r gen voedsel GOUDA WIELERBAAN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN bergambacht, berkknwoudb, bodegraven, boskoop, gouderak. haastrecht, moordrecht, moercapellé, WUK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz. De^e Courant komt in vele duizenden gezinnen Gegarandeerde oplage büOO ex. Mo 18478 Donderdag 85 —port 1837 75e Jaargang. NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen JGEN I Vlammende Schoonheid. te De hooidlynen van de 1 Braziliaanscne economische politiek. EERSTE BLAD. Als de Lente komt. i ry FEUILLETON. XXV. De reactie. stad, van leder (Wordt vervolgd.) HM HIJ die niets onderzocht. 0 doktoren bevorderen I Sanatogen van jeugd Sanatogen emand kan Ons bestaan is niet een recht op geluk, maar een plicht tot ontwikkeling. DE GOUDSCHE COURANT zal op GOEDEN VRIJDAG NIET VERSCHIJNEN. ON HOTEL MAART howniimmere Naar het Engelsch van 2e PAASCHDAG n.m. 2 uur OPENING SEIZOEN met WALTHOÜR—CROSSLEY; DE KUISSERE—BILLIET GEBR. VROOMEN; d. RUIT—v. AMSTERDAM e.a. iheeft dan ook geleid tot den opbouw van een zekere nationale economie en elk land, dat in nadere handelsrelaties met Brazilië wenscht te treden, zal met deze factor re- ke..ing moeten, houden. allang de boomen zyn uitgeloopen in hun eerste wazige kleed van lentegroen en dat te liggen. Maar we zien ook of ïel en al op gezond en OOUDSCHE COURANT. 57 Hij was dan ook doodop en toen hij eindelijk sliep, ging Virginia naar de andere kamer en overdacht den toe stand Rlckey was weer thuis, ongeluk kig, en meer dan ooit had hij aan haar behoefte en haatte hij Michael. Wat moest zij doen? Zou zij Rickey weerover haar leven laten heerschen, zooals hij er altijd over geheerscht had? Zij zou veel kracht noodlg hebben om zichzelf vrij te maken. Zou zij die kracht aan wenden? Of moest ze zich weer laten vangen in de netten vaji Rickey's ego ïsme? '^ij had haar broer niet durven vertel len, wat Michael van het manuscript had gezegd. HU had er een paar blad zijden van gelezen en gezegd: Het is werkelijk van jou, dit boek, lieveling. Hij had ook gezegd: Ik wii het hebben... En nu kwam Rlckey daartegen In ver zet. Maax Rlckey had dien nacht In Anna- Poua zijn woord gegeven en dat mocht •hJ niet breken. De Farquhars waren menseden van eer geweest. Dat zou ze n®*11 ■«eggen, zij zou het hem wel dulde- al hier en daar de bloesems kleuren in den sluier van groen, die boomen en struiken omhangen. Dan worden eerst recht onze verlangens wakker en loopen ook in ons hart nieuwe bloesems uit de knoppen der verwachtingen, die zoo lang besloten heb ben gezeten in het binnenst van ons hart, als durfden we weer hopen, weef gelooven in een nieuw geluk. Maar we zjjn gewoon lijk zoo ongeduldig in het voorjaar. Maan denlang hebben we besloten gezeten in de wintereche kou en verlatenheid, in de grijs heid en naakte eentonigheid van het leven en - - nieuwe blauwe luchten en een nieuwe schoonheid. Wanneer dan Maart ten einde loopt en de lente officieel is ingeluid, dan voelen we, niet in staat ons verlangen naar al die nieuwe heerlijkheid in te toornen ,ons gerechtigd de gedachte aan het nieuwe leven, dat nakende is, binnen te laten in ons hart en onze hunkerende handen uit te ste ken naar dat nieuwe leven. 't Is toch immers ook niet het groen en de bloesems en de zoele lentewinden waar naar we allereerst verlangen. Zeker al die nieuwe kleurigheid, en de zoo lang ontbeer de warmte brengen ons vreugde. Maar dat is het toch eigenlijk niet wat de lente zoo heerlijk, zoo jubelend heerlijk maakt. Wat het dan wel is Het is niet anders dan het verlangen, de verwachting zelve. We ver langen feitelijk naar het verhingen, als we hunkerend uitzien naar de eerste lente boden. Ieder jaar opnieuw is het, of in het voor jaar ook in ons, in ons hart, in onzen geest, ja ook in ons lichaam nieuw leven ont waakt, als in de natuur rondom ons. Dat is Lingabalais en het ligt voor de hand, dat deze gedacntengang de Braziliaansche eu>- nomuiciie poütiex m ue toexomst zzi olyve.. ueneersenen. net verband tusschen export, en geiueiyxe verphcncmgien zaï niet me~i zoo spveuig doorgeKiupc woruen. in ae tweeue puats is de economische po- HUeK van Braziue oeneersciit geweest door ue gedacnte, om zien los te maxen van ne Koxue, ten minste los te maken in dien zin, dat de positie van dit product op de weiela-_ marKt met meer uitsluitend beslissend is- voor den economiscnen en nnancieeien toe- stuna van net land, vat deze politiek met succes bekroond is, toont een vergelykiu6 van tegenwoordige nandeis balans m»-t die van voor de crisis oogenblikkeiyk aan. Voor was het aandeel van den koxtie-uit- vöer tusschen de W en de luü% van don totalen uitvoer, terwijl vaststaat, dat dit aandeel in 1936 gezakt is tot beneden de 50 Heeds meer aan de neiit van uen Bra- ziliaanschen uitvoer weid m 198 b door an dere producten dan koine mgenomen. Un der die andere producten neemt de katuen de eerste plaats in. In 1933 was het aan deel vna katoen in den totalen tutvoer no0 slechts 1.2%, terwijl het iri 1936 bijna 20% bedroeg. Andere producten, waarvan de u.t voer met alleen absoluut, doch ook reiatiei, zeer sterk ós toegenomen, zijn cacao, huiden en vleesch. In de derde plaats schenkt Brazilië bij zondere aandacht aan de ontwikkeling van zijn nijverheid en verkeer. De ontwikkeling van de nijverheid wordt bevorderd door hooge invoerrechten en door het voeren va* een speciale deviezenpolitiek. De Braziliaan sche economische politiek is erop gericht, om in, de toekomst niet riieer geheel afhan kelijk van <le wereldeconomie en wereld handel te zijn, doch om een zeker economi sche zelfgenoegzaamheid op economisch gebied te hebben. De industrialisatie is hiervan ee?t belangrijk symptoom. Uit de bovengenoemde punten is wel ten duidelijkste naar voren getreden, dat ook Brazilië een zekere beheersching van zijn binnenlandsche conjunctuur op het oog heeft. Het heeft in het verleden een te harde leerschool moeten doormaken, om niet ervan overtuigd te zijn, dat het over geleverd! zijn aan de willekeur van den we reldhandel in goederen en geld geenszins ee? benijden^waardige positie was. ken we weer de verlangende handen uit, al is het soms met een glimlach om eigen ge loof, om eigen naïviteit om de lippen. De verwachtingen mogen niet meer zoo hoog gespannen zijn, iets mooiers, iets beters, iets liefelijkers zien we toch voor ons in een wazige toekomst. Ze zijn onbewust vaak deze verwachtingen. Men kan ze vaak nauwelijks nog verwachtingen noemen. Het is vaak niet anders dan een zachtere, een mildere, een hoopvoller stemming. Maar er is iets om en in ons, dat over het leven, over verleden, heden en toekomst een an deren glans spreidt, dat we het mooier, kleuriger zien, dat we begrijpen ook en erkennen, dat we het leven ook wanneer het voor ons geen vreugde meer heeft en geen vreugde meer brengen zal, niettemin aanvaarden. Dat is de lentestemming, wan neer de verwachtingen zijn uitgebloeid en we het leven, ook zooals het is, om zijn heerlijkheid en rijkdom waardeeren kunnen. Straks zullen de boomen uitbloeien in nieuwe schoonheid en zal een nieuw kleur- tapjjt over de aarde worden uitgespreid. We lijk maken... Natuurlijk, natuurlUk zou hij alles begrijpen als een verplichting waaraan hij zich niet ontrekken kon. Morgenvroeg zou zij Michael even op bellen. Zij had beloofd met hem te lun chen, maar dat kon nu niet doorgaan. Misschien zou zij hem later op den dag wel kunnen ontmoeten; misschien zou zij mrs. Barlow en Mary Lee kunnen vragen hem wat gezelschap te houden; dan zou zij naar Michael kunnen gaan. Ze voelde, dat het niet verstandig was Rlckey alleen te laten. Zij had voor dien nacht de canapé als bed ingericht en van waar zij lag kon zij uit het venster zien. De regen had opgehouden en de wind blies den hemel schoon; groote wolken dreven uiteen. In de stad was het leven nog In vollen gang Zij zou wel eens willen weten of ze op het jacht der Van Duyne’s nog op waren. En zou Marty Rlckey missen? Wat was dat voor een vrouw, dat zU een jongen zóó kon behandelen? Maar hoe kon zij weten dat Marty op datzelfde oogenbllk op het dek stond, gehuld In een grijzen bontmantel en dat zij wachtte op het opgaan van de zon. Jane Bleecker, in rose négligée, was bij haar komen staan, haar bloote voetjes in rose mulljtes. Marty, als je zoo doet, komt er aan het geklets geen eind. Laat ze maar kletsen. Ik wil hem terug hebben, Jane. Roep hem dan terug... en iaat je uitische*. Ik. zaihemnletter»»- roepen Niets Is „mooi en ineerlijk”. Laat me met rust, Jinny. Zij legde haar hand o p zijn arm, maar hij sloeg ze weg. Toen ging ze weg en sloot de deur en zat bl eek, eenzaam en f met sombere oogen aaxi het ontbijt. Na 1 enkele oogenbHkken kwam de kleine 1 Roger binnen met de ochtendpost. Hij deed erg gewichtig. Twee brieven, voor u. Mag Ik één minuutje blijven? Moeder vindt 't goed. Jawel, maar dan moet je heel stil zijn. Mijn broer is hier en moet slapen. 1 Roger fluisterde: O, ik zal heeleimaal geen leven ma ken. En terwijl Virginia de brieven las speelde Roger met .het katje. De eerste was van Michael ein. deed haar oogen stralen. Zij las hem twee keer en nam toen den langen brie f van haar moeder, die haar erg verrast e. Vader was beter en verlangde naar ht lis terug. „Naar Annapolis met jou en Rlckey bij ons. Rlckey zo» kt innen schrijven en jij en ik zouden wk »r het huishouden kunnen zorgen. Et we et wel, dat er geen meubilair is, maan vi ader zegt, dat hij liever in het* oude hi lis kampeert, dan ergens anders lm wee] de leeft. Wij zijn er zóó aan gehecht, 1 lefste, we zouden den lieven dierbaren gi ond, waar we ge boren zijn, wel kunnen kussen; we hou den van lederen steen i ran de ruwe trot toirs daar in die oude arm huisje en tuintje. Daarom willen: we tei *ug. Kun JU niet eens alles voer, ona erleggen? Jinny, lieveling, het lijkt wel, oi we al onze las- I ten op jouw schouders moeten laden. Schrijf me eens over Rlckey. Hoe staat het met zijn boek? En is hij nog in Flo- i rlda? Den laatsten tijd hebben we niets meer van hem gehoord. En jij vertelt 1 zoo niets over je zelf. Je brieven zijn lang en zooals jij bent: verstandig en opgewekt. Maar er staat niets in van wat we zoo graag zouden willen weten. Ik ben ongerust, Jinny. Ben je gelukkig? Je bent zoo ver weg, lieveling. Ik zou mijn armen om je heen willen slaan.” I De kleine Roger was weggegaan en had het katje met zich meegenomen en Vir- ginia was blij, dat er niemand was, die haar tranen kon zien, toen ze den brief van haar moeder beëindigd had. „Je bent zoo ver weg, lieveling, ik zou mijn armen om je heen willen slaan.” O, hoe verlangde zij naar de beschut ting van die armen, naar de kracht van die kalmeerende tegenwoordigheid. Toen zij opstond om aan naar werk te gaan ging de deur tusschen de belde kamers open en Rlckey kwam binnen. Virginia had zijn oude ochtendjas over het voeteneind van zijn bed gelegd, maar hij had er de voorkeur aan gegeven zijn Japansche aan te trekken, die hij op het Jacht had gedragen, met de schitterende blauwe vlinders tegen een zwart fond. Het flatteerde zijn blondheid bijzonder. Hij wierp zich op den divan en duwde de kussens in zijn rug. verwachtingen gaan naar dichtby en ver weg. We zien een nieuwen zomer in het lucht gekomen is. Dat is de tyd wanneer 5 - ‘—n uiterlyk leven voller, vryer, ruimer schijnt 1 aldaar successen voor den Nederlandschen on dn Dnnln uriidn womld vnzvi. l.JLi n»ndnl fo van nieuw leven ------ Onze handelsmissie naar Zu-d-Amerika is sedert eenigen tijd in Brazilië en poogt Dit nummer bastaat alt twee bladen. 1 We hebben nog wel geen lenteweer, maar I ongeb,o^en de lente is toch begonnen. En dat wekt altijd bij ons nieuwe verlangens, nieuwe verwachtingen, de gedachte aan een nieuw leven. Het gebeurt zoo zelden, dat lente weer en lente samengaan. Meestal zitten we nog midden in de wintersche kou, als de lente officieel reeds haar intrede heeft gedaan. Daaraan zijn we al gewoon ge raakt. En gewoonlijk bewaren we ook onze lentestenmiingen, onze lentegedachten en -verlangens voor den tijd, dat de eerste ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring) 15 regels 1.30, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring: 15 regels 1.55, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20 bijslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 14 regels ƒ2.25, elke regel meer ƒ0.50.. Op de voorpagina 50 hooger Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen bij contract tot zeer gereducéerden prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. t Advertentiën kunnen worden ingezonden door tussenenkomst van soliede i Boek handelaren, Advertentiebureaux en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn. staan als op den drempel van het nieuwe leven, dat ieder jaar opnieuw voor ons open legt. En in ons hart klinkt al het nieuwe geluid, dat iedere nieuwe lente wekt. Het komt er niet op aan, wat de lente, wat het leven ons brengen zal. Dat nieuwe geluid is het, dat ons rijk maakt. Het lentever- langen scheppen we om tot de nieuwe kracht, die ons sterker maaftt in het leven. hoe komt het, dat ondanks dat .weten die verwachtingen niettemin blijven Want hebben we hunkerend uitgezien naar blijven doen ze. Ieder jaar opnieuw strek- wb hlmiAira ori niAiiurp ti.1 1 HISTORISCHE CONFERENTIE OP WOUDSCHOTEN. „Grondslagen van de Noord-J4eder- landsche nationaliteit”. De ..Organisatie van studenten in de geschiedenis van Nederland” hield Maandag en Dinsdag een conferentie op „Woudschoten” bu Zeist. Van de ver schillende Nederlandsche universiteiten waren ongeveer zeventig studenten samengekomen, terwijl voorts zes stu denten uit Leuven aanwezig waren. Op den eersten avond sprak prof. F. Geyl uit Utrecht over: „Grondslagen van de Noord-Nederlandsche nationali teit”. Spr. begon met op te merken, dat het nationaliteitsgevoel de resultante is van een aantal in de geschiedenis werkende factoren, factoren die soms tegen elkaar in en niet op alle oogenblikken met ge lijke kracht of in dezelfde richting wer ken. Vandaar dat het nationaliteitsge voel zelf aan ontwikkeling of verande ring onderhevig is. Maar onder die fac toren is er toch één, welke een zekere permanentie bezit, namelijk taalgemeen schap en men kan in Europa een ten dentie waarnemen, volgens welke natio naliteit en taalgebied elkaar meer en meer dekken. Dat doet ons gevoelen, dat ons eigen geval, waar wij een excluslvis- tisch Noord-Nederlandsch nationaliteits gevoel, onverschiliing tegenover de zui delijke helft van het taalgebied, een probleem inhouwt. Dat Noord-Nederlandsch nationaal ge voel is jong; het is in het licht van de historie uit de crisis, op het eind van de zestiende eeuw, ontstaan. De voorstel ling, alsof er reeds in de middeleeuwen een Belgische tegenover een Noord-Ne derlandsche saamhoorigheid viel waar te nemen, wordt principieel niet krachtig meer verdedigd. Wel wordt ze altijd nog gesuggereerd door geschiedwerken die, niet met dat oogmerk, maar uit prac- tische overwegingen in verband met de nu eenmaal bestaande politieke split sing, de middeleeuwen: behandelen op de grondslag van de toen niet bestaande Het staten. handel te bereiken. Hoever die successen wezenlijk zuilen reiken, zal voor een met onbelangrijk gedeelte afhangen van de economische politiek, die het betrokken land wenscht te voeren. Want juist in de laatste jaren blijkt steeds duidelijker, dat ook de Zuid-Amerikaansche staten erop uit zijn een zelfstandige economische politiek te voeren en zich dus eenigermate los te ma ken van de wereld-economie.In elk geval wenschen zij niet meer de vrije wereldhan del in goederen en kapitaal terug, zooals wy die voor 1929 gekend hebben. F Ook in dè Braziliaansdie politiek komt dit sterk tot uitdrukking en het zijn in hoofdzaak drie dingen, welke daarbij de aandacht vragen. Het eerste punt betreft de financieele .erhouding tot het buitenland; Voor de crisis was de geheele Braziliaansche econo mie gebouwd op de beleggingen van buiten- landsch kapitaal, waarvan rente en aflos sing betaald moest worden. Tengevolge van de volkomen desorganisatie van de beta lingsbalans, werd Brazilië gedwongen de betalingen van deze rente en aflossingen stop te zetten, totdat het aan den toenma- ligen Minister yan Financiën, Dr. Oswaldo Aranha, op 5 Februari 1934 gelukte om maatregelen te treffen ter regeling van de schulden aan het buitenland. Deze regeling I legde een direct verband tuaschen het be- drag, dat Brazilië aan het buitenland als rente en aflossing zou betalen en het bedrag I dat het buitenland aan Braziliaansche pro- I ducten kocht. Van de buitenlandsche wis- 1 seis, diie uit den Braziliaanschen export ter beschikking komen, wordt n.l. 35% aange- wend ter voldoening van de verplichtingen aan het buitenland en 65% wordt gebezigd ter betaling van de ingevoerde goederen. Brazilië schept met dit systeem dus als het ware automatisch evenwicht op zijn beta- weet je. Maar mli heeie leven zal Ik van hem houden Toen was zij opgestaan, naar de ree ling gefcaan en had over het water ge- staard. De zon ging op in rood en goud 1 en straalde over het rimpelooze vlak. Marty huiverde en wrong haar handen ineen. Een nieuwe dag, maar alleen, zon der hem! Toen Rlckey den volgenden morgen wakker werd, zag hij zijn zuster door de openstaande deur in haar groene jurkje bezig het ontbijt klaar te maken. Eieren en ham, Rlckey, zei ze, toen ze naar binnen keek. Ik zal het bij je brengen, zoodra je Je een beetje hebt opgeïriseht. Ik voel er niets voor om Iets te etexx zei hij en keerde zijn gezicht naar den muur. Zij kwam naderbij en ging naast zijn 'bed staan. Rlckey, beste, een kopje koffie dan? Nee. Maar Jongen. Ik sta niet op. Waarom zou ik op staan? Zijn stem klonk wanhopig, maar zij was geduldig. Kleed je maar eerst aan en kom dan In de andere kamer; de regen heeft opgehouden- en het is mooi en heerlijk bulten A ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt. Franco per post per kwartaal ƒ3.15. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA, by onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren. Onze bureaux zyn dagelijks geopend van 9-6 uur, Administratie en Redactie Telef. Interne. 2745. Postrekening 48400. het sterkst^ wanneer we jong zyn en wordt langzamerhand zwakker. Maar het blijft. Ook als wq heel oud worden? Ik veronder stel, dat het blyven zal, zoolang onze levenskracht, onze innerlijke kracht nog i is. Want die kracht is het, die de nieuwe bloesems uitdrjjft, die telkens t weer opnieuw ons wezen in de bloesems zet van het nieuw uitbottende leven. We voe len ons ook physiek sterker, flinker, levens lustiger. 't Is, of ons geheele organisme beter functionneert, of ons levensproces krachtiger is, we in een krachtiger tempo leven. En dat gevoel is het, dat de verwachtingen wekt, die de lente haar bizondere bekoring geeft. Die ---- verwachtingen gaan naar zoele wind ons langs de slapen waait en het plotseling is, of er iets anders in de verschiet met nieuwe vreugde en nieuwe weelde, een tyd, waarin h^t leven, ook het uiterliik leven voller, vriier. ruimer schiint 1 en de heele wijde wereld voor ons lykt open t» licrcrAT* Ml'jr urö vlan r.z\lr We Ver- moeden, neen we verwachten alleen nog andere weelden, we hopen weer en stellen vertrouwen in het leven, dat ons iets meer, iets betets, iets rijkers zal geven, dan we bezitten. Wanneer we ouder worden, weten we wel, dat het niet anders als lenteillu- sies zyn, die ons bekoren, dat; het leven zoo zal blyven voortgaan als het nog steeds ging. Dat maakt, dat de kracht der ver- I wachtingen met de jaren afneemt. Maar

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1937 | | pagina 1