KRETA GELAND
O'
(ELSCHE TROEPEN
Italianen staan in Griekenland
voor een ongemakkelijke taak
DE TOEKOMST
Nederlandschen Tuinbouw
TOENADERING tusschen
Duitschland en Frankrijk?
5 November 1940 NIEUWSBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
No. aocw """"''W mWmr^ R 3 RPI
slijk terrein en weinig goede wegen
van den
Een terugblik In het verleden
Da aitvoar naar Duitschkmd au Engaland - Hat
2ohch HkUUt
i le tote
de
-
*jg&
pi Fopolo d' Italia over da Engabche
belangen ia Griekenland
De Italiqansche
aanvallen.
Zeven punten.
De aanvallen op Saloniki
Moeilyke taak voor
de Itedianen.
De houding van Turkije.
binnanlandscha groantanvarbruik
Zon op &44, onder 18.04,
Maan 14.00, onder 23.31.
Men i* verplicht te verduis
teren van zonsondergang tot
zonsopkomst.
Lantaarn van voertuigen
moeten uur na zonsonder
gang ontstoken worden.
I 'I I 1
Er is sedert Versailles veel veranderd
in de houding der geesten
Uitlatingen van een Fransch kardinaal
De besprekingen tusschen Hitler an Pataih
i
t -
r« oplat
heeft hl;
te Mk
ijver». Ds
'te w
i^^te' s
1
k
oven, tte
met 4»
are Rwd.
ekende Hi
st ASM
hter van
»t Jtefr
trettsn/*
de welte-
erlsndslitf-
I sterven.
Het- Grieksche spoorwegnet heeft
een Jengte van 1360 ksn, daarbij komt
dan nog 150 km smalspoor en dat
ia alles. De weinige spoorlijnen verhin
den Piraeus en Athene met Saloniki m
het Noorden en Alexandropoelos in het
Noordoosten. Verder is het net in han
den van verschillende particuliere
maatschappijen.
De -afstand tusschen de Grieksche
grens en de hoofdplaatsen is niet zoo
bijzonder groot, maar men moet reke
ning houden met de afschuwelijke
wegen. Van Koritza in Albanië is het
in rechte lijn naar Saloniki slechts 180
kilometer en van Koritza naar Alex
andropoelos 450 kilometer.
De correspondenten der te Belgrado
verschijnende bladen melden eenstem
mig van de Zuid-SlavischGrieksch
Albaneesche grens, dat de Italiaansche
troepen met onverminderde kracht de
aanvallen voortzetten, waarbij zij voor
al door de Italiaansche luchtmacht
doeltreffend gesteund worden. De Po
li t i k a meldt, dat- men Maandag van
den vroegen ochtend af uit de richting
van Saloniki bomontploffingen gehoord
heeft.
De voornaamste factoren der Griek
sche politiek, die Griekenland tot het
conflict met Italië heeft gedreven, wor
den door de Pop oio d' Italia sa
mengevat in de volgende zeven punten:
1. De aanwezigheid van een oligar-
schische regeering in Athene, welke de
belangen van de Grieksche million-
nairs in de Engelsche landen vertegen
woordigt.
2. De kapitalen van deze Grieksche
mUlionnairs zijn vermogens in ponden
sterling en dollars, welke belegd waren
in Engeland en in de Britsche domi
nions, evenals in den EngelschAaw-
rikaanschen handeL
5. De Grieksche koopvaardijvloot,
die ongeveer 2 millioen b.r.t inhoud
i heeft, is volledig in Londen verzekerd
en vaart op dit oogenblik bijna in haar
geheel voor rekemng van Engeland.
4. De openbare schuld van Grieken
land bedraagt ongeveer 30 millioen
pond sterling, wraarvan 17 millioen in
Engelsche handen is.
5. Engeland heeft in Griekenland
ontzaglijke kapitalen belegd, welker
lot ten nauwste- met het lot van Enge
land in de Middellandsche Zee is ver
bonden. Alleen de Whitehall Security
Ltd. heeft een half milliard Italiaan
sche lires geplaatst in de electriciteits-,
tram. en autobusondernemingen in het
Atheensche gebied. Verder belegden
de Engelschen een half milliard Itali
aansche lires in de grondcreaietban-
ken van Griekenland. Het geheel Griek
sche banksysteem heeft zijn centrum
in Londen. Alleen de zichtbare kapita
len van Engeland, die in Griekenland
zijn geplaatst, bedroegen meer dan 2
milliard Italiaaqsche lires.
Alle Grieksche bewapeningen van
1838'39 zijn door Londen gefinancierd
met credieten op langen termijn.
6. In al deze EngelschGrieksche
ondernemingen hebben koning George
en Metaxas een aandeel, 50 pet. dei-
papieren van de in Griekenland belegde
kapitalen zijn opgenomen door de in
Londen wonende Grieken van den
kring om Metaxas.
7. Het vermogen der in Engelsche
landen wonende Grieken wordt geschat
op 20 milliard Italiaansche lires en is
geheel in Angelsaksische valuta's vast
gelegd. Reusachtige Engelsche kapita
len zijn tenslotte belegd in de tabaks
ondernemingen van Macedonië en Sa
loniki. De geweldige Joodsche vermo
gens van Saloniki zijn geïnteresseerd bij
de Engelsch-Grieksche ondernemingen
in de Middellandsche Zee. De Grieksche
boer evenals de kleine burger der ste
den en stadjes heeft geen rol gespeeld
bij de beslissingen van Metaxas wiens
besluiten alleen gedicteerd werden door
de groote financiën.
Het blad Politïka geeft de schil
dering van een neutralen vluchteling
uit Saloniki weer, die verklaarde dat
alle menschen, die Saloniki thans kun
nen Verlaten, bevrijd herademen, wan
neer tij zich buiten de permanent ge
vaarlijke zóne bevinden. Vier dagen
lug duren reeds de onophoudelijke
bombardementen. Het ergst is het ver
leden week Donderdag geweest. Toen
sedert den wereld- de eerste bommen vielen, zocht alles
m aan het Europee-, in wilde vlucht dekking. Vrijdag be
gonnen de bomaanvallen opnieuw. Ook
warit officieel ge-
p bet
Kreta aan land rijn gegaan.
Met mogelijk aldus vervolgt
jemenigoe, de belangrijkheid
sterkte van dese troepen nader
is eeterbeping beeft plaats ge-
Km merkt te Rome op, dat het een-
-r-Kf lezen van de Italiaansche weer-
-Mdberichten voldoende opheldering
over het voorbehoud, dat in
|g$gelsche communique wordt ge-
■adi In het weermachtbericht num-
101U vin 2 November werd mede-
-(w'j dat den vorigen dag Italiaan-
Me bommenwerpers aan de Britsche
rtrijdkrichten, die ontscheept werden
„p het f '*~i| zware verliezen hebben
tagrhncht Het is eveneens bekend,
M de Italiaansche dagbladen reeds
ptwblioeerd hebben, dat Britsche
iMjdkrachten zich op bet eiland Kreta
iHMMen, lang voor het Italiaansche
itHiauttun en det hun aanwezigheid
M vm de oorzaken vormde voor de
Kibttniche actie in Griekenland. In
tl afgeloopen dagen hebben de ftït-
M* strijdkrachten op Kreta verster-
togen ontvangen. Dit beteekent niet
Mms geen enkele welkome hulp voor
te Grieksche troepen, die in de steek
gitten sa alleen in Epirus strijden,
tach brengt ook geen verandering in
tsbstaiade factoren ven den toestand
biet Oostelijk gebied ven de Middel-
i Zes, maar vormt het bewijs,
tb Groot-Brittannië zich slechts uit
sluitend op Grieksch grondgebied be
delt wegens de strategische belangen
ns rijn vloot en kichtmaoht
Ir Inn geen twijfel aan bestaan, of
te llslitinsche soldaten zullen bet niet
•makkelijk hebben bij den opmarsch
tegen Athene, aldus schrijft onze
WA -correspondent te Rome. Niet
dleen, det zij zich den weg zien ver-
bert door hooge, woeste bergen, doch
eek te wegen laten in dit Zuidelijke
W ml te wenschen over. Meer en
•eer wordt het waarschijnlijk, dat de
"deg in Griekenland zich zs' ontwik-
Wen tot een guerilla, welke r e voort-
®*e»de aanwezigheid vereischt van
aantal Italiaansche troepen.
I» varhand met het verward raken
J* Griekenland in het oorlogsnet
•mtaUereerst dat gebied, waarop zich
«t oogenblik de eerste ontmoetin-
met de Italianen afspelen, in aan-
®®king voor bespreking.
rr~t blijkt dat de Grieken, in over
sowing met hun bondgenoot
een groot aantal troepen heb-
getrokken tegenover de Ita-
■scn-Albaneesche grens in den
ook - ,an ^oritza- H«t blijkt thans
«Ml»!!.1* ^wee divisies uit de
J"™*®011» in den Zuidelijken Pelo-
UZT""1 Patra en Nauplia, hebben
oKukken naar het Noorden.
Italiaansche zijde liggen, in de
^uidw.-Noordoost, de plaatsen
Premeti en Koritza, aan
zijde in dezelfde richting i
Jounina, Metsowon, Kanitsa,
"•W'sta, Castoria en Fiorina,
«cheiding loopt hier door zeer
terrein. De hooge, scherpe Pin
ker, in de richting van de
grens, over in het Gram-
i est oude gedenk
en maar geen goede
rijk gezegend piet
en met gedenkteckenen
oudheid, maar voor den
I •en fatsoenlijk wegennet
-j oLvan '"f oude Hellas
Op den vlakken grond
i k.~ relfeaam, doch in het
fjrerschen nog aartvaderlijke
Pwden en muilezels zijn
^nudaeien van vervoer bij
Hoe het in Grieken-
verkeenrverhoudm-
."8ken uit het feit, dat
Zaterdag en Zondag zit* er Italiaan
sche bommenwerpers hoven Saloniki
geweest. De bomaanvallen warmt voor
namelijk op het nieuwe 3poorwegsta-i
tion gericht. De materieele schade is
groot. Het hoofdgebouw is halverwege
verwoest. Ook andere spoorwegstations
hebben geleden. De Joego Slavische
vrije zóne in de haven is in het geheel
niet gebombardeerd en heeft ook nog
in het geheel geen schade gelederf. Ook
van de talrijke Joego Slavische kolonie
is niemand gewond. Het leven hg Salo
niki zelf is erg moeilijk geworden. De
bevolking bevindt rich voortdurend,
thuis en gaat er slechts uit om levens
middelen te koopen en andere drin
gende zaken af te handelen. De straten
zijn volkomen veriaten. De enkele
voetgangers loopen hard. Het tramt
verkeer is wel niet geheel gestaakt,
doch de dienst is zeer ongeregeld. Hei
verkeer van particuliere auto's es»
taxi'é is volkomen stilgelegd, want aj,
deze wagens zijn opgevorderd voor het
vervoer van troepen. In de zoeken»
huizen ziin veie gewonden onderge
bracht. Het particuliere ^reizigersver
keer is sterk ingekrompen. Het
mili
taire vervoer geniet overal voorrang,
Sinds eenige dagen is er géén nieuw
schip meer in de haven van Saloniki
aangekomen. Koffie en suiker zifn in
het geheel niet meer voorradig. Vleeaeh
is slechts op twee dagen in dé week
verkrijgbaar.
De Turksche bladen bespreken de
redevoering van president Inönë voor
de Nationale Vergadering en juichen
het besluit van Turkije toe om buiten
den oorlog te blijven. Toch achten zij
den toestand niet volkomen (ongevaar
lijk, daar de oorjog de grenzen van
Turkije nadert.
In het blad Ikdim verklaart de af
gevaardigde Daver, dat Tufküe beslo
ten is, zijn rechten en grenzen te ver
dedigen.
Het blad V a k 11 spreekt van een
„onrechtvaardig aangevallen Grieken
land" en betoogt, dat Turkije als bond
genoot van Griekenland gemeenschap
pelijk met den bondgenoot Engeland
den nieuwen toestand onderzoekt. Niet
temin is in de positie van „niet-oorlog-
snerende" tegenover Duitschland en
Italië geen wijziging gekomen. Deze
toestand vnpnt geen hindernis votjr de
M tot een juist begrip te komen
van de beteeken is van den Ne
derlandschen tuinbouw, dient
niet alleen bedacht te worden, dat de
mensch ten einde een behoorlijke
lichamelijke gezondheid, te verkrijgen
en te behouden zich ook met groentep
en fruit moet. voeden, maar ook, dat
bij de ontwikkeling van de samen
leving der laatste eeuw een gro'ote
mate van'arbeidsverdeeling is opge
treden. Wel ia de tuinbouw als spe
ciaal bedrijf zeer oud r- lazen wij niet
in do'Delftsehe Courant van 7
Aug, jj„ dat door kloosterlingen in
hgt Westland reeds fit -de Middel
deel geconcentreerd in
Roergebied.
Na
Maart
Deze ontwikkeling van West-Europa
werd nu mede bepalend voor den groei
van den agrarische» uitvoer van Ne
derland. Zonder mineralen van betee
ken is, met een bodem en een klimaat,
welke uitstekend geschikt .zijti voor
veehouderij en tuinbouw en een lig
ging aan de zee en aan belangrijke
riviermondingen, werd ons land als
van nature aangewezen om veredelde
landbouw- en tuinbouwproducten
voort te brengen. De ruwe grondstof
éettwen diverse vruchten in proef- fen moesten daarbij ook door ons land
tuinen werden gekweekt en in de 17e
met al degenen die dezelfde gevoelens
jegens Turkije koesteren.
eeuw de grondslag van de druiven-
cuttuur werd gelegd? de eigenlijke
vlucht van den tuinbouw valt samen
met de sterke ontwikkeling van de
Europeescke bevolking in de 18e, maar
vooral in de 19e en 20e eeuw.
In deze laatste periode valt immers
de sterke groei van de wereldbevol
king, vooral in de Europeesche landen.
Tot de I7e eeuw was deze groei een
afwisselend op- en neergaande, zoodat
het aantal inwoners van Europa in het
jaar 1350 werd geschat op 100 millioen
en in 1700 op slechts 110 miliioen. Dan
begint een opgang, vooral sedert 1750,
die eenig is in de wereldgeschiedenis.
Het gaat dan met sprongen vooruit: in
1750 worden 140, in 1800 187. in 1850
267, in 1900 408 en in 1938 516 millioen
Europeanen geteld! De sprongsgewijze
ontwikkeling van de voortbrengings-
techniek en de vooruitgang der land
bouwwetenschap maakte het mogelijk,
dat steeds meer menschen van den
Europeeachen bodem werdop gevoed.
Ongeveer in het midden van de 19e
eeuw zou deze bevolkingstoename ech
ter tot hongersnood aanleiding gege
ven hebben, als niet «enerzijds door
emigratie een deel der bevolking naar
niet voor voedingsstoffen uit andere
werekldeelen gezorgd was geworden.
De internationale handel liep Vanaf ca.
1850 sterk en vrijwel rechtlijnig om
hoog; in West-Europa ontwikkelden
zich meeg én meer industrieën en nteer
en neer granen en andere landbouw
producten werden van overzee be
trokken.
Het percentage der bevolking in de
Engelsche steden nam in de eerste
helft vso de vorige eeuw sterk toe, in
de, tweede helft iets minder. Thans
vindt daar nog slechts ongeveer 8
d*r werkende menschen een bestaan
in land- en tuinbouw. In Duitschland
trad de verstedelijking eerst na 1870
op, zoodat de Duitsche bevolking thans
veel agrarisch er is dan de Engelsche.
In 1925 was daar nog 30 van de
werkers in den landbouw bezig. De in
dustrie is er voor een zeer belangrijk
worden ingevoerd.
De ontwikkeling van onzen export
gaat geheel evenwijdig met den ge-
schetsten gang van zaken in Engeland
en Duitschland. Vóór 1870 beteekent de
uitvoer naar Duitschland nog zoo goed
als niets, terwijl die naar Engeland dan
reeds zeer belangrijk ia. Zoo hadden
wij in 1860 b.v. een boteruitvoer van
19 millioen kg., waarvan 94,5 naar
Engeland en slechts 0,1 naar
Duitschland ging, voor kaas waren de
cijfers: 28 millioen kg. 87,5 en 5,3
In 1913 zijn deze verhoudingen geheel
gewijzigd. In genoemd jaar beliep de
boterexport 37*4 millioen Kg. waar
van 21,2 naar Engeland en 50,8
naar Duitschland ging. Van den tota
len kaasuitvoer. van 87 millioen Kg
was het Engelsche aandeel toen 28,7
en het Duitsche 24,8
Een dergelijke ontwikkeling ver
toonden al onze agrarische exportarti
kelen, ook eieren, groenten, fruit en
bloemen. De sterkste groei van den
uitvoer van groenten is in de 20ste
eeuw opgetreden. Bedroeg deze in 1905
nog slechts 159 millioen Kg, in 1929
werd een totaal van 528 millioen 'Kg
beréSkt.
Cijfers
In het laatstgenoemde jaar was de
uitvoer vih enkele tuinbouwproducten
als volgt verdeeld:
Product Uitvoer in Naar Naar
mill. Kg. Enge- Duitsch
land land
r. Markt tl. Tel. 274»
98
4
Appelen
37J
5
78
Peren
11.0
9
84
Kersen
2.8
26
71
Druiven
8.8
54
39
Aardbeien
2.8
56
44
Kruisbessen
'4.7
10
88
Vruchtenpulp
18.5
75
19
Witte en sav. kool 89.8
54
Roode kool
51.9
5
76
Bloemkool
43J
6
91
Sla
22.7
30
68
Tomaten
80.2
50
4G
Uien en sjalotten 109.0
64
12
Peen
47.8
42
30
Komkommers
50.8
5
95
Augurken 7.1
Snij- «n princesse-
boonen 18.8
Sckroteneerea 2.3
groenten (ingem.)19Jl 87
Het behoeft (een betoog, dat de ont
wikkeling van het snelverkeer mede
telend is geweest voor den gang vaa
zaken op het gebied van den Neder*
landschen tulrvbou wexport. Deze tert
deels snel bederfelijke producten kun
nen niet laag onderweg zijn ia tegen
stelling tot b.v. boter en kaas.
Be lint neut "1
Wat de toekomst betreft wijst allee
er op, dat de industrie in West-Europa
nog niet aan het einde van zijn grote
is gekomen en mag verwacht worden,
dat de bevolkingsophooping in o-, in
dustriecentra eer 'zal toenemen dan
verminderen- Wel zal een juiste Be
volkingspolitiek deze ophooping
veel mogelijk dienen tegen te
omdat voor de bestendiging van
volkskracht een talrijke plattelands
bevolking noodzakelijk is; vooralsnog
heeft deze politiek nog slechta éen be
trekkelijk succes. Gelet op de in om
vorige artikel genoemde ondereen-
sumptie op het gebied der vrachten ea
groenten is het derhalve geenszins uit
de lucht gegrepen, wanneer wij op een
nog belangrijke toename van het ver
bruik en dus ook van de productie in
de toekomst rekenen.
Oas eigen land.
Wat ons eigen land betreft is ook
het verbruik nog lang niet aan het
plafond der mogelijkheden toe. Wei is
er ïn de laatste jaren een sterke toe
name vast te stellen geweest- Zoo is
b.v. van 1932 tot 1937 het binnenland^
sche groer.tenverbruik toegenomen
met 240 millioen Kg of met 34 %-
Maar ook aan de uitbreiding der Ne-
derlandsche bevolking is vodralsnog
geen eind te zien. Wel meenen sommi
gen, dat na den vrede verschillende
bedrijfstakken geen reden van bestaan
meer hebben, doch, wanneer wij zien,
dat van Duitsche zijde gerekend wordt
op een ontwikkeling van Rotterdam,
waarbij déze havenstad ten'slotte ca.
1% millioen inwoners zou kunne*
tellen, begrijpt men, dat hier ook een
enorme behoefte aan tuinbouwproduc
ten zal ontstaan.
En waar de uitbreiding van de
productie van groenten en fruit bui-
teu den eigenlijken tuinbouw, b.v. ut
volkstuintjes en particuliere tuinen,
aan grenzen gebonden is en hoofdza
kelijk in tijd van nood plaats heeft,
dient het allergrootste deel van de
toename der behoeften door de pro
ductie in de tninbouwbedrijven te
worden gedekt. Ook behoeft niet te
worden verwacht, dat in het nieuwe
Europa, waarin de arbeidsverdeling
binnen het continent naar verwacht
mag worden nog verder zal worden
doorgevoerd, de tuinbouw in Duitsch
land zal worden uitgebreid ten kost»
van die in Nederland. Integendeel,
want de uitbreiding bi) or.ze oostelijke
buren i^ad in de laatste jaren plaats;
le. door de aldaar bestaande vrees, dat
hij eventueele internationale conflicten
de voorziening o.a. met groenten in
gevaar zou geraken en 2e. door dé
averechtsche economische politiek van
beperking, welke o.a. m ons land werd
gevoerd.
De invloed van enkele economische
factoren, die weinig te maken hebben
met de eigenlijke behoefte van het
volk, zal in het volgende artikel be
handeld worden.
Onze Berlijnsche correspondent
schrijft ons d.d. 29 October:
Een redacteur van de Berlijnsche
Börsen z eit un g maakte dezer da
gen een dienstreisje door het onbe
zette Fransohe gebied. Hij bracht een
bezoek aan Lyon, waar hij in het
aartsbisschoppelijk paleis te woord
werd gestaan door kardinaal Gerlier.
Bij die gelegenheid schijnt ook het
uiterst delicate thema van toenade
ring tusschen Duitschland en - Frank
rijk ter sprake gebracht te zijn. Want
Duitschland en Frankrijk slaan nog
altijd met elkander op voet wan oor
log, zoolang de voorloopige wapen
stilstand niet den stoot gegeven heeft
tot een definitieven vrede, waartoe de
inleidende besprekingen weliswaar
eenige weken geleden te Wiesbaden
begonnen zijn, maar waarover men
tot dusver opvallend weinig te hooren
kreeg.
Kardinaal Gerlier moet zich tegen
over den Duitschen journalist in dien
zin geuit hebben, dat WC principieel
tegen toenadering tusschen beide vol
ken geen bezwaren koestert. De cor
respondent van het Berlijnsche blad
vestigt er de aandacht op dat voor
noemde kardinaal in nauw contact
staat met de huidige Fransche regee
ring. Gevraagd naar de toekomstige
verhouding tusschen Kerk en Staat in
Frankrijk, meende Z. E, dat binnen
afzienbaren tüd dë vele vijandige
wetten en verordeningen der Fran
sche republiek, welk» tegen de katho
lieke kerk gericht waren, weer goed
gemaakt zullen worden. ïrouwens
zoo verzekerde hij sedert de ineen
storting van het radicale Volksfront
waren er tal van vooraanstaande
Fransche staatslieden, dié deze anti
kerkelijke metten niet meer hebben
toegepast, zoodat de weg tot een
betere verhouding tusschen Kerk en
Staat mede door hen reedsgebaand
werd.
Deze heugelijke mededeeling schoot
ons te binnen, toen wij op de voor-
pagina der Berlijnsche bladen foto's
te zien kregen, welke de ontmoetin
gen vereeuwigden welke de Führer
achtereenvolgens met Laval, vice-
president van den Franschen minis
terraad en kort daarna met den be
jaarden maarschalk.Pétain, president
van den Franschen ministerraad en
staatshoofd van Frankrijk, heeft ge
had. Deze ontmoeting tusschen den
Führer en den Franschen staatschef
heeft men te Berlijn natuurlijk met
belangstelling gevolgd, want zij werd
gewaardeerd als een r'ect gevolg
van het onderhoud, dat kort tevoren
tusschen Hitler en Laval in tegen
woordigheid van Von Ribbentrop
had plaats gevonden. Na het positief
verloop van de eerstgenoemde ont
moeting kan deze tweede ongetwijfeld
als een beiderzijds gewenschte voort
zetting worden opgevat. En wanneer
de Duitsche pers zich zooals dat bij
dergelijke officieele besprekingen
veelal gebruikelijk geworden is tot
een kort en zakelijk communiqué be
perkt, dan wil zulks nog lang niet
zeggen, dat men niet met meer dan
gewone belangstelling het eerste po
sitieve gevolg van deze besprekingen
tusschen het öuitsche en het Fransche
staatshoofd, tegemoet ziet. Immers,
het gaat hierbij om het antwoord op
een vraag, welke wij de laatste twin
tig jaar telkens en telkens weer
hoorden stellen: Is toenadering tus
schen Duitschland en Frankrijk moge
lijk? Dé antwoorden op deze actueele
vraag vielen deels bevestigend, deels
betwijfelend, soms zelfs ontkennend
uit.
Wederzijdsclie pogingen
in het verleden.
Dat was zoo, toen tusschen Duitsch
land en Oostenrijk en beider voorma-
ligen vijand nog de harde condities
van Versailles als een onoverkomelijke
hinderpaal lagen. Maar zelfs in die
jarefi kon een wedereQdkche hoogach
ting niet ontkend worden. Persoonlijk
waren wü in die jaren eenige malen in
Frankrijk en wij deden haast overal
de indruk op, dat uit verstandelijke
overwegingen het verlangen naar toe
nadering grooter was dsn wij verwacht
hadden. Sedertdien zijn tollooze voor
aanstaande Fransche geleerden, politici
en kunstenaars naar Berlijn gekomen
om er op uitnoodiging van de „Deutsch
Französisché GeséUschaft" lezingen te
honden, welke deze toenadering kon
den bevorderen en omgekeerd wenden
vele Duitschers naar Parijs uitgenoo-
digd, waar hetzelfde doel werd nage
streefd maar tot een positief en blij
vend resultaat heeft dit alles niet mo
gen leiden.
Wat er veranderd is.
Sedertdien is er veel veranderd. De
Volkenbond bestaat practise!) niet meer
en Frankrijk heeft in den gemeenschap
pelijken strijd tegen Duitschland het
onderspit gedolven. Daarfhede is ala
het ware het onrecht van Versailles en
Locarno weer goedgemaakt en de kans
tot toenadering grooter'geworden. De
glanstijd van Clémenceau en Poincaré
ügt ruim twintig jaar achter ons en
maarschalk Pétain weet beter dén wie
dan ook, wat deze felle haat tusschen
den Franschen leeuw en den Pruiti-
schen adelaar voor zijn land en zijn
volk heeft beteekend. „Wie wind zaait,
die zal storm oogsten!" Deze storm is
eenige weken achtereen over Frankrijk
heen gewaaid en het Fransche qolk
heeft aan den lijve ervaren, dat de
politiek in veranderlijkheid en onbe
trouwbaarheid voor het weer nauwe
lijks onderdoet!
De maand November zagen we vroe
ger met een gevoel van huivering tege
moet. Het was de maand der rcVolutte,
der ineenstorting van het eens zoo
machtige Duitsche Rijk. Thans leven
wq in het IGroot-Duitsche Rijk en op
den 9den November is het tn het Derde
Rijk gebruikelijk geworden, de geval
lenen der beweging te herdenken door
een tocht door de mëf lakkei» verlichte
straten van Mönehen naar 8e zooge
naamde „Fëwherrnhalle", waar dgze
begraven liggen. In tijd van oorlog
wordt deze tocht weliswaar niet ge
houden, maar de herinnering.»*" die
dagen van strijd is blijven voortleven
en ze wordt verlevendigd door 8e
omstandigheden, waarin wij ons thans
bevinden. Sterker dan ooit is het ver
langen naar een duurzamen vrede on*
der de volken van Europa, Toenadering
tusschen Duitschland en Frankrijk zms
hierbij ongetwijfeld als erat hoopvolle
meent,
ig door
begroet
worden.