. In den boomgaard beginnen de knoppen uit te loopen. Daarmede is het doel bereikt van de winterarbeid, n.l. het planten en snoeien, j Eventueel,, wanneer dit hoog noodig mocht zijn, kunnen vruchtboomen ook nog in April worden geplant, doch voor de bees en oogst U bet dm* al to laatWie gaat planten, als de boom reeds duidelijk leven gaat vertoo- nen, moet dubbel oppassenDe wortels moe ten duchtig me#, water worden „ingeimod. derd" en de plantoppervlakte na het aan stampen met turfmolm of korte meet te be leggen. De atammen beschermt men boven dien goed. door ze met een brei van kiel en kalk te bestrijken. Dan kunnen ze niet over matig verdampen en op deze wijze de bruik bare sappen verliezen. Bij de steenvrucht- hoornen beginnen wij nu weer met het „prop pen achter de schors", dat zoo eenvoudig is en zoo doeltreffend. Van de in het voor jaar veredelde boomen snijden wij van de meeste edelloten het grootste gedeelte Weg. bohalve. de sterksten en de be*t geplaatsten De overigen hebben de taak, de sappen te verdeelen en het dichtgroeien van de wonde te bevorderen, vervuld. Groote wonde» bij het proppen moeten wederom met boom was bestreken worden. De winterbëscherining voor druiven-, perzik- en abri kozen boom pjes wordt nu gedeeltelijk verwijderd, doen zij moeten overdag voor een te krachtige zonnewerking behoed worden, evenals des nachts voor eventueel nog optredende nacht, vortjes. Bij perziken en abrikozen kunnen wij reeds spoedig bloesems verwachten. Drei gen er nachtvoTstjes in dezen tijd, dan Ver hinderen wij het bevriezen van de bloesems door liet aanbrengen van matten er orn heen. Ook juttezokken of sterk papier is uditste. kend. Wij kunnen liet bloeien ook door h*,t beschaduwen der boomen vertragenIn bloei staande vruchtboomen mogen nooit dorst lijdenVooral wanneer zij tegen muren op groeien vormt de watervoorziening een ge wichtige factor Hier ontbreekt namelijk meostal ten eenen male de naituurlijke voch tigheidevoorziening. De kippuu toonen nu, wat ze kunnen. Tien dieren moeten iedere twe.ek 40 tot 50 eieren leveren, ia dit niet het geval, dan zijn et luilakken onder, die geen reden van bestaan hebben in een ordelijke klppenmaat- twhappij. Zij behooren tot de smakelijke kip penboutjes en de heerlijke kippensoep. Door kunstmatig broeien en hier en daar ook door natuurlijk broeden zijn er reeds vferschiilande kuikens aanwezig. De broedende kloeken moeten uiterst goed verzorgd worden, opdat zij hun werk naar tevredenheid kunne» ver richten. Het verdient overigens aanbeveling tegelijkertijd meerdere kloeken, minstens twee, tezamen te zetten, opdat men als er onbevruchte eieren weggenomen moeten worden de vrijgekomen broedMer op andere eieren kan plaatsen en de anderen kan sa menvoegen. Kuikens moeten voorzichtig in de open lucht worden gebracht; eerst op mooie da gen enkele oogen blikken. Tegen wind eft weer. tegen brandende zon en droge lucht moeten de diertjes beschermd worden. Voor. al een klewie grasvlakte is goed; n*en kan ze in ieder geval een paar uitgestoken gras zoden in hun ren geven. Kuikens, die geen vrije uitloop hebben, moeten rijkelijk groen voer hebben, i^, den vorm van gesneden gras, paardebloemen, heggekruid en sterkers. Daar het gewone voer ook meestal niet ge noeg kalk en pJiosphorzuren bevat, gove men ze ook fosforzure kalk of een mengsel dat men aagemaakt kan ko uit prima kuikenvoer met fosft dit is in iedere pluimveewinkei te verkrij- genNooit verzuime men kloek en kuikens de gelegenheid te verschaffen om stofbacten STADSNIEUWS. te i o! Kalkoens cl ie kuikena liggen het liefst "i oen verborgen nest Men moet hieruit nooit eieren wegnemen, of in ieder geval er zorg voor dragen, dat do dieren het wegnemen niet zien want dan mijden zij van al mat oogenblik angstvallig het nest. De kuikens van ganzen krijgen fijngehakte harde eieren en kleingekruimeid oud brtfed met gehakte braiuinetelbladeren veraaengd. Ia het weer erg warm, dan kunnen zij direct op de wei de worden losgelaten. Tegen koude en vocht moeten ze beschermd worden. Eenden begin- enn nu ook te broeden, dooh zijn niet be- trouwenewaardig hierin, zoodat men eenden eieren over het algemeen door kippen laat uitbroeden. De geiten, die lammeren hebben gewor- pen, moeten in den eersten tijd daarna zorg vuldig verpleegd en verzorgd worden. De jonge geitjes geve men in de allereerste plaats een groote bewegingsvrijheid, hetzij in de open lucht, hetzij binnenshuis, in de geitenstallen De konijnenfokker laat alle vruchtbare dieren dekken. Na 6 tot 8 weken kan men rekenen op jonge citeren Dan voorzichtig paardebloemen en atnder groenvoer geven, maar van te voren steeds nog hooi, om het te overmatige eten te verhinderen. Bij de overgang naar groenvoer i« bij konijntjes toch steeds de grootste voorzichtigheid ge boden. Door uiiierat kleine porties, die lang. zamerhand grooter worden, moet men de dieren aan ander voer wennen Op het theaterbureau. Ik geloof, dat u mij maar wat op den mouw spelt, zegt de operettediva veront waardigd en wordt zelf8 een cigarenmerk naar mij genoemd. Hm, meent de theateragent, ik hoop dan maar dat ze beter trekt, dan u. GOUDA, 18 April 1931. Nieuwe boeken in de Openbare Leeszaal. Onze Tuin. Algemeen. W. Abbing. Ontwerpen voor kleine tuinen. J. G. Ballego. (Handleiding voor het bloemi schikken en bloembinden. Th. J. Dinn. De vHlatuin. W. H. K. Djx. Balcon- en gevel versiering. Onze mooiste kamerplanten en haar ver zorging. V G. D. Duursma. Wat moet ik dageiyks in myn bloementuin doen? A. J. Herwig. Bloemen en planten in buis. M. Hesdörffer. Practisch handboek -.oor tuinliefhebbers. J. M. v. d. Houten. Kamerplanten. C. Sipkes en J. P. Fokker. Welke planten in den tuin Pj.m. 1000 planten en heesters. H. Stienstra. Bloementeelt in kleine tui en. Éénjarige sier- en snybloenien. Vaste planten als sny bloemen voor perken, boordbed, rots- en muurtuin. H. H. Thomas. Kleine tuinen. J. A. Zoutendyk. Het boordbed; zyn aan leg, beplanting en onderhoud. Verschillende bloemen en planten. J. Bergmans. Rotsplanten in kleine tui nen. G. J. Boeschoten. Hoe kweek ik chrysan ten?' H. Carlee. Hoe kweek ik Lathyrus oilora- tus of Sweet Peas J. F. Ch. Dix, De dahlia. Djverje win terharde bolgewassen (bygoed;. Gladto- lus of zwaardelies. Hyacintnen voor ka mer en tuin Irissen, voor kamer en tuin. Klim- en hangplanten. Het kweeken van anjers in tuin en kas. Narcissen voor kamer en tuin. Tulpen voor kamer en tuin. W. H. K. Dix. Varens voor kamer, kas en tuin. G. D. Duursma. De behandolii.g onzer cac tussen en andere succulenten vuu maand tot maand. Onze cactussen; handboek voor amateurkweekers. Onze vetplamen voor kamer, kas en tuin. H. Stienstra. Onze schoone heesters. Het rozenboekje. J. J. Verbeek Wolthuys. De cactussen. De vetplanten. Boomgaard en moestuin. J. Z. ten Rodengate Marissen. Algemeene plantenteelt. Byzondere plantenteelt. L. J. de Hoog. Het kweeken van tomaten in- kassen en op vollen grond. L. C. Muyen. Hoe snoei ik myn vrucht boomen? H. Stienstra. De boomgaard. Fruit teelt voor den amateur. Groenteteelt voor kleine tuinen. Hoe teel ik met voordeel aardbei en framboos. Hoe teel ik met voordeel roode, witte, zwarte en kruisbes sen? De particuliere tuinbouwer. A. de Vink. Fraaie coniferen voor elkert/ tuin. G. Noordanus. Het kweeken onder glas en het bleeken van groenten dpor amateur kweekers. Kantongerecht Gouda. Strafzitting 16 April 1931. De Kantonrechter veroordeelde: Wegens openbare dronkenschap: W. H. te Gouda, J. S. te Gouda, W. H. te Moor drecht en D. D. te Woerden, allen 5. sufbs. 2 d. h. Wegens rywiel zonder bel: C. J. de J. 3 subs. 1 w. tuchtschool; A. <H. te Gouda 1.subs. 1 w. tuchtschool; A. van W. te BoBkoop 2 subs. 1 d. Wegens schoolverzuim: G. R. te Waddinx- veen 25 subs. 5 d. h.; W. A. van D. te Capelle a. d. IJssel 3.subs. 1 d. h.; A. M. de J., huivr. van J. D. te Gouda, schul dig zonder toepassing van straf. Wegens overtreding art. 68 Alg. Pol. Ver ordening Gouda (te snel ryden): J. van T. te Delft 10.— subs. 4 d. h.; C. W. S. te Wassenaar 8.— subs. 2 d. h.;»K. S. te Gouda idem; K. W. A. B. van G. te Zurich 8.— subs. 2d. h.; H. C. te Gbuda 4.— subs. 2 d. h. Wegens overtreding art. 59 M. R. Regl. (zonder licht ryden): Q. de Wit te Boskoop 1 subs. 1 d.; P. H. B. te Gouda, H. V. te Gouda en P. J. V. te Gouda, allen 2. subs. 1 d. h. Wegens overtreding van art. II M. en R. Regl.: M. K. te Waddinxveen 5.subs. d. h. Wegens ryden zonder rybewys, art. 27 M. en R. wet: A. M. J. V. te Schiebroek, J. P. D. te R'dam, H. V. D. Z. te A'dam en J. van H. te BoBkoop, ieder 5 subs. 2 d. Wegens overtreding art. 87 Alg. Politie Ver. Gouda: J. S. te Gouda 3 subs. 1 d. h. Wegens overtreding art. 9 M. en R. be schikking: J. A. N. te Gouda 2.subs, d. h. Wegens overtreding art. 4 Trekhonden- wet: F. M. P. J. te Waddinxveen 1 subs. 1 d. h. Wegens overtreding art. 113 Alg. Pol. Ver. Gouda: F. C. V. te Kamerik 7.50 subs. 2 d. h. De belangryke zaken zyn uitgesteld tot de zitting van 29 April 1981. SPORT EN WEDSTRIJDEN. Programma VOETBAL. a voor Zondag I9\4pril 1981. K./N. V. B oenschap van Nederlknd. Velocltaer—F«ijeaioord. V Kampiot Groningen Velocitop.Feijenoord Afcf I 1ste klasse. Rotterdam ExcelsiorH.F.C. Schiedam H.-D.V.SAjax. Den Haag: V.U.C—'t Gooi PromotiecompetRic 2e klasae. Amsterdam D.W.9.—Weet.Frisia 3e klaase D. Utrecht Voorwaarte—L.S.V. Goüda Olympia—Vrieodens<iiaar. Afd. II late klasse. Haarlem: E.D.O.—R.C.H. Den Haag H V V.—Blauw MODEPRAATJE LentekleedJng. Tegeiyk met het uitbotten van boomen en plinten die nu met een fijn groen waas overtogen zyn, trekt ook de vrouw op zon- nig-warme dagen het lentekleed aan. De mode, die eerst met horten en stooten hare nouveauté'e de wereld instuurde, legt ons nu hare volledige collecties voor, die de lentekleeding in heel haar omvang, in al hare détails omvatten. Het is wel een fleurig beeld, dat ze dit seizoen biedt. Frissehe, levendige kleurtjes worden gedragen en vroolyke aardige stof jes, vele in fantasietrant, met stippels (de z.g.n. pieds de poule), met rechte (écos- sois) en schuine ruiten, met kleurige stre pen en levendige fantasiepatroontjes. Omdat men nu Bchynbaar denkt aan hel dere, zonryke dagen, brengt men ook hel dere en sprekende kleuren, vooral van geel tot bruin, van licht- tot donkerblauw, van sprekend- tot donkergroen, die alle in de mode zyn en waaraan nog het turquoise als garneering voor zwart en grys wordt toe gevoegd. Ze zyn nu gereed, de aardige petites robes, die voor de morgentyd bestemd, een gimpelen eenvoud van makely aan een on- berispelyk snit paren. Zy dragen veel stik sels, soms effen, soms in kleuren en een voudige découpe's en worden dikwyls bege leid van een lossen tweed- of fantasie-stof mantel, die open staat en hun den doorkyk dus vry geeft. Voor den namiddag zyn de découpe's ge compliceerder en wordt het spel der opge stikte découpe-figuren waarlyk too verach tig- Ook de fyne plooigroepjes, de uittan- dingen en de schulpen behooren weer tot de geliefde „vaste" versieringen. Legio is het aantal der losse garneerin gen, der kraagjes en jabotjes, der Berthes en écharpes, die soms uit twee kleuren be staan. Men ziet inplaats van een kraagje ook weer smal-geplooide ruches als hals afwerking en men' ziet ook een hals-afwer king, die aan één kant écharpe is en aan den anderen een kraagje formeert. Breede uitgeschulpte empiècements, die over den bovenarm doorloopen, roepen her inneringen aan een vroegere mode wakker eft volants die bij den hals in fyne plooitjes gestikt zyn en verderop hreed-uit waaieren, zyn ook (niet voor de eerste maal) in de mode. De korte tailleurmantel is weer in eere hersteld en wordt gebracht by de strenge complets, die van gladde Engelschj tail- leurstoffen gemaakt zyn. Ook de halflange, los- gecoupeerde mantel is er weer, tot vor ming van het „ensemble" met het van breede plooigroepen voorziene gekleede namiddagtoilet. Zou men het gelooven Men draagt zelfs een namiddag-ensemble van kantstof, een snoezig-eenvoudige kanten robe met korte mouwtjes, waarover een soort jaquet van kant, waarvan het man teltje een dubbelen rand heeft. Iets nieuws is ook de effen mantel op een gewerkt toiletje ,hetzy van fijne vaste stof of van zyde en nieuw zyn vooral de overjasjes met halve mouwen, waaronder de japonmouw als een hooge manchet te voorschyn komt. Prachtig is een dergelyk pakje, als het met hand-A-jours bewerkt iB, zooals wy zagen van een rood, wit-gestip- peld ensemble van Premet, dat over de leng te en breedte met deze hand-è-jours door sneden was. Ook een création van Martial Armand met een wit-gespikkeld korenblauw over kleed op effen geplisseerd rokdeel, vormde een schitterend lente-ensemble, met den ef fen korenblauwen mantel in Russische blousemodel en met een dubbel kraagje (een lang en een kort naast elkaar) van hermelyn afgezet. Bont op de voorjaarsmantels is thans weer plotseling het nieuwste en nu dit nieuwtje er eenmaal is, wordt het met zoo veel overdryving toegepast, dat we met die groote, hooge bontkragen eer den win ter, dan de lente meenen tegemoet te gaan. GRACE ALLAN. 2e klasse B. Rotterdam. D.C.L.-S.V.W RotterdamC.V.V.-O.D.S. RotterdamR.F.C.—Overmaas. 3e klasae A. n: U.V.8.—Schoten, n: Lugdunum—HiUinen Alphen. Alphen—T.H.B. 3e klasse B. Gomchem: D.O.S.B.-'t Noorden Rotterdam Transvalia—CoaJ. Schiedam: D.H.S.—G.8.V. 3e klasae D. Rotterdam, de Musschen-O N-A. 4« klaase A. Leiden R.C.L.-0.O.A. Waddinxveen: W'veen—Axgi Den Haag: Postduiven— 4e klasse fü. Rotterdam; D.J.8.—FJttkl. Rotterdam: E.D.8— U.D.I. ^-Gravendeel '«-Gravendeel—Lekkerkwi. Rotterdam: 8.I.O.D.-O.S.S. Schiedam: 8.M.V.—Crooewijk. Reserve le klasse Gouda; Gouda 2—V.O.O. 2. Rotterdam: Deijeooord 3—Uiuta* 2 n Ree. 2e klasse B. Den Haag; H.V.V. 2-D.F.L'. 2. Rotterdam. St. Hooger 2—Neptunua 2. Ree. 3e klasse C. Schiedam H.-D.V.8. 3—Bodegraven 2. Gouda. O.N.A. 2—G.8.V. 2. «otterdamOvermaas 2-D.F-C. 3. Rotterdam: VO.C. 3-OD.& 2. Afd. III late klai Awoüc: P.E.C.—Rob. et Vel. Arnhem Viteeee-Tubentia. 1 »v Afd- IV kl* Llburg: Willem II—B.V.V Bo.ch WUhrimina-NA.C. Afdt V lste klaase. Leeuwarden: Leeuwarden—Be Quóok. Loeuwardieu: Friaia—Aioidee. G. V. B. le klasee A. Haastrecht 1—Bosk Boys 1. le klasse B. Moordrecht 3—Gouda 4. Bahoomhovien 2—Gouderak 1 Olynipia 3—Dilettant 1, 11 qur. 2e klasBe A. Haastrecht 2—Bosk. Boys 2, 12 uur. Olympia 4—Woerden 2, 4 uur. 2e klasse B. Gouderak 2—Lekkerkerk 2- G.8.V. 4—Nieuwerkerk 1.4 O.N.A. 4 -JWacklinxveeo 3, 12 uur. Zwei-vers 2—Dilettant 2. 3e klasse A. Nieuwerkerk 3—Schoonhoven 3. Moordrecht 3—Woerde n3, 12 uur. 3e klasse B. Schoonhoven 4—Gouda 5, 12 uur. Zwerver8 3—Moercapelie 2. 12 uur. O.N.A. 6—Olynipia 5, 11 uur. Groene weg 2—Nieuwerkerk 2. NIEUWE UITGAVEN. Voorjaarsgidsjes van den A. N. W. B. door de Bollen- en Vruchtboomstreken. De A. N. W. B. Toeristenbond voor Ne derland heeft een paar nieuwe gidsjes sa mengesteld, met beschrijving van tochten voor wandelaars, fietsers, motorwielryders en automobilisten door streken van ons land, die in het voorjaar, tydens den bloei van de bollenvelden of van de vruchtboo men, byzondere aantrekkelykheid hebben. Deze gidsjes zyn thans gereed gekomen, zoodat de toeristen er nog dit voorjaar ge bruik van kunnen maken. Het eene gidsje: „Per rijwiel, te voet, per auto of motor naar de Bloembollenvelden", bevat een beschrijving van 25 verschillende wandelingen ten Zuiden en 8 ten Noorden van Haarlem, met verscheidene kaartjes, Waarop die wandelingen zyn aangegeven. Bovendien geeft dit boekje zeven verschil lende rywielroutes, met Amsterdam en Den Haag als uitgangspunt. De tochten, aan geduid op een overzichtskaartje, zijn zóó samengesteld, dat verscheidene ervan ge combineerd kunnen worden, zoodat ieder aan de hand van de Bondsatlasbladen, of van de Bondsautokaart zyn tochten desge- wenscht kan uitbreiden. Een uitvoeriger beschrijving van de be zienswaardigheden vaii Haarlem en van ver schillende wandel- en fietstochten met deze atad als beginpunt, vindt men vermeld in de eveneens door den A. N. W. B. uitgege ven boekjes: Haarlem (Wandelingen) en Haarlem (Rywieltochten). Het tweede nieuw uitgegeven gidsje: „Per rywiel, te voet, per auto of motor naar de bloeiende boomgaarden", bevat de be schrijving van een aantal tochten door die streken van ons land, welke in aanmerking komen voor een bezoek gedurende den bloei der vruchtbooven. Door de Betuwe (met overzichtskaartje van het gebied tusschen Gorinchem, Nymegen, Axqhem en Vianen) zijn 20 ryiwel- en autotochten aangegeven, met Tiel als centrum, en 7 wandelingen; in Zuid-Limburg 4 auto- en rywielroutes en wandelingen en voorts tochten door Zuid- Beveland, naar de Beemster (van Amster dam uit), naar de Bangert by Hoorn en naar de Langeraksche polderlanden, met Gouda als punt van uitgang. Toeristen van allerlei gading zullen van deze gidsjes veel gemak en voorlichting gun nen hebben, als het voorjaar ons nu maar wat mooie dagen schenken wil. OAK RUBRIEK Onder radactie van de Damclub „Gouda Secretaris de la Refjlaan 14, lokaal dar club Markt 49. Probleem No. 783. Zwart schyven op: 3/5, 7/9, 12, 13, 15, 16, 18, 21, 22, 27, 36. Wit schyven op: 24, 25, 30/32, 34, 37, 38, 40, 43, 44, 46/49, 50. Probleem No. 734. Zwart schyven op: 7, 8, 15, 17, 19, 23 26, 29, 30, 36. Wit schijven op: 20, 28, 32, 38/42, 47, 48. Oplossing van Probleem No. 781. Wit speelt: 2&—18, 4540, 26—21 37-52, 27—21, 22:31, 28:17. 38—28, 29:40, 24:28. Oplossing van Probleem No. 732. Wit speelt: 48—48, 37—82, 43—38, 47—42, 38—32, 49—43, 44 :-2. jyaf Een schaterlach gaat er op, als Uw kin deren zich vermaken met de koddige Pinguïns door de Ufa gefilmd en gereproduceerd op Pleines' Dieren- plaatjes. Bij elk pakje Zeeppoeder, in elke doos Dtlifzeep, in iedere Bus Schuurpoedér gratis zulk een plaatje. Het album zelf gratis op 75 geldige Duifmerken of tegen betaling van 1.50 Afd. Albums. I )eDuif kroontU w waschdag met allerlei nuttigeen fraaie Geschenken in kristalenfayence,in nikkelenenkoperen v.i voorwerpen, in porcelein en aardewerk, in keukengerei jü en matwerk. U heeft slechts de Duifmerken te sparen. Bovendien verlengt Duif-Zeeppoeder en Duifzeep den gebruiksduur van Uw linnengoed. Vertrouw Uw wasch aan dit van ouds bekende, eerste klasse fabrikaat toe. Dan is heel de inventaris van Uw linnenkast verzekerd tegen schade. N. V. Kon. Zeepfabrieken De Duif,v.h. CHR. PLEINES Afd. Cadeaux Den Dolder (U.) Mi LANGE TIENDEWEG 24 GOUDA TELEFOON No. 2115 VRAAGT INLICHTINGEN EN DEMONSTRATIE Van da reeds SO laren beetaande zaak van dan Haar - MARKT 1» - GOUDA ALLE GOEDEREN ZULLEN TEGEN SPOT PRIJZEN WORDEN UITVERKOCHT, zooals VITRAGES - FLANELLEN, MOLTON - WIT KATOEN, enz. alsmede HEMDEN - BROEKEN - NACHTJAPONNEN, DIRECTOIRS - LAKENS - SLOOPEN etc. etc. DE UITVERKOOP DUURT SLECHTS KORTER TUD 1 ALLE GOEDEREN VER BENEDEN INK00PSWAARDE HAAST U, HET HUIS IS VERKOCHT. WIJ M0ETEH ER UIT. Haaet U H—U HEBT U AL KENNIS GEMAAKT met ONZE PRIMA VOORDEELIG, STERK EN MET LANGE BEENEN. Markt 18-19 lessen aangeboden, op zeer billijke voor waarden, voor leerlingen H. B. S. en Gymnasium, voor candidaten BOUWKUN DIG OPZICHTER, enz. door 751 10 B. MARTENSS1NGEL 12. GRAFZERKEN RRAFKRUIZEH Beleefd Aenbeeelend. Pa. J. M. v. Buuren Staanhouwarlj V(varatiaat 12, Raada SchooTitaanmafltata Omamantan Heden noteeren wü voor ons bekend niet te verwarren met nuchter of mindere soorten: p. pond Lappen H? Gehakt en Poulet j-f' Rollade en Nierstuk }-4« Fricandeau L®" Kalfskarbonaat 1-zu Biefstuk, Oesters en Blinde Vinken LM Tong, Lever en Zwezerik prijs naar grootte Hoogachtend, LANGE TIENDEWEG 49, Telef. 2094, Privé 2095.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1931 | | pagina 2