Confectie Opruiming OPRUIMING BERTELS Anton Coops I ONGEREGELDE MANUFACTUREN MANTELS, COSTUMES, JAPONNEN Do Goudsehe Fruithandel Fa. N. Verkerk Het masker van Fu Manchu FORD AUTOMOBIELEN Belastingzaken Veilige en Economische Een .Regentendagboek uit de 18e eeuw. VOOR GROOTE STUKKEN „M'n STER-TABAK vergeten dan maar wéér naar beneden". HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor l@ct m Kameraad. REÜNIE - GOUDA De auto duivel THALIA THEATER SPOTPRIJZENI Zeun«»traal A+fc vanaf heden Kenre- f 7.50 f 9.75 f 12.50 Bah It 1mann VERHUIZINGEN «n EXPEDITIE Brandvrije Bergplaatsen L. N. POLDERVAART, 1 vierdeür Sedan grand luxe 4 1 Coupé met dickyseat 4 J. HULLEMAN - Kleiweg 20 - GOUDA. ■ACCOUNTANTSKANTOOR W. T. J. ABBEMA< 9 U t. WISKUNDE P. S. DAUV1LLIER. bedrijfs- KLEEDING NELLY SOETERS- Toonkamer „Crabeth" J. C. LANGEItAAR, belegging van Uw Kas- en Spaargelden. Spaarbank8 GEMEENTE Giro-, Stortings-) 0_n ~r en Ophaaldienst) 2-62 GOUWE 2 GOUDA. Op de groote fluctuatie in de bevolking, der residentie hebben wy reeds vaak ge wezen. Ongehinderd door de tijdsomstandig heden gaan de geboorten voort, niet noe menswaard is de daling die daarin valt waar te nemen. Daarnevens was er al tal van .jaren een voortdurende uittocht van andere gemeenten naar de onze en als ge volg" daarvan kwam er ieder jaar een stadje by onze stad van ongeveer 9 10 duizend zielen. Zóó ging het al een kwart eeuw met eenige stijging en eenige daling, maar altijd in opgaande lijn. Voor het eerst na al die jaren is er eens een maand geweest het was de om zijn grilligheid bekende maand Maart dat daarin een verandering is gekomen. Wel was de stoet van jonge wereldburgers even groot, wel steeg niet het aantal van hen, I die uit dit aardsche tranendal heengingen, wel stroomden nog meer dan twee duizend i pexsoneji elders naar de hoofdstad toe, maar de uittocht* was ditmaal grooter, 110 grooter dan die intocht. Nog bezorgde de I baby-stoet ons een aanwinst van totaal 115 j zielen, doch in vergelijking met andere J maanden is dit een enorme daling. Maart 1933 heeft een aanwas van 680 zielen, zes maal zooveel dus als zijn naamgenoot in 1934, Wat daarvan de reden is, is niet na te gaan. Men zal allereerst moeten afwach ten of dit voor één keer een verschijnsel dan wel pf dit het begin is van een kente ring. Intusschen is het verschijnsel merk waardig genoeg om er even de aandacht op te vestigen. In de detailcijfers valt alleen op, dat hjet aantal personen dat uit den Haag naai het buitenland vertrok, zooveel grooter is jdan het aantal dat daaruit naaj; ons kwam.lHet kan zijn, dat dit het artikel dienstmeisjes is, maar zéker is dit niet. In dit verschil nog niet eens u maar eens af hoe April n vooral Mei, dat altijd nog bij uitnemendheid is. ling^blyft het, dat in die maand aanwas van 110 personen l[an woningen bracht van niet Men behoeft niet te vra- tel is. Als wij nog eens aan en berekenen dat één wo- l vier personen in onze stad als norm is te aanvaarden, dan blijkt dat' er elf duizend woningen in onze stad te veel zijn, Elf duizend, dat is voldoende voor een stad van veertig duizend zielen, die pas in vijf jaar in den Haag zijn te ver wachten. En reeds wordt meegedeeld, dat nog ruim 4800 woningen in aanbouw zijn. Het hangt er dus wel heel erg van af hoe de verdere ontwikkeling van de bevolking in onze stad zal zijn, en wij zijn meer dan ooit benieuwd wat er in de volgende maanden van terecht komt. HAGENAAR. Voor het gemak van de lezers is de laatstvermelde aanteekening uit het dag boek weer opgenoipen. „30 January Camer „Is gecompareert (verschenen) dHr „Bailliu van Gouderak en te kenne ge- „geeven wat le in Syn regthuys is voor- „gevalle namentlyk dat de Ingesetene „niet wilde Loten en dus die gestaakt „2 dat^ Willem Verwey en Willem de „Lange voerlieden zig Brutaal hebben „aangesteld en Oranje droege, en ver- „scheide anderen „3e dat de Ingesetene [van Gouderak] „een Oranje Vlag op den Toren hadden „geset, en meer ongeregeltheden hadde „gedaan, dat 2 van de voornaamste wa- „ren geapprehendeert (in hechtenis ge- „nomen) „Dat 4e in Brouck Thuyl de Ingesetene „mede niet hadde willen Lpten, dat zy „met geweld waren ingedronge, en hy „met de bloote degen de selve hadde „uytgedreven „dat die van Brouckhuysen naderhand „vrywillig hadden geloot „versogt maintien over (ip hechtenis „te mogen nemen) die voerluyde „nadat den Heer Bailliu was affge- „gaan (vertrokken), hebbe Heere'n Bur- „gemeesteren geresolveert (besloten) de „2 voerluyde tegens S anderendaags te „ontbieden „Blanke toesiender (directeur van ge meentewerken) ontboden en hem gelast „de Scherpe patroone na te zien „In ga»sch Rynland en andere plaat sen waren de boeren Zeer oproerig en „wilde niet loten, Mr. Cornelis Nicolaas Plemper van Bree, baljuw en schout van Gouda, was tegelijker tijd ook baljuw en schout van Gouderak. In deze laatste kwaliteit was hy door gecom mitteerde Raden met de loting in boven genoemde heerlijkheid belast. Die loting vond uit den aard der zaak plaats op het „regthuys". Zoo'n „regthuys" was wat we nu zouden noemen het gemeentehuis. Het droeg vroeger dien naam, omdat het be stuur van de heerlijkheid ook met de recht spraak was belast en die rechtspraak voor den gewonen man de belangrijkste taak van de overheid was. De herinneriag hieraan is nog niet geheel verloren gegaan. Zoo stond voor twintig jaar en staat misséhien nu nog wel voor het gemeentehuis van Aardenburg het beeld van de gerechtigheid met blind doek en weegschaal. Het „regthuys van Gouderak" bevond zich niet in het dorp zelf, maar stond aan den Gouderakschen dijk, vlak tegenover bnze stad. Men kon het bereiken door zich te laten overzetten met het veerbootje, dat de verbinding tusschen de Veerstal en den Gouderakschen dijk onderhield en dat sinds een betrekkelijk kort aantal jaren niet meer vaart. Het „regthuys" lag aan den anderen kant van den Gouderakschen rijk, recht tegenover de aanlegplaats van het veer en EN DE GESCHENKENBONS BLIJVEN GEHANDHAAFD! was gevestigd in een herberg. Die herberg is nog niet zoo heel lang geleden verdwe nen. Bij de oudere Gouwenaars genoot hij een zekere Vermaardheid in verband met de „Scharrekermis". Boven, gelijk met den dijk, was, zooals mij is verteld, de gelag kamer en beneden aan den voet van den dijk de danszaal, waar Tijs dp Pik en an dere beroemde violisten in hun tijd de dans met hun muziek begeleidden. In 1785 nu was de gelagkamer, of zooals deze toen heette „de gemeene hayrdt" ook Veeds boven aan den dijk gelegen en zag hier op uit. Naast „de gemeene hayrdt" lag de „fegtkamer". Het volgende was nu gebeurd: Willem de Lange, „voerman in het wagenveer van Gouda op Rotterdam en vice-versa" en in deze functie door burgemeesters van Gouda aangesteld, stond op den bewusten 28sten Januari 1785 met zyn collega Willem Ver wey en enkele andere personen by de ge opende Middelpoort aan het Veerstal. Die Middelpoort bevond zich ter plaatse, waar nu het trapje is, waarmee men over de Veerstalmuur klimt en lag alzoo vlak tegen over het hierboven reeds besproken veer. Aan den overkant van den dyk stonden de Gouderaksche „huyslieden (boeren)", die voor de loting waren opgekomen en. zooals rechtgeaarde lotelingen betaamt, schreeuw den en tekeer gingen. Nu wilde het ongeluk, dat Willem de Lange in GouderaL was geboren. De stem des bloeds sprak; hy kon het aan dezen kant van den IJsel niej langer uithouden en liet zich met Willem Verwey en Thomas van Maurik overzetten. Ahn den overkant gekomen, waren zy met hun drieën „de ge meene haart" binnengegaan. Het was toen omstreeks half een. In „de gemeene haart" bevonden zich verschillende personen, die „in een gelag waren geraakt". Toen zy even binnen waren, „kwam de roep", dat in Gou derak de vlag op den toren stond. Onder de bezoekers waren er daarop geweest, die gezegd hadden: „Als de Vlag waaydt mogen wy ook een Strikje dragen". De meesten hadden toen „een Orange lintje aan den hoed off muts gedaan". Willem de Lange en Willem Verwey hadden zich echter daar van onthouden. Omstreeks één uur was de baljuw de gelagkamer komen binnenstap pen. Hy had dadelijk gezien, dat er ver schillende personen oranje droegen en on middellijk gelast, dat „de Oranje linten van de Mutsen en hoeden gedaan moeste wor den". Willem Verwey vroeg daarop, waar om de baljuw dit beval en deze antwoordde: Omdat de Souverain het dragen van leu- sen (kenteekenen van politieke gezindheid) heeft verboden". De meeste bezoekers deden daarop hun oranje af; een zekere Pieter Fyn, wonende op Stolwykersluis, die een groot oranjelint aan zyn schippersmuts had hangen, weigerde echter na herhaalde aan maning aan het bevel gehoor te geven. De baljuw had toen tegen Fyn gezegd, dat, indien deze het lint niet van de muts af deed, hy het er. af zou halen. Pieter Fyn had daarop geantwoord „dat hy dat wel eens wou sien". Willem de Lange had er zich ook mee bemoeid en tot den baljuw gezegd, „dat hy in de Stad eerst de Swarte Cocardes er af moest halen". De Lange doelde hiermee op de zwarte cocrades, die de schutterij-officieren en de patriottische schutters op hun hoofddeksel droegen en die het kenteeken waren van de anti-stad houderlijke party. De baljuw, die blijkbaar niet benauwd was, had daarop het lint van de muts van Fyn afgetrokken en in het vuur" gegooid. De Lange en Verwey waren toen opgestoven en voor den baljuw gaan staan. De Lange had toen tegen den baljuw gezegd: „wat donder smytje Orange in 't vuur? Nou selien de swarte cocardes ook na de Donder. Jy Blixem, sal je Orange in 't Vuur gooyen". Ook Willem Verwey had dergelijke uitdrukkingen gebezigd en even als de Lange gezegd, „dat de Baljuw hun reden moest geven dat hy Orange in 't Vuur wierp". De baljuw had hun daarop ge raden zich stil te houden. Ook Pieter Fyn was door den baljuw tot kalmte aange maand. De Lange en Verwey hadden zich daaraan niet gestoord en tegen den baljuw uitdrukkingen gebezigd van den volgenden aard: ,jHier heb je niets te segge; hier ben je niet meer als ik; boven op je Rechtkamer gaat daar, hier is een vrye herberg". Pieter Fijn was intusschen weer by het vuur gaan zitten en had een nieuw oranje lint aan zyn muts bevestigd. Toen dit was gebeurd, was hy geflankeerd door Verwey en de Lange, recht op den baljuw toege- stapt en had dezen uitgedaagd mét de woorden: „Neem t Orange lint nu nog eens van myn muts; ik wou voor den donder wel eens sien, dat je het er nog eens afnam" Ook de Lange en Verwey hadden den bal juw met dergelijke woorden uitgetart. Op dit oogenblik kwamen de „twee Justitie die naars", Jan Sonneveldt en Jan Snydevaart boven. De verhouding tusschen den baljuw en die „Justitiedienaars" was blijkbaar van zeer gemoedelijken aard, want de baljuw zei tot een van hen: „Jan, haal die leuse van de muts". Jan wilde dit bevel uitvoeren, maar Pieter Fijn, bijgestaan door de Lange ei\ Vetwey, verzette zich. Ook van andere zijde kreeg hy hulp; Eeuwout van Es trok een mes en wilde hem daarmee bystaan. De .Justitiedienaars" behielden echter de overhand en het lint werd van de muts verwijderd. De baljuw verliet daarop „de gemeene hayrdt" om zich naar de reéhi. kamer te begeven. Verwey, de Lange en van Es hadden hem daarheen willen volgen, om te vragen „waarom hy oranje op 't vuur had gegooyd". Zy waren hierin echter ver hinderd door den herbergier Jan van Vleu ten, die als gerech®>ode van Gouderak, tevens met het handhaven van de orde op het „regthuys" was belast. Herhaaldelijk waren zy vervolgens in de gelagkamer op gestaan om naar de „regtkamer" te gaan, maar steeds had de gerechtsbode hen weer weten tegen te houden, onder mededeeling dat de heeren zaten te eten. De Lange en Verwey bleven toen in de gelagkamer, tot dat het rijtuig voorkwam, waarmee de Secretaris van Gouderak, Ary Herfst en „eenige van de Gerechte" naar het dorp zouden worden teruggebracht. Zy waren toen op den dijk gekomen en hadden aan den Secretaris gevraagd, „waarom 3y belet wierden op de Rechtkamer te komen. Zy moesten en wilden den baljuw spreke". Ver volgens waren zy de herberg weer binnen gegaan en „hadden sig seer luydrugtig ge dragen met Singen, Schreeuwen, dansen of springen". Telkens hadden zij geroepen: „Vivat, Vivat de Prins, Vivat Orange, Orange boven". Ten'slotte waren zij weer naar de stad getrokken. Daar hadden rj met veel ophef „op de publyque Straat" verteld, dat zy met dgn baljuw „dispuyt hadden gehad by Jan van Vleuten". Dit woord „dispuyt" leeft nu nog in den volks mond voort als „spruut". De Lange had onder anderen aan de Rotterdamsche poort gezegd, „dat de Bailliu met het orange lint - in t vuur te Smyten aldus het gelieele huys van Nassau in t vuur gooyde". Hy had dit verhaal ongelukkigerwijze gedaan aan twee patriottische „pypmakersbaase", Jacob van der Want en Dirk Dirkx. Jacoo van der Want had hem daarop gezegd: „Men mag geen leusen dragen, het zyn Wetten van de Souverain". De Lange had daarop geant woord: ,Jy bent er ook soo een, jouw meen ik". Tot zoover de rol, die de Lange en Ver wey by de loting hadden gespeeld. De baljuw van Gouderak kon uit den aard der zaak niet als zoodanig tegen de Lange en Verwey optreden. Maar dadelijk werd raad geschaft; er werd door burgemeesters vastgesteld, dat al was Mr. Plemper van Bree by de relletjes als baljuw van Goude rak in functie geweest, hy daarmee toch op dat oogenblik zyn „qualiteyt (hoedanig heid)" als baljuw van Gouda nxet had ver loren. Bijgevolg hadden <}e Lange en Ver wey zich verzet tegen dèn Grudsehen bal juw en hiervoor stonden huft ernstige straf fen te wachten. In Gouderak kon Mr. Plemper van Bree met kracht optreden; hy liet dan ook dade lijk twee van de belhamels gevangennemen. Pieter Fijn was hier echter niet bij, want by schrijven van 3 Februan 1"S5 deelden „Mansmannen (de leden van het gerecht) van Gouderak" aan het Goudsehe stadsbe stuur mede, daat zij aan 'den baljuw had den opgedragen bovengenoemden Fyn te arresteeren. Zij verzochten in dit schryven tevens de eventueele arrestatie van Fyn niet te willen beschouwen als een aanslag op de Goudsehe rechtsmacht Al bleven de Lange en Verwey voorloopig nog op vrije voeten, het was te voorzien, dat zy spoedig boven de Tiendewegspoort zouden worden opgeborgen. (Wordt vervolgd.) Nadruk verboden. Dr. Mr. J. SMIT. door WILLY CORSARI. Zoo, kameraad, zei de man, die in een portiek schuilde voor den re gen, tegen een wezen, even verwaar loosd, hongerig en verlaten als hij zelf een straathond. De hond aar zelde, schuw en bereid onmiddellijk Wig te vluchten, als de man maar een lichte afwerende beweging zou ma ken. Doch inplaats daarvan stak hij zijn hand uit en daarin was een stukje brood. Menschen, die nooit een hond hadden of er nooit van hielden, zullen het n-iet gelooven, doch ieder ander mensch weet, dat een hond diverse gelaatsuitdrukkingen bezit. De hönd in den regen keek stom verbaasd, wantrouwend, vaag hoopvol. Zou het ^n val z\jn? Zou het brood weer weg getrokken worden, als hij dichterbij kwam, zou hij dan een trap of een slag krijgfen? Niét dichterbij komen was veiliger, maar toch, hij had hon ger... Kom maar, ouwe jongen, zei de man, kameraden doen elkander geen kwaad en wij zijn kameraden in de ellende. De stem 'wekte vertrouwen. De hond nam het stuk brood en slokte het op. Kauwen kerel, zei de man, dan heb je er meer aan vitaminen en zoo, weet je. Hier, meer krijg je niet. De hond slokte het tweede stuk brood op. Toen streek de man hem over het ruige haar van den kop en zei: Kom maar... het is hier ten minste droog. De hond kwam aarzelend in de por tiek en ging zitten, nog altijd op zijn hoede.*De man zuchtte: Op... ouwe jongen... niet meer. Maar als het straks niet meer regent, verdien ik misschien nog genoeg om je een hapje warm eten met me te laten deelen. Alleen is ook niet alles... dan pieker je teveel-en je krijgt neiging de boel erbij neer te gooien. De hond bewoog zijn staart, iets wat hij in langen tijd niet meer ge daan had. Het was nog een jong dief. Ze hadden het op straat gezet, zoodra het zeven maanden oud was, nu kon het nauwelijks volwassen zijn, of mis schien was het, zooals slecht verzorg de kinderen, achterlijk van bouw. De regen hield op. Kom, kameraad, zei de man. Hü ging de straat op en de hond volgde hem, aarzelend, nog altijd.niet bij machte te begrijpen, dat een mensch goed voor hem was geweest en dat hij blijkbaar bij dien mensch mocht blijven. Hij wachtte telkens ge duldig als de man ergens aanbelde en probeerde iets te verkoopen. Soms lukte het. Aan het einde van een langen, ver- moeienden dag, had de man zooveel verkocht of gekregen, dat hij kon zeggen Kameraad, we gaan het er eens van nemen. Kom maar mee. In het volkslogement je, waarin de hond hem volgde, was het warm. Wat een mormel! zei de juf frouw, die bediende, maar ze gaf den schuwen hond een been. De man bestelde een warm bord soep, liet er wat in en zette het voor zijn nieuwen kameraad neer, die haastig, schuw en nog altijd ongeloo- vig de soep opslorpte. Daarna at hij hutspot, eerlijk gedeeld. Toen zat hij een tijdje te soezen, terwijl de hond, die zich plotseling in het paradijs ver zeild geloofde, op het been kauwde. Vier jaren, geleden was de man een goed betaalde employé op een bank. Malaise, ontslag, mooie getuigschrif ten* Solliciteeren. Postzegels inslui ten, advertenties napluizen, weer sol liciteeren... en zoo verder, verder... verder!..v Tenslotte een baantje, als verkooper. Een halfjaar. Zaken gaan slecht, ontslagen met wéér een mooi getuigschrift. En dan... langzaam naar beneden... stap voor stap. Alles probeeren. Alles aanpakken. Maar je bent jong, je hoopt nog. De hoop sterft uit. Op een dag loop je langs de deur met koopwaar, je bent geen heer meer en eraan ge wend, bqnt blij genoeg met een aal moes, een kopje koffie, met 'n straat hond als kameraad, met een armoedig bed, vuile lakens, stinkend kacheltje, ongezellig kamertje. Voortaan zijn ze met hun beiden. Op zonnige dagen ben je opge fleurd, op leelijke dagen moe, neer slachtig en verwaarloosd. Het leven wordt voortgesleept. Honderden malen denkt de man: „Ik maak er een eind aan." Twee bruine oogen zien hem dan aan en weerhouden hem. De oogen van een hond. Die wel graag leeft, die blij is met het geringste, een aai, een been, een goed woord. Een hond, die je niet weer tot zoo'n verlaten, verschopt stakkertje wilt maken, die je ook het hart niet hebt dood te maken. En dan... op een dag... een opge blazen studentje aan het stuur van zijn auto rijdt als een gek... een wil van een vrouw... de auto stopt... een geaffecteerde stem zegt: „Wat een drukte om dat beest, zeg!" En dan is er een kerel, die opeens tegenover hem staat, een hand komt neer en het studentje ligt op de steenen. Recht zaak. Studentje verschijnt, nog^met sporen van het drama op zijn gezicht. Verschrikkelijk mishandeld door dien proleet, zeg! en om niets, een straat mormel, dat onder mijn auto liep, zeg- Maar een agent verklaart, dat stu dentje te hard reed, het had evengoed een kind kunnen zijn als een hond. Het beest liep niet onder den auto, het werd aangereden. Studentje was lang niet zuiver op de graat. Andere getuige, een öude dame, spreekt haar verontwaardiging over dezen kwajongen uit. Alsof een hond geen levend wezen is, zijn eenige ka meraad, een dier, dat het net zoo Ü&ht heeft als hif en" danTcomter nog*] zoo'n jongen, die niet droog achter de ooien is... De rechter vermaant de oude dame. oud of niet, ze mag geen beleedigende dingen zeggen. Verdachte komt aan het woord. Hij zegt niet veel. Daér en daar in betrekking ge weest, zijn verdediger he$t een ver klaring van vroegere patroons, die hem dadelijk zouden- willen terugne men, als de tijden maÜT-uiet zoo slecht warén. Ja, het beest wast alles wat i hij had; en toen hij hét daar zag lig gen en die r... die eh... meneer dat hoorde zeggen... De publieke tribune spreekt het snel ingeslikte woord voor hem uit. Vermaning van den rechter en dan komt de officier aan het woord, houdt de verdediger een pleidooi, niet eens zóó slecht, in aanmerking genomen, dat het een pro deo-zaak is, waar ver dedigers zich gewoonlijk niet druk om maken. Maar verdediger houdt van honden, heeft er zelf twee, is lid van de Dierenbescherming, windt zich op. De rechter houdt ook van honden. Hij geeft een voorwaardelijke straf. Studentje krijgt een vervolging wegens roekeloos rijden. De oude wacht den verdachte op en doet hem een voorstel. Ik heb geen baantje voor je, zoo- ais je verdient, zei ze, maar ik zou er je wel eentje kunnen verschaffen, waarin je tenminste je brood ver-, dient. Voorloopig... Als het je niet te min is om aan te nemen. Mijn dienst bode gaat trouwen. Ik heb nog geen keukenmeid. Natuurlijk kan ik een andere dienstbode aannemen, maar ik zie er erg tegen op, als ik zoo om me heen zie. Wil je het probeeren? De jonge man kleurt. Mag ik... Ja, zei ze hem dadelijk begrij pend. Goede hemel, moeder, wat een mormel heb je nu in huis? vraagt haar getrouwde dochter een tijdje later, een rasloozer schepsel heb ik nog nooit gezien en kreupel ook nog. Dat gaat wel over, zegt de die renarts en als het ntét over gaat dan is hij er toch niet minder gelukkig en vrooljjk om. Die hond is van mijn knecht. De dochter ging er bij zitten. Heb je nou heusch een knecht in dienst genomen? En brengt die er wat van terecht? Hij is beter dan de doorsnee Hollandsche dienstbode, zei de oude dame afgemeten, en een Duitsche neem ik principieel niet. Dus zeur er alsjeblieft niet over. De dochter zeurde niet, haar moe der kennende.' Overigens was „Kame- Vanaf VRIJDAG Lm. MAANDAG KEN MAYNARD en zijn paard TARZAN in: HAAL. OP TARZAN Geweldige actie. De groote Wedren. Pracht sensatie. 2DE HQQFDFILM: WALLY REID in (Racer's bloed.) Een programma zooals ALLEEN REÜNIE brengen kan TOEGANG BOVEN 14 JAAR. WOENSDAG 2 uur MATINEE voor iederen leeftijd met KEN MAYNARD en TARZAN in „HAAL OP TARZAN!" raad" binnen enkele weken ^de lieve- ling van haar kleine jongens. Kinde ren kijken niet naar ras, dié kunnen nog de gelaatsuitdrukkingen van een hond onderscheiden. Zonder jou, zei de nieuwbakken huisknecht soms tegen hem, was ik misschien al dood. En zonder jou liep ik misschien ook nog langs de huizen. Weet je, dat ik eigenlijk een heeleboel aan jou te danken heb? Kameraad trok een lip en kwispel de. Men zou gezworen hebben, dat hij lachte bij dat ideeDe baas aan hém iets te danken, de baas, die hem in het paradijs bracht? Om te lachen... waf, waf! Deze week 1.000.000 volt filmspanning met de verfilming van Sax Róhma's boek met BORIS KARLOFF de opvolger van Lon Ctoey Verder: LAVIS STONE, JEAN HERSHOLT, MYRNA LOY e.a. In ons voorprogrammade nieuwste groote schaterklucht van Stan Laurel en Oliver Hardy: SLAAP KINDJE SLAAP. Toegang boven 18 jaar. Sensatiepi jjzenvan 25 tot 1 gulden. Aangekocht een reuzepartij ONGEREGELDE MANUFACTUREN, waaronder LANDHUISSTOF SCHORTEBONT MATTINGS MANCHESTER ENZ. Voorts een SPOTGOEDKOOPE AANBIEDING in: GEMAAKTE GOEDEREN TRICOTAGES DEKENS MATTEN —-SCHOORSTEENLOOPERS en MANCHESTER JONGENSBROEKJES. BEZOEKT NU ONZE WINKEL en U heeft kans een prachtige auto of een van de 5000 prijzen GRATIS te ontvangen. IEDERE BEZOEKER ONTVANGT GRATIS EEN LOT. 5 HOOFDPRIJZEN en 5000 PRIJZEN. Trekkingslijst van 1 Juni ligt bij ons ter inzage. De tweede trekking geschiedt op 2 JULI 1934. Hoofdprijs SALON-AMEUBLEMENT en 1000 PRIJZEN. Gouds Het groote succes met onze mantelaanbieding is aanleiding dat wij dezelfde aanbieding nog maals brengen, doch nu ook in costumes en japonnen. Uitsluitend ons bekende betere SERIE 1 van 13.75 - 12.75 - 11.50 thans SERIE 2 van 17.50 15.75 14.50 thans SERIE 3 van 23.50 21.50 19.75 thans SERIE 4 van 32.50 - 29.75 27.50 thans f 17,50 SERIE 5 van 39.50 37.50 - 34.75 thans f 22 50 Bij alles passende HOEDEN voor.,, spotprijzen. Ook in REGENMANTEL brengen wij een enorme keuze. Potter en Moor»» Lavendelwater BRILLANTINE, POEDERCREME ENZ. Een O D O^^^EKEIL^rANDBORSjVl" ên TOBE TANDPASTA verpakt in doos met platen en sprookjes 75 ct. H F. v. Wijngaarden. - Kleiweg 77. - Telefoon J3315^ VOI LE GARANTIE. LAGE PRIJZEN. VOLLE GARANTEN AUTomENST op LEIDEN en HAARLEM en IJMUIDEN over Bodegraven, Alf en, Koudekerk, Zoeterwoude, Uiden, Oegstgeest, Sassenheim, Lisse, HiUegom, Bennebroek, Heemstede, Haarlem, IJmuiden. GOEDEREN WORDEN AFGEHAALD. Beleefd aanbevelend TURFMARKT 1 TELEF. 2534 De volgende voorjarige OFFICIAL FORD DEALER. INDIEN C NIEI7 TEVREDEN ZIJT over Uw tegenwoordige bleekerji, dan wordt U aanbevolen de Stoom Wasch- enStriik'nc'chtinKvali N G ROEST v.h. Gez. Etman, Fluweelensingel 67, ingang ook Buig. Maitensstidiat. Zendt pwmfwasch. Billijke p,„s. Z(j: Och, was ik maar een vogelijn! Hy: Dan zou ik wenschen een jacht geweer te wezen. (Muskete, Weenen.) LID NEDERL. INSTITUUT VAN ACCOUNTANTS GOUDA CRABETHSTRAAT 61 MINUTEN (/mm/m BLAUWE DRUIVEN perziken VERSCHE AARDBEIEN AALBESSEN POMPELMOES TAFELPEREN TAFDLAi™ te adres yoor opGEMAAKTE FRUITMANDEN. m. DUIvGld. SINAASAPPELEN CITROENEN BANANEN TOMATEN NIEUWE VIJGEN /RUCHTEN IN BLIK EN GLAS DIVERSE SOORTEN NOTEN Firma Wad. A. Rlatvo LANGE TIENPEWEG 27 TELEF. 3316. Wonscht U 'n aangonaam en rustig uitstaple per auto b.v. naar het Gooi, Arnhem en Omatr., Nijmegen en Om streken, enz., of naar het Buiten land? BEL DAN OP 2S06 Kanxemelksloot 80, GOUDA, Sla luxe auto's voor sTl' 5 en 7 personen te Uwer beschikking heeft. Vertrouwd wlrea -— Veie'd^kbetuigingen. JAM EN GELEI MDERIANDSCI1 FABRIKAAT Pakjes a 15 ets bij DROGIST - WIJDSTRAAT 31. TELEF. 2482. DAMESTASSCHEN GROOTE SORTEERING NIEUWE MODELLEN EN KLEUREN. BOODSCHAP- BAD-en WANDELTASSCHEN MET TREKSLUITING. LAGE P R IJ Z E N. KLEIWEGSTRAAT 6-8 TELEF. 2166. leasen aangeboden, op zeer billijke voor waarden, voor leerlingen H. B. S. en Gymnasium, voor candidaten BOUWKUN DIG OPZICHTER, enz. door VOOR BETERE NAAR de kleine winst KORTE TIHDEWIG EE, GOUD» VAN BALEN BLANKEN Lid v. d. Vereen, v. d. Kunst- nüverheidhandel Crabethstraat 8 Teief. 2020 MET RUBBER GEVOERDE BADTASSCHEN TINWERK Speciaal voor gevoelige voeten. Goed voor 4 voetbaden slechts 20 cent Gedipt Drogist.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1934 | | pagina 2