AANBIEDINGEN F 19.50 IUMEULEN lfacantie Uitstapjes e» Picnics Steen land's Bakkerij Alleen Steenland's Bakkerij NATUURSTUDIE EN HEEMSCHUT is de eerste eisch Het Versche Cadetje Hans Albers Savoy Hotel 217 Rijwiel- en Sporthandel H. DE GR UIL 5 Cadetten voor 6 puntbroodjes voor. 4 Krentenbollen voor. 4 Duitsche bollen voor 4ietbest Schouwburg Bioscoop N.V. Koninklijke Stearine Kaarsenfabriek Gouda BIJZONDER AANTREKKELIJKE ECHTE ARTIKELEN DIE NU EEN IEDER WEL ZOU KUNNEN GEBRUIKEN, EN OVER DE PRIJZEN BEHOEVEN WIJ ZEKER NIETS ^JTE ZEGGEN, TER MEULEN IS IMMERS STEEDS METALLESGOEDKOOPER Maak Uw huis gezellig FGa La Telefoon 3328 heeft voorradig een PRACHTIGE COLLECTIE RALEIGH, HUMBER, SIMPLEX, BURGERS E.N.R., STOKVIS en D.C.R. RIJWIELEN vanaf Ruime keuze DRIEWIELERS en AUTOPEDS. 98 19' 39 49 69 KLEIWEG 2 5 GOUDA uit Wij hebben er ons speciaal voor ingericht Gedurende de zomermaanden alleen in onze winkels speciale lage prijzen Luxe Broodjes extra fijn 4 ct Krentenbollen extra fijn 4 ct EN GOEDKOOPST HET VERSCHE CADETJE Eet men vroeg in elk land. WAAROM NIET IN NEDERLAND? SPECIALE EDITIE VAN DE GOUDSCHE COURANT VAN 28 MEI 1936 - No. 19224 Gouda en Pinksteren 1936. Natuurmonumenten. Natuurg-enot. I)e Nederlandsche Natuur historische Vereeniging. De jeugd en Heemschut. Weg en Landschap. MODEL DE WITTE BOORD WEER mode. Koopt voor de feestdagen de steeds heldere Mey'» boorden. Men draagt ze altijd nieuw; na gebruik wor den ze eenvoudig weg geworpen. Zij zijn prac- tisch en hygiënisch. per dozijn f 1.50 1.60 per stuk f 0.13 0.14 GOUDA: A„ A. Ttiapchop, Hoogst»-. 19, Overkamp-Houtman, Groenendaal 8. HAASTRECHT: W. Paay, Mag. „De Ster'. OUDEWATER: O. E. de Reytere. SCHOONHOVEN: M. J. Stekeienburg. WOERDEN: J. H. Wayboer. ALPHEN a. d. RIJN: D. Raaphorst Sr. WADDINXVEEN: Mej. v. d. Zwaard. Verder in alle plaateen in winkels, die aan Mey's reclame herkenbaar zijn. Waar niet verkrijgbaar wende men zich tot den Gen. Vert. J. W. Raeymiakers, C'.aes de Vriesfilaa» 12a, Rotterdam. Prijslijst met afbeelding veler mo 'ellen gratis. vim VRIJDAG 29 MEI af groot FEESTPROGRAMMA in Een spannend filmwerk waarvan het hoogtepunt van de cinematografie bereikt is. Een spel van diepe menschelijkheid en van overweldigende spanning, ineen jagend tempo met een verrassend einde. HANS ALBERS bij de U.F.A. terug in de beste film van het seizoen. Uitgebreid voorprogramma. Gratis fietsenstalling. Prijzen van 20 tot 60 ct. Loge 75 ct. Aanvang der voorstellingen Vrijdag, Zaterdag 8.15. Beide PINKSTERDAGEN 3 VOORSTELLINGEN3.30, 6 u. en 8.30. TOEGANG BOVEN 18 JAAR. De DIRECTIE maakt bekend, dat in lie op 27 Mei j.k gehouden Jaarlij ksche Alge- meene Vergadering van Aandeelhouders werd besloten tot uitkeering van: 7.per gewoon Aandeel, betaal- baar tegen Dividendbewijs No. 23. f 36.per Preferent Aandeel A be taalbaar tegen Dividendbewijs No. 12. 12.per Preferent Aandeel B be taalbaar tegen Dividendbewijs No. 9a. De dividendbewijzen zijn betaalbaar van 2 Juni a.s. af ben kantore der Vennootschap te Goud& J>ij die Heeren R. Mees Zoonen te Rotterdam en te 's-Gravenhage en bij de Rotterdamsche Bankvereeniging N.V. te Rotterdam, te Amsterdam en te 's-Graven hage. GOUDA, 28 Mei '1936. R6UNIE GOUDA TELEF. 2027 1. 3. PINKSTER-VERRASSINGEN 4 Let wel: slechts 4 dagen Vrijdag, Zaterdag, Zondag, Maandag (2de Pinksterdag) De geweldige Warner Bros Lach- sensatie: JOE E. BROWN als Circusclown CHARLIE CHAPLIN aas Politic»-*gsnt WARNER BAXTER in: Do varovsraar oor Pampas Toegang vooir iederen leeftijd. - Beide Pinksterdagen vanaf half 4 doorloopend 3 voorstellingen. Entrée vanaf 25 cent. Gratis Fietsenstalling. Attentie! 2e Pinksterdag-Ochtend voorstelling 11.30 uur met SHIRLEY TEMPLE en JAMES DUNN in: Do Schaduw van do Sing-Sing Kaartenverkoop hiervoorvanaf Vrijdagavond 7 u. Entrée 25 en 35 ct. Voorziet U tijdig van plaatsen. Woensdag 2 u. Groot Pinksterfeest- Matinee met o.a. Charlie Chaplin. Kinderen 15 en 25 ct. Volwassenen 25 en 50 cent. KLEIWEG 36—38 en Uw TUIN fleurig. GERANIUMS 10—15—20 cent. met terugtraprem. Lange Tlendeweg 61 HANDWEEFSTOF MARQUISETTE 120 c.m., zware kwaliteit, HQ dubbel breed, het groote Ql| prachtige strepen artikel |2 TAFELKLEEDEN Zware handweef, maten groote MARQUISETTE met strookje lOOden Coupons VLOERBEDEK- HOLTAPKARPETTEN t C(1 KING, div. dessins en leng- iQil nieuwe sorteering 3x4 ten, 183 c.m2 Pracht kwaliteit half wol IQ QQ HOUTNERF INLAID, 3x4. ld OU 183 c.m., niet te gelooven CQ 10 (Jij slechts 3% x 4% HLOU BOUCLé LOOPERS, 2-zydig, aparte dessins ZWAAR HAARGAREN BOUCLé MOQUET LOOPERS 50 c.m AXMINSTER KARPETTEN nu één uitgelezen collectie 0 fl|J niquwe dessins 3x4 u«"0 ZWARE PLUCHE AXMINSTER Prima-Prima 3x4 12 98 KINDERWAGENS m. gar., stroomlijn model KINDERSPORTWAGENTJES enorm goedkoop DRESSOIRS van 't goedkoopste tot betere genre, nieuw 0 nn model '".HU THEEMEUBELS nu 'n rijke keuze aardige C 9C modellen v ou ONS GROOT SUCCES HUISKAMER, 2 armfau- j teuils, 4 stoelen I 2 erapeauds, 4 stoelen, met 90 (jij prima moquet ud.ïjU SLAAPKAMER, 2-deurs kast met spiegel, 2-pers. ledikant, nacht kastje, tafel, 2 stoelen, ge- (jjj JjJJ heel compleet slechts (Gelieve vroegtijdig te bestellen) De Liefde tot zijn land Is ieder aangeboren. VONDEL. De oneindigheid der natuur maakt ons gelukkig, want zij is voor ons nimmer gesloten. F. W. VAN EEDEN. Als de redactie der Goudsche Cou- i rant met haar aanbeveling tot een bezoek aan Gouda, de Plassen en het Hollandsche polderland er in slaagt, ook de Pinksterreizigers van elders naar hier te lokken, doet sij een goed werk in tweeërlei opzicht. De bezoekers zelve zulten van hun tocht volop kunnen genieten, zij zul- len, naar hier komende, wellicht dit deel van ons land ontdekken, als zij oog hebben voor de typische schoon heid van een oude stad met een nieu wen inslag, een stad, die ir. haar grachten en singels de rust en de voornaamheid van eeuwen heeft ver zameld en die in haar uitbreidingen den drang naar groei en ontwikke ling bewijst. Rondom liggen de lage weilanden, geel dottfspikkeld, zij dragen een weel derige vacht van frisch en versch groen gras. In de breede, pas geschoonde sloo- ten spiegelt zich ons mooie vee en daarboven koepelt zich een blauwe hemel, waarin bonkige wolken staan van het fijnste, smettelooste wit. Stad en land van Gouda zullen den waren minnaar van het Hollandsche - landschap boeien en als hij voor het éérst de Plassen in het oog krijgt, wan ii de groene eilandjes drijven, 1 hij ervaren, dat een stuk natuur hem op een gezichtsafstand van Rot terdam en Den Haag onbekend is ge bleven. Dna«naast doet de Goudsche Cou rant met haar Pinksternummer een goed werk voor onze ingezetenen, waarvan ei talrijken met een druk vreemdelingenbezoek uitermate ge baat zullen zijn. Moge Pinksteren 1936 voor bezoe kers en ontvangenden, voor gasten en gastheeren gunstig zijn, en mogen twee zomersche dagen den killen He melvaartsdag doen vergeten. GAARLANDT. Gouda, 27 Mei 1936. Het woord „natuurmonumenten" is niet blootweg een vertaling of aanpas sing van het Duitsche „Naturdenkmai", maar werd reeds een halve eeuw geleden gebruikt door den ouden Van Eeden. Gij kunt het vinden in zijn „Onkruid". Het is helaas in de laatste jaren maar al te dikwijls misbruikt. Ook is de be- teekenis moeilijk te preciseeren. Ik zou willen zeggen: met „natuurmonument" bedoelen wij eik landschap, klein of groot dat door zijn vegetatie, fauna of geologische gesteldheid van belang is voor den beschaafden mensch en in het bijzonder de beoefenaren van kunst en wetenschap". Hierbij veronderstel ik dan, dat de beschaafde mensch natuurkennis en natuurgenot meetelt onder zijn dier baarste, levensuitingen. Eén enkele boom, één enkele waterkolk kunnen dus wel aanspraak maken op den naam van natuurmonument, even goed als een onafzienbare heide of een groot bergencomplex. Maar de eerste de beste buitenplaats is lang niet altijd een n atu ur monument. Dat het eilandje Griend, halverwege tusschen Harlingen en Terschelling en de Waddenzee, overblijfsel van een groot eiland, thans overstroomd bij eiken springtijstormvloed, met een merkwaar dig verloopenden plantengroei en de grootste broedkolonie van de Qroote Stern ter wereld een natuurmonument mag heeten, zai wel niemand betwijfelen. Even duidelijk is dat ook voor het Ko- renburgerveen en het Naardermeer. Maar velerlei nuances zijn mogelijk. Toen, nu Vijl en dertig jaar geleden, de Nederlandsche Natuurhistorische Vereeniging werd opgericht, hadden de stichters al dadelijk een duidelijk besel van het belang van dergelijke terreinen en namen inde statuten dan ook dadelijK een bepaling op die bescherming ervan inhield. En net was dan ook in volkomen overeenstemming met dat Statuut, dat zij in teü4 het'initiatief nam tot het bij eenroepen van een vergadering, waar speciaal met de bedoeling van natuur bescherming werd opgericht de V e r- eenlging tot Behoud van Na tuurmonumenten in Neder land. De eq^ste daad van de Vereeni ging was de aankoop van het Naarder meer. In de nu ruim dertig jaren van haar bestaan heeft zij tal van natuur monumenten van zeer uiteenloopenden aard verworven, te zamen een uitge strektheid van loo vierkante kilometer; denk maar aan 't Leuvenumsche Boscn, de Veluwezoom van Velp tot Dieren en tot hoog aan den Imbosch, het Buurser Zand, Korenburgerveen, vennen en bos- schen van Oisterwijk, de Loonsche dui nen, de heide bij Dwingelo, enz. Een vol ledige opgaai vindt ge in den dezer dagen verschenen bundei der jaarversla gen 1929—1935 der Vereeniging en daarin ook het natuurbeschermingswet, dat door verwante organisaties en door den Staat wordt verricht. In dezen tijd bedreigen onsteliendc gevaren het natuurschoon van ons merk waardig land. Doch gelukkig staan we daar niet weerloos tegenover en een der hechtste bolwerken is de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten. Eén ding wekt verwondering en dat is' dat deze Vereeniging die zooveel doet voor het heele volk van Nederland slechts zoo weinig leden telt. Zij zou veel meer kunnen doen, veel sneller wer ken, veel meer invloed hebben, indien haar ledental, thans iets meer dan tien duizend, verdubbeld kon worden. En ik zie geen enkele reden, waarom niet het tienvoud van goede Nederlanders zich' zou aansluiten, om voor alle tijden en voor iedereen het merkwaardig natuur schoon van ons land t^ behouden. Dr. JAC. P. THIJSSE. Hier is mijn liefde, Want hier is mijn vaderland. VIRGILIUS. De bewoners van onze Westelijke provin cies iieuben, wat natuurrykdom betreit, met te slagen. Men vindt er duinen, strand, pol ders en bosscneh, en het uitgeüreide pias- sengehieu in Zuid-Holland is als natuur monument wei Dij zonder, interessant. Maar, als men eens zou nagaan, noevelen dit natuurschoon in ai zyn rysdoin Kennen, dan zou men tot een bedroevend resultaat somen en toch is er slechts voor noodig een open oog voor de werkzaamheid m ue na tuur, soms vlak bij huis, een boom, een bloem, een vogel, een insect... Wie let er byv. op de hazelaar en elzenkatjes, die in Februari al hun wolken stuifmeel uitzen den? Wie bemerkt het roode waas, waar mee onze dierbare, ten doode opgeschreven iepen in het vroege voorjaar overtogen zijn, of den grijzen sluier, die zich legt over de breede kruinen der abeelen Wie ontdekt de eerste schuchtere blaadjes aan de kamper foelie, of de bloemen van groot en klein hoefblad? Wie hoort 't bescheiden liedje van de heggemusch op een zonnigen win terdag, of staat er stil by den juichenden zang van een vroegen zanglijster in den top van een kalen boom? En voor hoevelen is de eerste jubelende leeuwerikenzang een feestelijke gebeurtenis? Toch gelooven wij, dat het bij de meesten geen gebrek aan belangstelling is, maar alleen een niet-georiënteerd-zijn in die rich ting. En d i t nu is de bedoeling van de N. N. V., den menschen de natuur te leeren zien en beluisteren. Zjj trekt met I haar leden naar buiten, in alle seizoenen, ook in den winter, als er voor oningewijden I „niets te zien" is; wanneer de Doornen groei en bloei voorbereiden, als de knoppen I goed ingepakt, wachten op de zonnewarmte, I en het naakte takkengestel zich scherp tegen dén vaak onbarmhartigen winterhemel af- i teekent, kunt ge ze het beste leeren kennen j en ermee vertrouwd raken. Wie midden in den winter, onder jagende wolkengevaar- ten, tusschen de glanzende mosplekken in de duinen heeft geloopen, zal niet meer spreken van een dood seizoen; er is geen dood seizoen, elke maand, ja eiken dag kan men interessante dingen beleven; stilstand is er nooit; elk seizoen heeft zyn eigen be koring, maar het lentepreludium, dat door zijn ingetogenheid aan de meesten onopge merkt voor by gaat, is misschien wel het allermooiste. De Natuurhistorische Ver eeniging ontsluit u een gebied, dat een on uitputtelijke bron van genot zyn kan, en in dezen tyd van depressie, waarin zooveel steunpunten wegvallen, een waardevolle compensatie kan geven. A. M. TADEM\ Secr.esse N. N. V. WORDT LID VAN DE NEDERL. VEREENIGING TOT BESCHERMING VAN VOGELS te AMSTERDAM. Minimum-contributie f 1.— vei ja^r. De redactie verzocht mij de aandacht van de lezers te vestigen op de Nederlandsche Natuurhistorische vereeniging. Gaarne vol doe ik aan dit verzoek, omdat ik overtuigd ben, dat hiermee beide partijen gebaat zyn. Voor een vereeniging is het natuurlijk altijd goed als door meerdere bekendheid haar ledental uitgebreid kan worden. Maar de N.N.V. is een vereeniging, die meer geeft dan vraagt, en zelfs veel doet voor het al gemeen belang ook buiten haar ledenkring. in dezen tyd van economischen druk en financieele zorgen heeft de mensch behoefte aan ontspanning. Er zyn er, die dit zoeken in bioscoop of danszaal. Maar velen zyn ge lukkiger, die het vinden in de natuur. De N.N.V. helpt hen hierbij door de belangstel ling voor de natuur te vergrooten en de ken nis te verrijken. Maandelyks verschijnt het vereeniginga- orgaan „Natura". Jaarlijks wordt een meer- daagsche excursie gehouden (dit jaar in Rotterdam van 27—30 Aug.). De plaatse lijke af deeling cn houden bovendien geregeld excursies en vergaderingen. De excursies hebben plaats onder deskundige leiding, ter wijl op de vergaderingen natuurhistorische onderwerpen op populair-wetenschappelyke wijze behandeld worden. Ook werkt de vereeniging buiten haar ledenkring door de* natuurbescherming te bevorderen. Toen in 1902 het Naardermeer, de bekende broedplaats van lepelaar, baardmannetje, purperreiger en vele andere vogels, dreigde volgestort te zullen worden met het Am- sterdamsche vuil, heeft het toenmalige hoofdbestuur begrepen, dat een zelfstandige vereeniging meer kracht zou kunnen bijzet ten. Op zijn initiatief is de Ver. tot Behoud van Natuurmonumenten opgericht, een ver eeniging, waarvan elke Nederlander lid be hoort te zyn. Toch heeft de .N.N.V. hiermee zich niet de taak van natuurbescherming van de schouders geworpen. Waar zij kan, staat ze steeds op de bres om voor het na geslacht te behouden, wat nog te behouden is. Het lidmaatschap der N.N.V .bed raagt ƒ3.— en geeft recht op het geïllustreerde maandblad „Natura". Huisgenoot-leden be talen 2.zonder recht op „Natura". Belangstellenden in Gouda woonachtig kunnen lid worden van de afd. Den Haag (secr. Adr. Goekooplaan 85), Rotterdam (secr. Werkhoefstraat 3b) of Utrecht (secr. Fred. Hendrikstraat 10). Ik wil hier niet eindigen zonder een woörd van erkentelijkheid te richten tot de Directie van de Goudsche Courant en Dr. Scftfcygrond. Door het verschijnen van dit blad worden verschillende natuurhistorische onderwer pen onder veler aandacht gebracht. De be langstelling voor de natuur zal hierdoor op gewekt en vergroot worden. Dat is een prach tig werk, waarvoor ik namens de N.N.V. Dr. Scheygrond en de Directie hartelijk dank zeg. Dr. JOH. H. VAN BURKOM, Alg. Voorzitter N.N.V. Het is een gelukkig verschijnsel) dat de laatste jaren steeds meer de wenschgljjkheid wordt ingezien, de jeugd een waarachtige belangstelling ,en liefde voor de hen omrin gende natuur by te brengen. Telkens toch weer blijkt, hoeveel ons volk nog tekort schiet in de waardeering van de schoonheid van ons land. Een gemis a&n waardeering, dat stellig voortspruit uit gemis aan ken nis. En die kennis wordt ♦t gemakkelijkst in de jeugd bijgebracht. Maar helaas bezitten veelal zij, die zijn aangewezen de jeugd in deze op te voeden, de onderwijzers en jeugd leiders, zelf niet voldoende kennis om vruchtbaar te kunnen werken. Wel werd hier en daar reeds veel goeds verricht, maar verheugend is het dat we in de „Jeugd commissie" van den Bond „Heemschut" een centrale leiding hebben gekregen, die onder onderwijzers en jeugdleiders een intensiéve propaganda voert. Nooit kan met genoeg nadruk gewezen worden op de taak die de laatsten in dezen hebben. Zeer veel kwaad toch is er in de jaren door de natuur intrekkende jeugd organisaties gesticht. Maar al te vaak ble ken de Karl May-neigingen te overheer- schen en ieder ander gevoel te verdrijven. De jeugd bezit van nature een warme be langstelling voor al iwat leeft. Het komt er slechts op aan deze op de juiste manier te leiden en tot volle ontwikkeling te bren gen. Wat de school betreft, zal een goed ge voerde propaganda zeker leiden tot een totale wijziging in de methodes die heden ten dage voor natuurlijke historie en ook aardrijkskunde gebuikt worden. Het is soms bedroevend te ervaren hoe weinig de kin deren, die de school verlaten, kennen van hun eigen onmiddellijke omgeving. Laat staan, dat zy de schoonheid ervan hébben leeren zien. Gezicht op de plas Elfhoeven Foto B. Swanenburg De mensch van heden, de jonge vooral, zoekt openheid, ruimte, vrijheid. Hij iB bereid tot werken, tot het spannen van zijn spieren, van zijn zenuwen en zijn her senen, bereid tot de i n spanning dus in het drukke, rumoerige stadsleven, mits men hem niet onthoude de gelegenheid tot het her winnen van 'net evenwicht, tot de o n t span ning in de vrije natuur. Dit denkt, dit hoopt hy te vinden, zoodra hy de stad ontvlucht, zal zijn, buiten langs de w e g e n, van waar hij het landschap, het vrije veld zal zien, opdat hy daar zal kunnen vinden wat de Engelschman zoo kernachtig breathing space: ruimte, waar hij kan ademhalen voller en dieper dan in de steden en tusschen de bebouwing mogelijk is. Een eisch van het moderne leyen met zijn steeds toenemende spanningen, een eisch der toekomst dus is, dat die openheid langs onze wegen, welke vooral door het staag 8»ueieiiue auto- en auwu^-"-*» steeds belangrijker element in het dage- lijksch leven der bevolking vormen, zal blij ven bestaan, dat voor het b e h o u d van die openheid zorgvuldig zal worden gewaakt. Wordt aan dien eisch voldaan? Het direc te tegendeel is het geval. Overal in ons land worden niet alleen de verkeerswegen doch ook vele landwegen volgebouwd, zoodat ten slotte ons geheele land één groote gevan genis zal gaan gelijken: bet is de beruchte lintbebouwing welke, behalve een veelal onverdiende en dne onrechtmatige winst voor de eigenaren der toevallig langs die wegen gelegen gronden, voor de ge meenschap niets dan nadeel brengt: nadeel wegens de door de bebouwing toe nemende verkeersbezwaren, wegens bet ver lies van uitzichC op bet landschap, en we gens de financieele sohade voor de gemeen telijke huishoudingen en dus voor de belas tingbetalers tengevolge van extra hooge kosten voor aanleg van allerlei leidingen, voor bewaking, enz. In zijn ergsten vorm vertoont zich dit euvel der lintbebouwing in vele om de groote steden gelegen randgemeenten die, op de stad parasiteerende, hare landwegen met lange rijen huisjes laten volbouwen; zoo bij Amsterdam, dat zelve in haar uitgestrekt landelijk gebied reeds jaren met groote zorg een toeneiping der lintbebouwing heeft we ten tegen te houden, terwijl men dit euvel ongebreideld ziet voortwoekeren in verschil lende der direct aan de stad grenzende bui tengemeenten. In de omgeving van Gouda geven de ver bindingswegen met Heeuwijk dit verschijn sel in ontstellende mate te zien. Het meest effectieve middel tegen dezen uitwas der lintbebouwing is het vaststellen van goede uitbreidingsplannen en bouwver ordeningen, het best in het kader van het Streekplan, waarbij als algemeen principe voorop moet staan: het bevorderen van een concentrische uitbreiding van de be bouwingskernen, bet tegengaan van een excentrische uitbreiding en van een polieps- gewijs voortwoekerende bebouwing der uit- vals- en andere buitenwegen. Verder een gestreng topzicht van de daarvoor aange wezen autoriteiten: het Provinciaal Bestuur en de Inspectie der Volkshuisvesting. Het is toch veelal niet onmacht, doch wel onwil en gebrek aan inzicht, dat de gemeenten weerhoudt ominhetalgemeenbelang mede te werken tot bestrijding van dit kwaad, en 'om van de hun daartoe ten dien ste staande middelen het juiste gebruik te Deze uitweiding over de lintbebouwing zij mij op deze plaats geoorloofd, wijl het m.i. wel degelijk tot de taak der natuurbescher ming behoort er voor te waken, dat voor de vele millioenen mensehen, die jaarlijks, het zij voor hun ontspanning hetzij voor hun bedrijf den weg gebruiken, het vrije uitzicht op het landschap bewaard zal blijven. Laat ons toch dankbaar zijn voor de zeer bijzon dere schoonheid van ons vaderland, zooals die als kostbaar geschenk langs onze wegen aan alle zijden voor allen openligt; wie heeft het recht die aan ons, aan onze volks gemeenschap, te ontrooven Is dit waken voor de openheid van onze wegen een defensieve plicht, daarnaast heb ben Wii ook een constructieve taak, én wel de zorg voor een zoo goed mogelijke aes- 'thetisch-landschappelijke behandeling van de wegen. Het is voor de bevordering van dit belang, dat de Commis sie „De Weg in het Landschap" (bij afkor- ting„W.I.L."), Sub-Commissie van den Bond Heemschut, enkele jaren geleden is opge- richt geworden. Een belangrijk onderdeel van dat belang vormt de beplanting van de wegen, waarbij zich een reeks vraagstukken voor doet; laanbeplanting of beplanting met laag hout, aaneengesloten of groepsgewijze, vaak in boschrijke omgeving of in een wijd heidelandschap in het geheel geen be planting, enz. Verder de juiste keuze, behalve uit tech nisch ook uit landschappelijk oogpunt, van het tracé van den weg, zóó dat een har monische aanpassing van den weg aan hen omgevende landschap bereikt wordt. Verder 'de vaststelling van het dwarsprofiel van den weg, waarbij aan de orde komt de juiste toepassing van gras- of plantstroo- ken tot scheiding van de verschillende ver- keersbanen, doch ook tot verfraaiing van don weg; de quaestie van de breedte en van de landschappelijke behandeling van de ber men en de taluds, etc. Dit zijn alle vraag stukken, welker juiste oplossing grooten- deels beslissend is voor het aesthetisch- landschappelijk aspect van den weg, en die tot gevolg za) kunnen hebben, dat zoowel b(J het ontwerpen van nieuwe wegen, niet al leen bestaand natuurschoon zoo goed moge lijk gespaard doch tevens nieuwe schoonheid geschapen zal kunnen worden. Tevens echter zyn dit vraagstukken, die feitelijk niet behooren tot het terrein van den eigenlijken wegenbouwer: den technicus, doch wel tot de bevoegdheid van den op het gebied van de behandeling van het 1 a n d- schap deskundige, t.w. den tuin-, beter gezegd landschap-architect. Noodig is daaromsamenwerking van den technischen wegenbouwer met den land schap-architect (zoo noodig, voor de beplair- ting, ook met den bosohbouwkundige), ech ter niet pas bij de beplanting, doch ook reeds vanaf het eerste begin: bij het ontwerpen van tracé en profiel. Het is op deze wijze, dat wij zullen kunnen komen tot wegen, die een blijvend schoonheidselement in het land schap zullen vormen, en daardoor ook een groote recreatieve waarde zullen be zitten. Het zy dus zoo: de streng ordenende hand der Overheid zorgt er naar redelijk heid voor, dat langs de buitenwegen, met uitzondering van bouw Voor het landelijk bedrijf, verdere bebouwing, als brengende daar slechts nadeelen voor de gemeenschap, zooveel mogelijk wordt voorkomen. Daar naast bevordere zy concentrische uitbreiding der bestaande bouwkernen. Aldus blijft het eigen karakter van stad, dorp en land het best bewaard. Voorts wijdt zij, onder verplichte samen werking van technici en landschapskundi- gen, haar uiterste zorg aan de aesthetisch- landschappelijke behandeling van den weg, zóó dat ons nationale wegennet zal vormen, tot in lengte van dagen en steeds meer, één schoon harmonisch geheel met het aan beide zijden wijd openliggende landschap. Aldus zal worden bewaarheid de kern spreuk: 'Via Vita: de weg, die ons voert naar en door de natuur, en door zijn doelmatigheid èn door zijn schoonheid, leven -Krengt aan al die H. CLEYNDERT Azn., Secr. Comm. „De Weg in het Landschap".

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1936 | | pagina 3