Wie gaat mee?
PALTHE
Essolube
Appetfèip
I
Voor prima kwaliteit
Maarlevefld
Tl
GOUDSCHE COURANT - VRIJDAG 2 AUG. 1935 - TWEEDE BLAD
vernieuwen
thans
N.V. Tot Aanneming van Werken
voorheen H. J, Nederhorst
Algemeene Vergadering
van Aandeelhouders
Adverteart in dit Blad.
Wie van zijn zaak wil profiteeren
Moet in deez' Krant steeds adverte
eren.
Laat Uw dekens
voordat U ze
opbergt 1
Dezen
zomer
DRINKEN
wij de
appelen...
Twtïï25ïXn™MM
30 «f. 2;» cf.
PER HALF POND
De houtrükdom van het Zwarte Woud.
W^lk bont dragen w(j
Viooltjes voor het volgend voorjaar.
I
VOORLOOPIG KOSTELOOS.
Bij beschikking van den E.A. Heer Itei-h-
ter-Commdasaris in het faillissement van
J. DE RAADT, Hersonweg no. 4 te Gouda
is bepaald, dat de indiening der schuld vor-
<teringeai aan den curator moet pfaats heb
ben vóór 1 September a.s. en dat de verifi
catievergadering zal worden gehouden cp
Donderdag 19 September a.s. des \m. te
10 uur in het Gerechtsgebouw aan den
Nooidaingel te Rotterdam.
Mr. R. REN SM A
Gouda, 1 Aug. 1935. Curator.
te GOUDA.
op ZATERDAG 17.AUGUSTUS 1935,
des namiddag 2 uur
in Hotel „de Zalm" te Gouda.
Het eenige punt van behandeling is het
voorstel tot wijziging der statuten voor de
beihandeling waarvan op de vergadering
van 31 Juli j.l. niet het vereisehte kapitaal
aanrweaig was.
De stukken liggen ten kantore der Ven
nootschap ter inzage.
Volgens art. 22 der Statuten kunnen
Houders van Aamdeélen aan toonder van
hun stemrecht gebruik maken indien zij'
minstens 3 dagen vóór de vergadering hun
ne aandeelen tegen ontvangstbewijs ten
kantore der Vennootschap hebben gedepo
neerd.
DE DIRECTIE.
Rund- en Varkensvleesch
en lekkere zelfbereide
Worst e n Vleeschwaren
naar
Waalhaven 64
Onderstaande prachtige uitnemend door het Reisbureau LISSONE
EN LINDEMAN verzorgde reizen gaan beslist door!
3 AUGUSTUS: 14-DAAGSCHE GROOTE AUTOTOtÜT DOOR DE
DOLOMIETEN. Reissom 175.—
5 AUGUSTUS: 5-DAAGSCHE AUTOREIS NAAR BRUSSEL EN DE
BELGISCHE ARDENNEN. Heen via Antwerpen. Terug via
Luik. Reissom 50.
19 AUGUSTUS: 7-DAAGSCHE REIS NAAR DEN HARZ. 3e klasse
Trein. Ie klasse Hotels. Standplaats in Bad Harzburg.
Reissom 55.
Voor bovenstaande uitnemend verzorgde reizen zijn nog enkele
plaatsen beschikbaar.
Alle bijzonderheden zijn vermeld in het fraaie boekje Zomerreizen
1935, dat aan onze Af deeling REISBEMIDDELING, Markt 31, Gouda
te bekomen is, alwaar men zich ook als deelnemer (ster) kan doen
inschrijven.
I -*V.jn K-
1'.»
tit i
't Is nu de beste tijd om Uw wollen dekens
naai>Paltfie fe sturenom ze na korten
tijd gereinigd terug te krijgen: dekens,
die nieuw gewordeg zijn - frisscher,
wolliger, warmer! Stuur eren 'n berichtje
naar een Polthe fil/aal in Uw woonplaats
- dan zorgt Palthe voor de rest. Desge-
wenscht óók voor het mot-echt maken
van Uw wollen dekens.
DE SUPER OLIE VOOR MOTOREN
Een waarborg tegen vroegtijdige slijtage
AMERICAN PETROLEUM COMPANY, GEBOUW PETROL£A. VGAAVENHACE
De flesch de naam 'f etiket
Dot valt nog te probeeren
Maar d'inhoud van een Perl flesch
Kan niemand imiteeren.
jr Appelflip - na 3 jaar van experimen-
teeren gevonden: een heerlijk, maus-
seererul vruchtensap geheel vrij van
alcohol. De gezonde zomer drank
van de toekomst.
Bevat alle minerale bestanddeelen van
den appel, noodig voor het ophoutuen van
het lichaam.
Aromatische stoffen, onmisbaar voor
goede hlierwerking.
Orgonierhe zuren bestemd voor het goed
IfTll functionrueren wan maag e*i ingewanden
Als we dezen zomer buiten zijn en het is zóó
warm, dat we gewoon smichten naai verkoeling...
dan vragen we in het eerste het béste hotel of
café „Appelflip Dan vieren we voor het
eerst (maat heusch niet voor het laatst) een frisch,
gezond en verkoelend feestdart laten toe ons
weer opknappen en weer fit maken door de
nieuwe, gezonde drank- van de Mij „De Betuwe"
uit de Jamstad TielDan drinken wij 'n groot
glas bruisend Appelflip de nieuwe gezonde drank
voor alle dorstige njenschen. Appelflip - voor nü -
en voor alle warme dagen, die nog komen mogen!
(Zuiver - Gezond - Alcoholvrij).
MIJ „DF BETUWE" TIEL
WMtsrUmtK
IMÏOOORUS tUEMEUU
OROHlIgvm
Klokkenindustrie en het vervaardigen
van .radio-benoodigdheden als gevolg
hiervan.
Het is gemakkelijk te begrijpen, dat
jn een zoo boschrijk bergland als het
Zwarte woud het hout vroeger
aanleiding was tot een nijvere .huis
vlijt: Hieraan kwam echter een einde,
doordat in de hoogere daieri van de
zuidwestelijke streek een regelmatig
ambacht ontstond en men zelfs over
ging tot een werkwijze zooals op fa
brieken. Door het bijzondere karakter
van den landbouw, maar vooral door
de houtindustrie in het Zwarte Woud
ontstond een erfrecht, waardoor de
afzonderlijke boerderijen voor ver
brokkeling bewaard bleven. Dit erf
recht is ook heden ten dage nog van
kracht. Telkens wordt de jongste zoon
opvolger op de boerderij. In den tijd
dat het voor menschen van boeren
afkomst nog zeer moeilijk was buiten
den landbouw een toereikend bestaan
te vinden, trachtten ondernemende
boerenzoons, die geen erfgenaam wa
ren, de aangeboren lust tot knutselen
te gebruiken en zoodoende nieuwe
bronnen van inkomsten te scheppen.
Hét oudste ambaéht in het Zwarte
Woud, dat vooral op afgelegen boer
derijen en in de langzaam groeiende
nederzettingen ingang vond, was het
zoogenaamde „Schnefeln", zooals het
in den volksmond wordt genoemd, het
snijden van houten lepels, doozen,
tobben en andere gebruiksvoorwer
pen.
Men moet daarbij niet vergeten,
dat voor deze*houtbewerking nog geen
bijzondere gereedschappen beschik
baar waren: meerendeels zullen het
niet anders dan de messen zijn ge
weest, die men bij het dagelijksch
werk op de boerenhoeven gebruikte.
Eveneens berustte het vroegere glas
blazen in het Zwarte Woud op den
overvloed van hout. Vooral door den
steun van de vooruitziende abten van
K de beroemde kloosters St. Peter en St.
Blasiën ontstonden circa 300 jaar ge
leden de zeer belangrijke en produc
tieve glasblazerijen in het Zwarte
Woud. Dat zij later achteruit gingen
en ten slotte geheel ophielden te be
staan, hangt samen met het opkomen
van nieuwe methoden bjj de fabrica
tie van glas, waarbij men zich voor
de warmte-ontwikkeling van andere
middelen bediende dan de oude be
drijven in het Zwarte Woud, die hier
bij gebruik maakten van hout. De
glasmakers van het Zwarte Woud
droegen hun fabrikaten op hun rug
heinde en ver en verkochten "ze in de
I Steden. Later sloten de verschillend!?
dragers zich aaneen tot vereeni-gin-
gen. De leden van deze vereenigingen
die zich „Gcmeinder" of „kameraden"
noemden, volgden nauwgezet 't prin-
.cipe, dat het algemeene belang boven
het individueele gaat. Men neemt aan
dat een glasblazer de eerste klok uit
Bohemen naar het Zwarte Woud
bracht. Hier werd zij wederom met
.behulp van het gewone houtsnijmes,
waarmee men „schnefelte" nage
maakt. Destijds bestond niet slechts
het omhulsel van de klokken uit hout,
maar ook het geheele binnenwerk met
alle radertjes, kortom de geheele
klok. Dergelijke houten klokken kan
men nog zien in de verzamelingen van
Furtwangen, Villingen, .Triberg,
Freiburg, in het Rijksmuseum te
Karlsruhe en in andere musea van
het Zwarte Woud.
Weldra werden intusschen de hou
ten tijdmeters in de werkplaatsen van
het Zwarte Woud aanmerkelijk ver
beterd en hieruit groeide langzamer
hand de beroemde klokkenindustrie
van het Zwarte Woud. Door deze nij
verheid ontstonden later in het berg
land van de zuidwestelijke provincie,
steunend op de traditie geworden
zorgvuldige bewerking, ook aneïere
industrieën. Zqo is ook de tegenwoor
dige vervaardiging van radiobenoo-
digdheden in het Zwarte Woud, in
den omtrek van Villingen, een gevolg
van de klokkenfabricatie, uit welk
bedrijf deze radio-industrie ontstond.
De klokkenfabrieken legden, zoowel
wat betreft de techniek als hun vin
dingrijkheid, een werkelijk bewonde
renswaardige activiteit en aanpas
singsvermogen aan den dag. Zij wis
ten steeds nieuwe modellen voor klok
ken op de markt te brengen. Betrek
kelijk laat ging men over tot het ver
vaardigen van de bekende koekoeks
klokken, die op de geheele wereld zoo
zeer in trek zijn. Vroeger werden de
wijzerplaten van de klokken uit het
Zwarte Woud beschilderd en gelakt.
Pas in het midden van de laatste
eeuw begon men meer algemeen de
koekoeksklokken met houtsnijwerk te
versieren.
In enkele dalen, zooals b.v. in het
dal van Bernau, staat nog heden de
vervaardiging van mooi houten vaat
werk, doozen enz. en die van dak
spanen in vollen bloei. In het boven-
Wiesedal handhaafde zich vroeger
een zeer vlotte industrie van borstel
houten, waarvoor in de eerste plaats
beukenhout werd verwerkt. Helaas
staat zij er op dit oogenblik zeer
slecht voor.
Terwijl voor al deze houten voor
werpen slechts weinig hout uit de
bosschen van het Zwarte Woud wordt
gebruikt, onttrekt men er voor an-
d.ere doeleinden des te belangrijker
hoeveelheden aan. De houthandel van
vroeger, die door middel van vlotten
het hout uit de dalen van de Murg en
de Kinzig, evenals uit airdere gebie-,
„den, de wereldbekende „Holland-
stammen" voor de Nederlandsche
scheepswerven, den Rijn afvoerde,
heeft reeds lang opgehouden te be
staan. Daarentegen wordt per spoor
en in Rynaken veel beukenhout,
vooral naar het westelijke gedeelte
van Duitschland getransporteerd
verder ook dwarsleggers voor spoor
banen, telegraafpalen enz., die reeds
in groote bedrijven vakkundig be
werkt werden en bestand zijn ge
maakt tegen het weer. Ook hout voor
papierfabricatie komt in groote hoe
veelheden uit het Zwarte Woud. De
boschbouw en de boschverzorging,
waarvan de Badische Landregeering
tegenwoordig bijzonder veel werk
maakt, staan in het zuidwestelijke
district op een voorbeeldig peil. De
zomergast, die een bezoek brengt aan
den Boven-Rjjn, zal met zeer veel ge
noegen op zijn wandelingen door de
héérlijke bosschen ook kennis maken
met de groote bedrijven van de in-
heemsche houtindustrie. Gelukkig
passen de opslagplaatsen van hout en
de zagerijen zich meestal goed aan
hun omgeving aan. Verschillende
kleine houtzaagmolens, in droomerige
dalen, dryven hun zagen nog steeds
met vroolijk plassende schepraderen
aan. De vacantiereiziger krijgt hier
een aardige kijk in de ónvervalschte
boeren wereld van oude ambachten.
OP HET BUREAU VAN GEVONDEN VOORWERPEN.
Oude dame (geheel buiten adem): O! O! Ik heb mijn stem ver
loren!
Ambtenaar: vSchrijf maar even op hoe die er uit ziet!
Seal of sealskin.
Een bontsoort welke voor bont
mantels en voor versiering van man
tels veel gedragen wordt is het seal
of sealskin. In de „Manufacturier"
vertelt een der medewerkers er dc
volgende bijzonderheden van.
Het is het vel van een zee
hond, welke voorkomt in de Noor
delijke IJszeeën en voornamelijk ge
vangen wordt op de Pribiloveilanden
in de Beringzee, op het Beringeiland
en het Kopereiland, welke laatste ge
legen zijn bij de kust van Kamschat-
ka. Het is vooral in den tijd der voort
planting dat men de dieren op de
eilanden 'aantreft, daar zy overigens
een groot gedeelte van hun levfen in
de zee doorbrengen. Op de eilanden
leven zij in kudden van 20 tot 50 wijf
jes, met aan het hoofd één mannetje.
Om het bezit dezer kudden worden
onder de mannetjes jaarlijks gevech
ten op Jeven en deed geleverd. Toch
kan hetzelfde mannetje, als het een
forsch exemplaar is, soms enkele ja
ren een harem van 50 wijfjes onder
zijn hoede houden en noodzaakt daar
door tientallen andere mannetjes om
vrijgezel te blijven. Het zijn dan ook
in de eerste plaats dezer mannetjes,
welke, als de jachttijd daar is, buit
gemaakt worden.
De gemiddelde groote der dieren is
2 tot iy% meter van den snuit tot het
einde der staart.
De wijfjes bereiken dikwijls slechts
de hèlft hiervan en hebben een ge
wicht van 35 tot 45 K.G., terwijl man
netjes voorkomen met het enorme ge
wicht van 200 tot 300 K.G. De be
haring, welke tamelijk effen is, be
staat uit eenigszins stijve bovenharen
met buitengewoon zacht en fijn, zijde
achtig wolhaar, dat de huid dicht be
kleedt. De donkerbruine grondkleui
van het vel gaat dikwijls in bruin
zwart over. De wijfjes zijn grijzer
van kleur. Om zijn kostbaar vel is op
"dit dier al in de oudheid meer jacht
gemaakt, dan op al de andere leden
der robbenfamilie. Aanvankelyk-door
de inboorlingen en vervolgens door de
Amerikanen. Voornamelijk uit on
verschilligheid, mogelijk ook door
eenige onbekendheid betreffende de
gewoonten der dieren, heeft men op
bijna onzinnige wijze deze dieren af
gemaakt in zulk een ontzaglijk aantal
dat ze op enkele eilanden totaal uit
geroeid werden. Toen in 1867 het
grootste gedeelte der eilanden aan
Amerika kwam, trachtte deze regee
ring de jacht op de seals te beperken,
doch het ging hiermede als met een
bepaling reeds gemaakt in 1835,
waarbij het dooden van wyfjes werd
verboden. Wel werd een geringer aan
tal gedood, doch de maatregelen wa
ren niet voldoende. Het was daarom
omstreeks 1912, dkt de Amerikaan-
sche regeering besloot de sealskin-
eilanden zelf te exploiteeren.
Met het oog hierop, dat enkele
enanden of gedeelten aan Rusland,
japan en Lanaaa behoorden, werden
met aeze landen verdragen gesloten,
zoodai werxelyK vanaf dien tyd deze
dieren voldoende worden beschermd,
v oorai voor de eerste jaren beteekeib..-
de dit, dat er 'n aanmerkelijk kleinere
aanvoer van sealvellen óp de markt
Kwam. Dit bracht natuuriyk weer een
pry sverhooging der toch al niet goed-
Koopen sealvellen met zich mede.
uok heden worden de sealvellen
nog onder de kostbaarste'en duurste
vellen gerekend.
Skunks.
De skunks, waarvan de pels een be
langrijk artikel voor den pelterijen-
handel is, behoor tot de marter
familie. Het is dus een roofdier
dat voornamelijk voorkomt in Zuid
en 'Noord-Amerika. De lengte van
net overigens ;piet onaardige dier
is nogal verschillend en varieert
van 35 tot 55 c.M., plus een volle,
langharige staart, welke bjjne even-
lang als het lichaam is. Wanneer
de bereide vellen in den handel ko
men, hebben deze een gemiddelde af
meting van 45 bij 22 c.M. De skunks
is bekend om zijn stikkhcren, waar
van hjj in geval van nood gebruik
maakt en vooral om de witte strepen,
welke over zijn overigens zwarten
pels loopen.
Deze strepen varieeren nogal eens
wat de lengte en verdere afmetingen
betreft. Enkele beginnen by den neus
en eindigen pas by de punt van den
staart. Maar ook beginnen deze stre
pen wel bjj den schouder en loopen
dan niet over het geheele lichaam.
Ook komen geheel zwarte skunks
voor. Deze bewonen voornamelijk en
kele gedeelten van Canada, zooals
Ontario en Quebec. De prijs dezer ge
heel zwarte pelzen is echter niet duur
der dan die, waar een witte streep
over; loopt, daar de andere pelzen over
het algemeen van betere kwaliteit
zijn, terwyl de betrokken strepen be
trekkelijk gemakkelijk zijn te verwij
deren.
Anders is dit met enkele soorten,
welke, zooals wy reeds opmerkten,
lange en tevens breede strepen over
den rug'hebben loopen. Het is vooral
de Hudsonbaai-sjcunks, welke overi
gens groot en goed van kwaliteit is,
die daardoor achterstaat bij de Min
nesota-skunks, waarvan de strepen
minder lang en smal zyn.
De skunksvellen komen voorname
lijk in New-"Vork en Londen aan
markt en zijn een belangrijk artikel.
De dichte, glanzend zwarte, lang
harige pels is een veel gevraagd arti
kel, dat in goede kwaliteiten gemak
kelijk 25 jaar medegaat. Skunks
wordt gebruikt voor bontstellen en
voor garneering van bontmantels en
stoffen mantels.
Roodvos.
De roodvos, ook wel landvos, be-
het volgende voorjaar het zijn hiervoor ook geschikt, wanneer
I Wie „ci voigenae voorjaar
«ome, driekleurige viooltje (viola
tficoior)ook bekend onder den naam
T1 pells«e in z(jn tuin wil hebben,
"joet daarvoor tusschen begin Juli en
ejnd Augustus dit hangt af van de
Jgging van den tuin met zaaien
beginnen.
De plantjes moeten tegen den win-
r krachtig ontwikkeld zyn, zoodat
van de vorst een stootje kunnen
H doch niet zoover dat ze in den
bffst reeds talryk vloeien. Ze moe
ten hun krachten voor den bloei tot
gend jaar opsparen, want het is er
juist om begonnen om vroeg in
f vo°rjaar bloemen te hebben.
We zaaien in den vollen grond, heel
un' druWcen den grond licht aan en
strooien er nog een halven centimeter
fijne zandige aarde over. Om het
tot het ontkiemen goed vochtig
en schaduwryk te houden, leggen we
ze gelegd worden over een houten
raam, dat we om het bed heen maken.
Zyn de plantjes groot genoeg, dan
worden ze op bedden met goeden
voedzamen grond uitgeplant, waar ze
zonder bedekking den winter door
brengen. Dit uitplanten moet uiterlijk
begin October gebeurd z\jn, opdat de
viooltjes nog voor het invallen van
den winter flink aangeworteld kun-
ney zyn. Voor het uitplanten wordt
het bed met een mengsel van compost
en goed verteerde stalmest bemest,
dan zetten we de plantjes op ryen met
15 c.M., onderlinge tusschenruimte.
By droog weer worden de plantjes
flink aangegoten. Zijn ze eenmaal
aangeslagen, dan kunnen we hun
krachtige ontwikkeling bevorderen
door een begieting met verdunde gier.
Verder is het nuttig in den loop van
den herfst 4e bovenlaag van den
er Planken overheen, die den grond grond nog eenige malen los te maken.
Natuurlijk niet mogen raken. Matten Viooltjes stellen vrij hooge eischen
aan den grond. Wel bloeien ze ook
nog op mageren grond, doch een rijke
langdurige bloemenpracht kan men
slechts verwachten indien men de
bedden op de aangegeven wijze behan
deld heeft. Bij zeer lichten grond is
zelfs verbetering met leem aan te
raden, welke door grondig hakken en
omspitten daarmede vermengd moet
worden. En nog iets: het viooltje is
er zeer gevoelig voor, om herhaalde
lijk op dezelfde plek geplant te wor
den.
Een vraag, die zeer dikwijls ge
steld wordt, is deze mag men zelf-
gewonnen zaad gebruiken, wanneer
men in het jaar tevoren goede kweek-
planten heeft gekocht? De overvloe
dige zaadvorming van het viooltje
lokt daartoe wel aan. Men moet hier
bij echter wel bedenken, dat de nako
melingen van onze mooie gekweekte
soorten, die wij het volgende jaar zelf
denken te kweeken, er geheel anders
zullen uitzien dan de oorspronkelijke,
daar de soorten zich intusschen ge
mengd hebben. Als we het kleinbloe-
mige wilde vilooltje met de tegen
woordige kweekproducten vergelij
ken, dan is er zoo'n enorm verschil te
zien, dat we er ons in het geheel niet
over verwonderen kunnen, dat de on
gecontroleerde kruisingen van deze
prachtbloemen spoedig degenereeren
en weer tot hun natuurvorm terug-.i
keeren. Het veiligst is het daarom,
telkens weer nieuw zaad te gebruiken,
dat opfleur gesorteerd verkrijgbaar
is, zoodat we er zeker van zijn, de
bloemen in onzen Juin te zien, die we
ons voorstelden.
DE MAN MET DE BAARD.
- Ober, waar blijft mijn koffie toch.
- Meneer, die staat er al lang! Til uw baard maar een beetje opt