w.
1
Het beroemde onderzoekers-echtpaar de Johnsons.
Slapeloosheid.
FILMNIEUWS.
Het dageljjksch brood.
Recepten.
Wetenswaardigheden.
terventie-kwestie Dat alles schijnt
hier boven nauwelijks te bestaan! En
zelfs de politici, die zich in St. Moritz
bevinden, om er uit te rusten, spre
ken in deze prettige vacantiedagen
maar liever niet over de wereldpoli
tiek en hebben het liever over de pres
taties der Zwitsersche hockeyspelers!
Titulescu, lang en mager, wandelt
rustigjes heen en weer en schijnt
voor niets anders oog te hebben dan
voor het schoone Zwitsersche land
schap. Het is als een paradijs, wel
niet „echt", maar toch een „Ersatz"
waarmee men best tevreden kan zijn!
Met „Zebra- en Giraffenvliegtuig" boven het (Mrwond!
Op bezoek bij de dwergmenschen.
Naar' uit Zuid-Amerika wordt ge
meld, werd hy een ongeval met een
passagiersvliegtuig, in de nabijheid
van San Fernando, het beroemde vlie
ger- en onderzoekersechtpaar Martij)
Johnson en Osa Johnson, zwaar ge
wond, en is Martin Johnson aan de
gevolgen van dit ongeluk overleden.
Deze menschen maakten twee jaar
geleden naam door hun vorschingen
in voor de blanken nog onbekende ge
bieden van Centraal en Zuid-Afrika.
Met het „Zebra-vliegtuig"
Ruim veertien jaar hebben de heer
en mevrouw Johnson in Afrika door
gebracht; aanvankelijk kwamen zij
er heen om goud te zoeken, latei
huurden zij een farm en hadden al
spoedig een grooten veestapel. Lang
bleven zij nooit op één bepaalde
plaats. Toen zij geld genoeg bijeen
hadden, verkochten zij hun have en
goed en schaften zich te Londen twee
amphibieen-vliegtuigen aam Het eene
vliegtuig kreeg een soort zebra-huiu
men wilde het grijs verven, waarover-
heen men zwarte strepen schilderde.
Het andere vliegtuig geleek, met zijn
bonte vlekken, meer op een giraffe
Wat had het vliegers-echtpaar met
deze zonderlinge beschildering voor?
Was het een grap of een gril? Zeker
niet, meermalen is gebleken, dat men
geen betere kleuren voor de machines
had kunnen kiezen!
Met de vliegtuigen trok men naai
Afrika; men wilde gebieden betreden,
waar nog- nooit tevoren een blanke
voet had gestaan. Zoo vlogen de heer
en mevrouw Johnson naar het Zui
den en in .twintig maanden lang hoor
de de buitenwereld niets van het op
avonturen beluste echtpaar.
„Olifanten zien u aan!"
Deze beide menschen hebben met
hun oogen, met hun camera, met hun
toonfilmapparaat en met hun gramo-
foon giraffen en luipaarden, -leeuwen
en rhinocerossen beluisterd. Het ge
lukte hun echter ook jachtgebieden te
ontdekken, waarvan men tot nog toe
niet had gehoord. Geheel nieuwe zo
nes, welke zy op de kaart vastlegden,
werden op de gevoelige plaat gelegd.
De geografen hebben aan het echt
paar Johnson dan ook veel te danken.
Op een dag had men met de „Gi
raffe" een panne en men zag zich ge
noodzaakt te Janden. De landing ver
liep vry vlot, doch was lang niet zon
der gevaar, daar men in een... olifan
tendorp terecht was gekomen, watfr
400 dikhuiden te keer gingen. Het
waren enkele uren van angstig af
wachten in de kleine, benauwde ca
bine, doch Mrs. Johnson kon het niet
laten interessante foto's van de wilde
olifanten te maken...
Johnson's vliegtuigen zyn op de
meest zonderlinge en onmogelijke
plaatsen van Centraal- en Zuid-Afri
ka neergestreken. In het Krügerpark
van Zuid-Afrika mogen de leeuwen
tam zijn als schoothondjes, in 't hart
van het donkere werelddeel zijn zij dit
niet. Johnson's vliegtuig diende eens
een noodlanding te maken in een oer
woud. Een reusachtige leeuw kwam
snuffelend naderbij en wilde juist
aan een der machinevleugels gaan
kluiven, toen Mr. Johnson z\jn camera
„knipte" en meteen in de cabine
sprong. Woedend sprong het dier ter
zijde. Mrs. Johnson, die enkele uren
tevoren van een vriendin in Pretoria
een bouquet' rozen had gekregen,
wierp de ruiker naar de leeuw, die er
op af vloog en met de rozen, nog in
papier gewikkeld, tusschen de strui
ken verdween...
Vit den hemel gevallen...?
In de Belgische Congo hebben Mr.
en Mrs. Johnson eens een ontmoeting
gehad met Pygneeën, die nauwelijks
wisten hoe blanke menschen ei* uit
zagen en in elk geval nog nooit een
vliegtuig hadden gezien. Men hield de
vliegende menschen voor een soort
van godheden, die door een vreemde
vogel gedragen, uit den hemel waren
gekomen. Aanvankelijk hadden de
kleine menschen angst voor de blan
ken, doch hun nieuwsgierigheid was
grooter dan hun vrees.
In haar boekwerk „Onze reis dooi'
Centraal-Afrika" vertelt Mrs. John
son het volgende over de Pygneeën
„Hoe primitiever zij zijn, des te
menschlievender gedragen zij zich!
Zij zongen én dansten oin ons heen,
bijna den geheelen dag. De oude, grij
ze dwergen, de opa's en oma's, zijn
even kinderachtig als hun kleinzoons
en -dochters. Voor ons, blanken, wa
ren de Pygmeeën bijzonder hartelijk.
Men wilde ons op ieder uur van den
dag laten eten en liefst de meest
vreemdsoortige gerechten
Men tveende bij het afscheid
De Johnson's namen tijdens hun
kort verblijf bij de dwergen op een
dag een 8-jarig meisje mee de lucht
in, dat een tochtje met het echtpaar
mocht maken. Toen het vliegtuig op-
Steeg, hieven alle Pygneeën een luid
geklaag en geschrei aan. Wat was het
geval Men dacht, dat het kleine meis
je nooit meer terug zou keeren en mee
genomen werd naar het hiernamaals.
Reeds begon men met het aanheffen
van doodsliederen en toen het kleine
meisje levend en wel terugkeerde, be
tastte men het voorzichtig. Zelfs de
moeder van het kind durfde het nau
welijks aanraken.
Bij het afscheid van het vlieger
echtpaar begonnen de Pygneeën op
nieuw luide te weenen en het afschu
welijk gezang der doodsliederen be
geleidde het motorgeronk van de
„Giraffe"...
Niet te kunnen inslapen en zich
uren lang van de eene op de andere
z\jde omleggen is iets, waarover allen,
die aan slapeloosheid lijden, mede
kunnen praten. Verschillende prepa
raten staan de lijders aan dit euvel
ten dienste, doch deze nemen de oor
zaak niet weg.
In zeer vele gevallen is slapeloos
heid te wijten aan nerveusiteit en nu
eens tracht men door lezen den slaap
te vinden, dan weer wordt het licht
aan- en uitgetrokken, een slokje wa
ter gedronken, en tenslotte komt het
slaapmiddel aan de? beurt.
Al deze menschen laten zich be-
heersohen door hun zenuwen, zijn
geen meester over hun wil, hierin ligt
het groote geheim.
De vrouw des huizes vindt het aan
genaam om voordat zy naar bed gaat
nog een uurtje te lezen met het resulr
taat, dat zij het gelezene vóór zij gaat
slapert verwerken moet en de slaap
uitblijft. Anderen moeten 's avonds
noodgedwongen nog naai- of verstel
werk afmaken en haasten zich om
klaar te komen. Door de opwinding
gaat hun bloed sneller stroomen, het
gevoel van moeheid verdwijnt door
het drinken van een kop thee of kof
fie en even later blijft de slaap uit.
Is het te verwonderen, dat lichaam en
geest niet de vereischte rust krijgen?
Velen eten nog iets, alvorens naar
bed te gaan en hierdoor heeft de maag
weer werk te verrichten, hetgeen
eveneens het inslapen verhindert.
Opwindende conversatie prikkelt
de zenuwen/die juist zooveel rust be
hoeven, evenals het doen op den laten
avond van allerlei spelen, die aan
dacht en concentratie vragen.
Wij zouden nog een lange reeks van
alle mogelijke dingen kunnen opnoe
men, die eenigszins nerveus aange
legde menschen niet doen inslapen en
ten lange leste aan een moelijk te
overwinnen slapeloosheid doen lijden.
Alles wijst erop, dat wjj ons maar al
te gaarne laten overheerschen in-
plaats den wil te sterken en afstand
te doen van datgene, wat ten slotte
de gezondheid geheel en al onder
mijnt.
In de eerste plaats moet de gedach
te: „ik kan toch niet slapen", plaats
maken voor: „ik wil slapen". Verder
is een wandeling, desnoods van* twin
tig minuten, dikwijls reeds voldoende
om de gedachten af te leiden. Diepe
ademhalingen voor het open venster
vullen de longen met zuivere lucht en
ten slotte moet men naar bed gaan,
voor men zich overmoe .gevoelt. Is
men over zijn moeheid heen, dan is
het inslapen eveneens moeilijk.
Volgt men ai deze dingen op, dan
zal men inderdaad ten slotte de slape
loosheid hebben overwonnen en wor
den de zenuwen niet overbelast.
Werklust en werkkracht worden dan
tevens in groote mate opgevoèrd.
PL "57b
DRIE AVONDTOILETJES.
Voor deze drie alleraardigste avondtoiletjes kiest men voor No. 7 witte crêpe satin
met een ceintuur van lila fuweel met lange afhangende panden; voor No. 8 zal witte
zijde eveneens zeer smaakvol zijn; dit model kan men garneeren met fijne kant. Het
derde model, no. 9 is een meer klassiek model van taffetas.
Thalia-Theater.
„Onder Spaansche vlag".
La Bandera zingt den lof van het vreem
delingenlegioen: al wie door de maatschap
pij worden uitgeworpen, omdat zij geen
werk voor hen heeft, omdat zij zich door
misdrijf onmogelijk hebben gemaakt, vin
den hier een toevlucht in een eigen samen
leving, met eigen eer en recht, naar eigen
ihoraal. Niemand wordt naar zijn verleden
gevraagd; de politiespion is door trllen ver
acht. De kapitein is onmeedoogend streng,
maar menschelijk. In de danskroegen is
nog plaats voor zuivere liefde. En er is
immer de genaderijke nabijheid van den
dood, waardoor wordt goedgemaakt, wat,
buiten het bereik van eenige straffende
hand, een kwelling van het geweLi* bleef.
Zoo ongeveer is de moraal van de ge
schiedenis van Pierre, die, nadat hij te
Parijs een man vermoord heeft, naar Spanje
vlucht, ook daar geen veiligheid -vindt en
bovendien weldra van zijn weinige geld be
roofd wordt en dan dienst neemt in het
vreemdelingenlegioen, waar de kameraad
schap van verschoppelingen en verdoemden
ds en de liefde van Aischa, maar ook de
voortdurende achtervolging van den politie
spion, die eerst ten allerleste de solidari
teit van het legioen boven den prijs, die op
het hoofdi van Pierre gesteld is, leert te
laten gelden. En dan tenslotte sterft Pierre
den eervollen dood tegenover den vijand,
dien hy gewenscht heeft.
De vrouwelijke rol in deze film wordt
vervuld door Anna Bella. Zy is de Marok-
kaansche Aischa.
Ann» Bella...
Anna Bella die eigenlijk Susanne Ohar-
pentier heet, is de vrouw van den bekenden
Franschen acteur Jean Murat. Beiden be-
hooren tot de beste Fransche acteurs, maar
dikwijls gaan hun wegen verschillende kan
ten uit.
Anna Bella is, evenals Jean Murat, zeer
bekend. Het laatst heeft mén de charmant-
actrice en filmster in het Thalia-Theater
kunnen zier in „Variété" met Hans Albers
en Attile Hörbiger.
„San Francisco".
Een historische film van Erich
Pommer op komst.
„San Francisco" heet de film, waarop
we reeds eerder de aandacht vestigden j
en welke als een der hoogtepunten'van
het Amerlkaansche filmselzoen wordt be-
van dat alles kent, dien ik alles kan
leeren.
Ja... dan...zei Marianne.
Drie jaren waren verloopen sinds
Marianne de secretaresse van Chris-
tiaan Mundt was geworden. Veel was
er veranderdMarianne droe^ nu ele
gante japonnen, dure schoenen. Zij
verloor echter haar dankbaarheid te
genover Mundt niet, en zy werkte
nog even hard voor hem als op den
eersten dag. Nooit eischte zij iets
voor zichzelf, hoewel veel van zyn
succesvolle ideeën eigenlijk van haar
afkomstig was. Voor hem bleef zy
het kleine ding, dat hy eens had mee
genomen en nog steeds zag hy in haar
het schuchtere meisje van toen, hoe
wel men haar bewonderde als een
elegante vrouw.
Op een dag, toén zy in Parijs op
een boulevard-terras zaten, zei Chris-
tiaan plotseling zonder inleiding:
Ik ga naar myn vaderland terug.
Ik blijf waarschijnlijk een jaar in
Amerika en dan ga ik twee jaar naar
Japan. Wat ga jij doen?
Zy begreep zijn vraag niet.
Wanneer vertrekken wij vroeg
ze.
Ik ga morgen.
En ik?
Had zij het werkelijk uitgesprokeh,
of was het verbeelding, had haar hart
zoo fel geklopt?
Jij gaat naar huis terug. Het is
het beste voor je. Ik heb wat geld
voor je vastgezet, je zult geen gebrek
lijden.
Marianne zweeg; haar hand
streek telkens over het witte tafel
kleedje tusschen hen in. Zij zweeg en
dat zwijgen werd een klacht, een bit
tere klacht.
Ik kan je niet meenemen, zei
Gabin.
stempeld. En dat is te begrijpen, want
deze film bevat alle succes-verzekerende
ingrediënten uit de Hollywoodsche film-
bar in een uitstekende verhouding ge-
mixd door een bekenden „bar-man":
regisseur W. s. van Dyke Men moet be
wondering hebben voor deze Amerlkaan
sche film-zakenlieden, deze vereenvoudi-
gers van het leven, deze handige tech
nici, die alle machten en spanningen
van het leven van liefde tot geloof en
van degelijkheid tot vergevorderde ver
wording, op hun transformatorenstation
in enkele stroom en lichtmodulaties we
ten om te zetten, waarmee ze groot-
scheepsche effecten te voorschijn roepen
en publiek trekken.
En de cïïecten zijn in „San Francisco"
van enorme afmetingen. Niet minder
dan de ondergang van een heele stad,
wordt met alle middelen van een geraf
fineerde camera- en studio-techniek, in
beeld gebracht om de n&leve kijjtlust,
welke steeds weer bij het publiek en
bij het bioscooppubliek in het bijzonder
kan worden vastgesteld te bevredigen
met een pracht van een knaleffect.
De vreeselijke verwoesting van de
groote stad door de aardbeving van 1906
dient hier als achtergrond voor een zeer
simpel liefdesgeschiedenisje, waarin goed
en kwaad met elkaar, zooals te doen ge
bruikelijk is, om den voorrang strijden
en waarin het goede dat in de gedaante
van een gracieus meisjesfiguurtje over
het witte doek zweeft, tenslotte „het
beste van het spel" heeft om een sport-
hij. Het is onmogelijk, dat moet je in
zien. Wy beiden weten dat er tus
schen ons beiden niets bestaat. In
Europa gelooft men ons, Europa is
romantischer, maar in Amerika zou
men het niet begrijpen daarom
moet je gaan, Marianne.
Waar moet ik heengaanIk heb
immers geen thuis... Ik was negen
tien jaar, toen jij kwam; ik hoorde
aan mijn kantoor, niet aan mezelf.
En toen kwam jy' en ik behoorde aan
het werk en aan de reizen, en nu laat
je me alleen...
Maar je bent toch anders zoo
flink en zoo rustig, zei hy verwon
derd.
Ze lachte hulpeloos.
Hoe kun je zoo blind zyn! Zie
je dan niet, dat alles eigenlijk oh jou
berust? Jij gaf me myn zekerheid. Ik
was niet mezelf, maar Christiaan
Mundt. Zie je dan niet, dat ik zonder
jou een leeg omhulsel ben, dat breekt
bij den minsten schok
Maar...
Het kan me niet schelen wat de
menschen van me denken. Ik wil voor
jou niets anders zijn dan het kleine
ding, dat ik altijd geweest ben. En
jy kunt mij ook niet missen. Jij hebt
dat kleine ding noodig, dat je opzij
kunt duwen, maar dat er toch steeds
is. En ook daarom ga ik niet weg,
Christiaan Mundt. Want ik hou van
je...
-r— Hou je van me Hij zag er lang
niet zoo verbaasd uit, als zij verwacht
had. Waarom heb je me dat niet vroe
ger gezegd?
Je hebt me,er nooit naar ge
vraagd.
Christiaan schudde het hoofd en er
schitterde iets in zijn oogen,
Ja, zei hij vroolyk, dan zal er
niets anders op zitten, dan met je te
trouwen, kleintje.
Neen, o neen riep Marianne nef-
tig uit.
Ja zeker, zei hy vergenoegd en
stak zyn pijp aan. Waarom zou ik
niet met je trouwen? Wy mannen
krijgen zulke goede gedachten altijd
zoo laat! Jammer, zoo heb ik drie
goede jaren verloren!
Je hebt me die drie jaren toch
altijd bij je gehad?
Ja zeker. Maar het was soms
verdraaid moeilijk
Wat?,
Om je yiet te kussen.
De mensehen op de boulevard ble
ven staan en verbaasden zich overliet
feit, dat een man en een jonge vrouw
elkander op klaarlichten dag op
café-terras kusten, alsof zy aich te-
samen in een donker laantje bevon
den../
term te gebruiken. Het kwade, och dat
ia ook zoo kwaad niet, het is eigenlijk
in den grond ook goed, het heeft alleen
„panne" op zijn levensweg. En aangezien
de Amerikanen ervan houden alles kern
achtig te doen, wordt het verloop van.
de liefdesgeschiedenis, behalve door
de aardbeving gestimuleerd door de
noodige opstoppers, zaken, welke men in
een film van het „Europeesche tempo"
spoedig als te bar gaat bestempelen,
maar die in de Hollywoodsche producten
met merkwaardig gemak en volkomen
vanzelfsprekend worden uitgedeeld en
geïncasseerd.
Dit is trouwens toch een van die din
gen welke karakteristiek zijn voor de
film in het algemeen, dat Is waar
maar toch in het bijzonder voor vele
producten van de Hollywoodsche film
makers: alle levensuitingen doen zich
bekoorlijk onproblematisch aan ons voor,
het is allemaal heel eenvoudig, te een
voudig naar onzen smaak misschien,
maar desondanks nooit vervelend, ln
tegendeel gewoonlijk meesleepend en on
derhoudend
Maar is niet de „fantasiemachine",
met welken afschuwwekkenden naam
men de filmapparatuur wel eens betitel
de. in den grond Iets anders dan het
vertelsel- en sprookjesboek van de tegen
woordige generatie?
„San Francisco" begint met een ru
moerig oudejaarsfeest, waarbij een bran
dend hotel een spanning verwekkenden
achtergrond vormt en tevens Mary, de
heldin van het verhaal, dakloos maakt
zoodat ze bij Blackie den eigenaar van
een cabaret, bij wlen ze weldra als zan
geres een baantje krijgt, een toevlucht
moet zoeken.
Mary is een plattelandsmeisje, onbe
dorven en rein en met een stem als een
nachtegaal en Blackie heeft niet veel
tijd noodig om even hard vlam te vatten
als het hotel, waar Mary vandaan komt
en het spreekt ook vanzelf, dat het
schoone en talentrijke meisje spoedig de
noodige beroemdheid heeft verworven.
Dan komt de aardbeving en vernietigt
de stad, de gebouwen, het cabaret en op
het eerste gezicht vreest men niet an
ders dan dat ook alle menschen als
slachtoffer zullen vallen. De opnamen
van de ontzettende verwoesting in de
stad, waar gebouwen in brokken vallen,
waar diepe afgronden zich in de straten
openen, het is alles overweldigend en
gedurfd van opzet cn geslaagd van uit
voering en een uitstekend staaltje van
effecten, welke de moderne filmtechniek
bereiken kan.
Met een, maximum aan effect en een
maximum aan middelen is een resultaat
bereikt, dat inderdaad indrukwekkend is,
Jeanette MacDonald en Clark Gable,
twee van de sterren, die tot degenen be-
hooren ,die tegenwoordig wel het meeste
bewondering bij het publiek wekken,
vervullen de hoofdrollen, met dien ver
stande, dat Jeanette een deel van de
hare zingt, èn verdienstelijk, zooals we
dat van haar verwachten Dat er ten-
slotte nog een happy end is, temidden
van de puinhoopen van de stad, welnu,
dat gunnen we de geschrokken en ge
ruïneerde menschen graag.
Werkelijk, het zou moeilijk zijn een
film te bedenken met grootscher effec
ten, met kllnkender namen, met meer
attracties bijeen dan deze, die zelfs voor
de, wat humbug betreft, toch anders
niet spoedig verschrokken nazaten van
Uncle Sam er een is, welke aandacht
moet trekken.
Albei's te midden van oude bekenden
en nieuwe gezichten.
Dezer dagen zal een nieuwe Albers-Ucic-
ky-film der Ufa „Verboden Lading" in Am
sterdam, Botterdam en den Haag en spoe
dig daarna ook elders, haar première be
leven.
Het is een film, waaraan liefhebbers van
ademlbeklemmende spanning en sensgtie
pleizier beleven zullen. Hans Albers speelt
voor kapitein van een schip, geladen met
pianokisten. Midden op zee ontdekt men
echter dat deze kisten machinegeweren voor
een vreemde mogendheid bevatten. Dan
wordt getracht het schip tot zinken te bren
gen. Het water stroomt naar binnen. Het
schip maakt hevig sl&gzy. Er breekt een
onbeschrijfelijke paniek uit. Doch Albers
weet haar te onderdrukken en het schip be
houden binnen te brengen.
Onder de mannelijke tegenspelers van
Hans Albers zien we er drie, die reeds eer
der met hem hebben samengespeeld. Daar
is in de eerste plaats Eberhard Leithoff, de
man, die het schip, waarop zich het verhaal
afspeelt, tot zinken tracht te brengen. Hem
hebben wy gezien als de begaafde tegen
speler van Albers in „Goud".
In „Verboden Lading" treden eveneens
op René Deltgen en Alexander Engel. Deze
•beide spelers hebben wy reeds gezien in
„Savoy-Hotel 217", de film, waarmee Al
bers by de Ufa terugkeerde. Onder de vrou
welijke partners zien we geen oude beken
den. Het zyn er vier: Ida Turay, Erna
Fentsch, Lotte Lang en Ellen Frank.
Ida Turay is de dochter va^ een. bekend
Hongaarsch kunstschilder, die op het too-
neel in haar vaderland reeds veel succes
geoogst heeft. Ze heeft gestudeerd aan de
tooneelacademie te Boedapest en geldt
sinds jaren als de ongekroonde koningin
van het Hongaarsche tooneel. Ze had- rlog
niet voor de film gespeeld. Erna Fentsch is
ook van het tooneel afkomstig. Haar föto-
'genieke verschijning viel echter spoedig op.
Ook Lotte Lang en Ellen Frank debutee-
ren in, „Verboden Lading" en het feit, dat
zij in hun eerste film met Hans Albers wor
den samengebracht voorspelt reeds veel
Een tweede „Garbo"?
De Ufa heeft de hand weten te leggen
op de bekende Zweedsche /actrice en echt-
genoote van den intendant van het „Ki>-
nigliche Theater" in Stockholm, Zarah
leander. Zy is voor eenige jaren vast aan
deze maatschappij verbonden. De Ufa had
den journalisten reeds medegedeeld, dat het
hier de belangrijkste ontdekking sinds vele
jaren betrof. Thans lezen wy in de Zweed
sche en Duitsche pers artikelen, waarin
Zarah Leander „de tweede Garbo" wordt
genoemd en waarin de Ufa met dit con
tract geluk gewenscht wordt.
By de Bavaria te München wordt weder
om een nieuwe film met Benjamino Gigli
in de hoofdrol opgenomen, onder regie van
Carl Hednz Martin. De vrouwelyke hoofdrol
speelt ditmaal Geraldine Katt, die daarmee
in haar tweede film optreedt, nadat zij met
zooveel succes debuterde in Rinhold Schün-
zel's film „Zestien jaar".
De titel van deze Gigli-film is „Der San
ger ihrer Hoheit"; in de verdere rollen tre
den op: Gustav Waldau, Frits Odemar, Jo
seph Eich'heim, Gina Falckenberg, enz.
In Weenen werden de opnamen van een
groote revue-film „Première" getiteld, be
ëindigd. Deze film is zeer groot opgezet, er
treden driehonderd figuranten in op, terwijl
acht en veertig dansspecialiteiten uit Lon
den, Parys, Berlijn en andere steden wer
den gehaald om onder regie van Géza von
Bolvary hun nummers uit te voeren. In an
dere opzichten is deze revue-film niet Ame-
rikaansch, doeh meer speelfilm, in het genre
,;Maskerade" en „Burgtheater". In de
hoofdrollen debuteeren twee artisten van
het tooneel: Karl Martell, een Oostenrijker,
en Zarah Leander, een Zweedsche.
LOET BARNSTIJN'g FILMSTAD.
Ook een speciale afdeeling voor smalfilms.
Eenigen tyd geleden is gemeld, dat in
Loet C. Barnstyn's Filmstad ook een spe
ciale afdeeling voor smalfilm zou worden
opgericht. Deze nieuwe uitbreiding is thans
een feit geworden. Het groote laboratorium
heeft een niet onaanzienlijke verbouwing
ondergaan en het werd verrijkt met een
groot aantal nieuwe machines. „Smalfilm-
stad" is thans niet alleen uitstekend ge
outilleerd voor het afdrukken en het ont
wikkelen, doch ook op het gebied der z.g.
omkeerfilm volledig ingericht, zoowel voor
den handel als voor particulieren, terwijl
bijzondere aandacht is besteed aan het ver
kleinen van 35 mm. film op 16 mm. film.
De geluids-smalfilm heeft de speciale at
tentie van de ingenieurs van het laborato
rium. Het is niet alleen mogelijk om van
een normale geluidsfilm, zooals die in de
bioscooptheaters vertoond wordt, een ge-
luids-smalfilm te maken, doch kwalitatief
is hierin ook geen onderscheid te bemerken.
Zoowel Nederlandsche als buitenlandsche
speelfilms zullen in het laboratorium op
smalfilm worden omgezet. Een afdeeling
voor het leveren van amusements-smalfilms,
teekenfilms, speelfilms en actualiteiten is
dan ook in voorbereiding. Het is de bedoe
ling om door een perfecte organisatie op
smalfilmgebied tegemoet te komen aan de
steeds groeiende belangstelling van het Ne
derlandsche publiek voor smalfilms.
Verwerkt alle resten.
De bede, die in het „Onze Vader"
voorkomt, om het dagelijksch brood,
geeft er een heilige beteekenis aan,
zonder dat wij ons hiervan wellicht
bewust zyn. Het dagelyksche brood,
dat de mensch zoozeer behoeft, dat
het een deel van zyn voeding uit
maakt. Wie brood, dat over is, weg
gooit, doet dan ook zeer verkeerd en
deze opvatting werd ons dan* ook
reeds van onze jeugd ingeprent.
Wanneer wy in later jaren wellicht
eens een snede brood in de hand had-
den en op het punt stonden deze in de
vuilnisemmer te deponeeren, dan was
het alsof we terugschrikten en dach
ten: „Neen, geen brood weggooien."
Is het U in .dit opzicht wel niet eens
hetzelfde gegaan, lezeressen? Hebt
ge U ook niet meermalen afgevraagd
wanneer ge 's morgens op straat liep
en de vuilnisemmers stonden gereed
langs de stoepen om geledigd te wor
den, waarom er zoovele sneden ach
teloos op lagen?...
De eerbied voor het dagelijksch
brood is nog lang niet diep genoeg'in-
geworteld by alle menschen, anders
ware het niet mogelijk, dat zij dit
zouden weg werpen.
De moeder moet het hare kinderen
^prenten, dat zelfs een korstje brood
niet mag worden weggeworpen, ten
zij voor de dieren.
De huisvrouw kan al het overge
bleven brood verwerken wat bij
een zorgvuldige berekening van de
hoeveelheid per dag nooit zóó veel
kan zijn.
Zelfs de ongebruikte korsten wor
den gedroogd in den oven en voor pa
neermeel gebruikt. Enkele sneedjes
igeven met een citroenschilletje, mèlk
'i'én suiker een voeilzame toespijs.
Sneed jes brood, geweekt in melk en
ei en gebakken in boter, bestrooid met
suiker zijn niet minder smakelijk.
Waarom op vleeschlooze dagen niet
een broodschoteltje gemaakt van twee
lagen brood met een laagje gesnip
perde appels ertusschen en het geheel
overgoten met 3 a 4 kopjes melk, 2
eieren en eenige eetlepels suiker,
daarna een half uurtje in den oven
geplaatst.
Broodkoekjes, broodommelet met
jam bestreken zijn heerlijk, terwijl
sneed jes oud brood geroosterd of in
boter gebakken een smakelijk voor
gerechtje geven met wat garnalen,
zalm, een plak tomaat en ei, roerei en
nog enkele andere beleggingen.
Waar zoo vele mogelijkheden be
staan om „maar een paar sneedjes
brood te verwerken" op een of andere
wijze, is het toch zeker wel zonde om
2e achteloos weg te werpen.
Moeders, leert Uw kinderen eerbied
hebben voor het dagelijksch brood en
ziet toe, dat ook maar niet minste on
benut wordt weggedaan.
Tomatensoep met groene kruiden.
1 kalf spoot of wat kalfsbeentjes, 1% L.
water, 1 dubbel busje tomatenpurée, sap van
lA citroen, laurierblad, peterselie (eenige
takjes), 1 uitje, 2 kruidnagels, een wortel,
peper, zout, 50 gram boter, 50 gram bloem,
1 eetlepel gehakte kervel en 1 eetlepel ge
hakte peterselie.
Het kalfspootje (of de beentjes) wordt
opgezet met ruim 1V6 L. water, laurierblad,
kruidnagelen, peterselie, uitje, worteltje,
en zout en dit laten we tesamen trekken ge
durende minstens een uur, vooral niet hard
koken ,doch is de bouillon aan de kook ge-
oracht, dan blyft ze daarna slechts <om het
1 Kookpunt. Boter en bloem worden verwarmd
en by gedeelten 'by de gezeefde bouillon
roerende toegevoegd, daarna vermengen we
de vloeistof met de tomatenpurée en het
citroensap, laten de soep nog een minuut
of vyftien doorkoken en doen er even voor
het opdoen de gehakte peterselie en kervel
door. Naar verkiezing kunnen we er een
schaaltje met in boter gebakken brooddob-
Dolsteentjes bijgeven.
Gestoofd vleesch met mosterdsaus.
5 h 6 ons runderstaartstuk, 1 L. water,
1 wortel, 1 laurierblad, 1 kruidnagel, 1 uitje,
eenige takjes peterselie.
Voor de saus: L. bouillon, 75 gram
boter, 50 gram bloem, 1 lepels mosterd.
We zetten het gewassohen vleesch op met
1 liter kokend water, zout en de kruiden en
zorgen dat het vleesc'n in een goed gesloten
pan zachtjes blyft koken gedurende 2 urn-.
We halen het vleesch uit de bouillon en
zeeven de laatste, terwyl de hoeveelheid
vocht pl.m. L. moet zyn. We maken nu
de saus en smelten de boter, die wy met de
bloem vermengen en hier bü kleine hoe
veelheden tegelijk de bouillon bijvoegen,
waarna wy de saus ongeveer 5 min. laten
doorkoken, daarna de pan van het vuur
nemen en de mosterd erdoor roeren. Het
vleesch wordt aan niet te dunne plakken
gesneden, op een verwarmde schotel gelegd
en bedekt met een gedeelte van de saus, de
rest kan apart in een sauskom worden ge
presenteerd.
Crème Bruxellaiae.
Ws ons bitterkoekjes, 2 eieren, L.
melk, 1 pakje vanillesuiker, 30 gram mai-
zena, 75 gram suiker, 50 gram rose en witte
schuimpjes, een flinke lepel abrikozen- of
andere jam.
De bitterkoekjes worden met jam bestre
ken en in een glazen vlaschoteltje gelegd. De
melk wordt aan de kook gebracht met sui
ker eh vanillesuiker en de eieren met de
niaizena tot een papje geroerd, waarbij
lepel voor lepel een deel van de heete melk
gevoegd wordt en daarna komt alles terug
in de pan; de vla moeten wy dan onder
goed roeren nog even laten doorkoken,
waarna deze wat moet bekoelen; daarna
wordt de vla over de bitterkoekjes gegoten.
Is alles koud geworden, dan wordt de op
pervlakte afwisselend met rose en witte
schuimpjes gegarneerd.
We kunnen deze schuimpjes ook zelf ma
ken door 4 of 5 eiwitten met 3 lepels poe
dersuiker en een pakje vanillesuiker zeer
pl m
MODERNE AVONDJAPON
om zelf te maken.
Dit eenvoudige, .smaakvolle
avondtoilet kan men heel ge-
makkeiyk zelf maken.
Maak de rok van zwarte
glanzende zijde, de lange blouse
van gewerkte zyde of zwarte
kant. Kiest men het laatste,
dan moet aan de rok een glad
de ondertaille gemaakt worden.
Figuur 1 is het voorstuk,
plaats de rechte naad tegen de
vouw van de stof. Doe dit ook
voor figuur 2 de ba=.qua, even
zoo oor fig. 3 de rug en fig
de achterkant van de basque.
en 6 brengen in beeld <le voor-
en achterbaan *an de rok. Hier
voor cid stof breed ui vouwen,
geheel schuin en hec patroon
tegen ae schuine vouw van de
stof leggen.
Figuur 5bis is het aparte
stukje dat aan de zynaad wordt
genaaid voor de ruime plooi
van de rok, evenzoo fig. 6bis.
Figuu. 7 stelt voor het pu-
troo.i van de mouw.
Voor dit toilet heeft men
noodig 4 Meter Stof van 80 c.m.
of 90 c.m. breed, voor taille 42
■m 44.
stijf te kloppen; van de helft leggen we
kleine hoopjes op een stuk papier en de
andere helft kleuren wij met een paar drup
pels plantenrood rose en komt eveneens in
kleine hoopjes op het papier en daarna in
een zeer lau/wen oven; zyn de schuimpjes
droog, wat wel eenigen tijd duurt, dan wor
den zij voorzichtig van het papier afgehaald
en op de vla gelegd.
Handige kooksters kunnen het eiwit in
torentjes op het papier spuiten met de gar-
neerspuit.
Stevige winterkost jes.
„Stevige winterkost" dan denken we in
de eerste plaats aan de Oud-Holiandsche
stamppotten en de eveneens in Nederland
van oudsher bekende erwtensoep.
Maar weet u wel, dat er nog een heel
ander type bestaat, waarvan de oorsprong
óók in het verre verleden ligt en dat in
het stadsleven tenminste op den achter
grond is geraakt? In die streken van ons
land, waar men het nog wèl is blyven ge
bruiken, spreekt men er niets dan goeds
van, en het kan dus van belang zyn, dat we
er ook anderen mee in kennis stellen.
Het meest bekende voorbeeld van dit type
vormt de „andyvie-sla", maar daarnaast
komen ook voor de verschillende soorten
„koolsla" (witte-, savoye- of roode kool).
En nu moet u niet denken, dat onder „sla"
hier bedoeld wordt de koude, met olie en
azijn aangemaakte groente, want daarop is
de betiteling van stevige winterkost nu niet
juist toepasselijk. Het gerecht bestaat eigen
lijk uit alle bestanddeelen, die ook in den
stamppot voorkomen alleen, ze worden
op een andere manier by elkaar gebracht
en de groente wordt niet meegekookt, maar
héél fjjn gesnipperd en rauw gebruikt.
Voor een gezin van 4 personen zouden we
het volgende recept kunnen gebruiken voor
Andijviesla of koolsla.
4 struikjes, gele andyvie of ongeveer 500
gram roode-, witte- of savoye kool, 2 K.G.
aardappelen, wat zout, 1 uitje, 250 gram
rookspek, 3 afgestreken eetlepels bloem, 1a
L. water, 2 Maggi's bouillonblokjes.
Maakt de groente schoon, snipper ze zoo
fyn mogelyk (de kool kan ook over een
grove rasp worden gestreken) en zorg er
voor, dat ze volkomen droog in de slabak
wordt gedaan.
Kook de aardappelen op de gewone wyze
gaar en schud ze kruimig.
Bak terwyl de aardappelen koken, het
spek zachtjes uit, laat er het gesnipperde
uitje even in meebakken en giet er dan het
water by met de daarin opgeloste bouillon
blokjes; bind de saus met de aangemengde
bloem, laat ze een oogenblik zachtjes door
koken en breng ze over in de sauskom.
Breng desverkiezende afwisseling in het
gerecht door by de andyviesla een schaaltje
gesnipperde Wet te geven of door de ge
raspte of geschaafde kool te vermengen met
een gesnipperd preitje. Of wel, vervang het
gebakken spek door b.v. 100 gram boter of
mélange en maak dus in plaats van een
speksaus een botersaus by het gerecht; geef
er in dat geval ter verhooging van de
voedingswaarde een schaaltje gekookte
witte boonen by ,of, indien vleesch ge
wenscht wordt, per persoon 50 gram gesne
den ham of corned beef.
Losse heften van messen zyn bui
tengewoon hinderlyk in het gebruik
en deze kan men repareeren voor ge
lijke -deelen aluin en zilverzand te
mengen en boven een vlam te smelten,
daarna in de opening van het heft
gieten, dat men met een nyptang
vasthoudt, het lemmet er stevig indu
wen en het mes vervolgens eenige
dagen buiten gebruik houden, zoodat
het mengsel inderdaad hard kan wor
den.
Messen, waarvan het staal een wei
nig ongely'k is aan het snijvlak, wor
den heet gemaakt boven de gasvlam,
daarna scherpt men ze met het snij
vlak van een oude schaar, daarna
daarna worden ze op de slijpplank of
in de machine geslepen en schoonge
maakt. Deze behandeling geldt alleen
voor niet roestvrij staal.