De drie broers rsvisite Met hun drie verschillende wensen Invulraadsel t Gevecht tussen Boef en de slang De drie broers _r- aarzelden geen ogeablik.Ze bol den neer hun huis, grepen een bijl, een riek, een knuppel en ren den, daarmee gewapend, den ruiter tegemoet. De enige goede keus OPLOSSINGEN^ de raadsel» uit hei vorige nummer'; van hier naar de plaats, waar gij mij hebt geholpen in mijn strijd tegen de wolven. Een aantal runderen, schapen en paarden zult ge bezitten -en alle werktuigen, om het land te bebouwen Toen zag hij allen beurtelings aan en vroeg Zijt ge tevreden 7 De drie broers konden bijna niet spreken van geluk. Nog vóór zij van hun opgewondenheid waren bekomen, waren de gast en zijn begeleider reeds weer spoorslags vertrokken Een vreemde tijd brak nu aan. De oudste broer en de middelste ver lieten hun geboortehuis, om zich naar de stad te begeven en van daaruit hun toekomst-op te bouwen. Met tranen in de ogen nam de jongste afscheid van hen en wenste hun zegen op hun werk. De oudste nam zijn prachtige koop vaardijschip in ontvangst en zeilde naar verre landen; de ander kreeg zijn paard en trok, in een prachtige wapen rusting, aaD het hoofd van zijn man schappen naar vreemde gewesten, waar het land moest worden veroverd. De jongste bleef alleen over. Een gtoo^. aantal schapen, koeien en paar den wet#' hem gebracht en hij kreeg een uitgebreid stjgc land in eigendom. Hij kreeg het Bu zeer druk. Hij nam een aantal knechts in dienst en nu zette hij zich aan de arbeid, om het land tot volle bloei te brengen. Hij voelde zich gelukkig en werkte zelf harder dan één van zijn knechts. Lang zaamaan werd het land rijk en bracht gocte oogsten voortde veestapel ver meerderde en zijn runderen wérden bekend in het land als de beste. De jongste werd een welgesteld man, die met voldoening op de vruchten van zijn arbeid kon neerzien Nimmer had hij spijt van zijn keus. Horizontaal en verticaal komt# J zelfde woorden 1. een aap. 2. roofvogel. 3. dier dat in Afrika leeft. De letters, die gebruikt worden zjju 5 x a„ 2 x d, 2 x e, 2 x f, 1 z x i, 2 x l, 1 x m, 1 x n, 3 x r. Dit is het aantal voor horizontaal jf verticaal. Voor beide geldt dus 2 j, hierboven gegeven aantallen. deling,' die in de sneeuw lag en hielpen hem overeind. Hij was niet gewond, maar verdoofd door zijn val van het paard. Ze zetten, na veel moeite, ook het bevende paard op zijn benen en zo trokken zij naar het huis. •g 'zaeppB -g '[ijpueui "t 3insso|do No. 1. Ik ben heel mager en ik schuur Mijn kop tegen een zwarte muur; Dan word ik qijdig en ik blaas Een hete vlam, met veel geraas. Daarmee heb ik mijn plicht gedia Maar moet, och armgelijk vergia No. 2. AAAOIRRBPM Welke stad is dit ais men de lettoa omzet T Kamraadsel. Op de drie punten nè boven naar onder komen, van links sia] 1 rechts een dier, een-hoen, een soort schip, ts been uit de borstkas. Op de zeven bovenste punten, hot zontaal gelezen, komt de naam van ta stad in Noord-Holland. No. 4. Van twee broers is de een groot en dl ander klein. De eerste loopt altijd vlug de ander langzaam. Toch zou men kt desnoods kunnen stellen met den klein; doch nooit met den grote alleen. Wé zijn die twee No. 5. Neem twee gelijkvormige lichaansj delen en keer die om, dan krijzjcw naam van een berucht Romeinxlieizerl 1. As-auUent, assistent. 2. Era meladeü oAoEaAaEo j kpMmtsDnk 3. Pa-ra-sol, parasol. 4. Hout-worm Vlieg-wid I Lint-zaag Rij-tuig j Tuin-huis Nood-zaak j Veer-man Oor-bel j 5. Het jongetje heettePieter j Johannes. Mfu-jolijntje heeft visite: ''Zeven meisjes bij elkaar. Het is feest bij Marjolijntje, Zij werd heden negen jaarl Zij zit achter haar serviesje; In de pot zit echte thee! Van het trommeltje met kaakjes Delen allen eerlijk meel Marjolijntje vult 'de kopjes Telkens weer... ze zijn maar kleinl En de gastjes babbelen samen, Of het echte dames zijnl Marjolijntje's poppenkinders, Met haar mooiste kleertjes aan, Zijn bewonderd en geknuffeld En van hand tot hand gegaan... Maar wanneer de klok 5 uur slaat. Komt een einde aan het feest. De vriendinnen nemen afscheid; 't Is een fijne dag geweeèt! Marjolijntje ruimt 't servies op, Wast de vaten, keurig net. En dan gaan de poppenkinders Allemaal heel zoet naar bed! en groot schip hebben

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1940 | | pagina 6