PHOENIX BIEREN BounaiiswoÉg pi lijn» IrirMm bevordert betere zalten a$pirin m m m m ■VVV a m m m L n a m i ij, ri ai. LIJNKAMPs KLEEDING IS BETERE KLEËDING tuuiiiifmiiiiiii. Nummer 2968 1.1. Htna i. lip L. VAN DER BEEK „De Blauwe Haan" T. C. REPARON KUIKENS TEEKENS-Modelslagerij eenig op de wereld Bi BTI IS i i l H FANTASIE COLBERT-COSTUMES BLAUWE COLBERT COSTUli/IES KLEEDING MAGAZIJN EN-MARKT 58-62-GOUDA Notaris J. Koeman Notaris J. Koeman 40 Wijnhandel „Victoria" Heden verkrijgbaar: Een goed Horloge Huga-horloge J. A. HINKE C. TEEKENS Ozn. Brood- Koek en Banketbakkerij Voor een Colbert Costuum naar maat moet U naar PINKSTEREN. „Het was in enen Sinxendage Dat heide bosch end© hage Met groen ende loveren waren bevaen.'' Bemaeift de Vos. Onze groote feesten, aoo schreef eed» Laurillard, beginnen in de sneeuw en loo- pen uit in de rozen. En zoo is het. Immers de kerkelijke cyclus vangt aan met Kerst mis, als de sneeuw de aarde bedekt en ein digt met Pinksteren als de natuur in volle bloesem tooi steekt- Pinksteren be toekent vijftigste en ont leent z\jn naam aan de omstandigheid, dat het zeven weken na Paschen gevierd wordt, reden waarom ook de Israëlieten van Sche- bocooth of Wekenfeest spreken. Maar ook noemen zij het „Katsier", d.w.z. Oogstfeest, welke benaming wyst op de oorspronkelijke beteekenis van Pinksteren, hetwelk by de Joden gevierd wordt ter herinnering aan de Wetgeving op Sinaï en by de Christenen de gedachtenis levendig houdt aan de Richting der Christelijke kerk, dit laatste in verband met het gewyde verhaal der Uitstorting van den Heiligen Geest. Deze gebeurtenis wordt nog in zekere landen in de Katholieke Ker ken symbolisch herdacht door op het feest een duif neer te laten uit een opening boven het hoofdkoor, terwijl soms ook rozeblade- ren van de Pioenroos als vlammende tongen over de hoofden der aanwezigen worden uit- De oude beteekenis van Pinkster als oogst- of zomerfeest openbaart zich duide lijk in de wyze waarop men het vroeger algemeen vierde. Van deze nog niet geheel uitgestorven gebruiken, is zeker met het minst kenmerkend de worsteling, zooals deze in de Rijnstreek hier en daar nog ver- vertoond wordt en waarbij een als grijsaard vermomde en met dorre takken getooide zich in 't strijdperk begeeft met een met veldbloemen omkransten jongeling, teger. wien de oude t al spoedig moet afleggen als zinnebeeld van de overwinning van den Zomer op den Winter. Dan zingen de men- De winter heeft het verloren, De winter is gevangen! Het Pinksterfeest werd van ouds ingeluid met Luilak. De bakkers zorgden dan op den Zaterdag voor de feestdagen voor een groo- ten voorraad warme bollen en degene, die 's morgens te laat aan de ontbijttafel ver scheen, moest tracteeren op het dampende Erger maakte het de straatjeugd, die er plezier in schiep allerlei viezigheden aan de deur te hangen, welke onprettige verrassing oorspronkelijk bedoeld was als een bestraf fing voor de langslapers. Wee ook den jongen of het meisje, die in vroeger dagen 's morgens als laatste op de gemeenschappelijke wei verscheen. De Nus- sekoek (van het werkwoord „nuselen" of talmen afgeleid), zooals de langslaper in Drente heet of de PinksterMoed, moest het geducht oqtgelden. Soms met klissen (klit ten) overdekt vandaar ook de naam klis- seboer voor „bloed of luilak gegeven en met brandnetels gestriemd wordt hij in op tocht door het dorp gevoerd, onder het zin- gen van een liedje als: Nusaekoek, ritst dou zoo diep in de vaerren, Kanst het geroep Hast dou geen ja te laat 'an kiekerdekiek, met de koe'n op den diek! De antipode voor den „Nussekoek" was de „Vroegrijp' of „Dauwworm" die het eerst op de Weide kwam en de beste plaats kreeg in den stoet die door het dorp trok. Ook thans nog treft men in de groote steden uitvloeisela van Luilak aan. Dan wordt het door de jeugd als een recht be schouwd 's morgens heel in de vroegte bel letje te trekken of met de tegenwoordige electrische schellen, belletje te Dan wordt op de deuren der met krijt „Luilak" geschreven. Duidelijk is hier het verband te zien tusschen dit ge bruik en het oude feest van den oogst, bij welken het vooral aankomt op het „voor dag en dauw" uit de veeren zijn. In dit ka der past ook de „Pinksterbloem", zooals zy voorheen als „Sinxonbruid' werd rondgeleid door stad en dorp, begeleid door haar staatsiejuffers, die soms een presenteerblad droegen, waarop een duif als symbool van den H. Geest was geplaatst. Hieruit kan men zien hoe hier weer het oude Heidendom en het latere Christendom zijn vermengd. De „Vryetersmarkten". In Schermerhorn, eenmaal vermaard door zijn „vrystersmarkt", werd de „Pink sterbloem" door haar speelgenooten op een burrie rondgedragen versierd met zilveren bellen, bougeltasschen enz., terwijl een der geleidsters een zilveren kom in de hand droeg, waarvan de bedoeling duidelijk uit komt in het oude versje: Hier is de schoone Vierpinksterbloem Met een rozenkrans om haar hoofd. Pinksterblom Keer nou reis om Een stuiver of een halve in de kom. Het woord „vier" ook wel fierde beteekent volgens Winkler „vrouw". Het was echter een minder prettige gewaarwording voor een meisje om bij haar ontwaken te verne men, dat er des nachts een „Dorhoed" een potsierlijk uitgedoste stroopop op het dak was geplaatst, ómdat zij zich zoo teer als leer hield of van vryerS veranderde als van handschoenen. Die „Dorhoed" was oorspronkelijk een dorre kroon, welke de onvruchtbaarheid moest symboliseeren en als een soort volks rechtspraak moeat gelden, terwijl hjj eens de wraakneming der vertoornde Holda, godin der vruchtbaarheid, beduid moet heb ben. Een soort vrij ster markt was het ook die te Ecaussines in Henegouwen op Zondag na Pinkster-werd gehouden, waar de meis jes van de Congregatie der H. Maagd de jongelingen uit den omtrek, op een „koffie maal' noodigen. Een koffiekopje aan het k'noöpsgat hangen is ft insigne van ieder, die hier een verloofde komt zoeken! In Engeland gaat de Pinksterbloem op Meidag rond en heet dan „May Queen", ge lijk wij ons herinneren uit Tennyson's ge- dichit van die naam, waarin hij de uitver korene aan den vooravond van t feest laat 'zeggen: You must wake endcall me early Call me early, mother dear! To morrow will be the happiest time Of al the glad new year For I to be Queen o' the May, mother. Van Lennep's vertaling van dit versje luidde aldus: O, riep my morgen, moeder lief, bij de eerste schemering op, want mor gen is het een blijde dag, dan stygt mijn vreugd ten top, geen schooner dag ik immer zag, want morgen ben ik Pinksterbloem en Koningin van 't feest. gebruik? Jammer genoeg gaf de pret vaak aanlei ding tot al te groote uitgelatenheid, zoodat de overheid van verschillende steden zich genoodzaakt zag een keur uit te vaardigen dat zooaJs het in een Amsterdamsche ordonnantie uit de 17e eeuw heet voortaan geen kinderen meer by de straat zullen mogen gaen met eenich gout, silver ofte andere costelyckheid ende bloemen ver-' siert ende omhangen als omtrent Pinxster te geschieden, op boete van een goud- ciertak of pinxterboog draagt.' Als motief van het verbod gold aa., dat „deselve kinderen alsdan lichtvaerdige, on nutte liedekems zingen, tot groote ergenisse en de opspraeke van veele vroome luyden" terwijl door de Heeren van het Gerecht het rondtrekken van de Pinksterbloem be schouwd werd als een overblijfsel van het oude H< Ook hier gold het spreekwoord; „Zooals de ouden zongen, zoo piepen de jongen" in die beteekenis dan dat de ouderen hun feestvreugde nog wat meer aandikten zoo als eens de teekenaar en dichter Frans Freenwood het in zyn „Boere Pinxter Vreugt" heeft vastgelegd: Zij werpen testen, vuur en beikers, kruik en pul Den anderen naar den kop. Een (wordt de bek te schanden Geworpen door een hout, tenkoste van zyn tanden, Hier treft de bierkan een gevoelig voor het hooft Terwijl een ander wordt de hersenpan geklooft Trouwens den ouderen onder ons is het niet onbekend, hoe eenmaal de Pinksterda gen zoowel aan De Bildt als in het Haag- sche Bosch, alsook in de Watergraafsmeer en in de Haringpakkerij te Amsterdam be rucht waren wegens verre ongebondenheid in de gedragingen der feestvierenden. Op Schiermonnikoog wordt, nog altijd daags voor Pinksteren de „Calemoy" opge richt, zijnde een hooge staak waarop een boomstruik en iets lager een ^warsstok er aan, met aan weerszijden een flesch, de een gevuld met alcohol, de ander met water. Daaronder een mand, waarin tot Dinsdag avond een haan zit opgesloten. Het oprich ten en neerhalen van de Calemoy gaat met veel plezier gepaard. Wy zullen ook hier wel !be doen hebben met een overblijfsel van een oud oogstfeest. Het woord „Calemoy" heeft men in verhand willen brengen met het Engesche „to call" en ons „Mei". De haan zou dón „Meiroeper" zijn. TEGEN HARDLIJVIGHEID en AAM BEIEN, maag- en darmstoringen, zwelling van lever en miifc, pijnen in rug en onderlijf is het natuurlijke „Franz-Josef-bitterwater, dagelijks meermalen ingenomen een heerlijk middel. By Apoth. en Drogisten verkrjjgb. Een ontmoeting tusschen de Ruyter en Prins Willem III aan den Uithoorn. Het was in het noodlottig jaar 1672, toen ons land, door binnenlandeche twisten ver scheurd, door vier mogendheden tegelijk werd aangevallen; toen het ons altijd min- der-vriendelijk gestemde Engeland en de bisschop van Munster en de oorlogszuchtige keurvorst van Keulen tot onzen ondergang besloten hadden. Alle hoop was in die da gen, naast God, gevestigd op onze vloot, welke korten tyd tevoren onder De Ruyter getoond had dat de Nederlanders hun ouden roem nog niet vergeten waren. En het was ook in dit merkwaardige jaar, dat de bij eenkomst plaats had, waarvan in het hoofd van dit feuilleton gesproken wordt. Reeds lang was het grootste deel der in gezetenen van gevoelen geweest, dat men priy s Willem III tot de waardigheden zyner voorvaderen moest verheffen. Deze plannen waren echter door vele leden van den staat, in het bijzonder door den raadpensionaris De Witt /tegengewerkt. Doch toen het va derland door de meer en meer binnendrin gende vijanden in zulk een hachelijken toe stand verkeerde, veranderden ook desa lie den van gedachten. Voor één veldtocht werd de prins tot kapitein-generaal gekozen. Het volk echter, hiermee nieft tevreden, geraak te in een opstand, waarvan men alles te vreezen had, zoodat men verplicht wai toe be geven en den prins tot Stadhouder en vasten kapi/tein-generaal en admiraal te benoemen. Een en ander bracht een totale omwenteling ia het bestuur teweeg. De vorst, als admiraal-generaal, verkreeg nu de hoogste macht over het zeewezen van den staat. Gelijk bekend, werden de gebroe ders De Witt, die zooveel tot den bloei van cht zeewezen hadden bijgedragen, het slacht offer. Gaan wy thane eenigen tyd terug. Na den slag van Soulsbaai, den vijand tevergeefs vervolgd hebbend, besloten de ruwaard Cornells de Witt, die toen als ge volmachtigde van den staat by de vloot was, en De Ruyter om den steven naar de Zeeuwsche kust te wenden. Zij lieten het anker ten noordwesten van het eiland Wal cheren vallen, waar de vloot, welke over weinig kruit en lood beschikte, opnieuw ver zorgd werd. De gewonden en de meest be schadigde schepen werden opgezonden; eenige schepen vertrokken om op zee te ■kruisen en óp de vijanden een wakend oog te houden. De luitenant-admiraal De Ruy ter kwam nu weer in hoog aanzien, en de vloot- „Wy hebben niet kunnen nalaten. U mits dezen bekend te maken, dat wy ons zeer voldaanhouden van de mannelijke dapper- het ge- staat betui- hetzelve ons is ge- vuiuoaiiuuu/ueu vtui uc latuuiciijRc uit heid, courage en devodren by u in he vecht tegen de vijanden van dezen aangewend, en dat wy steeds zullen I Intusschen maakten de Franschen te land zulke groote vorderingen, dat de Staten het noodig vonden om een derde deel van de vloot binnen te laten loopen, en de zee soldaten der schepen, en twee derden der zeesoldaten van de overige vaartuigen, te land te lajten dienen. Voorts werd bepaald, dat een aanzienlijk gedeelte van het kruit en andere oorlogsbehoeften van de schepen teruggezonden moest worden. Deze zeesol daten moesten vervangen worden door matrozen van de binnen komende scheper.. Een en ander had tot gevolg dat er een ge brek aan volk en krijgsbehoeften by de schepen ontstond. Toen De Ruyter zich hier over beklaagde, werd er zooveel mogelijk in voorzien. Men mocht in die dagen van geluk vloot niet scheen te kennen, of wel geen lust toonde, om op de Zeeuwsche kust te vech ten! Volgens het oordeel van De Ruyter en van den geheelen krijgsraad, was men niet in staat om aan de vereenigde macht de£ vyands goeden tegenstond te biedeh. De Ruyter liet de vloot dus een stelling inne men, waar men, begunstigd door de droog te, den vijand behoorlijk zou kunnen af wachten of desnoods naar binnen zou kun nen wijken. De prins, nu jtot admiraal-gene raal verheven toonde alle vertrouwen tc stellen in de reeds zoo dikwijls gebleken be kwaamheden van De Ruyter. Hy liet het dus meestal aan hem over, zoodanige maat regelen te nemen, als hij in het belang van het vaderland en van de vloot, en tot af breuk van den vyand, noodig oordeelde. Dat dit goed gezien was, zou spoedig blij ken. Want weldra vernam men, dat de vijanden zidh vereenigden om een landing te beproeven. Daaltoe hadden zij aan boord een aanzienlijke landmacht. Onze vloot bestond slechts uit 47 oorlogs schepen, 12 fregatten en 20 branders, welke De Ruyter ter hoogte van Goedereede plaatste. Hy achtte zelf evenwel dit eskader niet in staat den vijand het hoofd te bie den. Ook de schepen uif de Zuiderzee wer- dpn naar Texel gezonden, doch ook 'deze waren, evenals de landtroepen welke men daarheen zond, tegen de overmacht niet be stand. De Ruyter kreeg toen het bevel om den vyand niet OP zoeken, maar aan de kust te blijven. Eindelijk verscheen de lang- gevreesde vijandelijke macht ter hoogte van Den Helder. Zy trok wel weder af, doch kwam na,vijf dagen terug, bleef twee dagen kruisen, en met angst in het hart zag men elk oogenblik de landing tegemoet. Er -kwam echter onverwachte redding: een he vige storm ui/t het zuidwesten stak op, en hoewel deze aan de vloot van De Ruyter '.eel schade toebracht, belette de harde wind der. vijand het landen. De storm duurdé drie dagen, en herhaalde zich, hoewel minder hevig, van tijd tot tijd .gedurende ongeveer drie weken. De vijandelijke vloot dreef daardoor noordwaarts af; men had veel schade opgeloopen, en het plan om te lan den, was mislukt. Het behoeft geen betoog, dat de vreugdetoon® land zeer groot was. Doch de vijand had nog een ander. plan. Hij wist, dat onze Oost-Indische schepen op de terugreis waren en van deze wilde hy zich meester maken. Men herinnert zich, hoe de vijand by Doggersbank voor anker ging en ook hoe de schepen, waarop hij het gemunt had, hem ontliepen. Na een kleine schermutseling met twee Engelsche fregat- Tetourvloot, be- schepen, met een schat \an 140,ton gouds, behouden in Delfzijl aan. Tot hiertoe was alles in het voordeel der onzen afgeloopen, maar toch waren de Sta ten van meening, dat De Ruyter, op wien nu weer aller oogen gericht waren, liever een gevecht moest wagen, dan toe te staan, schepen den vyand in han- vallen. Doch de prins oordeelde, dat hy veeleer het gevecht moest trachten te ontwijken. Eindelijk, na langdurige be raadslagingen, besloot men, den admiraal te gelasten, rich met 's 'and» vloot naar de Eems te begeven, teneinde zoo mogelijk de schepen in veiligheid te brengen. „Wysheid met zelfstandigheid parende", zegt mr. J. C. de Jonge in zijn „Geschiedenis van het Nederlandsche Zeewezen", „nam De Ruyter steeds zoodanige besluiten en maatregelen, die van den eenen kamt het meest nuttig waren tot voldoening van zijnen last, en van den anderen kant van dien aard waren, dat de veiligheid van den staa,t niet uit het oog werd verloren." In den vroegen ochtend van den 7den Augustus ging hij met 'a lands vloot onder zedl; den volgenden morgen liet men voor Kijkduin het anker vallen. Hier kreeg De Ruyter van de Staten nieuwen last om de schepen af te halen en ze naar Texel of he(t Viie te geleiden, indien de vijandelijke vloot tenminste niet to sterk was. Bekend is, hoe De Ruyter erin slaagde, de schepen veilig binnengaats te brengen. Voor Texel ontving de admiraal reed3 weer bericht om naar de Zeeuwsche kuqt te zeilen, omdat men opnieuw een inval vrees de. Door tegenwind en stroom had hy ech ter een lange reis. Ter plaatse aangekomen, vernam De Ruyter van den moord van de De Watten. En merkwaardig is het gezegde van hem: „Dat die heeren zoo om hals zyn gebragt, is droevig om te hooren. Zijn ze schuldig, gelyk men roept, aan verraad of aan 't omkoopen van eenen barbier, om Zijne Hoogheid te doen vermoorden, dan moest men hen door wettige regters heb ben ter dood verwezen; dat zou tot luister en eere van den staat en het regt hebben gestrekt, maar nu zyn ze door 't razende volk vermoord. God beware ons lieve vader land voor zoodanig en meer oploop!" De vloot hield zich nu eens op Schoone- veld, bij Walcheren, dan eens voor Goeree op, waar zy weer door een geweldigen storm overvallen werd. Toen nu kort daar op de vloot weder een storm moest door staan, en men geen levensmiddelen kon krijgen, zoodat de admiraal getuigde nog nimmer in zulk een verlegenheid te zyn ge weest, besloot hij aan de staten voor to stellen, de vloot terug te roepen, temeer, daar ook het jaargetijde ,te ver verloopeu was om nog eenigen dienst te doen. De stoten, die vernomen hadden, dat het groot ste deel der Engelsche vloot was binnenge vallen en opgelegd, en de Fransche schepen naar hun havens waren teruggekeérd, be- het verzoek. Het werd afgedankt, ook al omdat de behoefte aan levensmidde len bij de vloot en het gebrek aan geld zulks noodzakelijk maakten. De Ruytier verdeelde, op last der Stoten, een gedeelte der vloot in eskaders; deze zond hy naar verschillen de zeegaten, terwy hy zelf met de overigen bij Goeree binnenviel. Nauwelijks was hy aan land, of hy leverde een nieuwe proef van zijn groote rechtschapenheid. Een aan zienlijk persoon vroeg hem: „waarom hy eenen brief ten voordeele van Cornelis de Witö aan de Staten hadde geschreven?" waarop het antwoord luidde: „Indien 't hier in t vaderland zoo gelegen is, dat men de waarheid niet mag spreken, zoo is t er el lendig gesteld. Nogtana zal ik die spreken, zoolang mijne oogen in xnyn hoofd staan.1 Hy vertrok naar Den Haag om aan hunne uit tie brengen. Door IJsbrand van Aerssen werd hij uit aller naam bedankt en hem werd ver klaard: „dat hunne Hoogmogenden met z derlinge aangenaamheid en groot contente- ment opgenomen hadden zijne devoiren, no- Een koele luchtstroom, di. in het warme jaar getijde zoo weldadig aandoet, heeft veak een verkoudheid ten gevolge. Neemt Aspirin-Tabletten. Let op oranje band en Beyenrruis. PrIJi 75 ets tsbele diensten, mannelijke courage en dan- perheid, mitsgaders loffelijke conduite i directe, nu laatstelijk wederom betoond in den zeeslag tusschen 's lands vloot en die van de tweemachtigste koningen vmi Frankrijk en Engeland, .den 7dea JulB laatstleden voongevallen; en heeft wijdere, uit den name als voren, den gemelden 1»- trenanteadmiraal De Ruyter gerecWnan- deerd, met geUtkeni (jver, kloekmoedigheid en couragie, in alle voorvallende occasiën daarin nu voorts te willen continueeren." Tevens gelastte men den admiraal, om naar den prins te gaan, die rich in het leger bevond, om dezen verslag uit te brengen. De Ruyter ging hierop met zijn vrouw, dochter en secretiaris naar Zwammerdam, waar hy den vorst hoopte aan te treffen.' Deze was reeds vertrokken, waarop De Ruyter hem naredsde en hem ontmoette aan den Uithoorn. Hy deed uitvoerig verslag en kreeg verlof om naar Amsterdam te gaan, waar hij, ook aan de raden ter admiraliteit rekenschap van zyn verrichtingen deed. Maar nog had hy geen rust. Weldra moest hij weer naar Bodegraven, waar hjj n belangrijke bespreking met den prins had. RUILBUREAU voor bons en plaatjes. Ons SjOvS. is vorige week door velen ge hoord!, maar nog lang niet voldoende perso nen hebben gehoor gegeven aan onze op roep. We willen nog eens herhalen: Vele rui- lers hebben een tegoed van bons of plaatjes, dus zy hebben een aantal te ontvangen. Degene die nu reeds het langste wacht is gedateerd 17 Dec. '29 (liimenkastbons). Mopperen en klagen helpt absoluut niet, wat wel kan helpen, Uw vrienden en be kenden opwekken hun beschikbare bons, en plaatjes in te zenden aan ons ruilbureau, Markt 31, Gouda. (10 cent insluiten). Dan en dan alleen kunnen we velen hel pen, nogmaals wy maken de bons en plaat jes niet, moeten wachten, wat de verzame laars inzenden. Komaan, zendt alles in wat los en vast'is, laat niets ongebruikt liggen. Kijk eens wat een pracht lijst hieronder. Hebben verzonden aan: Mej. C. B. te Oudewater: 26 Hagzels. L. E. te Gouda: 91 Hagzegels (nog 86 te goed van 12/3'31). G, de B. te Gouda: 24 Verkade's bons. C. v. d. W. te Gouda: 45 Klaverbladplaat jes (nog 327 te goed). L. B.V. V. te Gouda: 16 Leupen'a plaatjes (nog 20 te-goed). J. S. te Gouda: 25 Droste's platen (nog te goed 45). T. T. te Gouda: 40 Hoe heet die vogel (nog te goed 96). Mevr. S. te Gouda: 41 linnenkastbons. Mej. R K te Gouda: 23 linnenkastbonu. J. v. H. te Gouda: 74 Donzelmaxm's bons. M. v. H. te Gouda: 17 Donzelmann's bons. J. v. B. te Gouda: 25 Donzelmann's bons. Mevr. C. C. v. D. te Oudewater: 75 Don- zelmann's platen. Mevr. G. K. te Boskoop: 1 compleet stel zeewater aquarium en terrarium van Ver kade. Hiervoor zyn benoodigd 163 X 8 1224 waardepuoten, U zond er 316, wij heb ben dius nog een tegoed van 908 punten. Houden ons aanbevolen. Noteerden voor: Mevr. B. D. v. N.-W. te Boskoop: 28 Leu- pen's platen en 17 Lever's bons. G. de B. te Gouda: 16 Lever's bons. E. J. K. te Gouda: 43 Droste's bons. Bep de M. te Gouda: 48 Lever's bons. J. v. H. te Gouda: 56 Lever's bons. 1* E. te Gouda: 132 Hagzegels. Zien met vreugde op deze staatjes neer. Willen even terugkomen op de aparte plaat „Zee-anemonen", uitgegeven door de fa. Verkade te Zaandam. Deze artistiek, keurig uitgevoerde wand versiering, is groot 45 x 60 c.M. en te ver krijgen by genoemde firma voor 25 bons of plaatjes „Zeewater-aquarium en terrarium" met 40 cent. Het zal niet te verwonderen zyn, dat men gaat stormloopen om deze plaat. Men wil steeds iets nieuws. Steeds ver anderen onze behangetjes, meubels, schil deryen, enz. Een ieder buit hier z'n smaak 'in uit. Dikwijls zou men gaarne met deze arti kelen steeds nieuw en in de mode Wijven» men zou gaarne met den tyd mede gaan. Eén ding is dan jammer, de geldbeurs laat dergelijke veranderingen niet toe. De heer Jac. J. Koeman, die voor de fa. Verkade reeds zooveel schoons schiep, beeld de de geheimzinnige „onderwater" atmos feer ook keurig uit. Meer dan 20 verschillende planten- en diersoorten worden er op afgebeeld, tot één geheel saamgebonden en de harmonische kleurschakeeringen maken haar zeer g®" schikt voor wandversiering van huiskamer of studeerkamer. HET RUILBUREAU. Qrenouilla of KlkkarfMst. bruiken behoort zeiter dat, hetfwelk in zwang ia in Bretagne en bekend staat ondier den naam „Grenouille". De oorsprong ervan ligt in het ver verle den. Eens op een Pinksterdag stonden in de weide van Cessen, aan het riviertje da Vl_ laine twee groote ketels te dampen, in een aan welke zich, ouder gewoonte, havarde- gortbrij bevond, terwijl de andere boekwijt- brij bevatte, welke lekkernijen onmisbaar waren bij die feestviering op Pinkstermaan dag. „Wat ruikt dat lekker," zei een dear lief hebbers der haverdegort, terwijl een "iet de zelfde woorden den lof vbq den inhoud van den anderen ketel verkondigde. Het zou eohter bij deze uitroepen niet blijven. Be op de weade samengestroomde menigte koos deels partij voor de «ene. deels voor de andere lekkernij, van woorden kwam het tot daden, een P®** boekweitliefhebbers ontza gen zich niet gras en aarde in den liavande- gortketel te werpen, waarna de kookvrouw, dia de haverdegort stond te roeren, zich met een groot en pollepel on den deugnietrwreek- tc, waarna de andera kookster opdaagde met haar lepel dien va» haar mededingster in tweeën sloeg. Nu trachtte deze Tiet wapen aan de hand van de andere te ontrukken, terwijl aanstonds allen zich in dein strijd wierpen. De strijd, die niet onbloedig ean- digde, wordt elk jaar herhaald, maar dan natuurlijk op meer vreedzame wijze. Twee boerenzoons, de een in Cesson, de andjer in Acigne thuishoorend klimmen op de schou ders van hun kameradea on nadaj hun een lange stok is toegestoken begint het schouw spel. Wie is zoo sterk dat „hij aan het lang ste eflnd trekt?" De dragers va^ de kampioenen hebben het veel zwaarder te verantwoorden dan de strij ders zelf, want wanneer het 6Pel eenmaal aan den gang is, voelen jpj zich spoedig om strengeld door de armen van hun helpers, die op hun beurt weer worden vastgehouden door de anderen achter hen, zooals dit vaak bij kinderspel nog gebruikelijk is. Hieruit ontstaan natuurlijk de kiuohtigste tooneelen, dio de toeschouwers tot niet weinig vermaak dient De trekkers,, die stevig worden aan gevuurd, doen door hun rood opgezwollen gelaat «n hun uitpuilende oogen dan eenigB- iins denken &aü de Grenouille of Kikker, aan welken het spel zijn naam ontleent. In het ScJïwirzwald wondt bet Pinkster feest op meer ^getogen wijze gevierd. Het wordt het klokkenfeest genoemd, waaraan de herders en herderinnen in hun feestktee- dij deelnemen en waarbij het luiden der kiokken in verschillende tonen te midden van de natuur een wonderlijke bekoring uit- oefent In Het Thuringerwoud trekt de jeugd er op den vooravond van Pinkster op uit om, met guirlandes van denneloof en kettingen van gekleurd papier, alsmede met vlaggetjes en strikjes do bronnen te vemieren, terwijl de klokken plechtig luiden. Hier hebben we nog te doen met een over blijfsel van de oude bron vereeiring, al denkt geen der deelnemers meer aan de godin Holda, die den dieren zoowel als de planten wasdom gaf en tot wie* woning het rijk der vruchtbaarheid de bron toegang gaf. Algemeen hechtte ten tijde van d« Hól- davereermg ook aan het geloof, dat in de bron het iiionachenleven een aanvang nam, zoodat de kinderen nog gelooven, dat het nieuwe broertje of zusje uit Holda's bron komt. DAMRUBRIEK Onder redactie van de Dan.club „Gouda", Secretaris de la Re(jlaan ll, lokaal dar club Markt 49. Probleem No. 743. Zwart schyven op: 1, 5, 9/12, 15/18, 23. Wit sch(jven op: 20, 24, 26, 27, 32, 36/41. Probleem No. 744. Zwart schyven op: 2, 4, 6, 8, 9, 13, 15, 17, 19, 20, 25. Wit schijven op: 24, 28, 20, 34, 37, 39/41, 43, 48, 49. Oplossing van Probleem No. 741. Wit speelt: 30—25, 24—20, 47—41, 3731, 38—33, 39-34, 26:1. Oplossing van Probleem No. 742. Wit speelt: 37—81, 39—33, 35-30, 29-22, 27—21, 31 :4- TTUnZuttditect! f 18.-, 20-, 24.-, 28-, 32-, 36.-, |40.-, "44.-, 48.-,"'52.-, 56.-, 60.- en hooger. f_24.--28-, 32,, 36-, 40-.T44,| 48.-, r 52 -, 56,, 60,, 65, en hooger. LIJM K AMR te HAASTRECHT zal verkoopen op WOEiNöl>AGEN 27 MEI en 3 JUNi 19dl beide dagen aes morgens 11 uren (zomertijd) m het Gale Zomerzorg aan de Keeuwyksche Brug te Keeuw.uk: geteekend nommer 81 aan de 's-Gra- venbroeKsehe weg in biuipwyk te Keeuwyk, met daaromheen gelegen kweekery, benevens een daarnaast gelegen arbeiderswoning, verder eeni ge peroeeien rietland en water en een perceel tuinland strekkende langs de 's-Gravenbroekache weg, uitstekend -geschikt voor bouwterrein aan de KeeuwijKsohe plassen. Alles te zamen groot 8.28.98 ïiectaren. Ontruimd te aanvaarden, wat het water betreft terstond, wat de tuin gronden betreft, met instandhouding van de Stal der daarop staande plan ten tot 1 Juli 1933, voor zooverre niet ontruimd 1 Juli a.s. Het ontruimde gedeelte bij de beta ling der kooppenningen. Het woonhuis I 81 is ontruimd te aanvaarden 1 September 1931, ot' zoo veel eerder als kan worden overeen gekomen. Do arbeiderswoning is verhuurd bij de week. Wd lerrente1 op deze perceelen te zamen j 63.12 per jaar Te veilen in diverse perceelen en combinaties. Iedere werkdag te bezielUigen. Notaties vanaf 18 Mm a.s. ten kan tore van dun notaris. te HAASTRECHT zal verkoopen op MAANDAG 1 JUNI 1931 des avonds 7 uren in Hotel „De Zalm" aan de Markt te Gouda: No. 1 Een BURGERWOONHUIS gelegen aan de Zwarte weg nommer 100 te Reeuwyk. Ontruimd te aanvaarden bij de be taling der kooppenningen. No. 2 Een L PERCEEL BOUWGROND gelegen naast perceel 1, breed onge veer 10 meter. Beide perceelen worden, na veiling gecombineerd afgeslagen. No. 3 Een BURGERWOONHUIS met daarnaast gedegen meubelfabriek aan de Nieuwe «Gouwe 1 te Gouda. Voor vele doeleinden geschikt* gele gen aan het water. Ontruimd te aanvaarden 1 Augus tus 1931, of zooveel eerder als kan worden overeengekomen. Nadere inli ehtmgem ten kantore van den notaj/ia. Do notarissen F. C Engelberts te HAZERSWOUDE en J. Koeman te HAASTRECHT nullen verkoopen op DONDERDAG 11 JUNI 1931 bij inzet en DONDER DAG 18 JUNI 1931 bij afslag en com binaties, bedde dagen des morgens 11 uren (zomertijd) in het Café De Har monie aan de Markt te Gouda. De zoo goed als nieuwe geteekend nommer 7 genaamd Vrede- lust in Oukoop onder de gemeenten Hekendorp en Reeuwijk, met qjhuren, hooiberg en diverse perceelen Wei en Hooiland, weg en water, alles bij een gelegen, te zamen groot 12.69.59 hectaren. In de woning gelegenheid tot stal ling van 23 stuks vee. Verhuurd het land tot 1 December 1931, de gebouwen en erf tot 1 Mei 1932, voor 1250 per jaar. Te veilen in vier perceelen en com binaties. Breeder bij notities te bekomen vanaf 27 Mei ten kantore van ge noemde notarissen. 415 Aangesloten aan het Rllkttttlttfoonnst onder 20 T. M. SNATERSE, Walestraat 12, Gouda Patrijs Leghorn 0.30 WIL Leghorn 0.25 Barnevelders 0.30 L. BOUWE 98 GOUDA verzekerd juiote tijd en atiptheid Koopt daarom een Verkrijgbaar bij MARKT 70 25 VERKRIJGBAAR BIJ GROSSIER - GOUDA 30 biedt U het beste, aan billijken prijt. Zie daarvoor het Stadsnieuws en oordeel zelf. Prijscourant op aanvraag verkrijgbaar. Hoogachtend, Lange Tiendeweg 49, Telefoon 2094, Privé 20^5 Alles bereid uit prima grondstoffen Aanbevelend, M. MIMPEN, West Haven 57 Specialiteit In Goudsche Janhagel 0 Kleermaker Keizerstraat 38 20 De prijzen zijn daar beslist concurreerend, Blauw Colbert f 40.— Fantasie vanaf f 35.—. Vraagt per omgaande eens de stalen aan,

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1931 | | pagina 2