MA« l NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN Deze Courant komt in vele duizenden gezinnen Gegarandeerde oplage 8500 ex VERSTUIKINGEN KLOOSTERBALSEM ;p pXïe dancing cRegenmantels en swaggers Zaterdag 30 Maart 1940 78e Jaargang BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEUWERKERK, OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen BELANGRIJKE UITBREIDING VAN DE GOUDSCHE COURANT. Aan onze Lezers en Lezeressen DE GOUDSCHE COUR ANT VOOR IEDEREEN NEDERLAND-LUXEMBURG. Het Luxemburgsche Volkslied. ONDER DE WAPENEN. Na vier dagen Paaschverlof weer in het militair gareel. Een keuken met een REPUTATIE F. DE VRIES, AKKER'S. -rt—rn JHP i i |J i --—gr G01MIIE COURANT. ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2.25, per week 17 cent, overal waar de beiorging per looper geschiedt. Franco per post per kwartaal 3.15. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA, on te agenten en toopers, den bockhandel en de postkantooren. Onxe bureaux ijjn dagelijks geopend van 96 uur. Administratie en Redactie Telef. Interc 2746. Postrekening 48400. ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring) 15 regels 1.30, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring: 1—6 regels 1.65, elke regel meer 0.30 Advertentiën in het Zaterdagnummer 20 bijslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs. INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN: 1—4 rgels 2.26, elke regel meer 0.50 Op de voorpagina, 60 hooger. Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen bij contract tot zeer gereduceerden prijs Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van soüede Boek handelaren, Advertentiebureaux en onze agenten en moeten daags vóór de plaatsing aan het Bureau zijn ingekómen, teneinde van opnamg verzekerd te zijn. f AANJJAG 1 April a.s. zal de GOUDSCHE COURANT zijn jaargang aanvangen. Die datum wordt een belangrijk moment in het leven dezer courant. Ze zal dan een groote uitbreiding ondergaan, een uitbreiding, welke haar van een lokaal blad van zeer bescheiden omvang verheft tot een provinciaal dagblad, dat in 12, 161 en soms meerdere pagina's daags verschijnen zal met een inhoud, waaraan de edsoh van actualiteit bovenal wordt gesteld, zoowel wat betreft het internationaal gebeuren als al hetgeen in ons eigen land, in onze eigen stad en omgeving voorvalt. Een inhoud, die interessant is op elk gebied dat de courantenlezer van heden boeien kan. Meer dan drie kwart eeuw heeft de GOUDSCHE COURANT in haar beperkten vorm bestaan. Bij de ouders en grootouders van de huidige lezers was deze krant reeds de vertrouwde gast in huis. Voor die tijden was deze kleine krant voldoende. Thans stelt de huidige tijd andere eischen. De dagbladlezer van heden heeft behoefte aan meer dan de kleine krant kan bieden. Daarom mag zij en tón zijt niet blijven stilstaan, doch gaat zij over tot de uitbreiding die bij den dag van heden past. Maandag 1 April wordt de GOUDSCHE COURANT een provin ciaal dagblad, een krant, waarin ieder bewoner van de pijpen- stad en van tientallen gemeenten in de omgeving alles kunnen vinden, wat hun kan interesseeren: het nieuws uit de geheele wereld, uit eigen land en eigen streek, met tal van illustraties versierd en toegelicht. Aan stad en omgeving wordt bijzondere aandacht geschonken. Wat er voorvalt komt in de krant. En van, bijna elke gebeurtenis, welhaast elk feit van bijzonderen aard, zal een illustratie worden opgenomen. Waar mogelijk zal de krant stimuleeren datgene wat tot verbetering van bestaande toestanden of verhoudingen strekken kan. Ieders advies, iedere goede gedadite, ieders medewerking daarvoor is ons welkom. De pOUDSCHE COURANT krijgt een veelzijdigen inhoud. Ze is niet alleen nieuwsblad, met een uitnemend verzorgde beurs- pagina, m&ar ze brengt ook tal van rubrieken, die zoowel voor de lezers als de lezeressen qp zich zelf reeds van groot belang zijn. Aan de sport wordt groote aandacht besteed, mode en huis houdelijke zaken worden door speciale medewerksters behandeld, voor de jeugd wordt op alleraardigste wijze door aparte bijlagen gezorgd, onderhoudende lectuur, puzzles, een zondagsblad, waarmee men zich avonden en een regenachtige Zondag kan bezighouden, behooren mede tot de nieuwe uitrusting, waarin de GOUDSCHE COURANT gaat verschijnen. Het wordt een grootsche uitbreiding die de GOUDSCHE COURANT ondergaat. Wat tot heden, door de beperkte plaats ruimte en door de uiteraard beperkte technische outillage van het bedrijf niet mogelijk was, is heden wèl mogelijk. Een groote redactiestaf, daarnaast een grooter aap tal medewerkers en mede werksters in stad en omgeving, een volmaakt technisch bedrijf, fotografen en clicheurs staan ten dienste om onze krant te maken, wat we daarvan wenschen te maken: j 'na* tiwtdfc-'fl*®'*! (ww jan 1 MrwnrnPv» u two ra r1. r*iwt Men schrijft ons: Hoewel aanstaanden Zondagmiddag de klanken van het mooie, indrukwekkende Luxemburgsche volkslied by het begin van de iandenontmoeting in het Stadion te Rotterdam, door de beslissing van den K.N.V.B., niet door de radio in onze huiskamers beluisterd kunnen worden, zullen toch de duizenden, die op Feijen- oord zijn, het aanhooren. Voor velen hunner is deze nationale hymne Ons Hémécht een onbekende melodie. „Ons Hémécht" £s het Luxemburgsche dialect voor „Unsere Heimat": de woor den van het lied zijn eveneens in dialect. Het zou echter niet juist zijn, dit „dia lect" ook als tfkrigct" te beschouwen, wijl het in Luxemburg de gangbare taal is, welke gesproken wordt, zoowel door de betere kringen, als door het volk en de plattelandsbewoners. „Ons Hémécht" is nog betrekkelijk '„jong": den vierden Juni van het vorige jaar was bet 75 Jaar geleden, dat „Wo d'Uolzécht duréch d'Wisen zét", voor het eerst gespeeld werd door de muziek- en zangafdeeling der „Grönneschen Musik", onder leiding van den natlonalen com ponist J. A. Zinnen. Vijf Jaar vroeger werd eveneens „De Feierwon", ter ge legenheid van de inwijding van den eer sten spoorweg, dodr Zinnen en zijn trou- de „Orönneschen" voor de eerste maal gespeeld en gezongen. Hierbij waren toen o.m. aanwezig stadhouder Prins Hendrik der Nederlanden en diens gemalin Prin. ses Am alia. Het zijn vooral de Onafhankelijkheids leesten in 1939, den 23 en 24 April, ge weest, welke duidelijk aan 't licht brach ten, dat „Mir wolle bleiwe, wat mir sin" en „O Du de newen den seng Hano", als pet ware tot een politiek „Vaterunser" der Luxemburgers geworden zijn, nie mand uitgezonderd. Het Luxemburgsche volkslied symboli seert de apotheosé der Luxemburgsche vrijheid en hét vormt één geheel van de vaderlandsliefde en onafhankelijkheids zin van de bijtó driehonderdduizend be woners van het Groothertogdom; eigen schappen, zoo sterk ontwikkeld bij dit sympathieke en gemoedelijke volk. Men heeft de scheppers dezer liederen, Zinnen en M. Lentz, verleden jaar ge- eerd; de „Fanfare Royale Grand-Ducaie" en de „Union des Sociétéé de Musique de ia Ville, de Luxembourg", gaven toen bij het standbeeld Dick-Lentz, op Zondag li Juni, een uitvoering, daardoor eerende de beide pioniers der onafhankelijkheid, voor wat. betreft taal en muziek. Tevoren, op Zondag 4 Juni, was des ochtends op het kerkhof „Notre Dame" een hulde ge bracht, gevolgd door een plechtigheid bij het Amalia-standbeeld. Enkele weken later, op 20 Augustus, zijn toen de groote lhoofdf eestelij kheden ter gelegenheid van dit 75-jarige jubileum in de stad Luxemburg gehouden. ONS HéMéCHT. Wo d'Uolzécht duréch d'Wisen zét Durch d'Fielzen d'Sauer brécht, Wp d'Rief lanscht d'Musel deftég blét Een Him mei wein ons mécht; Dat ass ons Land fir dat mer gef Heiniden alles wo'n. Onsf HéméchtslaiKj, dat mir so def an ïn Heirzer dro'n Onst Héméchtsland, tót mir sa def an ousén Hierzer dro'n. DE FEIERWON. De tekst van „De Feierwon" van M. Lentz, is de volgende: De Feierwon dén ass berét E peift durch d'Loft a fort et gét, Am Dauschen fwer d'Strasz fun Eisen, An hiegêt stolz den Noper weisen; Dat mir num och de wêhufont Züm ewég gresze Felkerbond! Kommt hier aus Frankreich, Belg: Péelsen Mir wellen iech ons Hémécht welk Frot dlr no alle Belten hln, We mir e so zelrlde sin, Frot dir no alle Beiten hin, We mir e so zefride sin! Gesprekken tijdens het koffie- kwartiertje. (Van een gemobiliseerden verslaggever). IN de keuken, waar de koks al weer bezig zijn met rats, kuch en boonen, en waar geweldige stoomwolken ontsnap pen uit de 300-liter ketels, vinden wij elkaar op dezen eersten werkdag na de Paschen, zoo tusschen tien uur en half- elf, terug. Bij het morgenappél, om haif- acht, diverse knapen wreven zich vanwege de „laatste reisgelegenheid" den slaap nog uit de dikke oogen bleek er weinig lust tot conversatik te bestaan, en bepaalde het discours zich tot het gebruikelijke „Pleizierig verlof gehad?", waarop eigenlijk geen antwoord van noode is, want verlog is a 11 ij d pleizie rig. Maar nu de eerste lesuren achter den i Grand Café Restaurant „ter GOUW" Danst, Luncht, Dineert in beschaafde omgeving Orkest o. 1. v. Dansleider WGRUNDER VANTIJN Aanbevelend, Internationaal Restaurateur. vdi. Bedrijfsleider Grand Hotel CoomaiLs, Rotterdam". rug liggen, en we ons na vier dagen van burgerlijk leven weer zoetjes aan in 'het militair gareel gewend voelen, komen alle trouwe koffieklanten het hoofd even binnen dé schuifdeuren van de keuken steken: „Ha, Theo, is de koffie al bruin, of staat Je hoofd er nog niet naar?" De chef-kok stelt ons gelukkig niet te leur, en binnen enkele minuten zitten we allemaal, of we nooit weg zijn ge weest, op of om de ruwhouten tafel, slobberen geweldige hoeveelheden koffie uit geëmailleerde kroezen en bezorgen een van de bijkoks, die een druk handel tje drijft in gevulde koeken, sprits, ap peltaart, cocos-macronen en TJoklatree pen, een degelijk handgeld. Daar zitten we weer, inderdaad alsof we nooit weg geweest waren! De tweede lult, op zijn krukje, kauwt met smaak de appeltaart, waaraan hij verslaafd is, de twee capitulantjes, die allebei hevig sol- llclteeren naar den psycho-technlschen dienst, kwetteren als twee parkieten ovejr 'een geweer, dat „hoog links draagt", df lange sergeant van de verbindlngsafdee ling toont zijn collega de twee seinlamt pen, die hij In zijn vrijen tijd in elkaar fabriekte, onze „roodborstjes'', de twee sergeants van de school voor reserve officieren, die tijdelijk de schoolbanken voor den troependienst verwisselden, Houden zich bescheiden op den achter grond en nemqn genoegen met een zit plaats óp de lichtelijk vette toonbank. Clgaretten doep de ronde, pijpen wor-j den gestopt, blauw kringelt de rook om hoog, leege kroo/ien worden nog' eens ge vuld, flarden van gesprekken vliegen over en weer; w»e zijn, al klinkt het mis- Vlotte modellen in betrouwbare stoffen Prima pasvorm. Lage prijzen! schien wat tegenstrijdig, weer heelemaai ingeburgerd in ons militair maatschap pijtje. „Hoe was het thuis?" „Jongens, vertel eens, hoe was het thuis bi) moeder de vrouw? Veel eitjes gekraakt tijdens de Paaschdagen?", in formeert de luitenant. Nou, daar komen de heeren los. Het Paaschverlof blijkt een grandioos verlof te zijn geweest, geweldig van omvang, van weersgesteldheid, van eten en drin ken, fenomenaal wat huiselijkheid en ge zelligheid betreft. „Ik htb twee dagen lang in mijn tuin tje gewers.»", zegt peinzend de sergeant der mitrailleur-afdeeiing. „Heelemaai de zaak omgespit eerst, toen wat eenjarige planten er in gezet, de heg gesnoeid, de klimroos opgebonden en bijgesneden. En de seringen, Je kunt me gelooven of niet, zaten nu al vol met bloemknoppen..." De capitulanten, ongehuwd beiden en nog zeer jong van jaren, blijken hun vermaak in geheel andere richting ge zocht te hebben, en bevolkten diverse Paaschbals, terwijl ze dq- overige uren vulden met fietstochten door de stlcht- sche dreven, waarbij ze zich lieten ver gezellen door, indien wij hen tenminste gelooven mogen, een uitgezochte schare van jonge dochteren, die zij, in het jar gon dezer dagen, zonder onderscheid met „móórd-grieten" betitelen. Maar de stille sergeant van de P.A.G., lichting 1924, die in een hoekje zijn kof fie slurpt, voelt voor dit frivool gedoe een lichte minachting. „Die Tweede Paaschdag", zegt hij, „zal ik niet gauw vergeten, 's Morgens heel vroeg zijn we er al op uitgetrokken, mijn vrouw, de twee kinderen en ik, wij op de fiets, de kleintjes achterop, naar de dui nen en de zee. Ergens in een beschutte duinpan, uit den wind en in de zon, heb- De spieren zfjn plotseling gerekt en uit hun verband geweest. Geef die spierver- rekklng rust door een goed verband met flink Kloosterbalsem erop en vernieuw dat dagelijks. Na eenlge dagen zacbtjes met Akker's Kloosterbalsem masaeeren en dAn zult Ge er spoedig niets meer van merken. Akker'sKlooeterbalrem I» 'nldeaalwrlif- en massage-middel legen splerverrekklngen. Kloosterbalsem heeft de bijzondere eigen schap diep In de weefzele te dringen en daar soepel mskend en lenigend te werken op de spieren die aangetast en et Of z(Jn. Daardooronorertroffentegenrheumatlsche pijnen, spit, spierpijnen, stramheid enz. pot van 26 Gram 0.621/* pot ran 60 Gram IL04

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1940 | | pagina 1