et drama
in de zonnige Pampa
Lettergreep-Puzzle TusschenCobraenMenam
-*■
i
Zoo groot als boomstammen
Zoo klein als Sigaretten
EEN REVOLVER ENMOED
Visitekaartjes-Puzzle
LOE DRIETOG
Alles met de hand
Pijpjes als sigaretten:
de hooge tonen
ZIJ bezaten niets dan een paar koelen en
kippen, een lantaarn, die hun huisje
armelijk verlichtte, wat zelf getimmer
de meubelen en een revolver! Een revolver,
die een plaatsje in een museum verdiende!
Zij waren arm, doodarm, maar zij waren
jong, Federigo en Josita, die rmdden in de
pampa leefden en van elkaar hielden. Zy beza
ten niets, desondanks waren zij op een geheim
zinnige wijze rijk en zeker waren zij dat in
den tijd, toen de gruwelijke droogte heersèhte,
die de kudden met ondergang bedreigde. In de
geheele provincie werden zij benijd en van
heinde en ver kwamen mannen op stofover-
dekte paarden aangereden om iets van hun
voorraad te vragen. Zoo lang zij wat te missen
hadden, gaven zij, maar eindelijk hadden zij
zelf niets meer.
De rijkdom, waarom zij benijd wérden was...
water I 4
Zij bezaten een bron met helder, koel wel
water. De bron gaf echter den laatsten tijd
net zoo: veel, dat hun vee voldoende kon drin
ken, maar water om weg te geven, leverde de
bron niet meer. Zij waren wel "genoodzaakt
alle verzoeken om Water te weigeren, alleen
Escalada gaven zij twee volle flesschen mee.
Zijn kind lag met hooge 'koorts, maar de
drie pa» aangekomen pionier» van Santa Kata-
rina, die vloekend en dreigend water eischten,
weigerden zij eiken druppel.
Federigo was een man als uit brons gehou-
*wen, .met donkere, gloedvolle oogen.
josita, zei hij op een morgen tegen zijn
vrouw, die voor het huis maniok zat te schil
len, ik ga naar .Fernandez om over het vee
te* praten. Mocht er iemand om water komen,
doe dan niet open en-kom je in moeilijkhes-
den, schiet dan de revolve'r af, dan kom ik on
middellijk.
En Federigo sprong op zijn paard en draafd»
door de zonnige pampa. Nauwelijks was hij
uit het gezicht verdwenen pt Josita hoorde uit
de tegengestelde richting paardenhoeven na
deren. Josita tuurde... het waren de pioniers
van Santa Kstarina! Zij schrok. Haar eerste
gedachte was, zich in huis te verschansen, het
viel haar echter in, dat dan hun water verlo
ren zou zijn. Neen, zij moest de bron verde
digen, desnoods met de wapens! Het ging om
het vee, dat hun bestaan was. Zonder koeien
en paarden waren zij verloren.
Josita klemd» haar kaken opeen, dan. haal
de zij vastberaden de oude revolver en rende
naar de bron. Onmiddellijk sneed zij het touw
van den wateremmer door, zoodat deze naar
beneden viel en, plotseling besloten, ging zij
over tot het oude verdedigingsmiddel van de
pampa: zich met handen en voeten stuttend
tegen de wanden van de bron, daalde zij in
den put af, tot zij in het water stond.
Gespannen staarde zij naar boven, de revol
ver gereed. Daar naderden de paarden! De
mannen sprongen af. Josita hoorde hen spre
ken en even later aan de huisdeur kloppen.
Zij kregen geen gehoor, hun plan zou dus
gemakkelijk kunnen worden uitgevoerd, meen
den zij. Zij haastten 'zich naar de bron en
vonden het touw van den wateremmer door
gesneden. Razend van wo^ie waren zij,
Misschien is er bij het huis een touw te
4 vinden...
Weer gingen zij naar het huis. Zij vonden
een paar oude teugels, die zij meenamen. Van
de oudp teugels maakten zij één lang eind
en wierpen.dat in den put.
Het is lang genoeg, riep één van hen, trok
den teugel weer op en bond er een emmer
aan. De emmer sloeg heen en weer en trof
de vrouw daar beneden hard in het gezicht.
Zij gTeep hem en hield hem schuin alsof hij
reeds op den bodem van de bron lag. Ais de
mannen den emmer zouden ophalen, zouden
zij denken, dat er geen water meer in den
put was, overlegde Josita.
Het kwam evenwei .anders uit dan-zij had
gedacht. Toen de waterroovers den emmer op
trokken en zagen dat hij» leeg was, ging één
van hen op den grond liggen om in den put
te kijken.
VerdraaidI riep hij, Ik geloof, dat
daar bi de diepte iets ligt!
Wat dan?
Misschien een kalf, dat naar beneden is
gevallen.
Misschien...
Plotseling zwegen zij alle drie en keken in
de diepte.
Josita keek op naar de van woede vertrok
ken gezichten boven den putrand.
Angst greep haar aan. De mannen trokken
zich terug, een oogenblik zag zij weer de
blauwe lucht hoog boven den put. Dan be
merkte zij een lichte beweging bij den put
rand. Zij zag" een gesloten vuist. In die vuist
glinsterde iets. Een revolver!
Onmiddellijk£choot Josita. De knal dreunde
haar in de ooren tot doofwordens 'toe. Maar
de hand met de revolver was verdwenen. Zij
wachtte, de kleine, dappere Josita. Zij zou
de bron ver*digen tot het einde toe. Want
zonder water had het leven geen waarde.
Lang bleef het stil, daar boven aan den
putrand. Dan schoot weer een hand naar vo-
Ik geloof, dat daar in de diepte iets ligt/
..(Vereen. Penb.t
ren. Wéér schoot Josita. Wéér verdween d»
hand. Maar nu verschenen eensklaps drie
handen en drie schoten knalden tegelijkertijd.
De kogels ketsten tegen de leemen wanden.
Josita werd gespaard. Krampachtig drukt»
zij zich tegen den bronwand. Toen trof een
steen haar schouder. Dappere Josita zakte
ineen...
Niet lang daarna kwam Federigo met een
paar anderen naar huis gedraafd. Hij had de
schoten gehóórd en begrepen, dat Josita in
nood moest verkeeren. Hij zag de sporen bij
de bron, keek naar beneden, sprak geen
woord. De mannen wierpen een lasso naar
beneden, Federigo daalde af en bond Josita
eraan. Dan trokken zij haar op. In het dorre
gras legden zij haar neer. Doodsbleek was zij
en haar gezichtje zat vol bloed. Zij had haar
bron verdedigd, arme, dappere Josita. Maar
zij had er zelf het leven bij ingeschoten;.: -
Gevraagd worden 19 woorden van twee letter
grepen. De te gebruiken lettergrepen geven we
hieronder, terwijl de 19 woorden de volgende
beteekenis hebben.
1. bitter vocht
2. boomen
S. schaduw (dichtvorm) -
4. stekels
I. gaat heen
I. onzin
7. beneden
8. eensklaps
9. hinderen
10. opnieuw vereend
11. hetzelfde
12. fiets voor twee personen
13. mistig
14. weer
18. muziekinstrument
16. graag
17. Thailand
18. een nachtschade plant
19. extra verdund
De lettergrepen zijn:
al am «uw bak -(-de dem den
der der door een eend eens ex
gaar gel hei her ig in it
lln nen nieuw ne non on op
op or ren scha sem sens si
ta tan Ijl
Heeft men de juiste woorden gevonden, dan
geven de eerste letters van de eerste en de
tweede lettergreep, van boven naar beneden ge
lezen, een bekend spreekwoord.
(Vervolg van pagina 5)
Door het.venster zag ik den blauwen, door
de zon beschenen hemel van Siam en in de
verte sierlijke torentjes en vergulde koepels.
Een dokter stond aan mijn bed.
En, mijnheer Hagenbeek, hoe gaat het?
Hebt u nog pijn?
Pijn? Nee!> Maar waarom zit Ik zoo stijf
ingepakt?
Ja, als Ja een paar ribben gebroken hebt,
waarbij ook de longen het hebben moeten ont
gelden, Is dat wel noodig. Maar over twee
maanden zult u wel weer de oude zijn.
Toen kwam één van m'n vrienden:
Zeg, wat la er eigenlijk met je gebeurd? Ben 4
Je door een olifant aangevallen? Ik vgrmoed, dat
het dezelfde is, die Jij den vorigeri aag gescho
ten en gevangen had. Hij was losgebroken. En
toen we hem weer vingen, had hij een wond aan
de slurf.
Ja, ik herinnerde me, dat ik op zijn slurf
schoot, toen ik hem zoo plotseling naast me zag
opduiken. Had de olifant wraak genomen? Naar
alle waarschijnlijkheid wel. In ieder geval is het
avontuur met de cobra en de steeds maar stij
gende bergbeek het spannendste, dat ik ooit heb
beleefd.
Dit keer heet onze vriend:
AIj u de lettere van zijn naam door elkaar gooit ea
in een endere volgorde weer neerlegt, kunt u lezen
welk beroep hij uitoefent.
Handwerk, mijnheer.
Allemaal handwerk...
Dat is verrassend: Wie
heeft er tot nog toe niet gedacht,
dat de pijpen voor een kerkorgel
gegoten werden? Volgens het
systeem van: daar staat de vorm,
metaal ingieten, afkoelen, wat bij
werken en dan heb je een orgelpijp,
toon zus of zoo.
Maar .de pijpen voor den „koning
der instrumenten" moeten in het
geheel... 125 bewerkingen met de
hand doormaken, voordat de ma
ker verlicht kan zuchten: „Ziezoo,
die is af'. En het is een vak,
waarbij een speciale kénnis wordt
vereischt... je kunt gemakkelijker
een sigaar of een Goudsche kaars
leeren rollen, dan een orgelpijp 1
Het is een oeroud, degelijk en
moeilijk handwerk, waarin maar
bitter weinig concurrentie is. De
heer J. Stinkens te Zeist is een der
zeer weinigen in ons land, die het
vak goed onder de knie hebben en
die een eigen industrietje heeft op
gebouwd. En hier ziet u de pijpen
ais lange, glanzende staven rond
om staan groot# en klein»,
dikke en dunne. Strak# zullen zij
vol wijding ruischen in het sfeer
volle interieur van een kerk...
De tijden van hoogconjunctuur,
toen tal van aanvragen binnenlie
pen om „register» pijpen" een*
pijp wordt immers nooit apart ge-
leverd, doch altijd in „familiever
band" moge thans voorbij zijp,
men heeft nog geenszins reden tot
klagen en er moet nog dagelijks
onder hoogen druk worden gewerkt.
Weliswaar werkt men thans niet
meer met 22 man, zooals in de
„gouden dagen" een keer is voor
gekomen, maar toch...
Daar in dien donkeren hoek van
de werkplaats pruttelt een groots
pan op het vuur. Erwtensoep? Het
lijkt er wel wat op, op een afstand,
maar 't is een" heel ander soepje,
een mengsel van gesmolten lood en
tin.
Kijk eens, verklaart een zoon
van den heer Stinkèns, we ne
men als metaallegeering een legee
ring van bankatin en lood. Voor de
strijktonen gebruiken wij 75 an 80
procent tin, voor de prestanten 40
4 50 procent en voor de bastonen,
de gedekte registers dus, maar 25-
45 procent. Die hebben veel lood
noodig. Dat mengsel houden we
steeds goed schoon met da
schuimspaan... er drijft van aller
lei rommel op, ziet u wel? En dan
gieten we het uit op deze bank...
de giettafel. Daar is linnen over
gespannen, zóó strak, dat het niet
kan verbranden. Hierna gaan we
'met dat houten toestel erover heen
en wrijven de massa dus goed
plat... op die manier verkrijgen wy
de plaat, waaruit straks de pijp
kan worden gerold.
Een paar honderd jaar geleden werd een orgelpijp precies
eender gebouwd als nu. Een moeilijk handwerk, waarin maar
heel weinig concurrentie is.
Misschien wat primitief maar
het gaat uitstekend. Het doet wel
dadig aan, nu eens niet een inge
wikkelde machinerie te zien, dié
het zaakje wel eens eventjes een-
twee-drie zal opknappen. Een plaat
mijnheer? Druk maar op dat
knopje en zet dat handeltje maar
kranten gedaan, die nog met de
hand geachreven waren! "Ver
moedelijk om die dingen goed
vast te zetten. Deze rariteiten
zijn naar het museum gegaan...
schuin... pas qp: daar heb je
ze al!
Neen zoo is het hier niet.
Alles gaat met de hand, tot het
glad schaven van de metalen plaat
toe. Volgende stap: op maat snij
den en om een houten of ijzeren
staaf, den zoogenaamden vorm rol
len. Ah...: nu kunt u zien, dat hier
orgelpypeh worden gemaakt.' Het,
nesultaat-lijkt er al een beetje op.
Het is een groote metalen kaars...
De pijp moet eerst doormidden
worden gesneden, waardoor men
de twee deelen, het corpus en den
voet verkrijgt. Nu wordt de lip ge
maakt... een „kern" er in gesol
deerd en da mond uitgesneden.
Wgar is de soldeerbout?
vraagt de heer Stinkens jr. Met
■vaardige hand kit hij een pijp
dicht met een dun looden lijntje.
Doe het hem maar een# na!
Een pijp moet absoluut lucht
dicht zijn, anders spreekt hij
slecht aan, verklaart hij.
En dan ja, we schamen ons
om het ta vertellen, maar het feit
is er dan gaan we naar een
hoekje, waar een... electromotor
loopt. Dat beetje machinekracht
in dezen tempel .van'handenarbeid
zullen we overigens maar niet te
zwaar laten wegen: Hier wordt een
punt aan de pijp gedraaid, doch
zoo, dat nog een kleine ronde ope
ning over blijft.
Kijk hier moet de lucht
,straks door om de pijp aan te
spreken...
De heer Stinkens verontschuldigt
zich overigens met een glimlach.
Vroeger ging dat ook met de
hand. Dan moesten twee jongens
draaien. Maar 'n motortje is veel
gemakkelijker, nietwaar?
Dan verhaalt hij, dat men het
soms ook erg druk heeft met
pijpen restaureeren. Enkele jaren
geleden kreeg men eens pijpen
van een heel oud orgel, dat hon
derden jaren langs zich heen had
zien gaan;..
"Weet u, wat Interessant was?
Om dia pijpen had men destijds
Het intoneeren van één der pijpen.
(Foto Dé Keyztr, Zeist)
We wandelen naar een ander
vertr.ek, waar tal van nietige pijp
jes als sigaretten bijeen liggen
netjes gesorteerd op de tafel. Dat
is een rubriek der hoog» tonen...
Soms maken we tweehonderd
van die kleine dingen... die hooren
allemaal bij elkaar en tot één re
gister!
Stelt u zich eens voor: tweehon-
derd van die hooge het klinkt
wel een beetje prozaisch, maar we
zullen het woord toch maar ge
bruiken „pieptoontjes" en alle
maal verschillend, allemaal met
fijne nuanceeringen 1
In een register loopen alia
pijpen af wat breedte en lengte be
treft, m.a.w. de windinhoud loopt
af. Maar om u nog ieta anders t«
vertellen: kat timbra en de aan
spraak van een pijp vereischen nog
speciale zorg. Komt u maar eens
kijken...
In een klein werkkamertje staat
een orgel met een aerie losse
pijpen erop, die men naar wensch
kan 1 verwisselen. Een motortje
gaat zoemen: nü wordt de blaas
balg met lucht geblazen en men
kan gaan spelen. Een paar tonen
klinken ter „demonstratie"...:
tuuuut... toet...
De menschen halen altijd twee
dingen door elkaar. Het stemmen
van een pijp is heel wat anders,
dan het intoneeren. Het laatste be-
teekent: de juiste kleur van een
toon bepalen... daarvoor maken wij
de spleet van den mond wat nau
wer of breeder...
En het stemmen? Hiervoor
Wordt van boven een strookje me
taal uit de pijp gerold net ala
bij een sardineblikje. Door lets
naar voren of iets naar achteren te
rollen wordt de pijp, d.w.z. de
luchtkolom, die strak» aan het tril
len wordt gemaakt, langer of kor- N
ter. Het is maar een weet, zooala
met alles in het leven!
Het kan gebeuren, dat een or
gel na een honderd jaar door de
temperatuur en verschillende an
dere invloeden een halven toon te
hoog staat... dan moeten alle pij
pen niet één uitgezonderd
iets worden „teruggerold", zoodat
de luchtkolom langer wordt... 1
De heer Stinkens vertelt dat alia-
maal met het grootste gemak: hij
kan het wel droomen. Ata goed
vakman kent hij alle geheimen zoo
door en door, dat hü het vreemd
ste orgelpijpenprobleem zou kun
nen oplossen. Hij heeft In heel be- -
kende kerken pijpen gerestaureerd
en metmllerlei puzzles omtrent
toonhoogte, aanspreken en klank
karakter geworsteld. Een paar
honderd jaar geleden werd een or
gelpijp precies eender gebouwd als
nu dus zelfs het oudste instru
ment kan hem niet voor verras
singen plaatsen. Ja, je bent ten
slotte orgelpijpenbouwer of Je bent
het niet-,.