HOE 'NSCHILDER ZIJN VROUW VOND
O
m
Ji
m
m
m
m&msM
mm
3
X
m 11D
iflia
Hoe een schilder zijn vrouw vond
Oorzaak: Een vergeten bril
mi
ONDER LEIDING VAN Dr. MAX EUWE OUD-WERELDKAMPIOEN SCHAKEN
t
plf
Hf
Goede oplossingen
I
DAS zat In zijn tuin en schilderde „een
zoriier", een bed gele leeuwenbekje»
voor een diepblauw meer, hel van
kleur, met er tgoven zwierige witte wolkjes
tegen -een azuren hemel.
Be brievenbesteller deed het tuinhek open
•n zeidet
Er is post voor u, mijnheer Das!
Bat schoot zijn door de zon verkleurden
«troohoed wat naar achteren en las:
Beste DM,
Opdat je niet heelemaal in je een
zaamheid verwildert, stuur ik je mor
gen een vrouw. Zij ziet er aardig uit,
it goed bij heelemaal geen dom
gansje en heeft, na al hetgeen zij
heeft doorgemaakt, wat afleiding noo-
- dig. Financieel ie zij zelfstandig en ze
poet uitstekend bij jou. Wees vriende
lijk en goed voor haar e» zorg dat je
om te* uur precies bij de autobus bentl
Ik heb haar verteld, hoe je er uit ziet.
Zij ie zelf middelmatig lang, stank,,,
enfin je zult het wel zien.
Trek niet je zwarte lakschoenen aan
en iaat je te nauw geworden jacquet -
thuis. Plak je haren niet zoo prozaïsch
op ja schedel vast, maar zorg, dat je
er ongeveer zoo uit ziet, als men zich
voorstelt, dat Das er uit ziet, als men
Zijn schilderijen heeft gezien.
Hartelijke groeten,
PJt. Vergeet je bril niet/
Jan
schouderophalend en mopperend zijn ezel
weggeborgen, aardappelen geschild en gebak-
koffie gezet, de vaten gewasschen, de
gevoerd, de jonge slaplantjes bego-
voorzichtig den brie! uit den
aald «n ernstig tegen zichzelf
Vriend Jan heeft gelijk.
.Zoo ging het niet langer, er moest een
in het huis zijn, die hem de kleinig-
die men de beslommeringen van het
leven ploegt te noemen, uit han-
tfit de bestoven grijze autobus stapten grijs
coachen. Das kon ze zonder bril
■kderscheiden. Toen de reizigers
waren gegaan, bleef een klaar-
vrouwelljk wezen achter. Das vatte
moed, ging naar de „vrouw" toe en stelde
zich voor.
O» begroeting was niet enthousiast. De
Jongedame «oor zoover hij kon vaststellen
W«s tij middelmatig lang en slank keek
zoekend wflttch heen. Toen vroeg zij:
WaarTe hier eigenlijk het KurhausT
Kurhaus...T
Das aarzelde even, daarop bracht hij
i nooit overhaasten de vree»-
het Kurhaus, waar de dam»
doch koel afscheid van hem nam.
Den langen weg naar huls had hij het <a>-
iete verkeerds te hebben
nóg was het niet te laat.
wat hij thans lead
Met al zijn kracht
volgenden morgen
aan den méér-
kijk je
e, liet
het kippenhok en zei niet zonder- bijbedoe
ling:
Dit alles staat te uwer beschikking!
Maak er gerust gebruik van, zoo vaak u
wlltl
En zü maakte er in het vervolg druk
gebruik van. Dagelijks. Onophoudelijk. Zij
ging, een zwarten bril op den neus en flink
ln de crSme gezet, eiken dag in den zoraiigen
tuin liggen, ging zwemmen in het meer,
waaraan Das' tuin grensde, rookte zijn siga
retten en dronk zijn likeurtjes of vermouth
met spuitwater in het koele buitenhuisje, liet
hem de mooiste kroppen sla plukken, die hij
ook nog voor haar mocht schoonmaken en
toebereiden...
Alleen van de keuken maakte zij geen ge
bruik.
Inplaats van alleen voor zichzelf, kookte
Das nu voor twee menschen.
Zij heeft afleiding noodig, zij heeft zóó
veel meegemaakt, zei Das tegen zichzelf.
Zou zij me nooit eens het een of ander
vertellen? Tot nu toe wist hij zoo goed als
niets van haar.
Dom Is zij zaker niet, dacht hij, Jan
ia op dat gebied een kenner en die had ge
schreven, dat zij „goed bij" was. Bovendien
was zij niet onknap, zqpaiz ze daar lag, door
de zon gebruind. Ën zij knapte zienderoogen
op.
Van werken was natuurlijk geen sprake
meer sedert zij er was. Jan schreef, dat
zij zoo goed bij hem paste. Bedoelde hij
daarmede, dat zij hem tot werken kon bren
gen, dat zij iets van het vak verstond?. Hij
nam haar op zekeren dag hij deed dat
slechts zelden mee naar zijn schilderijen.
De uitwerking was verbluffend. Das had het
meer met zijn weelderig begroeide oevers
geschilderd. Mary Martens wierp een vluch-
tigen blik op het schilderij en begon toen
hevig te lachen, onbedaarlijk te lachen.
Wat vindt u zoo belachelijk aan dit
doek? vroeg hij.
Ach, wéér barstte ze in lachen uit, het
is niet het doek... U bent zoo grappig... uw
heela broekspijp zit vol verf... hi... hi... hi...
ÏVervolg op pagina Si
Das trommelde den brief in elkaar en wierp
hem in den vuilnisbak. Daarop nam hij weer
plaats achter zijn ezel en schilderde den
zomer, feller geel en blauw nog dan tevoren.
Desniettemin stond hij om precies zes uur
hij de halte van de autobus. Hij droeg een
versleten witte linnen broek en zijn haren
wapperden gracieus in den zomerwind. Al
leen zijn bril had hij vergeten. 1
het einde van den middag had hij
en inplaats van alleen voor zicknlt kookte hij nu voor twee menschen.
-iJ'
CHAAKRUBRIEK
Oplossing No. ISA door H. Knott: zes punten.
Wit: Któ, DM, Tdl.Lbï, Lb7, Pb3, P£5, pi g4.
ZwartKe4, Dg8, frhS, Td6, Lbl, Lf8, Pg2,
pi M, eT, te, SL g?, h7.
1. DeS dreigt 2. Da4 mat
1. e6, 2. LdS: mat
1. e5, 2. Td4 mat
1Pe3, 2. Pd6 mat
1LdS, 2. Pd2 mat
1. b6, 2. Po6 mat
Oplossing No. 1SB door J. MSI]ertwee punten.
Wit: Khl, Dgl, 1x13, pi aS, e2, «5.
Zwart: Ka5,T>a3, pi'a4, bè, eb.
1. Kh2, P onv., 2. Delf on 3. Do3mat.
Pb5, 2. Dhl, Ka6, S. Dag mat.
Probleem No. 2QA.
Zwart
mmm
abedofgh
WK
Wit Kb6, JJal, TgS, IA8, Ld7, Pol, pieó, h2
(acht stukken).
Zwart: Kfl, Th4, Tb5, Lgl, PaS, pi oS. c4,
IS, gS, h6 (tien stnkken).
Wit geeft in twee zotten mat.
Probleem No. SOB.
Zwart
b 8 aa
wit
Wit: KaS, Td5, TM, LdS, PbS, pi c4, d2, el
acht stukken).
Zwart: Ko6, Dal, Thl, PgS, pi»?, g6, h2 (se
ven, stukken).
Wit geeft in drie zetten mat.
No. 18A. D. Hoogenboezem (6), J. H. Burg Jr.
(O), M. P. Suiker (6), A. r. d. Tol (6), A. de
Wilde (O), L. P. Kroep (8), J. Stoffen (0), J.
Blanc Mij, J. H. Tb. Heisterkamp (6), W. de
Vries Jr. (0), D. L» Rieke (0), A, P. Maaken-
- - 'een .rr-a. g-gte
Mink
elden (0),
mej. W. F.
Wenting
schijn (0), J. A. Vroom 70)"l.J. r. Poperinj
J. W. Stegeman (0), K. Hartman (6), W.
K. Blom (6), A. v. d. Bergh (6). C.
A. Poldervaart (6), J. H. v. d. Velde»
A. de Viseer (6), J. Harm sen (0), mej.
Koch (0), J. J. v. Zante (0), H. Wenting (0),
A. v. d. Burgh (8), Q. R. Koopman (8), Ad. J.
Veriooy J. Schr. (6), J. r. d. Zwaai (8),
A. Mee fö), W. Jongeneei (6), P. H. Peereboom
(0), O. H. Kramer (6) Q. Doédewzki (8), J. Hil-
lebrand (8), J. e. d. Linden (0), H. A. Leniger
f), O. den Toom (8), H. J. Hanewaaijer (8), A.
Trotaenburg (6), J. Lagerwaard (8), O. A. r.
Dijk (8).
No. 16B. J. H. Borg (8), J. Oudenaarden (0),
O. J. Vogel (0), A- J. Berkenbosch (0), L O. Kra
mer (6), J. Smits (8), D. Schaap (0), L, r. d.
Berg (S).
Correspondentie-adres: Red. .Duizend
en Eén", Postbus 959. Rotterdam
Onderstaande partij, uit de laatste ronde, werd
tijdens de Bondswedstrijden te Hilversum ge
speeld.
ipeela. i
Wit: L.JP:
'rins. Zwart: L. Stumpers.
Koningsgambiet.
1. e2^-e4 e7e5
2. f2—f4 e5Xf4
3. Pgl—f3
De z.g. Becker-variant. De bedoeling van den
tekstzet is, g7g5 voor te bereiden, zonder dat
wit gelegenheid krijgt het Kieseritszky- of het
Allgaier-gambiet te spelen. Deze gambieten ont
staan respectievelijk na 3. g5 4. hl. g4 5. Pe5
of Pg5. Doordat zwart zijn g-pion één zet later
opspeelt, verliest de zet h2h4 veel van zijn
krachL zooals onmiddellijk blijkt.
3. h7h0
4. Lflcl g7g5
5. h2—hl Lf8—g7
Hier zien we de beteekenis van het door zwart
gekozen systeem. Thans behoeft hij zijn pionnen-
formatie op den koningsvleugel niet met g5gl
te verzwakken, maar kan door dekking van Th8
de dreiging h4Xg3 pareeren.
8. d2d4 d7—d8
Hiermee zijn we in het z.g. Philidor-gambiet
gekomen.
7. Ddl—d3 Pb8C0
8. h4Xg5 hSXgS
9. ThlXh8 Lg7Xh8
10. e4e5
Dit onthult de bedoeling van zwart's zevenden
«et. Thans dreigt stukwinst door 11: Dh7.
10dO—d5
Het eenvoudigste antwoord.
11. Dd3—h7 Ke8—f8
12. Dh7Xh8 d5Xc4
Wit's combinatie blijkt dus te zijn neergekomen
op den ruil van Lc4 tegen Lh8. Oogenschijnlljk
ls wit daar beter van geworden, omdat zwart
door het verplaatsen van zijn koning de rochade
heeft moeten opgeven. Een nadere beschouwing
van de stelling leert echter, dat zwart overwe
gend staat, omdat wit niet bij machte ia, de
kracht van de formatie g5fl, welke Lel onbe
weeglijk maakt, te breken, zonder dat daar an
dere nadeelen uit voortvloeien.
18. c2—c3 Lc8f4
14. Pbld2 Lg4xf3
15j Pd2Xf3 Dd»dS!
Zwart acht het oogenblik reeds gekomen' om
tot den aanval over te gaan. Thans dreigt 18.
De4t, terwijl met den tekstzet bovehdien ver
hinderd wordt, dat wit op g8 slaat wegens
DdSXg2.
18. Dh0—h7
Belet 16. De4 en bereidt PfSXgS voor,
18. gSg4
17. PfS—h4
Op 17. PgS, was eveneens 17. PeS: gevolgd,
17Pe0Xe5!
Een fraaie en beslissende offercwnbinstle.
Op 18. de5: volgt thans 18. De5:f 19. Kfl,
Te8 en zwart wint minstens het geofferde stuk
terug.
18. Kei—fl PeS—d3
19. Ph4—f5
Dreigt 20. Dg7f benevens 21. Dg8:t.
19DdSe8
Zwart beantwoordt wlt's dreiging met een
tegendgriging, Wit kan au niet met 20. Dg7t,
Ke8 21. Dg8:t voortzetten, omdat na 21. Kd7
zijn-dame aangevallen staat, terwijl tegelijker
tijd mat op el dreigt
20. Dh7—g7f Kf8—«8
tl. Lel X f4
Omdat na 21. Pf4: mei 22. Tel voort te
zetten.
21. *„,.MN DeSXfSl
Zeer sterk. Zwart offert op klassieke manier
Ta8 om de vijandelijke dame buiten spel te
plaatsen en dasrnt tan mat-aanval te kunnen
ondernemen.
22. Dg7Xg8f
23. DgSXaS
24. Kfl—gl
25. Kgl-hl
-Ke8—d7
DfSXM't
Df4e3t
Of 2S. Kh2, g3t 28. KhS, Pf2t 27. Kh4, Df4t
28. KhS, Dgif 29. KhS, Dg0 mat.
2SPd3—f2t
26. Khl—fl g4—«3
Doordat de witte dame achteraf staat kan
zwart nog din tempo verliezen. Met den tekst
zet wordt bet matnet definitief gesloten.
27. DaSXb? Pf2—hStt
28. Kglhl De3—glt
Een aardig, hoewel niet nieuw, mat tot besluit
(29. Tglb Pfï). Wit geeft het op.
Wij hebben one gisteren verloofd!
Vele groeten van den gelukkigsten
mensch op aarde
Jan
Hartelijke groeten van Emilia.
(Vervolg van pagina 3.)
V- Als ik op Java aan onzen Europeeschen
zomer dacht, zag ik altijd velden met gele
leeuwenbekken voor me. ...Hbe prachtig dit
geel...
Das lachte. Hij lachte nog meer, lachte van
ganscher harte, toen zü onmiddellijk daarna
koffie voor hem wilde zetten. Zij nam hem
den koffiemolen uit de hand en maakte Se
koffie klaar. Vreugde was er ln Das' hart
toen zij een naald en een draad uit haar
taschje nam en de gebarsten schoudernaad
van zijn jas naaide, welke opening hem al
weken lang had geërgerd. Zü deed het han
dig, mej onvergelijkelijke kennis van zaken.
Dié had Jan mij op mijn dak moeten
sturen... dacht hij.
Den volgenden morgen vertrok "mevrouw
Frens. Een paar dagen tater kwam er een
brief van" zijn vriend.
Bette Dat,
Jammer, dat je-el bezet was en dat
je de charmante Emilie Frens, die ik
naar je toe stuurde, link» liet liggen.
Maar in zeker opzicht ben ik je er
dankbaar^voor Je raadt nooit hoe e»
waarom. Luister dan en verwonder je
Das stond een poos als aan den grond ge
nageld. Een lange poos werd het Op den spi
ritusbrander verbrandden in dien tijd zijn ge
bakken aardappeltjes, voor twee personen. In
den tuin lag zwart gebrild en in da crème
gezet Mary Martens. Toen zij hem zag «taan,
zei zij slaperig: -
U weet niet hoe goed het mij doet eens
zoo echt verwend te worden... Dit was mijn
mooiste vacantia. De volgende week, als ik
weer naar de zaak moet en daar tusschen-
door moet koken en het huishouden doen
mijn moeder kan het niet meer zal Ik
vaak aan u danken... Zult u ook nog vaak
aan mij denkenT...
Aan zoo iets ontroerende kon Das geen
weerstand bieden. Als in een droom ging hij
naar haar toe en terwijl hij met zijn rechter
hand over haar haren streek, die kastanje
bruin .waren en krullend haar voorhoofd om
kransten, frommelde hij mat zijn
langzaam den brlei ineen en wierp
'het meer en ln de vergetelheid^
te