i
l
I
M
i
1
I]
GOUDSCHE COURANT - ZATERDAG 19 MAART 1932-TWEEDE BLAD
'M
G
♦SStUtdt*®*
>-
l)e lieveling ter Goden.
li
I Elegante Georgette Diagonaal Mantel
geheel op Crêpe Maroc, m flatteuse
I shawl op Crêpe Satin gevoerd en zeer
I moderne mouw met groote Crêpe
I ->atin manchet. Aparte gesp-iluiting en
I corsage. Rug gegatn m.
I ingezette banen. In Marine 50
len Zwart voor slechts «J
Chique, zuiver wolten Bouclé Man
tel, geheel op Crêpe Marocc kraag
gegarn met het moderne Buenos-
bont. elegante mouw met keurig-
verwerkte strookjesgarn. en aparte
rug. Fraaie corsage In **.cr\
Zwart, Nieuwbruin, Ve-
.ronese-Groen, Beige'v
T ?,a30na'lf Mante|- Ksurlgs F.nl.ii. Diagonaal
IrmïX J M"bU| k"»d'
mÓ ,ÏT p t m Tl?"!" apart ™d.nvgsg.rn. aak. «loganl.
rS;.m d»M.ala plooien doorgenikt, meneh.t en celn-
J.' j'"'- Bruin' 6"13'' lour. Rug gegarn. m. ingezette
lj ntodern-ge- r-yr banen. In de nieuw- 7E-
7w.rt W» n" 2 T "e grijze en bruin. 1 Q7S
Zwart Wlt. Bruin W,t Z.wJ. ,|>cMf V.
Flatt.uie Shetland Diagonaal
Mantel, geheel op zijde, met
opstaanden. geheel doorge-
stikten kraag, breede revêrs,
mouwgarn., zak en> ceintuur.
In Bleu Patou, Gris
Perle, Beige1 voor
den prijs v slechts I \J
Apart Heerenstof Mantelcos-
tuum geheel op zijde, m. tres
geboord, m het nieuwe revers-'
model en chique mouw. Rok
m. diepe plooien. In moderne
streepdesslns' als: 7
Zwart, Marine en IA'-3
Bruin met Wit voor r,
Aardige Shetland Mantel
geheel op zijde, m. moder
nen, grooten, doorgestikten
kraag, mouwgarnzak en
ceintuur. Rug met Keiler
naad. In de nieuw- A7(-
ste tinten voor den M 5
prijs van slechts V*
i
Onze kleine gemeenten.
Bij onze gemeentelijke indeeling stuit men
«genlyk op twee problemen. Het eene zou
man dat der te groote en het andere dat
d#r te kleine gemeenten kunnen noemen.
Het probleem der te groote gemeenten
betreft vooral onze zich uitbreidende en de
geheele omgeving opslokkende groote Btè-
den, welke uitbreiding aanleiding geeft tot
Lt'annexatievraagstuk, zooals dat in teer
dere gemeenten aan de orde is. Het gaat hier
eigenlijk om de vraag, of het wenschelyk is,
het bevolkingscomplex, dat groote stad
heet, onder te brengen in eene gemeente
dan wel te verdeelen over meerdere gemeen
ten. Zooals men weet, is dit laatste bet
geval in verschillende buitenlandsche ste
den met name Londen en Brussel, om van
andere nu maar niet te spreken. Wij willen
hier op het oogenblik niet uitmaken, welk
s\ steem het beste is.
Behalve dat der te groote gemeenten, is
er ook een probleem der te kleine gemeen
ten. Leidt het eerste tot verzet tegen samen
voeging van gemeenten, het tweede maakt
die samenvoeging meer en meer tot eene
gebiedende noodzakelijkheid.
Wij hebben eens het resultaat der in Dec.
1930 gehouden volkstelling nagegaan en
daaruit een lijstje samengesteld van ge
meenten met minder dan 1000 inwoners. In
het geheel waren het er niet minder dan
166 waarvan 26 het nog niet eens brachten
tot 600 inwoners. Het volgende staatje
geeft daarvan een overzicht ten aanzien
van de verschillende provincies.
Aantal Minder Minder
gem.
dan 1000
dan 500
inw.
inw.
Noord-Brabant
162
17
Gelderland
112
6
2
Zuid-Holland
183
35
6
Noord-Holland
125
18
4
Zeeland
109
36
4
Utrecht
73
21
4
Friesland
43
4
Overijssel
5»
7
Groningen
57
V
Drenthe r
34
Limburg
120
21
5
Nederland
1077
165
25
Zooals men
ziet, komt het kwaad het
Stand zich minder gevoelen. In den regel
nam een der inwoners tegen gering salaris
het burgemeesterschap met het secretariaat
er bij waar.
Dit werd anders naarmate onze moderoe
tijd allerlei aangelegenheden binnen de
overheidssfeer trok, die men er vroeger niet
kende en die aan het bestuur ook van de
kleinste gemeente eischen stellen, waaraan
alleen behoorlijk daartoe opgeleide personen
kunnen voldoen, die natuurlijk ook overeen
komstig die opleiding moeten worden be
taald. Het spreekt vanzelf, dat zoodoende
de kosten van het gemeentelijk bestuurs
apparaat voor deze kleine gemeenten bui
tensporig hoog worden, ook al kunnen deze
kosten door combinatie van ambtelijke
functies eenigszins worden beperkt.
Het is over deze aangelegenheid, dat de
bezuinigingscommissie van de Nederland-
sche Maatschappij voor Nijverheid en Han
del onlangs een zeer lezenswaardig rapport
heeft uitgebracht.
Met de gemeentelijke indeeling, zegt dit
rapport, is het nog steeds wonderlijk ge
steld. Geheele provinéies zijn er, waar,
alsof er sedert de middeleeuwen niets is
gebeurd, elke kerktoren het middelpunt
vormt van een gemeente, waar een gering
aantal ingezetenen, gegroepeerd binnen een
toevallig uit het grijze verleden overge
leverde om een uiterst klein gebied getrok
ken grens, gezamenlijk de bevoegdheden uit
oefenen, die de Grondwet aan de gemeenten
heeft toevertrouwd.
Wat de meerdere kosten van deze
ling betreft, heeft de bedoelde con
becijferd, atélrYndien men in Zuid-Holland
de kleinef gemeenten vereenigde tot ge
meenten k^00 zielen, dit vöor deze pro
vincie, alken wat de salarissen van burge
meester s,\ecretarissen en ontvangers be
treft, eene jaarlyksche besparing zou geven
van een kwart millioePgulden. Ongetwijfeld
ligt hier nog een heel terrein voor de effi
ciency braak.
BUITENLANDSCH NIEUWS.
cies. In Groningen en Drenthe komt geer.
enkele gemeente voor met minder dan 1000
inwoners. Friesland heeft over het alge
meen groote plattelandsgemeenten, die be
staan uit tal van dorpen. Alleen een viertal
gemeenten Schiermonnikoog en de kleine
steden Sloten, Hindeloopen en Stavoren
maken luerop eene uitzondering.
Van de 26 gemeenten met minder dan
500 inwoners kunnen sommige met recht
dwerggemeenten worden genoemd. Met
name noemen wij de gemeente Hemmen in
Gelderland met 206 inwoners, Katwoude
in Noord-Holland met 236 inwoners, Mesch
in Limburg met 302 inwoners, Ittervoort in
dezelfde provincie met 315 inwoners. En
zoo zouden wij kunnen doorgaan.
Hoe ia^men er toch toe gekomen, zulke
kleine gemeenten te scheppen, zal men vra
gen. Die zijn heelemaal niet opzettelijk ge
schapen, maar langs historischen weg ont
staan. De indeeling van ons land in ge
meenten stamt uit lang vervlogen tijden,
toen de ambachtsheer, de eigenaar van een
bepaald kasteel of landgoed, krachtens zijn
bezitsrecht het overheidsgezag uitoefende
over het omliggende platteland. Nog tal
van gemeenten danken haar ontstaan aan
dit verre verleden. Men heeft de heerlijke
rechten afgeschaft, maar de indeeling der
gemeenten is gebleven. Autonome eenheden
zijn die gemeenten echter allerminst.
Zoolang de taak der gemeentelijke over
heid eene zoo beperkte was als 60 k 100 jaar
geleden, deed het verkeerde van dezen toe-
ZWEDEN.
Kreuger Toll.
De Zweedsche Rijksbank zou belang
rijke credieten aan Kreuger en zijn
De leiding van het Kreuger-concern deelt
mede, dat zij tot alle buitenlandsche beur
zen, waar de aandeel en en de obligaties van
het concern worden genoteerd, het verzoek
heeft gericht, de noteeringen te schorsen.
De door het bestuur van de A. B. Kreu
ger and Toll benoemde accountants hebben
thans het voorloopige onderzoek naar den
I toestand van het concern geëindigd. Zij
hebben de Firma Price Waterhouse Co.
verzocht, by het onderzoek naar alle bijzon
derheden, behulpzaam te zyn.
Naar verluidt was Kreuger gewoon, war
neer hy een post aandeelen verworven had,
deze eerst op zyn eigen naam of op naam
van ir. Littorin of een der andere directeu
ren te zetten- Pas later bepaalde hy welke
van de ondernemingen de aandeelen in por
tefeuille zou nemen. Zoo zijn de aandeeien
Boliden eerst een week of wat gelede door
Kreuger aan A. B. Kreuger Toll over
gedaan. Het is een publiek geheim, dat de
Zweedsche Rijksbank den laatsten t'jd aan
Kreuger en aan het concern-Kreuger cre
dieten heeft verleend. Zoo zou een belang
rijk deel van de door Kreuge- verworven
aandeelen Boliden zich by de Rijksbank be
vinden. Het Deensche blad Politiken spreekt
van 25 millioen. maar dit is vermoedelijk
sterk overdreven.
Uit Stockholm wordt gemeld, dat de
Kreuger-waarden sedert Donderdag een
koersverlies van meer dan een half milliard
Zweedsche kr. hebben geleden.
Gevolgen van Kreuger's dood
in Estland.
In Weissenstein (Estland) is gister x de
bedrijfsleider en directeur van de aldaar ge
vestigde lucifersfabriek, die eigendom is
van het Kreuger-concern, eveneens plotse
ling gestorven. De door den bedryfsleidpr,
Margus genaamd, geleide fabriek is vroe
ger zijn eigendom geweest.
BELGIë.
De anti-fascist De Rosa vrijgelaten.
Een prinselijk gebaar.
Blijkens berichten uit Brussel is De Kosa
Uit de gevangenis ontslagen. Hij verliet het
gebouw in gezelschap van één der advo
caten, die hem 2V4 jaar geleden voor het
Hof van Gezworenen verdedigde. De Rosa
blijkt aan den gevangenisdirecteur zyn dank
voor de ondervonden behandeling betuigd te
hebben. Hy zal binnen een drietal dagen
naar Parijs terugkeeren. De Fransche re
geering zou zich tegen zijn verblijf aldaar
niet verzetten.
In goedingelichte kringen wordt verze
kerd, dat De Rosa de kwijtschelding van
straf, hem door Koning Albert verleend, aan
Prins Humbert en Prinses Marie José heeft
te danken. Het is Prinses Marie José zelf,
die, by haar jongste bezoek te Brussel, tot
Koning Albert, haar vader, het verzoek om
invrijheidstelling van den jongen Italiaan
richtte. Een soortgelijke stap blijkt, gelijk
tijdig, ten bate van den te Rome gedeti
neerden Brusselschen leeraar, dr. Moulin,
door het kroonprinselijk paar by den Ita-
liaanschen koning te zijn gedaan.
frankrijk.
Georges Marie Hsardt. t
De leider van de Fransche trans-Aziati
sche auto-expeditie is giSteren te Hong
kong aan de gevolgen van griep met long
ontsteking bezweken.
Men herinnert zich misschien nog, dat
Haardt in het begin van April van het vo
rige jaar met een aantal, door de firma
Citroen, van welke onderneming Haardt
I een der directeuren was, speciaal voor den
tocht gebouwde rupsauto's, uit Beiroet w
vertrokken voor een tocht dwars door Azië.
In, het geheel namen 34 menschen aan den
tocht deel. Na een moeilijke reis, waarop
het hoofd is moeten worden geboden aan
hitte en koude, vijandige dammen en ban
dieten, om van de moeilijkheden van het
terrein te zwijgen, is het gezelschap den
12en Februari te Peking aangekomen. De
weg ging door Irak en Perzië, door Af-
ganistan, over den Khyber-pas naar Pesja-
war; over Himalaja en Pamir, door Chi-
neesch Turkestan, de woeatyn van Gobi.
Georges Marie Haardt was in 1884 te
Napels uit Vlaamsche ouders geboren en
liet zich tot Franschman naturaliseeren.
Hy had zich als ontdekkingsreiziger-per
auto reeds naam gemaakt door zyn expe
ditie in 1922'23 dwars door de Sahara om
de mogelijkheid van auto-verkeer tusschen
Algerië en West-Afrika vast te stellen.
Het volgend jaar ondernam hy den z.g.
„zwarten kruistocht", om het Moederland
met Madagaskar te verbinden, via het
Tsjaad-meer en Belgisch-Kongo.
Verkeerslassen
van denA.N W.B
13e Le«.
Houd rechts in de bocht!
Losse bladen aitt het Dagboek
Wat is de grondregel van het verkeer?
„Hou rechts."
Aan welken kant van den weg mag men
niet rijden?
„Aan den linker kant."
Wanneer het bij het inhalen noodig is,
mag men wel op den linker kant van den
weg ryden, maar niet langer dan nood-
Vooral in een bocht, die soms moeilijk te
overzien is, moet het voorgeschreven rechts
houden terdege in acht genomen worden en
in een bocht is inhalen verboden. De wet
schrijft dit uitdrukkelijk voor: „Niet inhalen
in een bocht." En zeker moet men rechts
houden en een ander niet inhalen in bochten
zopals op de teekening zyn afgebeeld en
waar een dikke boom en struikgewas het
uitzicht benemen.
De motorrijder rechts kan den jongen,
die heel onvoorzichtig aan de linkerzijde
van den weg rijdt, niet tijdig achter het
boschje zien aankomen en een botsing is
onvermijdelijk.
Zoo'n onoverzichtelijke bocht wordt ook
wel een „blinde" bocht genoemd en daar
moet je dus dubbel opletten en voorzichtig
zijn.
Maar ook in andere, gemakkelijker boch
ten en trouwens overal op den weg is het
bepaald noodzakelijk steeds rechts te hou
den. Denk maar aan den grondregel van
het verkeer. Het is wel eens verleidelijk, bij
een groote bocht naar links op de linker
helft van den weg te gaan rijden, om de
bocht „af te snijden", maar het is gevaar
lijk en mag absoluut niet.
De fletser op het linker plaatje rijdt goed
rechts, kijk maar naar zijn Bpoor in de
bocht en de auto, die hem tegemoet komt,
doet het ook, zoodot ze elkaar in de bocht
veilig passeeren.
BINNENLAND.
Gemeenteraad van Utrecht.
De eerste gemeentelijke automarkt
in ons land.
In de gisteren gehouden zitting van den
UtrecMschen gemeenteraad werden de ec-
oialissMhe voorstellen tot subsidieering van
liet instituut, voor arbeldsontwikkeling tl
de A J C. en hot Amsterdamse!! Bureau
voor Kinderbescherming niet groote meer
derheid van stemmen verworpen.
Hel voorstel om op de salarissen van de
vakonderwijzers een korting toe te passen
overeenkomstig die bij hot Rijk, werd aan
genomen met 18 tegen 11 (de soe.-deni.)
In de avondeitting werd aan het zoo be
langrijke uitbreidingsplan Pijlsweert, oat
ren doorbraak door de Oude Wijk O omvat
en do stichtuvg van een nieuwe woonwijk.
i. h. st. goedgekeurd, waardoor met de uoo-
diige onteigeningsprocedures begonnen kan
worden In het voorstel is eveneens •opgeno
men een baatbelasting.
Ook werd z. h. et. besloten tot sttohting
van een gemeentelijke automarkt tot dus-
vei werd deze particulier gehouden - op
liet Vreeburg, luier te verplaatsen naar de
Veemarkt terreinen. Utrecht lieeft daardoor
de eerste gemerntelijke automarkt in ons
lend.
Zorgen van den landbouw.
Vertegenwoordigers by de Koningin.
H. M. <le Koningin heeft gisteren m
audiëntie ontvangen de heeren Nysingh,
voorzitter van het Kon. Ned. Landbouw-
oomité Verheggenj voemtUr van den
Ned. Boereu- en Tumdersbond, en prof. dr.
Daepeniiorst, voorzitter van den Chr. Hoe
ren- en Tumdersbond.
De lieer en hebben de zorgen en moeilijk
heden \au den landbouw uitvoering uiteen
gezet. Hare Majesteit verzocht in het bij
zonder Hare aandacht te willen wijden aan
de veehouderij en de gemengde bedrijven
en daarbij de hoop uitgesproken, dat, kon
liet zijn spoedig, van regeermgswege maaG
regelen zouden worden genomen om <3 aan
den daarin lieerschenden nood tegemoet te^
komen.
Promoties by het leger.
De commandant van het veldleger luite
nen t-gei ex aal E. F. lnsmger gaat 1 Mei met
pensioen en woèjilt opgevolgd door generaal-
majoor jhr. W Roeli. commandant der eer
ste divisie.
Generaal Ko<?il wordt .«pgevolgd door ko
lonel F. de Uoeyen. commandant van de
brigade grenadiers en jagers, die tot gene-
raal-majoor wordt bevorderd.
Tot kolonel der infanterie worden o.a. be
vorderd tot luitenant-kolonels C. J J.-Kass
ier, oommandant van het 6e reg. infanterie,
B ten Broecke Hoekstra, oommandant van
de vrijwillige landstormkoipsen motordienet
vaartuigendienst en luchtwachtdienst, H.
Kooseboom, oommandant van het 13e reg.
infanterie
van een IjouWenaar.
„Het doel en de roes van het leven
en de wedren van den tijd
zijn mij langzamerhand om het even"
ANTHONIE DONKER
Dondefdag 17 Maart.
Sinds eemge dagen nu Ahgonda weet
een aanval van die kwaadaardige, voor
de omgeving zoo uiterst hinderlijke,
koorts heeft gekregen die hel vrouwelijke
geslacht, ieder voorjaar pleegt te teiste
ren, met name de Jjroote Schoonmaak
leef ik weer inJen volkomen staat van
afhankelijkheid en slavernij. Evenals in
oorlogstijd het gezag wordt ontnomen
aan de rechtmatige bestuurderen en komt
in de handen van strenge onverbiddelijke
krijgslieden, zoo ook is mü ten mijnent
met de korte akelig-energiek klinkende
opmerking: „Siesoo, en nou beginne me
kommende Maandag met te solder
iedere autoriteit afgenomen; Aligonda is
helaas weer veranderd in de razende
Megèra, die als een furie het huis van
boven tot onder beheerscht.
Ik zal niet trachten den chaótischen
toestand in mijn perceel te beschrijven,
trouwens geen pen is daartoe in staat,
't zij genoeg op ie merken dat ik, in 't
eigen pand geworden tot een vreemde
ling, tevergeefs tracht door wandelin
gen in de stad, 't bezoek van achtbare
restaurants en door 't maken van kleine
reisjes dezen moeilijken tijd dragelijk te
maken, totdat de attaque die mijn huis
houdster overvalt het critische punt zal
hebben overschreden en zal zijn overge
gaan in een tijdperk van geleidelijk her
stel.
Zoo was ik vanmorgen reeds in de
vroegte naar de varkensmarkt getogen,
omdat ik het plan had opgevat eenigc
biggen te koopen voor den prijs die men
de vorige week heeft gevraagd, ffoezeer
ik mij evenwel inspande een vrouwelijk
handelaar te vinden genegen mij 'n paar
varkentjes a raison van eenige klinkende
zoenen te overhandigen, het mocht mij
niet gelukken gegadigden te selecteeren.
Dit skartte mij diep en meer dan ik zeg
gen kan, want ik heb voor mijn jaren een
gunstig, ik mag wel zeggen een prettig
voorkomen en vooral vpoger mocht Ik
■steeds een alleszins gezochte vartlj wor
den genoemd; bovendien sp^t het mij
nog om een andere reden.
■I verschijnsel dat een krulstaartje voor
vier zoenen van de hand werd gedaan
kwalificeerde als een mataise-kenmerk,
zonder nadere inlichtingen in ie winnen
omtrent de kwaliteit van het gebezigde
inpondcrabele betaalmiddel; integendeel
ik wilde daarin zien een weder opleven
van ouderwetsche galanterie en hoofsch-
heid.
Ik heb inü vergist, want nadat allerlei
lieden van onhoffelijk allooi mij kren
kend hadden toegesproken en nadat uit
drukkingen als ouwe gek"r„idiote ouwe
sokt" e.d. mnaar het hoofd waren ge
worpen, heb ik gemeend Ie moeten con-
cludeeren dat men niet met mijne pogin
gen sympathiseerde, en ik heb mij henen-
gespoed met gloeiend rood overlagen ge
laat en geschokt gevoel van eigenwaarde.
Van iedereen verlaten, ten prooi aan
een afschuwelijke verbijstering, zonder
afleiding (er is hier ook nooit meer iets
'te doen en in den schoolstrijd kan ik mij
niet mengen, als helaas hebbende gene
kinderenzwerf ik gelijk Ahasverus rond.
Het kinderhart
akker.
is de vruchtbaarste
ONS ZATERDAG-FEUILLETON.
uit het Engelsch van
BARONES ORCZY.
bewerkt door
J. P. WESSEUNK—VAN ROSSUM.
5 4
Hij geleek een bezield profeet, terwijl ik,
mij met geweld uit mijn gepeinzen en droo-
men rukkende, gaandeweg weer tot de
prozaïsche nuchterheid van het loven was
teruggekeerd. Het scheen eensklaps absurd,
dat twee Engelschen, die gezond van gees;
waren ik kon er tenminste een eed op
doen, da,t althans een van hen gezond van
geest was in een soort van ge< stvervog-
ring geraakten over het feit, of een zeker
volk ongeveer vijfduizend jaren geleden
oorlog hadden gevoerd, Verslagen waren,
door de woestijn hadden gezworven of niet.
Ik stelde my zelfs de vraag, in welk licht
tante Charlotte een typisch voorbeold
van de bekrompen Engel scho vrouw met
gezond oordeel en volkomen gent's aan fan
tasie in welk licht zy de verdwijning
van het oudste beschaafde volk dezer we-
sou beschouwen en welk gewicht zij
hechten aan sijn mogelijke ronddolingen
d»« i. WWrtflB.
Persoonlijk, ofschoon het onderwerp een
vreemde en onverklaarbare bekoring voor
my had, merkte ik spoedig, dat het mij niet
veel kan schelen of de heer Tankerville of
andere geschiedkundigen gelijk hadden of
niet in hun opvatting, omtrent de zevende,
achtste of tiende dynastie, en ik vroeg met
een laatsten schijn van belangstelling:
„Dus dat perkament toont ontwijfelbaar
al deze historische feiten aan; zij zijn on
schatbaar voor de groote menigte, ik vind
niet, da,t zij waard waren, noch voor uw
vader, npch voor uzelf u af te tobben tot
in uw lijkkist"
Hij keek mij met de grootste verbazing
aan, en streek een paar maal met de hand
over het voorhoofd als om zyn gedachten
te verzamelen.
„Ah ja! Ik zie het, natuurlijk kan je het
niet begrijpen. Hoe zou je het kunnen? Je
hebt niet jaren in dit werk doorgebracht,
zoodat het een deel van je leven is gewor-
deiu"
„Zeker, begrijp ik niet, beste kerel, waar
om je je zelf een hersenziekte op den hals
zoudt halen voor een volk, hoe belangrijk
het moge zijn, dat sinds vijf duizend jaren
van de wereld is verdwenen."
„Verdwenen?" schreeuwde hy byna uit.
„Nu zie ik, waarom je het niet begreep.
Maar kom, mijn waarde, kom hier bij het
vuur zitten. Neem een pijp, ik zal er ook
een opsteken... Ik zal je er alles heel kalm
van vertellen. Natuurlijk dacht je, dat ik
gek Was of een krankzinnige... Lucifers?
Hier sijn ze. Hullen wij Heht maken?"
Hij belde. De oude Janet, nog gcrimpel-
der en vriendelijker dsn ooit, bracht de
lamp. Z(j wierp een blok op het vuur, en
liet een heerlijke sfeer van behageliike op
geruimdheid achter, toen zy het vertrek
verliet. Wij zaten nu beiden gemakkelijk
bij den haard en rookten. Hugh scheen vol
komen kalm, zyn oogen staarden alleep
groot en schitterend in de vlammen.
HOOFDSTUK Hl.
De graftombe van den Griekechen prieeter.
„Het verbaast mij niets, Mark, oude
vriend, dat je denkt, dat ik gek ben," begon
Hugh na een poosje heel kalm; „het werk
is zoo inspannend geweest dat het onge
twijfeld mijn zenuwen heeft aangetast.
Toen ik er werkeiyk heden de laatste hand
aan had gelegd, was mijn eenige gedachte,
behalve die van jubelenden triomf, de
was je zoo bereid my te helpen, ale ik je
kwam je zoo bereid mij te helpen, als ik je
riep, en ik, als een dwaze enthousiast, dacht
niet aan de allereerste noodzakelijkheid, de
feiten helder en in logischen samenhang je
voor te leggen."
Hy wees naar een der mummies, die recht
op in een glazen kist in het verste eind van
het museum stomd. De menschelyke
trek vu helder en duidelijk onder de wei-
nige linnen Windselen zichtbaar, die geheel
beschilderd waren met teekenlngen en mot
to'. en het portret van den gestorvene, vol
gens die doer de «rieken in Bgypte inge-
voerde gewoonte.
„Toen wy beiden schooljongens waren,
waren al deze mummies onze vrienden en
onze fantasie genoot, als mijn vader, op zijn
schilderachtige manier, de beteekenis der
verschillende inscripties uitlegde, welke hun
leven beschreven. In die dagen wisten wy,
dat deze bijzondere mummie een Gneksch
priestet was geweest, en schriftgeleerde
van Assuan, die den wensch te kennen had
gegeven, begraven te worden op een bij
zonder eenzame plek in de woestyn, tegen
over de plaats, die nu Wady-Halfa heet.
Een vroom vriend of bloedverwant had
biykbaar dezen wensch ten uitvoer ge
bracht, want het was op deze verlaten
plaats, dat mUn vader deze mummie vond,
in zi)„ eenzame graftombe. Ik herinnerde
my, wat mijzelf betrof, hoe ik my dien god-
vruchtigen vriend het liefst voorstelde, de
stille Nijl afvarende, met het lijk van den
dooden schriftgeleerde, liggende in de kano
van zyn dahabyeh, terwyl de groote godin
Isis goedkeurend glimlachte bij de eerbie
dige daad en de heilige krokodillen^
nieuwsgierig hot stille vaartuig gadesloe
ten dat spookachtig tusschen de lotuBbla-
den voortgleed. Meer dan twee duizend jaar
later bezocht mijn vader deze eenzame
graftombe. Het was voor den tijd, waarop
een streng toezicht werd gehouden over
toeristen en amateur-onderzoekers, hij was
alleen, uitgenomen een oude «n getrouwe
fellah hij iz nu dood die steodz zijn
bediende was op sijn wetensohappslijk 0*
dereeeléngen. Naast de mummie van dsn
Thans, nu ik dit schrijf, bevtnfi tk my
gestorven schriftgeleerde, stonden do vier
gewelfde vazen, gewijd aan de kinderen van
Horus, welke het hart en de ingewanden
van den gestorvene bevatten; myn vader,
minder eerbied dan wetenschnppelykon
hartstocht bezittende, opende met zijn pen-
nemes het deksel van een der vazen en tot
zyn verbazing zag hy, dat ze beh.lv.het
gebalsemde hart, een papyrus bevatte, dicht
;n het Grieksch beschreven."
,ln het Griekscli? Dus dit niet 7'
-Neen, een ander, even waardeloos, van
evenveel waarde maar slechts een verkls-
ring, een aanvulling van bet eerste bevat
tende."
„Ik heb het vertaald, oude jongen, aei-
de hy met een glimlach, toen hij de ver-
bystering op myn gelaat zag: „Je was eens
een vry goed student in de klassieken, je
zult in ataat zyn te vergelyken of mijn ver
taling een juiste overzetting van het oor
spronkelijke is"
Hy nam een papier uit zyn notitieooek
en begon te lezen, terwijl ik meer eat meer
verbaasd en verwonderd luisterde, nog
steeds vragend waarom Hugh Tankerville
zich in zulk een opwinding had gewerkt,
j terwille van een dood verleden.
(Wordt vervelgd