VX VtJVUMllU JL NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN No. 18794 73e Jaarwowg GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NJEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADD1NXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen Nhandaq 31 December 1934 (Nieuwjoarsoouroot) I Van Oud op Nieuw. HET JAAR DAT HEENGING. Ernstige moeilijkheden op elk gebied. BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, liOUkMHE nil HAM f W L9 V» i-/£jUxliZl t XXL" j \JTvZ<-/X/l_xXVZ>XB., xlxiZim 1 IVlxvXl Xj irlVZ A j m i is K. door strijd verkregen kan worden. Zoo staan we in vreugdige verwachting ook aan den ingang van dit nieuwe jaar, dat we zullen maken tot een nieuwe heerlijkheid en een nieuw geluk. De invloed van den Volkenbond. Al gloort dus hierin de Fransch-Duitsche toenadering, in Duitschland's veranderde houding en in het weer langzaam toenemen van den invloed van den Volkenbond, zoo- als die zich in de oplossing van het Hon- gaarsch-Zuid-SIavisch geschil geopenbaard heeft, de schemering van hoop, waarop we boven de aandacht vestigden, de spanning blijft ook in Midden-Europa, en heeft nog weinig van haar felheid verloren. Tegen de zelfs het rechtstreeksch leiden van een op stand beteekende. Maar deze opstand, die na langen stryd overwonnen werd, had voor Duitschland een fataal gevolg. Italië, dat door zyn overeenkomsten met Oostenrijk en Hongarije reeds duidelijk had gemaakt, dat het deze beide landen tot'fcyn zeer bijzon dere invloedsfeer rekende, manifesteerde nu door het samentrekken van troepen aan de Oostenryksch-Italiaansche grenzen op niet te miskennen wijze 'zijn besluit zich zoo noodig met geweld tegen iedere aanranding van Oostenrijk’s onafhankelijkheid te ver zetten. Maar bovendien werd deze Duitsche poging 'de aansluiting van Oostenrijk zoo noodig gewelddadig tot stand te brengen de oorzaak van Italië’s beslist positie nemen tegenover Duitschland. ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt. Franco per post per kwartaal ƒ3.15. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons -Bureau: MARKT 31, GOUDA, bjj onza agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren. Onze bureaux zyn dagelijks geopend van 96 uur. Administratie en Redactie Telef. Interc. 2745. Postrekening 48400. Telkens weer wanneer het oude jaar weg zinkt in de donkerte van den winternacht, worden onze handep. en onze gedachten stil en keeren we onze blikkèn naar wat in dit jaar en m ons leven voor by ging. Er is wel geen Oudejaarsavond, dat we niet, luiste rend naar de klokken, die het jaar uitlui den, peinzend de keten van ons leven door onze stille handen laten glijden en de scha kels bezien een voor een, die die schakels aaneenrijen. Het zijn niet‘altijd de grootste en de glanzendste, die we' het langst en het aandachtigst beschouwen. In de lange ry is er nog zoo mepig schakelt je, dat nauwe lijks opvalt en dat toch voor ons een buiten gewone beteekenis heeft en dat herinnerin gen oproept aan wat lang vergeten scheen. Het is een gebeurtenis, een woord, een ge dachte, waarvan we vaak nu pas de beteé- kenis begrijpen en den invloeu, die die ge beurtenis, dat woord, die gedachte op ons leven heeft geoefend. En duidelijker zien we soms de lyn van ons leven zich aftee- kenen tegen de jaren, die voorbijgingen. Maar waarom hebben we dat niet vroeger begrepen W aarom moesten we als een niemendal zien wat van zoo overwegende beteekenis voor ons leven worden zou? Waarom begrepen we niet de draagwijdte van daden en beslissingen op het oogenblik, toen we die daden en beslissingen nog in onze hand hadden en met dat begrip ons voordeel hadden kunnen doen en wellicht ons leven een andere gestalte hadden kun nen geven? Het leven is zoo zwaar zaak van leed en zelfverwijt en zelfbeschuldiging. Waarom? Het had toch ook zoo anders ge kund. Die raadselachtigheid van het leven benauwt ons. En angstig laten we de scha kels door onze peinzende handen glyden. Dan wordt het als De Génestet eens schreef: „Die blikt soms lange, lange Terug in zyn weleer. En 't wordt hem bange, bange, En ’t leven buigt hem neer.” Maar in die gebogen houding moeten ,we niet blyven, mogen we zeker het nieuwe jaar niet ingaan. In de lange keten van ons leven zijn ook glanzende schakels, schakels, waarvan het licht uitstraalt. Zij schijnen er ook zoo tusschen gevoegd, zonder dat we begrijpen, waar ze vandaan komen. Even goed als het leed is ook zoo vaak de vreug de een verrassing, een ongedacht en onver wacht gebeuren. En zoo de raadselachtig heid van het leven ons benauwt, dienen we te bedenken, dat we daaraan ook de vreug de en het geluk danken. Beide, vreugd^ en leed hebben we te aanvaarden in het be wustzijn, dat alleen deze beide keerzijden het leven zyn gestalte kunnen geven, maar ook zyn heerlijkheid. De lichtende schakels zijn alleen daarom zoo wonderlijk stralend, omdat ze tusschen de donkere in staan. Dat besef kan ons ook met het leed van het leven verzoenen. Het leed is een noodzake lijkheid. Het is noodzakeljjk ook, omdat het ons den strijd leert en zonder strijd onze krachten onvolkomen blyven en ons leven nooit kan stygen tot volkomenheid. De ont wikkeling der eigen persoonlijkheid gaat door stryd, omdat alleen in den stryd de uiterste inspanning ons wezen tot volle ont plooiing kan brengen. Wanneer we dat be seffen, dan kan wellicht de raadselachtig heid van het leven ons nog benauwen en het leed ons'een oogenblik neerdrukken, maar dan zullen we den moed van het leven behouden. En die moed hebben we noodig, altyd en in dezen tijd meer dan ooit Want deze moed is het, deze vertrouwende ver wachting, die de waafcde van het leven uit maken. Het geluk, waarnaar we allen zoe ken, ligt ten sïbtte niet buiten ons, maar in ons. Wanneer we het leven aandurven ondanks zijn raadselachtigheid en ondanks zyn leed en bekommernissen, dan zien we om en in dat leven de heerlijkheid schijnen, Waarnaar we de verlangende handen strek ken. Nu we een nieuw jaar ingaan, moeten we ons daarvan bewust maken. Dat bewustzijn zal ons de kracht geven, die we noodig heb ben om van ons levert het beste te maken, Om in ons het geluk op te bouwen, dat alleen ADVERTENTIEPRIJS; Dit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring)) 15 regels ƒ1.30, elke regel meer ƒ0425. Van buiten Gouda en den bezotgkring: 15 regels 14)5, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 25 byslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs. INGEZONDEN MEDEDEEUNGEN: 1—4 regels ƒ2.20 alke regef meer ƒ0.50. Op de voorpagina 50 hooger. Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen bij contract tot ieei gereduceerden prys. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van soliede Boek handelaren, Advertentiebureaux en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing aan het Bureau zynjngekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn. gevaren, die hieruit dreigen heeft Frankrijk in het afgeloopen jaar zijn, positie trachten te versterken en den vrede in Europa te verzekeren door nauwere aansluiting bij zijn Midden-Europeesche bondgenooten, die door Barthou bezocht werden, inniger sa menwerking met Engeland, nauwe toena-x dering tot Rusland, waaruit een, sóórt Fransch-Russische Entente en de toetuéoing van Rusland tot den Volkenbond ie voor schijn kwam, de poging tot het sluiten van een Oost-Locarno-verdrag, welke mislukte door den tegenstand van Duitschland en Polen, welks vriendschap voor Frankrijk in gelijken tred verkoelde, als waarmee de vriendschap tot Duitschland steeg,, en ten slotte in het zoeken van Italië als deelheb ber aan de vriendschap tusschen Frankryk en de kleine Entente. Aan dit laatste stre ven stond de animositeit tusschen Italië en Zuid-Slavië ernstig in den wegfc Toen het scheen, dat Frankryk’s onvermoeide pogin gen om deze animositeit op te heffen, waar voor Barthou zich verdienstelijk maakte, zouden slagep, gebeurde er iets, dat die ani mositeit tot een vrij heftige vijandschap aanblies en dat al Fraajikrijk’s pogen nutte loos scheen te zullen maken. De moord op Koning Alexander. By zyn bezoek aan Frankryk werd koning Alexander van Zuid-Slavië te Marseille «oor Bulgaarsche comadtsji tengevolge van een Kroatische samenzwering vermoord, Waarby ook de Fransche minister Barthou, die hem- vergezelde, slachtoffer werd. De woede van het Zuid-Slavische volk keerde zich onmiddellijk tegen Italië en tegen Hon garije, welke beide staten het beschuldigde van het begunstigen van de Kroatische ter roristen. Het gulukte. eahtac J raaMiaik de Zuid-Slavische'regeering ervan te overtui gen, dat zé ter wille van internationale po- litieke belangen deze woede van Italië moest afleiden, waarin ze ook slaagde. Des te. fel ler keerde zich nu die woede tegen Honga rije, dat van begunstiging van den’moord beschuldigd werd en waartegen bij den Vol kenbond door Zuid-Slavië een aanklacht werd ingediend. By de behandeling van deze aanklacht zyn felle redevoeringen af gestoken en hebben de kleine Entente en Frankrijk het voor Zuid-Slavië en Italië het voor den Hongaarschen vriend opgenomen, maar heeft toch Zuid-Slavië zyn oorspronke lijke aanklacht feiteljjk moeten inslikken. De Volkenbondsraad heeft dan ook in de re solutie, die deze zaak beëindigde, allqpn de nalatigheid van Hongaarsche autoriteiten in het begunstigen van de terroristen vastge steld, Hongarije de noodzakelijkheid van een nader onderzoek naar de handelingen van deze op het hart gebonden en de wen- schelijkheid van een internationale conven tie tegen terroristische samenzweringen en kuiperijen uitgesproken. De tevredenheid van beide staten met deze oplossing, zij het aan Hongaarsche zyde eenigszius ge temperd, heeft de plotselinge spanning in Midden-Europa in een voor het oogenblik haast gemoedelijk vriendschappelijke stem ming omgezet Zij heeft tevens het prestige van den Volkenbond aanmerkelijk verhoogd, waar dit lichaam in deze zaak zoo duidelijk zijn groot nut heeft bewezen. In dezelfde zitting van den Volkenbonds raad, waarin dit Hongaarsch-Zuid-Slavisca geschil tot oplossing is gebracht, heeft de Raad ook de Saarkwestie tot aller genoegen geregeld, wat zijn gezag zeker niet minder tert goed^is gekomen. Na onderhandelingen te Rome, onder de auspiciën van de commis sie van drie, waarvan de Italiaan Alois! voorzitter is, zyn Duitschland en Frankrijk het eens geworden’ over financieele en an dere regelingen na de volksstemming, die het Saargebied weer naar Duitschland terug moet brengen, het aan Frankryk toevoegen •f den tegenwoordigen toestand, het onder bestuur van den Volkenbond staan, besten digen. Ook de hulp van een international? troepenmacht voor bewaring van de orde voor, tydens en na de stemming, Is door Duitschland goedgekeurd, zoodat van dien kant ook geen verrassingen meer schijnen te verwachten. De spanning in Oost-Azie. Is dus de spanning in Midden-Europa en in geheel ons werelddeel aan het eind van dit jaar iets minder fel en mag men ook door de toetreding van Rusland tot den Vol kenbond, welk land hierdoor in de interna tionale politiek als actieve factor is inge- ^chakeld, van een herstel van het gezag van dien bond spreken, in Oost-Azie, de andere gevaarlijke haard, schijnt veeleer de span ning haar hoogtepunt te naderen, tengevol ge van Japan’s agressieve imperialistische Italië’s houding. Het bezoek van Hitler aan Mussolini had, ondanks de buitengewone praal, waarmee de Duitsche dictator te Venetië ontvangen werd, reeds getoond, dat Italië niet van plan was de Duitsche politiek te steunen en zich van Frankrijk en Engeland af te scheiden. Zoo er voordien nog eenige twijfel mogelijk was, dan had dit bezoek, dat voor Hitler op een enorme teleurstelling uitliep, het wei duidelijk gemaakt, dat de Duce niet van zins was aan zyn sympathie voor het nieu we Duitsche regiem, die trouwens niet on verdeeld was, Italië’s belangen op te offe ren en het isolement met Duitschland te deelen of de tegenstrijdigheid der Duitsche en Italiaansche belangen in Midden-Europa te vergeten. Het Oostenryksche avontuur heeft ten slotte de laatste aarzeling, zoo die bestaan mocht hebben, overwonnen. En van dien tijd af dagteekent dan ook de dui delijk tegen Duitschland gerichte politiek van Italië, de nauwere samenwerking met de beide Westersche mogendheden en het tegemoet komen van de Fransche wenschen naar een inniger vriendschapsband. Hitler, van de gevolgen van zijn Oostenryksche po litiek geschrokken, haastte zich die politiek te verloochenen, het Oostenryksche legioen in Beieren te ontbinden en door de benoe ming van Von Papen tot gezant te Weenen nieuwe en vriendschappelijke relaties met de Oostenryksche regeering te zoeken. Het is zeker wel in de eerste plaats de houding van Italië, die hem daartoe geprest heeft, maar daarnaast zal ook de felle veront waardiging in geheel Europa haar invloed hebben doen gelden. Duitschland's isolement. Het isolement waarin Duitschland zich gedrongen ziet, is dit jaar nog voistrekter geworden. De moordpartyen in Juni, waar aan Roehm en andere nazi-ieiders, maar ook katholieke voormannen en generaal Schlei cher en zyn vrouw ten offer vielen, hebben daartoe mede bijgedragen. Bovendien heeft de wijze, waarop Duitschland zijn buitenland- sche crediteuren te kort doet, ofschoon het voor bewapening en feesten millioenen uit geeft, en waarop de gedupeerde landen met het instellen van een clearlngsysteem heb ben geantwoord, een algemeene verbittering gaande gemaakt.,Duitschland’s politiek iso lement krijgt daardoor nog een moreele achtergrond. En blijkbaar heeft de schrik over de onverwachte uitwerking van het Oostenryksche avontuur aan Hitler het niet alleen onaangename, maar ook gevaarlijke van deze positie duidelijk gemaakt. Sinds dien wordt althans Duitschland’s streven, om door tegemoetkoming aan anderen, dit isolement °P heffen, steeds duidelijker merkbaar. Niet alleen de Duitsch-Poolsche toenadering is daarvan een bewys. Duitsch land’s tegemoetkomende houding in de Saarkwestie, zijn overeenkomst daarover met Frankrijk en zijn toestemming in het bezetten van het Saargebied door een inter nationale troepenmacht, waarvoor ook Ne derland een contingent heeft gezonden, too- nen .een neiging tot opgeven van de tot nu toe aangenomen starre houding. En het heet, dat Duitschland een weg zoekt voor terug keer naar den Volkenbond, zonder zijn prestige ai te zeer in het gedrang te bren gen. leder einde is ook een begin. En wanneer we in het donkerst van den wmtertyd net oude jaar zien wegslerven in den mist van het verleden, dan weten we ook, dat we staan voor een nieuw begin en een nieuwe taak. Het afscheid moge weemoedig zyn en by het luisteren naar de klokken, die het Oudejaar uitluiden, moge een onbestemde weemoed ons bevangen om al wat voorby- ging, de nieuwe toekomst, die voor ons open- Lgt, wekt ook een nieuwe verwachting en een nieuw verlangen Die verwachting geeft ons dei^noed, dien we noodig hebben voor het verrollen van de nieuwe taak, die ons wacht en de kracht ook voor die vervulling. En daarom is dit het meest noodlottige van dezen tijd, dat die verwachting der mensch- heid tot steeds bedenkeljjker afmetingen in eenschrompelt. i(e zal nooit geheel sterven. Daarvoor zorgt het leven, da^ zonder ver wachting onbestaanbaar is en ons ook in de noodiottigste omstandigheden altijd weer het vertrouwen in een nieuwe en betere toe komst influistert. Maar ze schynt wel ieder van de na-oorlogsche jaren kleiner en zwak ker te worden. Er heerscht angst en wantrouwen alterwege. In zijn rede, een paar maanden geleden te Londen uitgesproken, heeft de Zuid-Afri- kaansche generaal Smuts deze angst en dat wantrouwen terecht als de grootste fout van en het ernstigst gevaar voor onzen tyd ge kenmerkt. Willen we dit gevaar bezweren en ons krachtig houden voor de reuachtige taak, die juist deze tijd ons op de schouders heeft gelegd, dan moeten we boven dat angstgevoel en het verlammend wantrouwen z;en uit te komen. En dat zullen we alleen kunnen, niet doordat we de oogen sluiten voor wat ons bedreigt, maar 'doordat we rustig het verleden overschouwende, de drei gende gevaren onder de oog&n zien en ons rauwkeurig rekenschap geven van den toe stand, waarin we ons betonden, van de oor zaken, waaruit die toestand ontstaan is en van de gevolgen, die uit dien toestand drei gen. Wanneer we dat doen, dan moeten we be-, ginnen vast te stellen, dat 1934 een jaar van voortgaande desorganisatie is geweest en uai men ztiis ue noop op ner- stei door mvernationaie samenwerking, uie in 19o3 zien nog m de oeconomische conie- 1 en ue fcn ue oncwapenmgscoiuerentie uit- sprak, heeft opgegeven en alleen nog maar pogingen doet om verdere voortwoeserinf uczer desorganisatie te voorkomen en zien zelven en de wereld veilig te stellen met al lerlei onderlinge overeenkomsten tegen de verwoestende gevolgen, maar toch ook, dat juist aan het einde van ditj jaar een nog .uiterst zwak licht van hoop op nieuwe, zy het dan niet internationale, samenwerking begint te schemeren. Het resultaat der boven aangeduide pogin gen hebben tot nog toe de kans op haar sla gen nog nauwelijks waarschijnlijk gemaakt. De ontreddering van ons oeconomisch leven, door een feitelyk prijs geven van allen in ternationalen handel &n een zich opsluiten tonnen eigen grenzen, gaat nog steeds voort. Door het afsluiten van de grenzen door middel van contingenteeringsmaatrege- len en invoerverboden, tracht men zich, te gen de gevolgen zoo goed mogelyk te dek ken, hoewel men weet, dat dit de désorga nisatie nog slechts grooter kan maken. Wanneer hier en daar, ook in ons land, eenige opleving te bespeuren valt zoo nam de scheepvaartbeweging, zoowel op den Nieuwen Waterweg als naar Hamburg en Antwerpen, iets toe dan is dót ondanks die desorganisatie. In het internationale politieke le ve^. tracht men door soortgelijke pogingen de dreigen de gevaren te bezweren. Het streven naar een algemeene ontwapening of althans naar een algemeene beperking der bewapening by internationale overeenkomst, zooals de ontwapeningsconferentie die bedoelde, heeft men feitelyk reeds prys gegeven. Men pro beert nog slechts een nieuwen wedloop in bewapening te land, ter zee en in de lucht zoo goed mogelyk te voorkomen. Maar de houding der verschillende staten en m het tyzonder de koortsachtige haast waarmee Duitschland zich opnieuw wapent en de aan staande opzegging van het vioowerdrag van Washington door Japan, voorspellen ook aan die pogingen een niet al te gunstig resul taat. In het overzicht over 1933 lieten we al uitkomen, hoe nieuwe stroonungen, die zich de laatste jaren met bijzondere kracht in ons ontredderd Westergch cultuurleven de den gelden, den strijdtusschen macht en recht, dien we in beginsel in dat cultuur leven reeds beslist waanden, opnieuw een huiveringwekkende beteekenis hadden ge geven, hoe de>ze strijd^ félle tegenstellingen had geschapen en bestaande ongemeen had verscherpt en aan den politieken stryd van Europa en het gevaar, dat ons daaruit be dreigt, een ontstellenden achtergrond had gegeven. Deze verwoestende stroomingen bleken ook dit jaar nog niets van haar kracht verloren te hebben. En in den strijd der internationale tegenstellingen, die in dp wereld woedt, doet ook deze factor zich nog al tyd gelden. Ook in 1933 bleken reeds Midden-Europa en Oost-Azië de brandpunten Tan dezen strijd, waaruit het gevaar,voor den wereldvrede onmiddellijk dreigde. Dit gevaar heeft zich in dit jaar nog duidelijker geaccentueerd door de herbewapening vpn Duitschland, den feilen stryd om Oostenrijk en het streven naar een Oost-Locarno-pact en door de aan- gekoïidigde opzeggingen het Washington- sche vlootverdrag door Japan. Duitschland’s positie onder de volken. De Fransch-JJuitsche besprekingen over de bewapening, het vorig jaar begonnen, nadat Duitschland den Volkenbond den rug had toegekeeid, werden dit jaar zonder re sultaat voortgezet en .althans voorloopig, beëindigd. Het bleek echter, dat Engeland steeds dichter tot het Fransche standpunt naderde ,dat allereerst de veiligheid ge waarborgd moest worden, voordat men de be wapening kon verminderen, zoodat het slui ten van een internationale overeenkomst tot controle over de bewapening, waarby bij overtreding van het geoorloofde maximum onmiddellijk en automatisch repressieve maatregelen tegen den overtreder werden voorgesteld naar den achtergrond is ver schoven. Het is duidelijk, dat Duitschland’s snelle bewapening, in stryd met het verdrag van Versailles, aan deze verander- duidelijk, dat bewapening, in stryd de houding van Engeland niet vreemd was. In het Engelsche Lagerhuis erkende een der ministers openlijk, dat de Duitsche oorlogs- begrooting thans voor, het leger 135 mil- Loen hooger was dan het vorig jaar, voor de vloot 50 millioen on voor de luchtmacht 132 millioen hooger, terwijl nog bovendien voor bewapening der S.A. troepen 250 mil lioen werd uitgegeven. De Engelsche regee- nng vroeg dan ook opheldering aan Duitsch land, in verband met de beperkingen, die te Versailles aan Duitschlands bewapening was opgelegd, maar kreeg ten antwoord, dat, nu in zake de ontwapening geen over eenstemming was bereikt, Duitschland zich gerechtigd achtte, zijn eigen program te verwezenlijken. Het kon niet anders, of het wantrouwen in Duitschland's bedoelingen moest door dit antwoord ook in Engeland nog toenemen, temeer, waar Duitschland’s houding tegenover Oostenrijk de redelijk heid van dit wantrouwen nog te duidelijker scheen te bevestigen. Was men al sinds lang overtuigd, dat Duitschland zich meer dan de onafhankelijkheid van Oostenrijk kon ge- doogen met de binnenlandache aangelegen heden van dezen staat bemoeide, de arres tatie van bommen naar Oostenrijk smokke lende Duitschers op Zwitsersch grondgebied, waarby de herkomst der bommen de Duit sche autoriteiten ernstig compromitteerde, bracht het bewys, dat deze bemoeiingen niet bij een hinderlijke en ontoelaatbare propaganda en het verstrekken van gelde- lijken steunt ophielden, maar zich tot het verleenen van steun aan terroristische da den en voorbereiding van een opstand uit strekten en zoo al niet van de Duitsche re geering zelve, dan toch van Duitsche auto riteiten uitgingen. De opstand, die al spoe dig daarna in Oostenryk uitbrak en waar van bondskanselier dr. Dollfuss het eerste slachtoffer werd, toonde, hoever de Duitsche inmenging ging en dat de Duitsche steun aan de Oostenryksche nationaai-socialisten

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1934 | | pagina 1