NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
Brandstof
KLOOSTERBALSEN
Deze Courant komt in vele duizenden gezinnen Gegarandeerde oplage 8000
No 19426
75e Jaargang.
MJRT1WRRKKRK. ouderkerk, oudewater,
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen
ex
Brieven uit de Hofstad.
Goede voornemens.
Zaterdag 23 Januari 1937
Wat een ieder goed
moet weten:
1
BERGAMBACHT, BERKENWOUDK» BODEGRAVEN. BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE,
WUK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDJNXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
Vlammende Schoonheid.
EIKEN WINTER LEED.HU
aan .Winterhanden
en Wintervoeten
AKKER’S OftlMNIBL TBR INZAQB
I
de balustrade;
EERSTE BLAD.
4
t
Tot slot een jubilé en wel een 90-jarig,
en
eten en drinken zijn geweest.
m.
De zilveren tooverfee.
I
oor den uitvoer naar
schrijven, waarom niemand vroeg Neen,
Kom naar beneden.
(Wordt vervolgd).
I
het nageslacht
gekerstende uit-
Rlckey, begin er alsjeblieft niet
over te kibbelen'.
Ik kibbel niet.
Nou dan...
„HARING staalt en sterkt het
bloed!
Gaat dus allen HARING koopen,
Heusch ze doet het lichaam goed.
Daarom eten wij tevree
Zoo’n FIJNE HARING van
SCHARLEMAN mee.
t
4
GOIINHE WIRAVI.
FEUILLETON.
Naar het Engelsch van
TEMPLE DAILY.
Na,druk verboden.
im verschillende persoon-
iet (links). Rechts: Note
zijn prilste jeugd ai zijn eenige kame
raad was geweest, zijn steun in moei
lijkheden, zijn veiligheidsklep in booze
buien en zijn troost in alle verdrieteiijk-
heden. Maar voor hem was zij geen
sprookjesprinses, zooals voor Tony
Michael.
Schoonheid zag Rickey alleen in vrou-
j hoogst fatsoenlijk. Maar
dat niet zal weten hoe een
i heeft uitgestippeld ,by zal met ongeduld
het oogenblik afwachten, waarop hij aan
de uitvoering kan beginnen. Hem zijn deze
voornemens tot een voortdurende aanspo
ring, nimmer de steenen, waarmee de weg
naar de hel geplaveid is. En wanneer we zoo
de goede voornemens zien, dan zal het ons
duidelijk worden, dat ze onontbeerlijk zyn
voor het richting geven aan ons leven.
K.
Voor Prima
heeft bevorderd.
i Nederland, en den Haag in het bijzonder
mogen hem daarvoor hartelijk erkentelijk
blijven.
gen. Het was
De gloriejaren zijn die der z.g. Haagsche
School geweest, waarvan wij de namen wel
niet behoeven te memoreeren. Nog altijd
werkt die school na en dat wfel omdat zy
een typisch Hollandsche school was, de
school van het echte Hollandsche landschap.
De moderne schilders hebben ook een plaats
in het genootschap gevonden en al geeft
oud en nieuw wel eens aanleiding tot con
flicten ten slotte voelt men zich kunstbroe
ders. Veleïi hebben in den loop der tijden
gewenscht, dat de schilders meer samenwer
king zouden zoeken met andere kunstenaars,
litteratoren, .acteurs, musici enzoovoort,
maar men verkoos geïsoleerd te blyven en
men heeft zich daar klaarblijkelijk wèl bij
bevonden. Uit den goeden tyd dateert hec
bezit van een eigen gebouw, dat vele zalen
ABONNEMENTSPltl JSper kwartaal ƒ2.25, par waak 17 cant, overal waar da
bMoxtfing par looper geschiedt. Franco par post per kwartaal ƒ3.16.
UMOnamanten worden dagdyka aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA,
onso agtaten an loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Oase bureaux zij* dagelijks geopend van 96 uur. Administratie en Redactie Telef.
latere. 2746. Peatretoeaing 48400.
heelemaal in het zilvergrijs was. Die was
pas mooi, mooi als een zilveren toover-
iee. De zon scheen pal op haar, maar de
hitte scheen haar niet te deren. Zij was
koel en bleek, van een glanzende, door-
schijnende bleekheid, aisoi er binnen in
haar een licht brandde. Hij kon zijn
oogen niet van haar aihouden en draal
de onwillig zijn hoofd ftf, toen hij Vir
ginia’s stem achter zich hoorde.
Zeg Rickey, stel je voor, de Blee-
ontwikkeling xan brengen. Maar hce dan
ook, een bestek, een plan hebben we noo-
dig. Niet planloos bouwen en werken, ge
dreven door de stemming van het oogenblik,
maar vooruitzien en werken naar een ge
maakt bestek. En dat bestek, dat zyn im
mers de voornemens, de plannen.
Wat wil het dan zeggen, dat met goede
voornemens de weg naar de hel geplaveid
is? immers niets anders dan dit, dat we
niet by die voornemens moeten blyven
staan, dat we niet het bestek voor het werk
maar het werk zelf moeten aanzien. Wan
neer we de voornemens gevormd hebben,
dan hebben we niet anders gedaan dan een
iyn “gestippeld, waarlangs onze werk
zaamheid zich bewegen zal, dan zyn we
nog niet verder dan de eer^teR^Wbereiding
voor het werk. Wanneer we denken dat we
daarmee al heel wat gedaan hebben, wan
neer we telkens weer die voornemens her
halen ,ons zelven voorhoudend, dat we toch
het goede willen, dan worden die goede voor
nemens de steenen, waarmee de weg naar
de hel geplaveid is.
ik herinner me een versje van dezen in
houd:
„Morgen, morgen”, zegt de trage,
Maar hy zegt het telken dage,
En zoo blijft het Morgen uit,
Tot de doodsklok „Heden" luidt."
Daarin is het gevaar van de goede, voor
nemens geteekend. Hoe menigeen, die een
ondeugd te overwinnen, een lust te bestrij
den, een zware daad te volbrengen had, is
aan dat gevaar niet te gronde gegaan!
lederen dag opnieuw paait hy zich zelf met
zyn goede voornemens. Vandaag nog niet,
maar morgen. Maar morgen blijft morgen.
En de voornemens worden of nimmer of te
laat uitgevoerd. Wanneer we het bestek
klaar hebbei} en de tyd voor den bouw er
is, moeten we niet langer uitstellen, maar
het werk met volle kracht aanpakken. Wat
weten we wat er morgen of overmorgen
gebeuren zal. Wanneer we daarmee geen
rekening houden, dan worden onze goede
voornemens ons tot een belemmering. t>t de
steenen, waarmee de weg naar de hel ge
plaveid is. Wie weiikelyk wil tot stand
brengen, wat hy in zijn goede voornemens
e bezichtiging van
tyd open en
alles pro-
id ik niet, tot-
begon. El-
avond deed ik die op
genazen binnen een
r en voor goed. Nu smeer
wordt oan te voren m(jn
n ochtend met
teb sedert dien
Er is een spreekwoord, dat zegt: „de weg
naar de hel is met goede voornemens ge
plaveid.” Dat klinkt niet erg vriéndelijk ten
opzichte van de goede voornei^bps, die het
spreekwoord als een geschikt middel schynt
aan te wijzen om te komen op een plaats,
waaraan we gewoonlyk maar liever niet
denken. Is dus dit gezegde een afschrikwek
kende uitspraak omtrent goede voorne
mens? Wil het zeggen, dat we die maar
liever niet moeten hebben? Natuurlijk niet.
Het spreekwoord geeft geen afkeuring om
trent goede voornemens te kennen, maar
wyst alleen op het gevaar, dat uit het heb
ben van goede voornemens kan voorko
men waarschuwt als het ware tegen dat
gevaar.
Voornemens, goede voornemens, moeten
we altyd hebben. We kunnen er niet buiten.
Maar in het bizonder nu, in het begin van
het jaar, is het de tyd om goede voorne
mens te vormen en de uitwerking daarvan
voor te bereiden. We staan nu voor een
nieuw tijdperk. We hebben het gevoel als
hadden we afgedaan met het verleden, als
had er een vernieuwing plaats gehad en als
lag een nieuwe toekomst voor ons open. In
deze toekomst moeten we ons leven uit
bouwen. Maar voor dien bouw is een bestek
noodig. Welke aannemer of huizenbouwer
zal zonder bestek in het wilde weg bouwen
Zeker in het maken van dat bestek zyn w«
niet vry en we zyn niet, als de huizenbou
wer, meester over de uitvoering daarvan.
Ons verleden kunnen we niet wegdenken, al
hebben we het gevoel voor een nieuwe, toe
komst te staan, en het zal of we willen of
niet Het bestek en zyn uitvoering mede be
palen. Maar ook de gebeurtenissen en om
standigheden van ons toekomstig leven,
waarover we geen zeggingschap hebben,
tullen een vaak overheerschenden invloed
op den bouw uitoefenen. Maar dit mag ons
nooit terughouden van het maken van een
bestek. En wanneer straks de gebeurtenis
sen de uitvoering van het gemaakte bestek
verhinderen, dan moeten we ons daardoor
niet uit het veld laten slaan, maar ons zoo
spoedig mogelyk aan de nieuwe omstan
digheden aanpassen en ons bestek naar die
omstandigheden wyzigen. Juist in die aan
passing en snelle wijziging, meer wellicht
nog dan in het maken van het bestek, be
staat de kunst van ons leven iets te maken,
dat ’t leven en onze persoonlijkheid tot volle
Wijs is, wie niet bedroefd is over Let
teen hij niet heeft, doch verheugd is
over hetgeen hij heeft.
censor neeit er lusug in niu»
alle minder fraaie passages doodleuk ge-
dat een aanloop kan worden voor het eeuw-
Wat er nu overbleef was keurig netjes en *---*
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omataeken (beboerend» tot den bezorgkring)
1—5 regels 1JQ, eik» regel meer 0.26. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
15 regels 1.55, elk» regel meer 0J0. Advertentiên in het Zatardagnnuner 2®
bijslag op den prya. liefdadigheida-^advertentiën de helft van den prya.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels ƒ2.26, elke regel meer ƒ0.50. Qp
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertontiën en ingezonden mededeelingen by contract tot zeer gereduceerde»
prjja. Groot» letton en randen worden berekend naar plaatannmte.
Advertontiën kunnen worden ingezonden door tusachenkomst van zoliede Boek
handelaren, Advërtontiebureaux en onze agenten en moeten daag» vóór do plaatsing
aa hot Bureau zijn ingakomen, teneinde van opname verzekerd to zjjn.
zijn.
Je bedoelt, als jij je boek geschre-
ven hebt?
I Ja. Er zal een tijd komen, dat ieder
een ons zal willen zien en kennen.
I Dat iedereen jou zal willen kennen,
I Rickey Ik ben dan alleen maar de zus
ter van de beroemdheid.
i
gave is opgevoerd, zal toch wel heel ver
baasd zijn als het leest hoe op een gala-
avond dit stukje ten tooneele is gebracht.
Meer zullen wy van dien avond niet zeg-
een avond vol dilettantisme
en met kunst had het weinig gemeto. In
vredesnaam: wie verzint zoo iets toen?
En nu basta over het feest. Zelfs de rijm
prent zullen wij trachten te vergeten.
Van de vreugde naar de droefenis, het is
altyd één stap. Wij willen een enkel woord
wyden aan de nagedachtenis van een man,
die heel veel voor ons land deed en wiens
verdiensten niet zoo gemakkelyk zijn te
schatten. Wij bedoelen den plotseling over
leden directeur van de Ned. Ver. voor
Vreemdelingenverkeer W. P. F. van Deven
ter, die verleden week aan zyn taak is ont
vallen. Ieder, die hem heeft gekend en
hoevele duizenden in den lande zullen dat
er zyn! behoudt aan hem een diepe her
innering. Van Deventer was een merkwaar
dige figuur, die volkomen alle kwaliteiten
bezat voor de functie, die hy vervulde. Zoo
wel door zijn persoonlijke eigenschappen als
door zijn capaciteiten was hij da figuur, die
op die plaats volkomen tot zyn recht kwam
en kon komen. Beminnelijk en welwillend,
vol optimisme en toch scherp in zyn visie
op alle gebeurtenissen; bekwaam als spre
ker en als schrijver, paraat als organisator
en by dat alles een man vol levendige be
langstelling voor wat er in zyn wereld voor
viel. Weinige menschen zullen zoo precies
op een post terecht komen waar zy zoo
voor passen als met Van Deventer het geval
was.
Waren hem meer middelen ter beschik
king gesteld geweest, hy zou nog veel meer
hebben gedaan. Over de geheele wereld
heeft hy de roep van ons land hooggehou
den en verdedigd en wanneer ons land nog
steeds een groote aantrekkingskracht heeft
voor vreemdelingen, dan is dit voor een goed
DMk Z« da. KLOOSTERBALSEN
komt Mi da» »ow goad no af.
„Door mijn beroep moest ik den ge-
geheelen dag op straat loopen en daar
door gingen de plekken altyd
begonnen te zweren. Van
beerde ik, maar baat vom'
dat ik met Klooslerbalsem
ken ochtend en
de plekken. Ze
week prachtig
ik als 't koud i
handen en voeten eiken
Kloosterbalsem in en
geen last meer van winterhanden en
-mtten „Aid." w s u >Gn
„Geen goud zoo goed"
Onovertroffen bij brand- en snUwonden
Ook ongeëvenaard als wrljfmiddel bij
Rheumatiek, spit en pijnlijke spieren
Schroefdoos 35 ct. Potten 62% ct. en 1.04.
feest. In 1847 werd het schilderkundig ge
nootschap Pulchri Studio gesticht en on
danks alle stormen der tyden heeft het zich
weten te handhaven. Er zijn perioden van
glorie geweest, tijdvakken van inzinking,
maar altyd is het gelukt het genootschap
drijvend te houden. Byna alle schilders van
eenige beteekenis in den Haag maken er
deel van uit; te betreuren is het dat wy niet
kunnen zeggen alle schilders, maar dat
schijnt nu eenmaal niet te kunnen. Over de
vraag of het gewenscht is een rigoureuse
schifting toe te passen, zullen wy niet
twisten.
Nou. schiet maar op... Hy aanvaardde dat als vdnzelispre-
Hij wendde zich weer naar het ven- kend. Jinny zei altijd zulke dingen en
Jinny, meen je het heusch, wat je
daar straks zei van die Kandelaars?
I Ja.
Maar Tony smeekte dadelijk:
O. alstublieft, miss. Farquhar! Wij
zijn allemaal zoo verschrikkelijk oe-
nieuwd naar het verhaal van de lepels!
Vóór zij kon antwoorden, kwam Marty
van Duyne met McMillan op hen toe.
Jane, ik heb Michael uitgenoodigd
°ïïi met ons te lunchen^ Je hebt er toch
Liets op tegen?
Het was om Michael, dat Virgina toe
stemde zij vond mrs. Bleecker onuit
staanbaar, maar zij kon zich het plezier
Van een nadere kennismaking met Mi
chael McMillan niet ontzeggen.
Dus dan zijn we met ons vijven, zei
Jane Bleecker. Tony, je doet het beste
met even een tafel te reserveeren.
Tony ging. HIJ was ervan overtuigd
aat Virginia om zijn aandringen ja had
Kezegd Rickey had uit het zolderraam
m zuster gadegeslagen. Hij zag, hoe zij
aar excuses maaJcte over den spiegel,
ent iets voor Jinny, om zoo op haar
cnl.. staan! Wat maakte het voor ver-
scnli voor die menschen?
Rickey was er zich nfet van bewust.
maai
ckers nebben mij te lunchen gevraagd!
Hij draaide zich snel heelemaal om en
zag haar stralende oogen.
Wat moeten ze van je hebben?
Virginia maakte een kleine buiging.
Mijn gezelschap 1
Toen zag ze den rimpel in zijn voor
hoofd, en voegde eraan toe:
ze willen graag ae geschiedenis
weten van de dingen, die ze gekocht heb
ben, zie je, daar is het om begonnen.
Vind je het erg?
Het is nogal vervelend voor mij om
er buiten te worden gelaten.
Maar Rlckey...
j was een dichter en een droomer en hij Rlckey zag. wenkte zij hein. Toen hij
droomde van roem en eer. Hij was niet aarzelde, maakte zij een trompet van
van plan om het te doen zooals vader haar handen en riep:
gedaan had. sentlmenteele nonsens te j Knm naar
schrijven, waarom niemand vroeg. Neen, j
t listen mantel riep
een toekomst. Het verleden had hem aan n°S steeds haar bedrbtan met haar
_x een 2achLt zuidelijk
Dit nummer bestaat uit twee Haden.
MOOCUX.
Het verscheiden van den heer van
Deventer.
We zyn uitgepraat en uitgemopperd over
de 7e Januari. De gemeenteraad zelfs heeft
zyn kritiek laten hooren op de organisatie
en wy gaan nu verder. Misschien geeft het
gebeurde aanleiding tot bestudeering van
het gansche vraagstuk, zoodat men de vele
fouten die gemaakt zijn, by een volgende
gelegenheid zal weten te vermijden. Het is
zielig voor de velen die er een strop aan
ghaald hebben, omdat zij hoogere verwach
tingen hebben gekoesterd omtrent het ver
loop van dien (jag. Het is niet gelukkig ge
weest ,dat onzëCburgervader getracht heeft
de maatregeleiï*te verdedigen en vrij te
pleiten van. de schuld aan vele mislukkin
gen. Begrypelyk is het, maar het zal de
ontstemming eer vergroot dan getemperd
hebben.
Nu alles voorby is, zyn er nog een paar
punten die aandacht verdienen. In de eer
ste plaats de befaamde gala-avond op 5 Ja
nuari. De kranten zyn vriéndelijk gebleven
en hebben hun kritiek achterwege gelaten,
al hebben zy duidelijk laten gevoelen, dat
die niet malsch zou geweest zyn. En daar
voor was reden, want wat die avond gebo
den is, was allesbehalve hooge kunst. En
dan het zonderlinge, dat byna alles niet-
Nederlandsch was. Behalve eenige uiterst
onbenullige volksliedjes, die bovendien niet
te verstaan waren «fi**h*aronder waarlijk
oqk nog Engelsche waren, werd een Duitsch
stukje opgevoerd en een uit het Fransch
vertaald. Met dit laatste is het wel heel
zonderling. Het is het werkje van Jacques
Offenbach „Le manage aux lanternes", een
stukje van 75 jaar oud. Nu is het bekend,
dat dit werkje, hoe aardig en geestig ook,
in zyn werkelijke vorm allesbehalve „salon-
fahig" is te noemen. Er komt bijvoorbeeld j deel werk> woord geweeat, dat dit
e«n bal-de-vache in voor, waar ouders met
graag hun dochters heen zouden sturen.
Toen wy de aankondiging van dit stukje
lazen, zyn wy heusch geschrokken. Maar,
de censor heeft er lustig in huis gehouden
schrapt.
eerst een boek. Dan met het geld daar
voor in zijn zak zou Hij zich rustig kun-
hij groeide erin. nen wijden aan al de verzen, die er in
Toen ze de trap afging hing hij over zijn hoofd zongen. En daarna zou de
roem komen l
i Wat dat prachtige zilvergrijze meisje
i betreft, hij zou dadelijk een sonnet op
i haar schrijven. Het was vervelend, dat
Weet je wel, dat je niet wijs bent? hij niet met Jinny mee kon gaan. Niet
- -.-x om de juncu, hoewel het toch wel hard
was, zich nu tevreden te moeten stellen
met een paar droge boterhammen en
i een fleschje melk. Maar naast Marty
Zij voltooide den zin niet maar liep van Duyne temogen zitten, dat zou zijn
Daar hoort"ze ook thuis niet in het i terneergeslagen door.’Het scheen Rlckey eten en drinken zijn geweest.
niets te kosten het oude leven vaarwel j Grogan zette den verkoop voort en het
i te zeggen. Maar hij was jong, hij had meisje in den. Schot""1'
een voekornst. Het velleden had hem aan tiog steeds haar ben
banden gelegd, nu was nij vrij. Rlckey prettige stem, die een
zou zijn kans hebben en zij was trotsch, j accent had. Rlckey bekeek haar met het
dat ze hem zou kunnen helpen. i °°e van een artiest en vond, dat zij wei
I iets aantrekkelijks had. Maar wat een
kleeren. De volgende ©ogenblikken be-
1 gon hij te fantaseeren hoe zij eruit zou
i zien als hij haar costuums kon ontwer-
pen. Hij zou haar In 't zwart kleeden,
Met een somber gezicht staarde Rlckey een J^ar^, 8etailleerd mantelpak met
naar het groepje beneden. Hij voelde
een witte blouse en hooggehakte zwarte
-haar voeten waren goed ge
vormd.
Het voorwerp van zijn belangstelling
Zeg Rlckey, zie ik er niet vreeselijk
armoedig uit naast die anderen?
Hij keek naar de groene jumper en de
oude bruine schoenen.
- Nou, chic is het ensemble niet, i
maar het Is het beste wat Je hebt. i
Zij trok een klein groen hoedje over
I heur haar. i
Later, Rlckey, als we rijk zijn, dan
zul Je eens zien, hoe Ik me kan kleeden. I
Zijn gezicht klaarde op.
i Ja, later, dan zullen we die men- - - - -- - -
schen daar wel eens laten zien, wat we zich te kort gedaan. Virginia had zich P
bij de anderen gevoegd en nu liepen ze vnrmn
allemaal samen naar het hek, toe. Maar --
Rlckey zag alleen Marty van Duyne. Hij keek oPeeftls naar boven en toen zij
A. VINGERLING
Tel. 3336 ta. S. D. Boon Co
fëveni
35
dat zijn zuster mooi was. Hij hield van
haai’ en hing aan haai-, omdat zij van
ster.
- Zeg, wie is dat meisje, dat erbij is?
Marty van Duyne.
Wat is zij mooi!
Ik vind haar niet aardig.
Waarom niet?
Och ik weet het niet, net is natuui -
lijk maar onzin, want Ik ken haar niet
I
xwvavjT IU1UVU Uk V1UU- 111 cUU UI1ZU1, WiUIL IK. KCI1 IIUIU lUVb
wen, zooals die eene daar beneden, die eens. Maai’ zij doet mij denken aan de
j ijskoningin uit het sprookje.
Ik ben van plan haar later in een I
boek te laten optreden.
- t-facu HUUl b WS UUO. M1UUS,
echte leven, glimlachte Jinny.