V
De Joego-Slavische
crisis spitst zich toi
één staatstooneelgezelschaf)?
Naar vorming van
Woensdag 2 April 1941 NIEUWSBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
Berichten over militaire
Grieksch-Engelsch-Joego-Slavisch offensi
iOH CH HUt&H
I
80c Jiugcit No. 20594
Bericht over aankomst van Eden
te Belgrado tegengesproken
Matsjek heeft nog steeds geen
besiisssing genomen
Militaire voorbereidingen
Eden in Belgrado.
De houding der Kroaten.
y
OM All LD
De toestand der Duitsche
bevolking in Zuid-Slavië.
De Amerikaansche
toezegging.
MEXICO EN PERU
VOLGEN HET VOOR-
BEELD DER VER.
STATEN.
Duitsche en Italiaansche
schepen in beslag
genomen.
Hat zou aenlge honderden kunstenaar* omvatten en
vaste groepen in de groote steden kunnen vormen
De klassieken als uitgangspunt
iZon op 7.14, onder 20,14.
Maan op 10.10, onder 0.59.
Men I* verplicht te rerdab-
teren van Mawmdergang tot
zonsopkomst.
Lantaarns van voertnlgea
loeten uur na sonsoi
ontstoken worden.
GOUDSC
Postgiro 48400
Bur. Markt U. Tel. 3741
Directeur P. HETER
JD* algemeen antl-Duitsche ten-
gentle In Joego-Slatrlë la aterk toe
genomen", boorde men gistermiddag
ia politieke kringen te Berlijn, In
deze kringen verluidt verder, dat
in Joego-Slavië een mobilisatie
heeft plaata gehad, die op het oogen-
bllk nog voortduurt Aan de uitla
tingen, die tot dusver gedaan xijn,
«ver de politieke vraagstukken en
de gebeurtenissen In Joego-Slavto
heeft men niets toe te voegen. De
ontwikkeling In Joego-Slavlë staat
In het teeken van oncontroleerbare,
van haat vervulde ophitsers, die dor
pen In brand stekel vrouwen mis
handelen, menschen vermoorden en
Duitschers verjagen. In dexelfde po
litieke ^ringen constateert men, dat
de Joego-Slavische regeering steeds
weer tracht, berichten over demon-
ties, die in het land gehouden
i tegen te spreken.
Van Joego-Slavlsche jijde blijkt
duidelijk de poging om wel bepaal
de maatregelen te nemen, doch in
theorie een zekéren afstand daar
van in acht nemen. Welke bedoe
lingen Belgrado hiermede heeft, is
voerlooplg slechts xeer moeilijk vast
te stellen. Volgens berichten die gis
teren In Berlijn stjn ontvangen, zijn
eok de leiders van de Duitsche
volksgroepen gearresteert. Bet feit,
dat de wedenijdsehe genanten naar
Berlijn reap. Belgrado stjn gegaan,
neemt men In politieke kringen een
bewijs voor den ematigen toestand,
waarin de Dultsoh-Joego-Slavische
crisis is geraakt.
In politieke kringen te Rome wordt
opnieuw vastgesteld, dat Italië het ver
dere verloop van de gebeurtenissen
met de grootste terughoudendheid
volgt Ten aanzien van de enkele anti-
Italiaansche incidenten, die in ver
scherpte mate do laatste dagen zijn
voorgevallen, heeft de Italiaansche ge
zant opdracht gekregen een protest in
te dienen, zonder dat echter tot dusver
eejii «lgemeen formeel protest uitge
sproken is. Men verklaart, dat het
/thans een ak der Zuid-Slavische re
geering is de onvermijdelijk geworden
volledige en bevredigende opheldering
van haar houding jegens de spil'
mogendheden te verschaffen.
i
i'e Tribune do Lausanne be
vat eon bericht van' het 'Engelsche
persbureau Exchange Telegraph uit
Belgrado, volgens hetwelk in Joego-
Slavië weer twee lichtingen ten spoe-
d.gste zijn opgeroepen. De betrokkenen
reservisten zijn reeds Maandag de ka
zernes binnengerukt. De laatste twee
dagen gouden er aanzienlijke trant
porten van troepen hebben plaats ge
had in de richting van de Bulgaarsche
grens.
De miiitaire voorbereidingen in
Joego-Slavië, zoo meldt de T in e s uit
Belgrado, worden^ voortgezet. Steeds
meer reservisten /worden opgeroepen.
Gjsteren zijn de scholen gesloten, het
geen-de Times-ccfrrespondent te Bel
grado de laatste voorbereiding noemt
de algemeene mobilisatie.
Stefanl meldt uit Boedapest, dat vol
gens betrouwbare berichten de Joego
slavische mobilisatie op S4 Maart is
begonnen en op 3 April gereed zal zijn.
Ien groot gedeelte van de Joego-Slavi-
•eb* strijdkrachten Ik op het oogenbllk
bt 4en sector van Nisj geconcentreerd.
vlsche strijdkrachten in deze streek gijn
practisch op oorlogssterkte- Het tijdstip
voor het offensief hangt voornamelijk
van Belgrado af. Onder de jonge |oe-
go-Slavisehe officieren bestaat er geen
twijfel o^er, dat men tegen Italië zal
optrekken. Reeds bevinden zich ver
scheidene Grieken als verbindingsoffi
cieren in Joego-Slavië, terwijl Prit-
sche waarnemers tusschen Belgrado en
Athene op en neer reizen. Ten Zeiden
van de Grieksch-Joego-Slavische
grens heeft de correspondent zelfjs een
Engalschen generaal aangetroffen, die
de spreek inspecteerde.
Naar in Berlijnsche politieke kringen
verluidt, ls de Britsche minister van
Buitenlandsche Zaken, Eden, te Bel
grado aangekomen. Men neemt te Ber
lijn aan, dat hij door generaal Dill ver
gezeld wordt en houdt het voor mogte
lijk, dat hij reeds contact met de Joe
go-Slavische .regeering gekregen heeft.
Stefani meldt, dat Edens activiteit
in Zuid-Slavië niet alleen jen doel
heeft rechtsreeks contact tot stand te
brengen met de vertegenwoordigers
van het nieuwe Zuid-Slavische regime,
maar vooral, zooals de aanwezigheid
en strategische mogelijkheden van een
emeenschappelijke Engelsch-Grieksch
van generaal Dill bewijst, dq militaire
en
fem
uid-Slavische actie te onderzoken.
Tegenspraak.
Avala deelt mede, dat men in wel
ingelichte Zuid-Slavische kringen niets
weet van een aankomst of verblijf van
dep Engelschen minister van Buiten
landsche Zaken, Eden, en den Brlt-
schen chef van den generalen staf, ge
neraal Dill, in Belgrade. Het bericht
omtrent een beweerde reis van Eden
naar Belgrade was ln de eerste plaats
door Amer ksansche Journalisten te
Belgrado verspreid.
Gisterochtend zijn te" Agram on
derhandelingen gevoerd, waaraan
deelnamen de banoes, de president
van de Kroatische boerenpartij, dr.
Matsjek, de vice-president Kosjoetitsj,
de secretaris-generaal Krnjewitsj en
de drie in Agram vertoevende Kroa
tische ministers dr. Andres, dr. Schute
en dr. Smoljan. Kotjoetitsj bracht
rapport uit over den toestand in Bel
grado en over de besprekingen, die hij
als afgezant van dr. Matsjek heeft
gevoerd. Er is nog geen beslissing ge
vallen over de vraag, of dr. Matsjek
zitting neemt in het kabinet Naar
steeds weer in partijhHngen wordt
verzekerd, zal deze bfeslissing eerst
vallen na een vo!ledig\ bestudeering
van den binnen- buitemandsch poli-
tieken toestand en na zee*rijp overleg.
Het Kroatische publiek lis ër zich,
evenzeer als de politieke leiding, vol
komen van bewust dat mol de beslis
sing in de kwestie van dK Matsjeks
medewerking aan de tegenwoordige
rgeering in Belgrado ook deweslissing
valt over het toekomstige lo% van het
Kroatische volk.
De onderhandelingen, diéRop het
oogenblik te Agram gevoerd gorden
door Matsjek met vertegenw
van de .nationale Kroatische o]
zouden, naar de correspondent
grado van de Zeitungsd
Graf Reischach meldt, ee
stig verloop nemen. Hoewel ovi
resultaat geen authentieke inl;
gen zijn ontvangen, acht men hei
uitgesloten, dat .een overeen!
tot stand komt. Dit zou de een'
ding van de Kroaten beteekenen. De
nationale oppositie, waarvan de lei
der, dr Ante Pawelitsj, na den ko
ningsmoord te Marseille naar Italië
is uitgeweken, stuurt op een totale
losmaking van Servië aan. In dit ver
band is het opmerkelijk, dat de anti-
Servische stemming in Kroatië toe
neemt.
Volgens inlichtingen uit Kroatische
kringen mag men wel aannemen, dat
Matsjek vast besloten is volstrekt te
weigeren zich door militaire kringen
te Belgrado den oorlog te laten opleg
gen. De Kroaten eischen waarborgen
voor den binnenlandachen toestand. In
de eerste plaats eischen zi) onmiddel
lijke demobilisatie om rust aan het
huid en vertrouwen aan de buren te
hérgeven. Voorts zou de buitenland
sche propaganda onmiddellijk gestaakt
moeten worden. Het bewind te Bel
grado bevindt zich aldus voor een di
lemma van enorm belang, aldus Ste
fani.
Offensief Is
Ds correspondent te Belgrado van
4* New-York Times, Sulzber-
8»'. beweert in een uitvoerig bericht
Bitolj, dat de Grieken een offen-
voorbereiden ren het Oohrida-
tot aan de Adriatieche Zee. De
Bntsche strijdkrachten komen Grieken.
Mnnen. terwijl Joego-Slavië een
""zienlijk leger heeft aamengetrokken
ven de Griekache grens tot aan Monte-
Van Joego-Slavische zijde heeft
en «p Griekschen bodem gemotari-
rTT* Britach* eenheden in de nabij -
vtn Albanië gezien. De Joego-Sla-
MokkA
YEMEH
SSAB
DAW
"AF AC?
•heit»
Didhaw
O 50Kb
WOES.ru M VAM AOAL
MoeeeALi.N
e^MADCOUl
^V^DA.MOU FR.
f gffam«eou r
IMMINOC
WALOEM
GoeM.-'/"*
.rKara SAGAUO
o
MaOELC &OEBÖP
Garselle
OMALI
C» ALAMO Vt
ISOO BIOÏ'
"""^^"DOEAHlLe WEU
I 5 S A teowir
MOBOALC^f'^^PELtAH ENG.
•Didelio
lABMAMjF
rtA i 0» 4»
f ,'BiAkro^oeA aO^
'0C
iT fWCKtl) AOOAGa
ABA LA
ADALLCI MsL\.e
(DOAUI
OECAMO
'/cAUAsTi
Dll 'EO
VhocbÏ?I0'1 iso^oca
«™We see
c 1 A 1/C-'
«Jioeu
DzjiozjigaIhjkaI
TSjAtLAUkO
Volgens de jongste Italiaansche
weermachtsberichten hebben de Italia
nen Diredawa (Diredaoea) ontruimd;
ditls reeds de tweede stad ln Abessi-
nië, welke de Italianen prijsgeven. Dit
gebeurde echter om strategische rede
nen: ten eerste om de steden te be
hoeden voor hevige luchtaanvallen en
ze te sparen voor da inlandsche bevol
king; ten tweede om betere stellingen
in do omgeving te kunnen betrekken.
De Italianen trekken zich terug langs
de rivier ~de AwaaJ (Hawssh) en
trekken ten Westen Van
nieuwe stellingen. Op de kaart zijn met
zware pijltjes aangegeven, op welke
wijze de Britten den,, spoorweg hebben
bereikt; dit geschiedde nadat zij ver
sterkingen uit Britsch-Somaliland had
den gekregen. V«n Dzjidzjiga uit begon
de opmarsch naar Harrar, dat- intus-
schen reeds ontruimd was. Door de
ontruiming van Diredawa controleeren
de Britten thans een klein gedeelte van
den Addis-Abeba—Dzjibeati-epoorweg.
(Carthografizch bureau voor
da Nederl, DagbUuipert).
Aan de Zuid-Slaviscbe grens wordt
vernomen, aldus het D.N.B., dat, in
tegenstelling tot de geruststellende
verklaringen der autoriteiten te Bel
grado, de toestand voor de Duitsche
bevolking steeds dreigender wordt. De
opgehitste Servische elementen stel
len zich niet meer tevreden toet rel
letjes op straat en aanvallen op voor
bijgangers, zjj zijn nu overgegaan tot
een stelselmatige vervolging van alle
burgers van Duitsche afkomst^
Betrouwbare berichten vermelden
dat de kreet „Maakt jacht op de
Duitschers" de politieke leuze gewor-
den is van, Servische studenten en
militairen, wier optreden tegen de
Duitsche en Italiaansche, doch ook
tegen de Hongaarsche en Bulgaarsche
volksgroep steeds gewelddadiger vor
men aanneemt.
Vooral de Duitschers en Italianen
zijn, in de steden en dorpen van het
Servische en Sloveensche gebied op
het oogenblik hun leven en bezit niet
zeker.
Talrijke Italianen, die uit Zuid
Slavië naar "hun vaderland terugkee-
ren en vooral vrouwen en kinderen
zijn in Triest aangekomen.
De correspondent van International
News, Desider Geleji, meldt uit Bel
grado, dat Zuid-SlaVië van de Ver-
'lenigde Stoten opnieuw de toezegging
van. materieelen steun gevraagd heeft.
De minister van Buitenlandsche Zaken,
Nintsjitsj, heeft tweemaal met Was
hington getelefoneerd. De gezant te
Washington, Fotitsj, heeft c rrop een
bevestiging overgebracht van de offi-
cieele belofte, dat de Amerikaansche
regeering bereid is Zuid-Slavië steun
te verleen en in het kader van de wet
tot hulpverleening aarnjgngeland.
_r—
BLIJVEN DE FRANSCHE
SCHEPEN VRUT
Het Duitsche vrachtschip Hameln en
de Italiaansche tankboot Giorgio Fassio
zijn gisterenmiddag in Vera Cruz door
Mexicaansche troepen bezet met de
motiveering, dat men een eventueele
„sabotage" wilde voorkomen. Ook het
in de haven van Tampico liggende
Duitsche passagiersschip Orinoco is
door militairen bezet.
Peruaansche militairen hebben het
Duitsche schip Leipzig bezet. Op ge
lijke wijze is naar 't schijnt het s.s.
Montserrate in beslag genomen. Beide
schepen werden daarop door hun be
manningen in brand gestoken. De
leden der bemanning werden door de
Peruaansche autoriteiten gearresteerd.
Ook het in een Noord-Peruaansche
haven liggende Duitsche schip Fries
land is door zijn bemanfiing in brand
gestoken en bevindt zich in zinkenden
toestand.
De Peruaansche autoriteiten "hebben
de werkplaatsen en vliegtuigen van
het Peruaansche filiaal der Duitsche
Lufthansa verzegeld. Voorts hebben
Peruaansche troepen het vliegveld der
Lufthansa in Lijatambo bezet. Hier
bevonden zich twee Junkers-vlieg-
tuigen. Redenen voor dit optreden zijn
tot dusver niet officieel bekend ge
maakt.
De Fransche sghepen in
Amerikaansche havens.
De Fransche ambassadeur te Was
hington heeft de pers medegedeeld, dat
hij aanneemt, dat de Vereenigde Sta
ten geen maatregelen zullen nemen
met betrekking tot de in Amerikaan
sche havens 'liggende Fransche sche
pen. De Amerikaansche regeering,
aldus de ambassadeur, zal misschien
alle buitenlandsche schepen onder be
waking stellen, doch de Fransche sche
pen zullen waarschijnlijk niet worden
bezet, zooals de Duitsche, Italiaansche
en Deensche.
Het Dnitseh-Itallaansche protest.
Op de persconferentie heeft Huil ge
weigerd, den tekst van de Italiaansche
en .Duitsche protesten ten aanzien van
de maatregelen tegen de sdhepen be
kend te makep. Hij zeide nog geen~tijd
gehad te hebben om de Duitsche nota
nauwkeurig te bestudeeren. Huil ver
klaarde niets te kunnen zeggen over
het definitieve lot der Duitsche en Ita
liaansche schepen, omdat men in deze
aangelegenheid nog niet verder ge
komen is. Washington heeft de Ibero-
Amerikaansche regeeringen onmiddel
lijk na de beslaglegging op de schepen
daarvan in kennis gesteld. Op een
vraag over levering va» Amerikaan
sche levensmiddelen aan Frankrijk
antwoordde Huil, dat hjj ln beginsel
vasthoudt aan zijn sympathie voor
leveranties aan 'de hongerlijdende bur
gerbevolking.
In een onderhoud met het hoofd var.
de afdeeling Tooneel en Dans van het
departement van Volksvoorlichting en
Kunsten, den heer F. Primo, hefeft het
A.N.P. gevraagd tot heever de /centra
lisatie van de tooneelkunstenaars in
groote gezelschappen zal gaan.
Er is direct sprake geweest van
twee of drie staatsgezelschappen,
zoo antwoordde de heer Primo.
Maar er wordt op dit oogenblik nog
een andere mogelijkheid overwogen
Die mogelijkheid is: het vormen
van één centraal gezelschap, waar
in de beste Nederlandsche tooneel
kunstenaars worden opgenomen.
Dat zou een gezelschap worden van
enkele honderden kunstenaars en
dit gezelschap zou werk van groot
formaat moeten brengen. Het cen
trale gezelschap zou dan worden
onderverdeeld in aparte groepen,
welke als vaste gezelschappen van
groote steden zouden kunnen wor
den beschouwd. Daarbij is dan ge-
dacht aan Amsterdam, dien Haag,
Rotterdam en Arnhem. Zou men
over voldoende krachten beschik
ken, dan zou men ook het Noorden
een vaste groep willen geven.
Het groote voordeel van een derge
lijk centraal gezelschap zou zijn dat
het onder één algemeen leider zou
staan, die het geheel kan overzien, die
alles organiseert en die dus de volle
dige verantwoordelijkheid moet dra
gen tegenover de overheid en tegen
over de kunstenaars, die onder hem
werken.
Deze leider, die in de steden door
onder-directeuren wordt bijgestaan,
zou dan beschikken over een groot
aantal bekwame regisseurs, die de
voorstellingen voorbereiden. Hij zou
verder echter verantwoordelijk blij
ven voor de keuze van de stukken en
van de speelkrachten en voor den
zakelijken gang. Dat deze leider
over zeer veel menschenkennis zal
moeten beschikken om een dergelijk
enorm apparaat, waarbij zoovele
kunstenaars zijn betrokken, te be
sturen is begrijpelijk.
Ideale rolbexetting.
De centralisatie van de beste too
neelkunstenaars in één gezelschap
zou tengevolge hebben dat elke groep
in staat zou zijn de ideale rolbezetting
voor elk stuk te vinden. De concurren
tiestrijd tusschen gezelschappen of
liever de knoeierij om de kopstukken
van de gezelschappen tegen het
nieuwe seizoen weg te koopen, zou
hierdoor en tevens door een vastge
stelde loonschaal, meteen zijn afge-
loopen. Er zou alleen een concurrentie
blijven bestaan op artistiek terrein,
maar met zulk een concurrentie tus
schen de groepen onderling, zou het
tooneel alle enmaar gebaat zijn.
Werk van groot formaat.
Zooals gezegd zou dit gezelschap
werk van groot formaat moeten gaan
spelen. Do klassieken zouden daarbij
een basis moeten vormen, hoewel
ook modern werk van allure zal wor
den gebracht. Men moet niet ver
wachten, dat het goede blijspel zal
worden verwaarloosd. De klassieken
moeten een uitgangspunt vormen,
maar elk ander sterk tooneelwerk
met goeder inhoud zal ook in aanmer
king komen. De ontspanningsfactor
zal dus zeker niet worden voorbijge
en,
Het is vanzelfsprekend, dat de Ne
derlandsche schrijvers, die al heel
slecht behandeld zijn, in het reper
toire rijk vertegenwoordigd zullen
worden. Er zullen zooveel mogelijk
stukken worden gespeeld van oude en
moderne Nederlandsche tooneelschrij-
vers. Op de eerste plaats is daarbij
gedacht aan Vondel, aan Hooft, wiens
„Granida" en „Warenar" men op het
oog heeft, aan Breero en Langendijk,
van wien men de „Kooplieden" zou
kunnen spelen. Er verdei&zijn er dan
de abele spelen als „Esmoreit", „Lan-
celoet van Denemarken", „Floris
ende Blancefloer", stukken, welke in
een perfecte opvoering, werkelijke
kunstmanifestaties zullen worden.
En een repertoire waarop Shakes
peare, Goethe, Schiller, Lessing, Kleist,
HebbeL Lope de Vega, Calderon,
Claudel, Ghéon en de volksche spelen
van Holberg zuHen voorkomen, zei
ongetwijfeld de belangstelling voor
het tooneel doen,groeien en de liefde
voor de kunst verdiepen.
Daardoor zal ook een jonge drama
turgie ontstaan. Want wanneer het
tooneel tot' een bepaalde hoogte stijgt
en dat z a 1 het zeker door de over
heidsbemoeiingen en de te verdach
ten medewerking van de tooneel
kunstenaars ontstaan dok schrij
vers. Het ie een niet te loochenen
feit dat de schrijvers pas voldoende
getnutsgted worden, wanneer «r
levenskansen voor hun werk bestaan.
Wat de tooneelbemoeiing op dit ge
bied kan bereiken, heeft men in
Vlaanderen destifÖs kunnen ervaren,
toen dr. Oscar de Gruyter zijn arbeid
begon. Daar heeft de tooneelspeel-
kunst uitermate bevruchtend ge
werkt op de dramaturgie en het beste
werk van Smit, Herman Teirlink en
Willem Putman is in dien tijd ont
staan.
Vermakelijkheidsbelasting
Er wordt thans ernstig gestreefd
naar afschaffing of een zeer sterke
vermindering van de zoogenaamde
vermakelijkheidsbelasting, voor zoo
ver bet cultureel werk betreft, dat
los staat van het vermaakgenre. Het
is onjuist om uitingen van cultu-
reelen aard in dit opzicht gelijk te
stellen met vermakelijkheden en
waar de overheid dit volkomen dui
delijk inziet, hoopt men tot vrijstel
ling van belasting voor werk met
cultureelen inslag te komen. Voor
het publiek zal dat dan beteekenen
een verlaging van de toegangsprijzen.
De maatregelen in het-algemeen zul
len trouwens toch daarheen leiden,
zoodat het bezoek aan schouwburgen
op deze wijze vergemakkelijkt wordt.
Om het schouwburgbezoek te -ani-
meeren zullen verder de leden van
het personeel van groote zaken eu
ondernemingen ob gezette tijden, te
gen zeer lage prijzen in de gelegen
heid worden gesteld gezamenlijk
stukken te gaan zien. Dat zuller dan
speciale voorstellingen worden.
Ook de scholen moeten trouwens
belangstelling bij de jeugd kweeken
en dat zal gebeuren door het bij
wonen van klassieke werken, - welke
in de lesuren eerst uitvoerig door de
onderwijzers zullen worden behan
deld.-
En verder zal ook het dilettanten-
toon eel zijn beteekenïs hebben en
het heeft bovendien reeds dikwijls de
verwaarloosde taak van het beroeps-
tooneel overgenomen door het bren
gen van stukken van waarde. Daarom
zullen de dilettanten-vereenlgingen
zelf moeten beslissen of zij zullen
willen - werken op cultureel terrein.
Willen zij dat, dan worden zij opge
nomen in het gilde. Het dramatur
gische bureau dat op den duur zal
ontstaan, zal hen dan van materiaal
voorzien. Willen zij niet cultureel
werkzaam zijn, dan komen zij te
recht in de afdeeling volksvermaak
en blijven daar evereens onder toe
zicht.
Tooneelonderwijs.
Aan het tooneelonderwijs zal ook
danige zorg worden besteed. Een ver
nieuwing van dit onderwijs, waarbij
de opera zal worden ingeschakeld,
kan in de toekomst verwacht worden.
Men is thans reeds doende het kunst
onderwijs los te maken van het de
partement van Volksvoorlichting en
Kunsten.
Buiten het centrale gezelschap wil
men twee reizende gezelschappen or-
ganiseeren. Op de eerste plaats zal
daartoe het gezelschap „De Voortrek
kers" worden geconsolideerd.
Aan de bandeö, welke Nederland en
Vlaanderen binden, heeft men even-j
eens gedacht. In de toekomst hoopt
men dan ook tot een intensieve uitwis
seling te komen tusschen Noord en
Zuid, waarbij de opera en zelfs het
leekentooneel niet vergeten zullen
worden.
Het cabaret wordt in een aparte vak
groep voor kleinkunst ondergebracht
en zü, die als cabaretier werkzaam
zijn, maken dus deel uit van een andere
groep dan de tooneelspelers. De moge
lijkheid is echter opengesloten om lid
te zijn van twee vakgroepen, omdat
ons land enkele acteurs en actrices
telt, die ook hun groote verdiensten
hebben op het gebied van kleinkunst.
Dezelfde regeling is ook getroffen voor
opera- en concertzangers, die tot het
muziek- en tooneelgilde kunnen be-
hooren.
Er is, zoo zeide de heer Primo ons
tenslotte, een verblijdende medewer
king te constateeren van de prominen
te tooneelkunstenaars en deze mede
werking zal ongetwijfeld het bereiken
van het gestelde dock mogelijk maken.