leiweg iida 23 i AKKERTJÈS meeat v^aer NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN Zaterdag 3 April 1937 No. 19484 76e Jaargang 'c/tuiïl lartenssingel Brieven uit de Holatad. Open brief van Sijbrand Bottelaar. Zoo rillerig? Tusschen Paschen en Pinksteren. Vlammende Schoonheid. BERGAMBACHT, BE&KENWOUD8» BODKGRAVffii, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLÉ, NIEUWERKERK, OUDQUKERK, OUDKWATER, REEDWUK. SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADMNXVEEN, ZEVENHUIZEN, en* Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen O •tt LLE's zóó geen. FEUILLETON. LLE’» .SUBRAND BOTTELAAR. AKKER-CACHETS LLE's ioeg! Virginia en haar broer bewoonden^ weer de kamers, waarin zij hun heele jeugd hadden doorgebracht en Mary Lee was bij hen. Michael logeerde in het hotel. Ei’ woei een frissche bries van de zee en de golven schitterden in het len- tezonnelicht. Het was overal licht en vroolijk onbegrijpelijk vroolijk, vond Virginia. Nergens meer verdriet. Vader beter. Rickey, die als een razende werkte met Mary Lee; haar eigen huwelijk met Michael over een week. Zij was in den tuin aan het rozen snijden. Nergens meer verdriet l i En juist op dat oogenblik kwam Tony door het tuinhek. Sinds haar komst in Annapolis had Virginia hem nog niet I gezien. O. riep ze verheugd uit, het is lief van je om te komen, Tonyl Hij nam haar hand en keek op haar neer. Dacht je. dat ik weg kon blijven? Zij zaten samen op de steenen bank tusschen de laurieren en zij vertelde Tony op de rivier met Michael. Dat was goed en groot van je. Wat was er voor groots in het op- geven van iets, dat ik nooit bezeten had? Haar oogen stonden plotseling vol tra nen. Wij zullen vrienden zijn voor altijd maar, nd aom, die aen uuwi awingepd vóór de plaatsing zjjn. IEME van 40 ulisten. 'ube SCHEKATOL ting van den Heiligen Geest maakte het ge- Iwf van den Paaschmorgen eerst tot een Tony jij en ik en Michael. Hij schudde het hoofd. Alleen maar op een grooten afstand Virginia. Maar later, Tony, later toch wel van dichterbij? Misschien. Toen hij afscheid nam, bracht hij haar hand aan zijn lippen en druïde er een kus op. Ik zal je nooit vergeten, zei hij. En hij ging weg, en nam met zich mee de herinnering aan haar, zooals zij daar stond tusschen de bloeiende rozenstrui ken, een beeld van jeugd en schoonheid en geluk, maar toch met tranen in haar oogen om tijn verdriet. EINDE. ons leven en in de wereld. Na ons Paschen moet ook een Pink- steren volgen. Want onze nieuwe verwach- ons nieuw geloof, dat we uit den MCCLXIX. Buitenlandsche sterren. Op gezette tijden dalen allerlei buiten- lanascne sterren in de residentie neer, van wie men alleen wel eens vage verhalen neett genoord, maar die met veruer dan by name oekend zyn. in den regel worden zy hier met veel ophef en fanfares ingehaaid en ontvangen, riet is nu eenmaal zoo gesteld, dat er in onze stad allerlei vereemgmgen bestaan, die zich speciaal bezig houden me: het kweeken en koesteren van de verbin ding met één bepaald land. Elk land in Europa heeft hier een vereeniging, die den naam van Nederland met een streepje ver bindt aan dien van dat land. Telkens hou den die vereenigingen .bijeenkomsten waai den een of andere geleerde of kunstenaai uit dat vreemde land optreedt en altjjd weer zyn de kranten bereid daarvan 'fraaie ver slagen te geven. Er is altydeen keurige voorzitter, die de taal van dien gast goed machtig is, een fraaie begroetingsrede houdt en het len gast zoo aangenaam mogelyk maakt. Vrienden en kennissen worden uit- genoodigd de voordracht bij te wonen en de gast spreekt voor een goed bezette zaal. Het kan niet anders of de „geachte spre ker van hedenavond" o-aat. najjr ziin haard- Clairveaux (Champagne), 2 April 1987. Zeer geachte redactie, v er m net buiaen, myne lJaasch- vacantie doorbrengende op den kosie- lyicen wijngaard van mynen ouden vriend uaston rochard, van de /irma rocttara cc bioeron, leveranciei s van myne voorcreffetyKe wynen, is liet my eeneureupae op aen aag van mor gen, arfnans m geaacnte, ven uwenl te moten vertoeven, caarne ware ik persovhmK ter receptie versenenen, •los, de jicnt en de ouaer- naar zonniger oora de ken, vormen daartoe een beletsel. lend in den tredmolen van den dagelyk- schen arbeid, en grof genietend nog van ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring): 15 regels ƒ1.30, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring: 15 regels 1.55, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20 by'slag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1-4 regels ƒ2.25, elke regel meer ƒ0.50. Op de voorpagina 50 hooger Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen by contract tot zeer gereduceerde!! prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van soliede Boek handelaren, Advertentiebureaux en onze agenten en moeten daags aan het Bureau zyn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te maar ook minder hoog grijpen, minder hoog gespannen zyn. We leven in een gedepri- I v lucH ouoe vriend van uw dagblad mag noentans met acncerotyven oij eene geiegenneia getyn deze, in vroe ger aagen, gy weet net, zou deze oc casie my gevoerd neooen tot speel- sene flonkeringen van den geest, maai, my bevindende in de jaren, waann de grauwe nersensioj in eenen anaeren aggregaue-toesiand oegint over te gaan, tcost my zuiks te veel inspanning. unwuieneung evenwel gaan myne gedachten terug naar de aagen van weteer, toen myne vnenaen en ik, eaete geesten als urs. caret van Man- aere, nucas Lwngavita, barend Bal- lenoaKKer en jocoous Koperwiek, iveueiyns door de kolommen van uw oiaa dwaalden, ik denk aan de onver- geteiyke oogenbliKKen, dat iK, ge dragen door de eeroieaige sympatnie van alle weldenkende Coudscne bur gers, vooraan ging in den stryd tegen aien poutieuen gelukzoeker, aie cou- da financieel aan den rand van den ajgrond oraent. 1K denk aan den fei ten Kamp gevoerd tussenen twee emi nente Kampioenen als het Kamerlid Jan ter uaan en den onvolprezen strijder voor waarheid en reent Van iviandere. 1K denk ook aan de met zooveel gloed ge voerden stryd tegen de droogmaking va/n onze onverge- tijkeiyk senoone plassen. Niet alleen beelden uit het ver leden doemen op voor jnynen geest. Ik* denk ook aan net heden, ik bladerde vanmorgen door uw hennnenngs- nummer en begroette met vreugde al die Knappe koppen, die door het af staan van hun portret en hunne bij dragen my menig aangenaam en leer zaam oogenblik puiten bezorgen. Up den dag van morgen zal myne be scheiden bloemenhulde u stenig be reiken; gaarne had ik hier nog eeni- ge fbesschen bruisende champagne aan toegevoegd ik ben in dit voor nemen evenwel door de conimgentee- ringsmaatregelen verhinderd. V ol vuur hef ik echter myn glas en drink, met mynen ouden vriend Gas ton ,op het welzijn van u en de uwen en op den verderen bloei van mijn lijfblad, de Goudsche Courant! Geloof mij, steeds gaarne verblijve ik uw oprechte vriend, Eerst leer en wij de woorden der waar heid; doch daarna moeten wij de waar heid der woorden leeren. Gij hebt kou geval en voelt de koorts opkomen. Ga naar bed en neem ''AKKERTJES’*, die als kabouiers«in den nacht Uw opkomende verkoud heid, Uw Griep zullen verdrijven. te probeeren en wie weet welk resultaat het opleverde. Menigeen weet zelfs op zyn eigen gebied niet wat er verschenen is en kennis making zou allicht leiden tot aankoop. Ook in de gewone boekwinkels kon meer gelegenheid zijn voor kennismaking met de nieuwelingen, die van de pers gekomen zyn. Het is niet genoeg ze voor het winkelraam te deponeeren, want daar gaan zy in den regel in de massa verloren. Wel staat te genwoordig op de ramen van de boekhan delaren de uitnoodiging aangeplakt om bin nen te komen en alles te bezichtigen zonder eentge verplichting, maar het valt te be twijfelen of daaraan wel veel gevolg wordt gegeven. In de groote warenhuizen heeft men al veel meer aandacht gewyd aan het contact tusschen den kyker naar de boeken en de etalage. Daar is veel meer stelselma tigheid in etaleeren nagestreefd en mei ziet daar ook geregeld velen, die aandachtig de hooge stapels in oogenschouw nemen, met lydt geen twijfel of in die huizen wordt nog aardig wat verkocht als gevolg van de ge legenheid eens op zyn gemak rond te neu zen. Het is zoo zonderling, dat de winkeliers in het algemeen wel veel afgeven op de warenhuizen, maar zoo weinig aandacht ge ven aan de oorzaken van het succes dat deze inrichtingen toch buiten kyf hebben. Er worden daar maar al te dikwijls metho des toegepast, die blyk geven het verlan gen van het publiek beter te doorgronden dan tot nu toe in den kleinhandel het geval placht te zyn. Waarom wli men dat niet er kennen en... navolgen? Voor den boekhandel valt er zeker wel iets te leeren van moderne methodes en stelsels. Die kennis zou den handelaar en het jnibliek beide ten goede komen. HAGENAAR. Morgen staat Ge op zonder koorts en voelt Ge U weer prettig en gezond. 'CKmA* Ongeëvenaard bij aevaüe kou Griep, rheumaiweho ta - In een blad stond onlangs te lezen, dat de menschen van dezen tijd geen verwach tingen, geen droomen meer hebben, maar werktuigelyk voortleefden, bang zich reken schap te geven van den toestand en van Griep, rhaumatiiche pijnen, ZMMwp#»en. HooMpqn, en*. NrHnMaL ZeMoceje lO.ca. hem van haar plannen. Rickey en Mary Lee zullen voorloo- pig hier bij vader en moeder blijven wonen, terwijl Michael en ik in Italië zijn... In Italië? Ja. Wij gaan naar een huis, dat Michael daar heeft. Hij kocht het egn heelen tijd geleden... Ik geloftf dat het er heerlijk zal zijn, Tony. Hij wist hoe heerlijk het zou zijn. Hoe had hij zelf niet verlangd, om haar de schoonheid van andere landen te mogen toonen haar mee te nemen, de heele wereld over. Hij had haar de zee willen laten zien bij zonsopgang, de woestijn- sterren bij middernacht, en naast haar willen zijn, als haar hart beefde van ge luk om al die schoonheid. Maar het was niet voor hem. Ik ben ontzettend jaloersch, zei hij en hij trachtte het schertsend te zeggen. Ik ben blij dat je niet weet, hoe ik Mi- I chael benijd. Maar ik zal je mijn leven lang dank I baar zijn voor wat je toen gedaan hebt, ker van hedenavond” gaat naar zijn haard- 1 eenmaal, wat haai* leven van haar ge- maakt had en zij kon niet meer veran deren. Ik heb vanmorgen Virginia Farqu har gesproken, zei ze tegen Jane. Ik heb naar Rickey gevraagd. Marty, dat heb je niet gedaan: Ja, hij is erg ziek geweest. Marj,y huilde! Jane had een gevoel, alsof de kdmer met haar ronddraalde. Marty, de koele, onverstoorbare Marty in tranen! Toe, Marty, je bent altijd zoo ver standig geweest, zei ze met een aarze lende stem. O, verstandig, zei Marty, droogde haar oogen en begon over andere dingen te praten. En zij vertelde Jane niet, wat ze nog méér van Virginia had gehoord Dat Rickey de volgende week, in ane stilte, zou gaan trouwen, met Mary Lee Logan! Dat was het, wat Marty te verbijten had, terwijl zij daar met Jane zat. Zij had Rickey verloren, zij had Tony ver loren, en dat allee sinds dien merkwaar- digen dag in den ouden tuin! In den ouden tuin bloeiden nu de rozen, dat het een lust was voor de oogen Dagen lang waren er mannen in de weer geweest om den tuin en het oude huis in orde te brengen. Veel van de oude meubels waren teruggekocht en de rest I Ügen Geest konden de discipelen hun geloof --uitdragen over de wereld, hun geloof en wat het oogenblik soms te genieten gaf. Ik verwachting tot een levende 'kracht maken geloof het niet. Geen mensch kan lev^n en werken zonder verwachting, omdat die ver- f wachting als het ware de motorische kracht een kracht worden in Jane zocht haar toevlucht in tranen. Tony, je bent wreed! Hij legde zijn hand op haar schouder. Ik wil dezen, zomer op mijn eigen manier doorbrengen. Ik ben niet van Dlan mijn plannen overboord te gooien voor die van, jou, Jane, en daarmee uit. Toen Tony weg was, zocht zij haar toevlucht bij Marty. Lieve, mag ik dezen zomer met jou meegaan? Natuurlijk. Tony wil mij niet hebben! Zij had medelijden met zichzelf, maar Marty met in ’t minst. Wij krijgen wat ons toekomt wij allebei. We zijn een paar ondraaglijke egoïsten, Jane. Maar Jane was niet zoo eerlijk met zichzelf als Marty. Ergens diep onder in Marty’g koffer lag de schets, die Rickey **aa gemaakt van de zilveren toover- hu uler llart was uitgebrand. Wat had mi haar doorgrond! Maar zij was nu i Jieu uunb. uit 'net grai van onze hoop moest het nieuwe leven nieuwe ver- wachtingen opbloeien. Het werd ons schen. I Maar op Paschen volgt Pinksteren. En dit Pinksteren was de voltooiing van het Paschen, een noodzakelyke voltooiing voor de discipelen van Jezus. Want de uitstor- ting Vïlll flpH .Hpillo-n», r*KUinV4*A I.A* «x. loof vwv hun eigen toestand, stomzinnig voortzeu- j werkzame kracht. Nu bezield door den Hei- GOING COlHAM i stede terug in de diepe overtuiging dat heel «c» - Nederland dweept met zijn land en deszelfs Pa- j cultuur, dat heel Nederland groote kennis heeft van zyn land en dat er uitsluitend charmante lieden in Nederland wonen. Af en toe lezen zy dan in de officieele berichten van de Staatscourant dat aan me neer zus of zoo vergunning is verleend tot het aannemen van de ridderorde, hem ge schonken door de Regeering van eenig land. Natuurlyk bestaat er tusschen dit heuglijke nieuws en de hartelijke ontvangst van dien vreemden gast geen verband. Toch is het aardig, niet waar? Het is niet onze bedoeling denigreerend óver het werk dier vereenigingen te spre ken, maar het moest ons van het hart dat figuren van minstens even veel beteekenis in eigen land vaak allerminst dezelfde be langstelling krijgen, die aan de buitenlan ders zoo grif wordt gegeven. Wat dat toch voor een eigenschap van vele menschep is om alles wat maar van over de grenzen komt, onmiddellijk t^ adoreeren, is onbe grijpelijk. Dezer dag^n is weer eens gesold met een jonge dame die één boek heeft ge schreven, dat opgang heeft gemaakt en die nu maar dadelijk de wereld af reist om over al vertoond te worden. Er komen interviews en portretten in de krant, er wordt een eere- avond georganiseerd en tal van personen sloven zich, voor haar uit. Over een paar jaar is natuurlijk iedereen die dame totaal vergeten. Waarlijk, het is vreemd. Er wordt hier ter stede meer in vreemde- talen gelezen dan in het Nederlandsch. Alle boekhandelaren weten het*u te vertellen en zy zeggen het met een zucht, want de Ne- derlandsche boekhandel heeft het heel zwaar. Er komt nü Weer een boeken-week en men tracht eens even iets meer aan dacht te trekken. Of het veel baat geeft valt te betwijfelen. In den laatsten tyd is nog weer eens steen en been geklaagd over den geringen afzet van het Nederlandsche boek en over den grooten stroom van nieuwe cultuur die geregeld van de pers komt. Zou die al te sterke stroom niet tot gevolg hebben dat men hoe langer hoe minder koopt? Zy, die inderdaad veel lezen, zijn de klanten van de bibliotheken en zij zyn het. die in den regel niets koopen, doch alleen maar huren. Wat in den boekhandel ontbreekt, is een goed contact met het lezend publiek. Wel doen de kranten hun best hun lezers op de hoogte te houden, maar het is voor deze ook door den geweldigen stroom onmogelyk om veel meer dan een korte aankondiging te geven. Het beste wordt alleen iets meer naar voren gebracht, al dreigt daarbij het gevaar van eenzijdigheid by de keuze zeer ernstig. Bovendien kunnen alleen de groo- tere dagbladen zich de weelde veroorloven er speciale „schifters” op na te houden, zoo dat toch nog maar een klein deel van het publiek wordt bereikt. Als men eens één of tweemaal per jaar een „boeken-show” hield zooals men dat op het gebied van de mode pleegt te doen, om de nieuwste nieuwigheden te demonstree- ren Wie weet *óf dit föet een attractie zou zyn voor velen. Wanneer daar alles werd geëxposeerd wat sedert de vorige show is verschenen, zou misschien de aandacht op veel vallen, dat nu achteraf blyft. Het ware met nieuw aangevuld. Als Virginias ouders aankwamen, moest alles op zijn mooist zijn, maar ook nu reeds, met de bloemen en de wapperende gordijnen voor de ramen, leek het oude huls weer te leven, na er dien heelen winter als een dood huis te hebben uitgezien. gespannen zyn. We leven in een gedepri- I meerden tyd, die lusteloosheid kweekt. En I deze lusteloosheid, dit tekort aan verwacn- I tingen is het groote gevaar, dat ons leven bedreigt. Of kunnen we zeggen: „bedreigd heeft”? Er is ongetwijfeld een zekere opleving merkbaar in het oeconomisch leven, maai ook in de stemming der menschen. Het is of we door het donkerste der depressie heen zijn en de menschheid gaat begrijpen dat er nog licht schijnt en dat het noodig is aan dat licht te gelooven. Het is of we ons ge reed maken op te staan voor een nieuw leven, of „het Paschen ook voor de mensch heid gekomen is, nadat ze het donkere dal van de schaduwen des doods is doorgegaan. Paschen is de wederopstanding, de weder opstanding uit den dood. Dat is het groote wonder, dat uit den dood het leven verrijst. Maar is het niet het wonder, dat zich voort durend voltrekt? Zien we niet nu in de lente zoo duidelijk hoe uit het schijnbaar doode nieuw leven opbloeit, hoe dit de kring loop van het leven is, bloeien, versterven en «opnieuw bloeien, hoe men door den dood altyd weer tot het leven komt? En geldt dezp wet niet overal ook in de geestelijke wereldDoor den dood tot het leven. Door de diepste diepten der hopeloosheid naar de toppen van het licht. Het scheen den discipelen van Jezus wel het einde toen het lichaam van den Mees ter, afgenomen van het kruis, werd neerge legd in het graf in den hof van Jozef van Arimathea. Maar uit dit graf rees de Zege praal van de opstanding. De dood was over wonnen en een nieuw leven was uit den dood verrezen. Het schijnt ook ons soms het einde, wanneer we neerzitten in de don kerste diepte van wanhoop en kommer. Maar juist in deze donkerste wanhoop ont wikkelt het léverf, ontwikkelt de mensch zijn uiterste krachten. En uit de duisternis stijgt het bloeiende leven eener nieuwe ver wachting. Het is de levensdrang zelf, die dezen nieuwen bloei uitdryft. Want er was maar één keuze: ondergang of nieuwe sty- uitdragen over de wereld, hun geloof en .vmovuuujj ëêii levende Kracht maken in de wereld. Wy hebben ook dien heiligen I geest van ons geloof noodig, wil dat geloof is van dat leven en werken. Maar wel is I het waar ,dat de blyde verwachting, die een I zekerheid is, veelal ontbreekt, en ook dat ting, de verwachtingen niet alleen zwakker zyn, 1 stryd in de diepste duisternis hebben ge- j i wonneni moej toj een bezielde, een levende kracht worden. We moeten onze nieuwe verwachting tot de motorische kracht van ons leven maken. Wil de menschheid uitkomen, boven de depressie, die haar verwachtingloos maak te, dan moet zy niet alleen opstaan tot een nieuw leven van nieuwe verwachtingen, maar dan moet zy ook deze nieuwe ver wachting tot een levende, drijvende kracht maken, dan moet zy in de kracht van dit nieuwe geloof in de toekomst met een nieuwe en sterker kracht, met de bezieling van den heiligen geest dit geloof werkzaam maken. Wanneer we gelooven, dat de diep ste depressie voorbij is en de menschheid is opgestaan tot een nie.uwe verwachting, dan moeten we ook eischen, dat deze verwach ting tot een werkzame kracht wordt. Op het Paschén moet een Pinksteren volgen. ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, overal waar de bezorging per loopergeschiedt. Franco per post per kwartaal 3.15. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA, bij onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren. Onze bureaux zyn dagelijks geopend van 9—6 uur. Administratie en Redactie Ttelef. Interne. 2745. Postrekening 48400.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1937 | | pagina 1