SPEELBROEKJE
rw
I
I
K1NDERKLEERT JES
voor kleine zus
Kamerplanten
FiÜ
Goede manieren
Zoowel sportieve
als gekleede japonnen
vragen de aandacht
i
Net een snoezis
jumpertje...
4 JUNI 1940
No. 493
Gehaakt of gebreid
voor vensters
zonder zon
ik
•24
T
In hoofdzaak het gevolg
van een vriendelijk hart
Wenken en raadgevingen
r oi D
VERGOED
Maar 't is een vestje!
BIJVOEGSEL
VOOR DE DAMU&
Nu" zusje gaat toopen ze is ook
al buna anderhalf- jaar krijgt ze
een leukpofbrookje, waaronder ze
oude en te jcort geworden jürkjes best
kan afdragen. Wie kan haken, haakt,
het en wie meer een hobby heeft voor
breien, kan het breien. De tailleband
en de schouderbanden worden dan in
gerstekorrelsteek gebreid, dit is één
recht één averecht en bij de volgende
naalden wordt er voor gezorgd, dat
recht boven averecht en averecht bo
ven 'recht komt.
Van papier knippen we het patroon
op de juiste grootte na. We beginnen
dan te haken of te breien onderaan,
bjj het kruis. Zijn alle deeltjes klaar,
dan worden ze gestreken en aan den
verkeerden kant aan elkaar genaaid.
De tailleband en de schouderbanden
worden met steken in helle kleurtjes
versierd, zooals op de teekening is te
zien In de schouderbanden word\ aan
,het eind een knoopsgat irtgewerkt.
De steken, welke we bij b r e i-
werk gebruiken zijn gerstekorrel
Voor de banden, zooals reeds werd
gezegd én heen recht, terug averecht
voor het broekje zelf.
Bij' haken beginnen we op het
eind lossen, dat we als opzetsel heb
ben gemaakt, dadelijk met een toer
stokjes. Dan een toer vaste steken,
vervolgens weer stokjes. We kunnen
échter ook zóó, werkenom beurten
één stokje, één vaste en we zorgen
dan bij den volgenden foer ervoor, dat
de vaste het voorgaande stokje
komt en liet stokje op de voorgaahde
feiste. V"
Het broekje kan van wol worden ge
maakt dan hebben we rioodig onge
veer 80 gram maar evengoed kun
nen we er katoen voor gebruiken, dat
in allerlei aardige-wasdhechte kleuren
te verkrijgen is. Het heeft dan het
TOordéei, dat het zelfs na verscheide
ne keeren wasschen nog niet leeljjk
wordt.
Zoo'n leuk pofbroekje is niet veel
werk en het staat de kleintjes aller
liefst.
Hieronder het knippatroon van het
jpeelbroekje
Figuur I dubbelgevouwen roor- en
achterpand, 2 maal haken
Figuur II heljt voorband, waaraan het
broekje wordt gerimpeld.
Figuur lil helft achterband, waaraan
het broekje wordt gerimpeld.
Figuur IV helft stukje tusschen
schouderbanden.
Figuur V schouderbanden". 2 maal
haken
-0*
't
i'/i
O
trqpr
Het is geen dame!
Met deze vier woorden wordt vaak
oen oordeel over iemand uitgesproken
on heel vaak is dat een vernietigend
oordeel. Wie is een dame en wat is een
dame? Maar al te vaak wordt bij het
begrip „dame" aan een bepaalde maat
schappelijke positie gedacht. Ten on
rechte. Men kan dame zijn in het een
voudigste huis, in de eenvoudigste klee-
ren, men kan géén dame zijn, ook al
woont men in de mooiste villa. Dame
zijn heeft met het uiterlijk of met maat
schappelijke positie weinig of niets te
maken, dame zijn is een uiting van een
aristocratischen geest.
Toen we kinderen waren, leerden we
dat een .„dame" waartoe onze moe
ders ons in ieder geval wilden opvoe
den altijd een schoonen zakdoek had
on dat zij 's morgens haar nachtjapon
keurig opvouwde, zonder dat het haar
ieder oogenblik .opnieuw behoefde te
worden gezegd. jDe meesten van ons
rijn ondanks al deze pogingen nog altijd
ceen dame, want tij hebben uitgevon
den, dat het veel practischer èn hygië
nischer is een nachtjapon overdag op
te hangen!). We leerden verder, dat we
ons haar moesten doen, vóór we onze
lapon aantrokken! En dat we ons slaap
kamertje altijd zóó netjes moesten hou
den, dat de Koningin in hoogst eigen
persoon er op ieder uur van den dag
kon binnentreden. Voorts, dat we nooit
t zonder handschoenen de deur mochten
uitgaan, in den letterlijken zin van het
woord, want de handschoenen moesten
aangetrokken zijn voor we de buiten
deur open maakten en ons vertoon
den. i
Ook hier geldt andere tijdèn, andere
zeden. En ook: andere landen, andere
gebruiken. In het Tsaristische Rusland
gpld het volgende kenmerk voor een
dame: Een werkelijke dame heeft
het nooit koud, omdat zij eraan gewend
is. hoe het weer ook is, lederen avond
.•e* zeer gedécolleteerde avondjapon te
dragen.
Oft alles zfjn rein of meer uiterlijke
teekenen De innerlijke veranderen
iet zoo veel, in welken tijd men ook
leeft. Hebt u altijd, al wordt u nóg zoo
getroffen, dit in stilte
verwerkt? Zoo ja, dan bent u eed dame.
Bént u altijd beleefd en vriendelijk
tegenover personeel en allen, die iets
voor u doen, of het nu uw dienstmeisje,
een kruier of een schoenpoetser is? Of
slaat u. wanneer U tot hen spréékt, een
anderen toon aan, dan wanneer u het
tegen uw vriendin hebt?
Laat u een gast uw tuin zien, zon
der haar ook maar één bloem aan te
bieden? Zoo ja, dan bent u géén dame
Denkt u er ook wel altijd aan, om eerst
naar de kinderen van uw bezoekster of
bezoeker te informeeren en niet aller
eerst met verhalen over uw eigen kroost
aan,te komen?
Bent u in staat om uw gevoelete te
verbergen, als er een onverwachte gast
komt, die u niet sympathiek is? Blijft
u dan de vriendelijke charmante gast
vrouw? Want een gastvrouw, die dame
is, laat van eenige onaangenaamheid
niets bemerken. Een gast, daartegen
over, die dame is, veroorzaakt geen
onaangenaamheden.
Noemt u, steeds weer opnieuw, de
menschen bij een verkeerden naam?
Zegt u mevrouw Jansen tegen mevrouw
Smit en mevrouw Smit tegen mevrouw
Jansen? Zoowel mevrouw Smit als
mevrouw Jansen zullen dit niet pret
tig vinden. Het geeft een gevoel van
niet ten volle mee te tellen, als een
ander nog niet eens in staat is onzen
juisten naam te onthouden. En men
krijgt ook den indruk, dat het u heele-
maal niet kan schelen, of u nu mevrouw
Jansen of mevrouw Smit voor u hebt.
Nog iets anders. De brief van een
dame begint nooit met „ik". Het is een
uiting van egoïsme een ander woord
voor sledhtgemanierdheid om niet te
beginnen met iets. datrie(n) ander be
treft.
Een dame zal verder, als zij bemerkt,
dat zij ongelijk heeft gehad, dit eerlijk
erkennen. Dit laatste is wel een zeer ge
makkelijke zelf-contröle. Een Dame
maakt ook nooit veel drukte over Tets.
dat is gebeurd. Zij bHjft onder alle
omstandigheden kalm en behoudt
haar waardigheid.
Een dame wondt evenmin ooit de ge
voelens van andere menschen. Goede
manieren rijn lang niet altijd het ge
volg van een goede opvoeding, maar ln
hoofdzaak van een vriendelijk hart.
Planten met vroplijke, fleurige bloe
men of mooi gevormde en gekleurde
bladeren maken iedere kamer gezellig
en aantrekkelijk. De huizen, waarin
we geen bloeiend plantje aantreffen,
zijn zeldzaam. Doch vele menschen
hebben te kampen met de moeilijkheid
dat juist de kamers, waarip zij graag
planten zouden willen hebben, weinig
of heelemaal geen zon krijgen. Dat is
lastig, maar vormt tochjjeen onover
komelijke moeilijkheid. >Er ïijn ook
planten, die geen zon kunnen verdra
gen en niettemin groote sierwaarde
bezitten. Deze soorten zijn natuurlijk
ideaal voos; ons doel. Toch. dienen we
altijd voor oogen te houden: licht heeft
iedere plant noodig. In een kamer
zonder zon moeten we de bloempotten
dus zoo dicht mogelijk bij het venster
plaatsen.
In de eerste plaats is er dan een
mooie hangplant. de bekpnde T r a-
d e s c a n t i a, die een aardig effect
maakt 'in een hanger, maar ook op
een hoekje van een bloementafel of
in de vensterbank kan wordefi gezet.
De lange ranken met de vele groene
blaadjes hangen dan sierlijk af. Er
bestaan ook wit gestreepte en rood
bonte variëteiten. Deze gemakkelijke
kamerplanten gaan verkleuren, wan
neer zij te donker staan. De oorspron
kelijke groene kleur komt dan weeg
terug.
Hébben we eenmaal een Tradescan-
tia gekocht, dan kunnen we het plantje;
gemakkelijk stekken. We nemen'
hiertoe kopseheuten en planten er
eenige in een bloempot, gevuld met
een niet te zwaar grondmengsel. Deze
sttdMps zullen heel gauw aan den groei
ga™ en "Wc geven ze dan om de twee
weken wat opgelósten kunstmest.
Ook de Ster. van B e t h e-
li e m, die van Juli tot in den herfst
prijkt met tallooze witte of paarse
sterretjes, is eén plant, welke gemak
kelijk zonder zon groeit.
Alleen moeten we haar een saste
standplaats geven en regelmatig be
gieten Bij groote warmte zelfs twee
maal per dag, terwijl ook de uitge
bloeide bloempjes voortdurend moeten
worden verwijderd Dit bevordert den
bloei.
Impatiens Sultatui. 't ouderwetsche
,,V l ij t i g e L i e s j e" mogen we
ook niet vergeten Dit plantje met
de doorschijnende, breekbare stengels
vraagt veel water, maar brengt dan
ook een enorme hoeveelheid rose en
oranje bloempjes voort gedurende bij
na het geheele jaar. In een fleschje
water kunnen wc zeer gemakkelijk
stekjes van het ..Waterbalsemientje".
zooals het ook wel wordt genoemd,
kweeken
Ook het Moederplantje met
de rose, zachtbehaarde blaadjes en
de vele ranken, waaraan jonge plantje
ontstaan, gedijt zonder zoi) goed
Verder mogen we ook de v a r e n l
niet vergeten. Geen enkel lid vandeze
uitgebreide plantenfamilie groeit goed
in de zon; wel is volop licht hier
weer" een vereischte
I
i
I
We kjimien de damesjaponnen altijd weer in twee
hoofdtypen verdeden, de meer sportieve en Ue ge
kleede modellen, die resfi. voor 's morgens gn 's mid
dags bestemd zijiv, Voor hel eerste genre komt het
shirt-type in aanmerking, waaraan tevens een sportief
karakter wordt verleend door de keuze der stoffen en
de zeer sobere garneering De halsafwerkiny geschiedt
door een 'reverskraag of dooft een smal bp bi kraagje,
terwijl gesteven witte boordjes het allernieuwste zijn.
Zakken ziet men in alle mogelijke modellen en in'
verschillende grootten, het buidelmodel met oytge-
'knpopten overslag wordt veel toegepast, dioch men ziet
ook hi ai. tra t minder gecompliceerde zakjes in alle mo
gelijke vormend
De sportieve japonnen hebben zeer eenvoudige rok
ken. waarbij de onderwijdte u ordt verkregen door ge
deeltelijk opgestikte plooien of schuin geknipte zij
naden Ven enkele maal ook door bajien.
De variatie van modellen in het meer g e kik e de
genre is aanmerkelijk grooter. niet alleen omdat
men een grootere vrijheid heeftf u a( betreft het toepas
sen van/allerlei gafiieeritlgen, doch men minder ngn
strenge lijden gebondJn
CorSelet-ef fecten handhaven rich Hog Ultijd Zij doen
de aansluitende taillelijn alle rechi wedervaren. Het
pfinsessemodel leent zich bijzonder goed voor minder
slanke figuren. Ntguw zijn de japonnen, waarvan het
gladde bovendeel met knoopsluiting mujdenvoof) met
een scherpe punt op den rok wordt gestikt
Moesjes in allerlei groptte en kleuren blijven, eren-
als streepdessin*. de aandacht vrigen Ook ruiten laden
zich met verdringen. Hoe geslaagd een geruit jajion-
netje kan zijn, geeft het reckter-model te zien. gemaakt
van een donkerblauw-icitte ruit en gecompleteerd door
een batisten-blouse Het breede middenstuk en de bo
lero maken dit model eve ruw t slechts geschikt rao
slanke figuren f(
Links boren een linnen rok e. dat een 'klokkende
onderlijn te zien geeft en'voldbe'nde bewegingsvrijheid
biedt om te wandelen en te fietsen Hef jakje aan
de voorzijde niet schulpgn afgewerkt, her sluif
kngpyie' Ook voor In!Ie. dupe" leent rtc'i zoo'n rn<rv
tVltje. wan neehet van wollc 'co-df gemankt, b
bleu of wijnrood met vergulde knoopen
Voor warme dagen zal "en een groote plan's
wordetot gekend, o.a in wit e'. pastelkleuren, tenm
tails up uil de 'gewenschte r r;s.-c g
fleurige
brengen
Heel bekend, maar dar. ook bijzon
der mooi is de Begonia R e x
of Bladbegonia n l haar groote
dieprooAe hartvormige bladeren. w .k
grijsgemarmerd zijn en daarenboven
nog een zachte beharing bezitten, die
dt- aantrekkelijkheid van deze fraaie
bladplanJjAT groot
Mift/ooi^' als we geen speciale
soorten wenschen te kcjopen. kannen
we een zonloós venster opvroolijken.
Kamerplanten, die wel zon behoeven,
kunnen we bij het. aanbreken van den
bloeitijd ook daar plaatsen De bloe
men komen dan toch en biijveh door
gaans veel langer mooi.
Noor handige huisvrouwen
Als men eer moóien kelfbinder
heeft, die wat smoezelig is geworden
en'men wascht hem. dan gaat de voe
ring altijd ..op een touwtje" zitten
Dit kan men voorkomen door eerst
heelemaal fh het rond een rijgdraad
door de das te haler).
De da-. wordt koud ge wasschen én
half nat opgestreken, daarna wordt
de rugdraad: verwijderd. De das is
dan v »*r als nieuw.
Men zegt wel eens elk dubbeltje-
keer ik om, eer ik het uitgeef, maar
wij willen nu eens een variatie hier
op geven. We keeren ieder stuk, dat
we eigenlijk wilden afdanken om, voor
we het in de lorrenmand gooien. En
dan willen we enkele voorbeelden ge
ven van de doelmatige kinderkleeding,
welke we kunnen vervaardigen van
oude onderbroeken, welke op 'verschil
lende plaatVn zijn versleten. Natuur
lijk dienen we hierbij zorg te dragen,
dat de versleten deelen gr afvallen en
ook dunne plekjes moeten worden ver
meden.
We nemen een oud hemdje van een
van onze kleuters en knippen dat uit
elkaar; dit is dan een goed patroon.
Het oude, goed gewasschen ondergoed
wordt plat op een tafel gelegd en nu
gaan we passen en meten, hoe de kin
derkleeding eruit te krijgen is.
Den hals en de armsgaten festonnee-
ren "we om met een draadje gekleur
de zijde of katoen. We kunnen er zelfs
als we veel tijd hebben, een aardig
kantje aanhaken. Voor de heel kleine
kleuters halen we er een -gehaakt
koordje door, zoodat we het halsje kun
nen inhalen. Allerlei aardige varia-
2
ties zijn er zoo te maken.
pok kunnen van oude onderjur
ken heel goed onderkleerljes voor de
kleintjes worden gemaakt We gebrui
ken dan altijd een oud kleedingstuk
als patroon. We "kunnen het van pa
pier nakmppen. dan hebben we meteen
een patroon bij de hahd, dat we altijd
weer kunnen gebruiken.
Oqk oude overhemden, die meestal
alleen sterk aan den hals op de borst
of onder de armen geslpten zijn, heb
ben meestal heel goqde stukken, die
we voor kinderjurkjes e.d. kunnen ver
werken.'
Tricot naaien brengt nog al eens
moeilijkheden mee, daar we vaak last
ondervinden van het rafelen of het
zakken van de steken. Dit kunnen we
voorkomen, door, terwijl we stikken,
onder den naad een strook stevig pa
pier mee te naaien, terwijl we er
voor moeten zorgen, de stof onder het
verwerken steeds zachtjes mee te rek
ken. Hierdoor voorkomen we, dat de
kledingstukken .op de paadjes gaan
lostornen. Na het doorstikken verdient
het aanbeveling de naden open te
vouwen en de rafelkanten om te wer
ken met een flanelsteek of met een
overhandsch naadje.
w
Het lijkt, als ge het onder het jaSjè
tan uw mantekostuum aan hebt. pre
cies een snoezig modern jumpertje
van heel fijne wol, 'dat hoog aan
dm hals sluit, me-r in waarheid - hc-
geen ge in uw jas-uitsnijding dfaagt
niet anders dan een aardig klein vest
je met' een rechtopstaand kraagje
u weet wel, zoo'n kleine col dat
ge zelf heel vlug en misschien zelfs
zonder kosten, omdat ge er* wolres
tanten voor hebt kunnen gebruiken,-
hebt gemaakt.
Gebruiken we er woi voor, van de
dikte van koordwol, dan zetten we op
naalden nr. 2 en een half ongeveer
70 steken op. Is de wol, dunner, dan
.'ijn het er natuurlijk meer. We kun
nen het vestje naar verkiezing natuur
lijk 'ook breeder maken. Gebruik voor
den onderrand van het vestje in ieder
geval eVn steek, die niet krult, zooals
een riboel of een klem blokje. Hebt
ge een iandje, dat breed genoeg is,
dan 'kunt ge het vestje verdér in iedef
gewenscht patroontje breien, maar
ook geheel glad (één toer recht, één
toer averepht). Vooral wanneer ge er
streepjes in wil verwerken, is dat wel
het meest geschikt.
Maak het vestje ongeveer 30"c.m.
lang (even meten bij uzelf, wat de
juiste lengte moet zijn) en breng er
dan een halsuitsnijding in aan, zoo
als ge gewend zijt te doen bij het
voorpand van een gewonen jumper,
maar maakidie uitholling vooral niet
te diep, warftdit vestje moet eindigen
bij het kuiltjevan uw hals.
Is dat gereed, dan gaat'ge het rechte
reepje opzetten, dat uw kraagje
zal vormen. Meet dei; omtrek van uw
Ijals en bereken daarnaar het aantal
-steken, dat ge zult opzetten. Meestal
kunt ge, bij gebruik van koordwol of
wol van gelijke dikte ea naalden nr.
2 en een half, steken per 2 c.m.
rekfenen Brei dit boordje nu ongeveer
3 c.m. hoog, gebrtuk er, als patroon,
1 recht, 1 averecht voor. Eerst perst
ge beide onde'rdeelen van uw frontje
luchtig op. dan hecht ge ze aaneen
en voorziet dg losse uiteinden van uw
kraagje van een knoop en lusje.
Het spreekt vanzelf, dat het kraagje
precies in het midden aan de hals
uitsnijding van het veststukje wordt
genaaid en van achteren aluit. Wan
neer ge wat bang voor „opkruipen"
van het vestje bent, kunt ge aan de
twee onderpuntjes nog een, elastiekje
naaien, dat achter uw rug omloopt
en het in ieder geval op de goede plaata
houdt.