EEjtETE
KAMER.
TWEEDE KAMER.
HULDE AAN DE LEGERLEIDING
EN ALLEN.' DIE HUN PLICHT
DOEN.
KADIO-PROGRAMMA's.
INGEZONDEN.
STADSNIEUWS.
Snip en Snap laten den
Schouwburg daveren
FETTT.I.ETON
Mysteries
rondom „Vredelust"
De defenwebegrooting.
De Eerste Kamer is gisteren begonnen
met de behandeling van de begrooting
van het departement van defensie voor
1940.
Alvorens de debatten aanvingen, ver
zocht de voorzitter, op de kwestie der
maritieme verdediging van Nederlandsch
Inolë niet diep in tc gaan. Daartoe zal
gelegenheid zijn, wanneer de in een
wetsontwerp belichaamde plannen van
oc tegeerlng aan het oordeel der Kamer
zuilen worden onderworpen.
Nagenoeg alle sprekers hebben hun
rede aangevangen met hulde tè brengen
aan den minister, zijn ambtsvoorganger,
tifc' legerleiding en vooral ook aan de ge-
rhobiilseerdon van leger, vloot en lucht
macht. Daarmee begon de heer De Sa-
vornln Lohman (c.h.), die voorts de
legerlei/rng prees wegens het organlsce,-
ren van een driedaagsche excursie voor
binnen- en buitenlandsche Journalisten
om aan tc toonen, wat er op verster-
kingsgebied tot stand is gebracht. Veel
lof is daarop in de buitenlandsche pers
gevolgd. Het gevolg van veel défaitisme
in het verleden doet zich nu voelen ten
aanzien van de oudere lichtingeh, die
moesten worden opgeroepen, daar de
lichtingen vroeger zoo zwak zijn geweest.
Thans zijn zij voel sterker. Spr. bracht
hulde voor wat is en wordt gedaan om
den achterstand in te halen. Voorts ves
tigde hij de aandacht op het belang van
handhaving van de tucht en hij drong
aan opJ zoo goed mogelijke geestelijke
verzorging van de gemobilisecrden. Spr.
betuigde, instemming met het instellen
van een interdepartementale commissie
inzake herplaatsing van gemobiliseerden
in ai' burgermaatschappij. Spr. betoogde,
djrt de politiek buiten het leger moet
blijven, ook ten aanzien van de mobili
satieclubs, Spr. was er zeker van dat als
zich hier een geval van de Altmark had
voorgedaan, de Nederlandsche marine
geschoten zou hebben, ongeacht de
krachtsverhouding. Spr. drong aan op
spoed met de versterking van de Indische
marine. Nederland besloot spr.
staat met het geweer ln den aanslag en
zal zoo noodig zijn zelfstandigheid hard
nekkig verdedigen.
De heer Van Rappard (lib.verklaarde
vrijwel hetzelfde te hebben willen zeg
gen. Spr. Juichte toe, dat de verdere mo-
torlsatie van de lichte brigade voorloojsig
niet doorgaat. Ook spr. had bezwaren
tegen de mobilisatieclubs. Spr. wilde
streng zien opgetreden tegen spionnage
en verraad. Ook spr. vroeg spoed inzake
de slagkruisers voor Indië.
De heer Blomjous (r.k.) sloot zich
hierbij aan en sprak ln gelijken geest als
de heer De Savoinln Lohman over de
versterking van de weermacht.
De heer Wiardi Beekman (s.d.) bracht
eveneens hulde aan den minister, aan
de gemobiliseerden en aan hen die de
mobilisatie dedc-n slagen. Verscheidene
maatregelen- van de legerleiding, bijvoor
beeld ton aanzien van de kostwinners
vergoedingen, hadden spr.'s instemming.
Spr. verdedigde de vorming van mobili
satieclubs; er kan eenheid zijn in de ver-
scheidenheid. Spr. respecteert het stand
punt: geen politiek ln het leger. Hij
waardeerde het werk van ontwikkeling
en ontspanning. Tegen extremistische
stroomingen blijve de minister krachtig
optreden. Spr. verklaarde dat zijn partij-
genooten achter de regeering en den
minister staan.
De heer Bruineman (r.k.) had er be
zwaar tegen, dat de luchtbescherming
loopt over twee departementen.
De heer Van Vessem (n.s.B.) herinner
de er aan, dat de natlonaal-socialisten
steeds tegen het lidmaatschap van den
Volkenbond hebben gewaarschuwd. Spr.
drong aan 5p opheffing van de uitzon
deringsmaatregelen tegen de N.S.B. Toen
spr. historische beschouwingen ging hou- j
den, waarschuwde de voorzitter hem bij
herhaling, dat deze niet bij de bcgrooting
thuishooren Tenslotte ontnam de vóor-
zitter hem het woord, waarna de ver
gadering werd verdaagd.
Sommige Tweede Kamerleden vragen
meer hulp voor Finland.
Niet alleen humanitaire, maar ook
materieele steun gewenscht.
Verschenen is het verslag van de
Tweede Kamer over het wetsontwerp tot
wijziging en verhooging van de begroo
ting van Buitenlandsche Zaken voor 1940
(hulp aan het Finsche Roode Kruis).
Daaraan is het volgende ontleend:
I Van verschillende zijden werd betoogd,
dat het uitgetrokken bedrag van ÏOC.OOO
te laag is. Naar het oordeel van ver
scheidene leden dient het op ten mlnsft
f 5OO.OJ0 gebracht te worden.
Andere leden wilden niet op onmiddel-
lijke verhooging var. het uitgetrokken
i bedrag aandringen, doch spraken de
hoop uit, dat de rgeering binnenkort bij
een volgend wetsontwerp een nieuw cre-
I diet zal aanvragen.
i Verscheidene leden waren van oordeel,
dat niet alleen humanitaire hulp, doch
1 ook bijstand bij de actieve verdediging
van Finland verleend dient te worden.
Waarom, zoo vroegen zij, zal het aange-
vrstagde bedrag ter beschikking worden
gesteld van het Roode Kruis en niet van
de Finsche regeering? Nederland is huns
inziens volkomen vrij om de Finsche re-
geering te steunen Dit ware niet ln
1 strijd met de neutralitettsverklaring van
September 1939.
Bovendien ontkent de aanvallende
partij, tegen welke Finland steun noodig
heeft, stellig ddt er een oorlog gaande Is.
Natuurlijk, aldus deze leden kan van een
collectieve actie geen sprake zijn. Zij
herinnerden er echter aan, dat zooals
ook uit de Memorie van Toelichting
blijkt de aanleiding tot de voorgestel
de hulpverleening gelegen Is in de reso
lutie, aangenomen ln de vergadering van
don Volkenbond op 14 December 1939,-
waarin eenerzijds het optreden van de
Sovjet-Unie tegen den Finschen staat
plechtig werd veroordeeld, anderzijds
ieder lid van den bond werd opgewekt,
aan Finland niet alleen humanitairen,
doch ook materleelcn bijstand tc ver
schaffen. Naar hun oordeel, behoort,
pi ede in verband met deze resolutie, het
wetsontwerp gewijzigd te worden ln dien
zin, dat de uitgetrokken gelden zullen
worden uitgekeerd aan Finland, dus aan
de erkende Finsche regeering, die dan
vrij is daarover te beschikken op de
wijze, welke zij voor het behoud van de
vrijheid van het land en tot leniging van
den nood in dat land het meest wen-
schelijk acht.
Eemge leden verklaarden tegen het
voorstel der regeering geen overwegend
bezwaar te hebben. Zij konden het wets
ontwerp aanvaarden als hulde voor de
dapperheid, waarmede een klein volk
voor zijn onafhankelijkheid strijdt Ech
ter wilaen zij zich geheel losmaken van
de argumentatie van de regeering. zij
achtten nl. het beroep van den minister
op dc reeds genoemde resolutie van den
Volkenbond zeer bedenkelijk, omdat zij
in het lidmaatschap van dezen bond een
groot gevaar voor ons land zagen, thans
meer dan ooit Ook konden zij niet na
laten op een huns inziens merkwaardige
omstandigheid te wijzen, nl. dat ln de
laatste jaren van Nederlandsche zijde
telkenmale steun is verleend aan die par
tijen bij een conflict, die zich keerden
tegen Duitschland, 'Italië en Japan, dc
landen die het anti-kominternverdrag
hebben gesloten.
Zeer vele andere leden achten deze
'redeneering volstrekt verwerpelijk.
Weer een rechtstreeksche trein
verbinding UtrechtLeiden.
Station Vleuten wordt weer opengesteld.
Bij de wederinvoering van den half
uursdienst op het middennet der Neder
landsche spoorwegen in October, moest
de.rechtstreeksche verbinding Utrecht-
Leiden vervallen, daar de dienstregeling
geen ruimte overliet voor de stoomtrei
nen naar en van Leiden op het traject
UtrechtWoerden enLeiden gereden,
waarbij dan te Woerden aansluiting met
de electrische treinen werd verkregen.
Sedert eenigen tijd is evenwel op de
lijn naar Leiden de - diesel-clectrische
tractie ingevoerd. Doordat deze treinen
sneller rijden en sneller optrekken, ont
stond hierdoor echter tevens weer de
mogelijkheid, ze ook op het drukke tra
ject tusschen Woerden en Utrecht ln te
leggen. Met Ingang van de aanstaande
zomerdienstregeling zal dit het geval zijn,
waardoor de rechtstreeksche verbinding
tusschen Utrecht en Lelden weer in eere
zal worden hersteld.
Dit zal tevens tot gevolg hebben, dat
i de halte Vleuten wederom voor het per
sonenvervoer zal worden opengesteld.
Deze halte wordt door de electrische
treinen voorbijgereden, maar de treinen
van en naar Lcitjpn hebben er altijd ge
stopt. Nu deze treinen ook weer het tra
ject UtrechtWoorden zullen t.rijden,
zal ook in dit opzicht dc oude toestand
worden hersteld.
Vrijdag 8 Maart.
Hilversum I, 1875 en 414.4 M. 8VARA,
10.VPRO, 10.20 VARA, 12.— AVRO,
4.VARA, 7.30 VPRO, 9— VARA, 10.40
VPRO, 11—12 VARAs
8.Berichten ANP; 8.10 Orgfelspel; 8.30
Gramofoon; 10.Morgenwijding; 10.20"
Gramofoon; 10.45 Declamatie; 11.Zang,
plano en gramofoon; 11.30 Declamatie;
11.45 Gramofoon; 12.De Palladians; 12 45
Berichten ANP, gramofoon; i.jJ &VRO-
Amusementsorkesfc;2.— Voor oè vrou*;
2.10 Disco-causerie; 3.— Cyclus „Vrouwen
arbeid in Nederland"; 3.30 AVRO-Dans
orkest; 4.Gramofoon met toelichting;
14.30-5 Pianovoordracht; 5.05 Voor de kin.
deren; 5,30 Gramofoon; 6.Orgelspel; 0.30
Letterkundig overzioht; 6.50 Zang met pia
j nobegeleiding; 7.Cyclus „Het beginsel
programma der S.D.A.P."; 7.18 Berichten
ANP; 7.30 Berichten; 7.36 Voor de jeugd;
f.Viool en piano; 8.30 Cyclus „Verwor
venheden, die niet verloren mogen gaan"
9.Radiotooneel9a) De Ramblers; 9.5!
7ang en piano; 10.— Declamatie (gr.);
10.06 Rosian-orkest; 10.36 Gramofoon; 10.40
Avondwijding; 11— Berichten; 11,10 Jazz
muziek (gr.); 11.40—12 Orgel, zang etf ae-
cordeon.
Hilversum II, 301.5 M. Algemeen Pro
gramma, verzorgd door de NCRV:
8.Berichten ANP; 8.05 Schriftlezing
meditatie; 8.20 Gramofoon (9.309.45 Ge-
hikwenschen); 10.30 Morgendienst; 11,
Gramofoon; 11.16 Zang, plano en gramo
foon; 12.Berichten; 12.15 Gramofoon
(om 12.30 Berichten ANP); 12.45 Toe
spraak; 1.Ensemble v. d. Horst en gra
mofoon; 2.30 Christ. lectuur; 3— Zang,
fluit, piano en gramofoon; 4J304.55 Gra
mofoon; 5.Apollo-ensemble en gramo
foon; 6a) Tuinbouwpraatje; 7.Berichten;
7.15 Letterkundig halfuur; 7.45 Gramofoon;
8.Berichten ANP, herhaling SOS-Berich-
ten; 8.15 NCRV-Salonorkest; 8.40 Causerie
„Nederland's volkskracht in Indië"; 9.
Vervolg concert; 9.30 Actueel halfuur; 10.
Berichten ANP; 10.05 Orgelconcert; 11,
Gramofoon; C.a. IlNO12 Schriftlezing.
•Buiten verantwoordelijkheid der redactie!
De mobllisatiejn Zwitserland.
De geest onder de Zwitsersche
bevolking.
Een - onzer was als Höllr.ndsche in
Zwitserland woonachtig en keerde kor
telings- met haar gezin in het vaderland
terug. Vaii gedachten en Indrukken wis
selend over den heerschenden geest, trof
ons een groot verschil tusschen beide
kleine neutrale, democratische landen.
Het lijkt ons'de moeite waard, nu de
indrukken nog scherp zijn, deze weer te
geven.
Met het vertrek der dienstplichtige
mannen naar hun mobilisatie-post, be
seften de vrouwen in Zwitserland, dat
ook op haar een mobilisatie-taak rustte
dat haar houding van haast even
groot belang was zij het indirect
voor de paraatheid van het land. Er was
geen tijd voor veel praten, want dc prac-
K tische. taak wachtte. Alle persoonlijke be
langen traden op don achtergrond.
De Overheid nam de /leiding en het
initiatief. De bevolking volgde niet,
slechts gewillig, maar geestdriftig
nam, waar mogelijk, het Initiatief over.
De geest, die van haar verwacht werd,
was begrepen en overgenomen. Hoe uitte
die zich?
Laten wij met de kleinsten beginnen.
Op dc scholen kregen dc meisjes gedu
rende "het handwerkuur opdracht, een
paar 3oldatcn-kouscn te breien. De wol
werd op school beschikbaar gesteld, maar
kon vrijwillig vergoed worden. Met harts
tocht togen de kinderen aan hun taaa.
Van dat moment af, zag men geen mcls-
ke meer zonder breikous. Lachend, bab
belend en breiend, stonden ze in het
vrije kwartiertje bij elkaar. Binnen een
week hadden de meesten het eerste paar
sokken klaar en vroegen wol voor het
volgende paar. Zij vormden clubjes, om
gedurencli de vrije middagen ook andere
kleedingstukken voor dc soldaten te
breien. Wat klaar was, werd op school
ingeleverd en het* meisje mocht er een
brief bij schrijven. Van een centraal
punt uit werd alles weggestuurd. Klée-
dingstuk en briefje bereikten een of an
deren „Schutzmann". Spontaan en vol
dankbaarheid schreef deze zijn kléine
geefster terug., en het contact was ge
sloten. Bij ieder van die kinderen is hier
door het bewustzijn wakker geroepen,
een levend, medewerkend lid te zijn van
de grootc volksgemeenschap. -
De vrouwen waren reeds eenigen tijd
vóór de mobilisatie, van Overheidswege
opgeroepen, om zich voor een, haar pas
sende functie, op te geven. Dc opleiding
voor de z.g. passieve luchtbescherming
was voor ieder verplicht. Dc veel meer
tijdroovende actieve- luchtbeschermings
dienst, vrijwillig. De vrouwelijke leden
van dezen dienst werden bij de mobili
satie, gelijk met haar mannelijke col
lega's, beëedigd. Reeds in Septehiber
waren zij geheel opgeleid. Weer anderen
kwamen bij het Roode Kruis in Junctie.
Huismoeders, of zij wier groote persoon
lijke taak niet toeliet, zich Ijij bovenge
noemde actieve diensten te verbinden,
voegden Zich bij den Vrijwllligen Hulp
dienst Deze functionneert over het ge-
heelc larjld en wordt van Overheidswege
geleld. De dienst bestaat uit:
le. Hulp aan gemobiliseerden to.a.
wasschen en repareeren van on
dergoed, inrichten en .verzorgen
van militaire tehuizen enz. enz.)
2e Hulp in allerlei vorm. aan. gezin
nen van gemobiliseerden.
3e Het vrijwillig vervangen van ge
mobiliseerden, in hun ("burgen
werkkring. Dit houdt»dus in, dat
bij demobilisatie, de plaats weer
verlaten wordt en tor beschikking
staat.
Nu komt de vraag boven: werkt al
deze, van -tioogcr hand georganiseerde
hulp, niet remmend en neutrallseerend
op den spontanea geest van bereidwil
ligheid? Daar dit zéér oordeelkundig ge
schiedt, kunnen wij hierop volmondig
„neen, integendeel" antwoorden. Ieder
ziet, dat haar hulp op doeltreffende wijze
Ingeschakeld wordt in de groote gemeen
schappelijke actie en zoodoende het aan
deel, hoe klein ook, tot zijn recht komt.
Het is „populair" geworden om te hel
pen Wie niet ertoe verplicht is, doet het
hare vrijwillig, aangespoord door het
algemeene voorbeeld. Dit geldt - niet
slechts voor de vrouwen en meisjes, maar
ook voor de, niet gemobiliseerde mannen,
b.v. voor alle werkloozen!
Het steunt het moreel der militairen,
te beseffen, dat zij niet alleen en ver
geten op hun kouden wachtpost staan,
maar dat ieder .burger, groot en klein,
achter hen staat
Op deze wijze werkt in Zwitserland de
mobilisatie niet deprimeerend en demo-
raliscerend. Er is een actieve geest van
saamhoorigheid ontstaan, die zich op
alle gebied uit.
Wij twijfelen er niet aan, of de bereid
willigheid en vaderlandsliefde van de
Nederlandsche vrouwen en burgers, doet
niet onder voor die der Zwitsers. Maar is
die aanwezige kiem hier tot bloei ge
bracht? t
E. v. R.
Den Haag, Maart 1940. M. v. L.
GOUDA, 7 Maart <940.
A.V.R.O.'» fleurige revue
uitbundige vroólykheid.
De honderden bezoekers en bezoekster»
van de A.V.R.O.-revue, gisteravond m <k„
Nieuwen Schouwburg gegeven, kunnen be.
amen, dat er met de leus „Van il' eetu»
in d' andere grap, voert d' A.V.R.O. I' niet
Snip en Snap" niet te veel gezegd wordt.
Het is een feest van vroolykheid, dit f.eu
rige Rijk- en hoorspel vol vaart en variatie
dat drie uur lang stemming en amirsement
geeft.
Daar zijn in de eerste plaats juffrouw
Snip en juffrouw Snap, individueel en in
civiel als Piet Muyselaar "en Willy Wa.deti,
die er met allerlei vlotte en leuke scènes
uitermate goed den gang weten in te bren
gen, om ten slotte als het beroemde aether-
damespaar de vreugde ten top te <joer. stjj.
gen. De pakkende introdictie, de uitzeniijnj
van de voetbalmatch, de koe op zolder, het
drama'in vier talen, de kostelijke-parodie
van professor Boudewijn en zijn sprekend-
pop Bartje, het zyn alle tafereelen, waar
b\j het eene lachsalvo op de andere volgt om
de kluchtige invallen en de luchtige non.
setts, die -het tweetal, dat zich tevens zulke
knappe acteurs toont, gui over de zaal uit
stort. En dan dat schoone lied van Blonde
Mientje met dat hart van prikkeldraad, in
welke een feestelijke omlijsting wordt dat
gebracht met al% daverend hoogtepunt de
muzikale omgang door de zaal, waarbij de
tamboer-maitre zoo gezellig-spontaan
zwaait. De juffrouw Snip 'en juffrouw Snap.
scène is al even daverend, wat een jo.pt
verwekken die twee kwebbelende dames raet
hun origineele en smakelijke opmerkingen
en hun prachtige transformaties. Nu kan
men "begrijpen, waarom het optreden van
Jiet tweetal voor de radio altijd aan het
publiek zooveel vreugde bezorgt,
A.V.R.O.'s revue „We brengen vrooljjk.
heitl" in één proloog en negentien taferee
len, waarvan Jacques van Tol de verdien,
stelijke auteur is en waaraan de Nederlamj,.
sche Revue, directeur René Sléeswyk, de
succesvolle uitvoering geeft, biedt overigens
nog veel meer.
Met genoegen begroet men wee); in Gouda
„The Harmony Kingts", het bekende vocale
neger-trio, dat zijn songs zoo alleraardigst
brengt en welks genoegelijk optreden groo-
te waardeering ondervindt. Op het gebied
van de zang is er verder Jean du Bela, die
met zijn zwierige stem naar het zonnige
Napels voert en die al eVenzeer zijn-
toehoorders geboeirf doet luisteren.
Gerard Walden is een lustig mede
werker aan de komisghe tafereelen en Hilde
Alexandel met haar frissche verschijning
draagt er mede toe by om al die kluchtige
gebeurtenissen uitstekend te doen slagen.
'n Voortreffelijk ensemble zyn The Muc-
loff Select A.V.R.O.-stars", ihet buitenge
woon goede ballet, dat de artistieke am
kleeding van de revue verzorgt. In gracieun
danskunst geven ze aan de verschillende
scènes voornaamheid en styl. Het beeldige
nummer „Romantiek uit de oude doos", het
zojnersche tooneel „Little Sir Echo", de
boomps-a-dais.v bij "den fotograaf én dat
leuke, uitermate vlotte vvJoottafereel „We
lichten hetanker weer",""het is alles een
lust voor ü'ig! «n oor. Kunst, geoefendheid
en rhythme voeren in volmaakten samen-
gang tot een even hoogstaand als charman.
optreden.
A.V.R.0.'s naamraadspel staat, in een
aantrekkelijke opvoering eveneens op het
programma.
Het geheel vindt ten slotte een prachtig
slot in de kleur- en klankvolle finale .Ne
derland is paraat", de gelegenheid teven
voor het publick om het geheele gezelschap
langdurig en hartelyk .toe te juichen voor
het ryke amusement, in welke welverdien
de hulde ook deelt het A.V.R.O.-revue-
orkest onder leiding van Pim de da Fnente.
dat met zyn pittige muziek de opvoering
zoo uitstekend illustreert.
Behalve dit, valt er stellig ook te roe
men de zeer verzorgde aankleeding van dit
bonte schouwspel. De costuums en decora
van Joop Geesink, het is allemaal even mooi
en goed. En dan die frissche vaart en dat
Die drie duim wast in waardigheid
Schiet drie el ln hoovaardigheid.
(Eén geval uit de practljk van Inspecteur
Sanders, Ud der Centrale Recherche),
door UDO VAN EWOUD.
28
Neemt u plaats, meneer Hartebrink.
Wat verschaft me het genoegen?
Barletink, verbeterde de. recher
cheur,
Aha, meneer Bartelink, neemt u me
niet kwalijk... Hot schijnt een bijzondere
eigenschap "van m'n dienstmeisje te zijn
om namen verkeerd over te brengen. Een
'beetje pijnlijk... 'k Zal voortaan mijn
bezoekers zeil eerst nog eens naar hun
naam' moeten vragen... Meneer Barte
link dus... Waarmee kan Ik u van dienst
zijn?
Het viel den rechercheur onmiddellijk
op, dat zijn. gastheer do Nederlandsche
taal volkomen bchccrschtc, al sprak hij
dan met een licht accent. De man was
ongetwijfeld een Belg. Een Fransehman
zou zich zeker nool| zóó vlot in het Ne
derlandsen hebben 'kunnen uitdrukken.
Nochtans had hij iets over zich, dat Bar
telink afBtootte, al zou deze dan mis- i
schlen niet direct onder woorden hebben
kunnen brengen, wat dat was. Misschien
het ietwat geaffecteerde ln zijr. optre
den, of de vele opzichtige ringen aan
zijn smalle, welverzorgde vingers en het
waarschijnlijk zeer kostbare, met kleine
brillanten ingelegde, gouden horloge^at
hij aan een schakelarmband om den lin
kerpols droeg? Wellicht was het ook
slechts de Ietwat gluiperige oogopslag
van den vreemdeling, die hem irriteerde
of het wat spottende, welbewuste lachje
om diens kleinen mond. Hij mocht dit
type nu eenmaal niet...
Een oogenblik overlegde de recheur-
cheur hoe hij het gesprek zou inleiden
Direct met de deur ln huis vallen leek
hem tegenover dezen man niet ge
wenscht. Wat kon hij doen voor de kost?
Een zakenman was hij zeker niet; daar
voor zag hij er al te opzichtig uit en in
dat geval zou hij hem op dit uur van
den dag wol niet hebben thuis getroffen.
Wat zocht een vreemdeling ln Nederland
als hij geen zaken deed? Rentenieren?
Daar leek hij te jong voor. Bovendien
zou een Belgische kapitalist van zijn
leeftijd zeker geen kamer in een Amster-
damsch bovenhuis betrekken om behaag
lijk van zijn rente te leven. Wat was hij
dan? Kunstenaar? Journalist? Ambte
naar aan een consulaat?
Al deze vragen gingen Bartelink in
eenlge seconden door het hoofd en reeds
besloot hij om door eenlge listig gestelde
vragen te trachten Loucheur zelf te
laten zeggen, wat hij voor zijn beroep
deed, toen plotseling zijn oog viel op een
brief, welke op een bloementafeltje in j
zijn onmiddellijk nabijheid lag. Met
eenlge moeite ontcijferde hij een ge
deelte van het adres: Recherché en In
formatiebureau A. Loucheur Aha, een
collega, zij het dan een particulier... En
eensklaps herinnerde de rechercheur
zich, dat hij dit al eens meer ha 1 gelezen
in de advertentierubriek van een of an
der blad.
Loucheur was naar de rooktafel in een
anderen hoek van de kamer gegaan en
hield zijn bezoeker nu een kistje sigaren
voor, doch Bartelink dankte kort. Hl]
rookte zeer weinig. En terwijl de ander
zelf een sigaar opstak, begon hij het ge
sprek:
Ik zou u graag een paar vragen Wil
len stellen... U hebt Immers een Infor
matiebureau.
De jongeman knikte njinzaam, terwijl
hij zorgvuldig de vlam Van zijn gouden
sigarenaahsteker uitblies
Ik heb uw adres van een kennis,
maar het is niet zoo heel gemakkelijk orn
u te vinden. Ik dacht, e at u wel 'een groot
reclamebord aan de deur zou hebben...
Loucheur maakte oen afwijzende be
weging en zijn toon was niet vrij van,
eenlge arrogantie, toen hij antwoordde:
Ik heb voorloopig geen reclame noo
dig Eigenlijk ben Ik particulier detective,
maar dat klinkt nu een eenmaal een
beetje on-HoUandsch. Het woord" doet
uw nuchtere landgenootcn te veel aan
Sherlock Holmes en Geoffrey Gill den-
ken. Jtecherche- en Informatiebureau
klinkt wat eenvoudiger en wekt bllikbaaj-
meer vertrouwen. Overigens wensch lit
niet met alle mogelijke futiliteiten te
worden lastig gevallen. Echtscheidingen
en dergelijk obscure zaakjes liggen bul
ten mijn terrein. Ik houd mij alleen met
groote opdrachten bezig, liefst kwesties
van internationalen aard.
Met andere woorden, lachte Barte
link, als de zaak, waarvoor ik kom, niet
aan die eischen voldoet, kan ik wel op
hoepelen.
Pardon, u bent nu eenmaal ""hier.
Vertelt u mij dus rustig wat u op het
hart hebt. Als het geen zaak voor mij Is,
zal Ik u dat zeer openhartig zeggen.
Openhartigheid kan lk waardceren,
antwoordde de rechercheur. Ik vrees
echter, dat u mij niet van dienst zult
kunnen zijn, want het eenlge wat lk
wensch, zijn een paar Inlichtingen over
twee heeren. Zoudt u mij die kunnen
geven? i
Dat zal er in de eerste piaats van
afhangen, wie die heeren zijn!
Mr. Van Opweeghen en jhr. Ubels,
de notaris! Het ts mij bekend, dat zij
beiden u zooe^n een bezoek hebben ge
bracht.
Loucheur wierp zijn bezoeker een spot
tenden blik toe. Even scheen hij met zijn 1
antwoord te aarzelen, doch direct daar
op bekende hij: 1
U hebt gelijk. Mr. Van Opweeghen
en Jhr. Ubels hebben mij vanmorgen be-
zocht U JOent do belde heeren waar- j
schijnlijk gevolgd en het lijkt me daar-
om niet al te gewaagd te veronderstel
len, dat u een rechercheur bent. Waar
om hebt u mij dat eigenlijk niet direct
gezegd?
Bartelink achtte het niet noodig deze
vraag direct te beantwoorden. Ook hij
aarzelde even en van deze gelegenheid
maakte Loucheur gebruik om te vervol
gen: Dat u van de politie was, zag ik
direct. Polltlemenschen onderscheiden
zich nu eenmaal daarin van gewone
stervelingen, dat ze hun best doen ent
niet op tc vallen. Bovendien hebben ze
gewoonlijk Iets zelfbewusts in hun op
treden; het „ik ben van de politie" ÜB'
er 'meestal dik op.
Deze openhartigheid van zijn gastheer
ging Bartelink wel wat heel ver en lui
had dan ook moeite zijri ontstemming te
verbergen, toen hij spottend antwoord
de: Amateur detectives schijnen zich
van andere menschen te onderscheiden
door hun buitengewoon scherpen blik
Sherlock Holmes zaliger zag immers
al
aan den vorm van de vingernagels, da.
hij met een planostemmer te doen had
Overigens, meneer Loucheur, er Is voor
mij geen enkele reden om m'n beroep
voor u te verbergen: ik ben inderdaa
van de politic en het Interesseert me
weten, wat de beide ge^oönde heere
bij u kwamen doen.
Het spijt me, dat ik u daarovct m"
kan inlichten. U zult genoegen moe|\.
nemen met do mededeellng. dat hun j*
zoek een persoonlijke aangelegenheid be
trof.
-p- Kwamen zij uw hulp inroepen
parWfculler detective? hield dc rec",ct
cheur aan, maar dc ander liet zich 111
van zijn stuk brengen.
(Wordt vervolgd'