^Saiëda m 'lü l AKKERTJES St. Jansdag |- I het leest van de zomerzonnewende l!i. 2 f lllèl Vuurtorenwachter rADSNIEUWS AT A AAR ANNEER 10É 12 iff v >E BLAD ZATERDAG 21 JUNI 1941 1EHOORLIJK OPTREDEN. inrdebeitelling van [den Heer Chr. Stolker. W| Uitreiking distributie bescheiden. Een prachtige kleurenplaat van Johannes den Dooper Naar de glasschildering van Dirck Crabeth i% SR ut A. 1 i h ONZE BIOSCOPEN. 4 Reünie Bioscoop. Thalia Theater. Schouwburg Bioscoop. FEUILLETON laats ten tijd iUn door kenne- fm«hitste elementen tegen leden i DuitKhe weermacht voellooze Bilykheden begaan. Niettegen- bet kleine voorvallen waren, door opgeschoten perionen 0i wordt de goede verstand- r 'tusschen de Duitsche weer- de Goudache burgerij bier- r»mtoord. la den wensch van den Orta- mdant zooveel mogelijk allea te om te bereiken, dat de verhou- .juiachen de Duitache weermacht I burgerij goed ia. jen echter voo'vallen als plaats 1 hebben, wederom mochten ge- m zullen deze voor den enke- of voor de geheeld stad ernstige _jjll.fi kunnen hebben K^aals wordt ieder dus erop ge ts een fatsoenlijke houdmg tegen- de Duitache weermacht in acht I BRACHTEN EEN LAATSTEN GROET. de Algemeene Begraafplaats te .inwoude is gistermorgen het stof- overschot van den heer Ch. Stol- t mede-directenr van de N.V. Goud- Aanneming Maatschappij voor- li. E. van Deest te dezer stede, nrichesteld. [doewel de heer Stolker nog niet zoo- g in Berken'woude woonde, had hij *er vele vrienden gemaakt. In Mei l het vorig jaar was hij dagen en i ook nachten in da weer met de westing en voeding van de in de .eente verblijvende geëvarueerden. fvelen waren gekomen om de laatste f M bewijzen. Onder de aanwezigen allereerst de naaste medewer- rt in de Goudsche Aannemings utschappii, de heeren H. E. van Üt en C. A. de Groot te Gouda, e-directeuren, de heer P. Neder- i te Rotterdam, mede-oprichter, en het personeel van de onderne- ing, dat het ittrk liet rusten om den waardeerden directeur een laatsten iet te brengen. Voorts waren er de theer M. Gautier, burgemeester van kenwoude, de heer J. P. Hubregtse, nisch ambtenaar van het hoog- „raadschap „De Krimpenerwaard" i verschillende collega'a uit het aan drijf. De heer C. A. Verschut Gouda vertegenwoordigd, de af- Gouda en omstreken van den andschen Aannemers- en Pa- Itroonsbond. Ook uit Bergambacht, Iwaaite heer Stolker vroeger woonde, I Jtirra vrienden aanwezig. Ntmtns het personeel van de Goud- die Aannemings Maatschappij sprak llieer J. de Graaf, die o.m. zeide, dat t in den persoon van den heer Stol- reen goed eft rechtvaardig chef had „rloren. Tervolgens sprak de heer F. A. Hoo- «dilk, accountant der onderneming, tnaam van de directie van de N.V. Ische Aannemings Maatschappij- schetste den overledene als een den en harden werker. De heer chut voerde het woord namens den lerlandschen Aannemershond, waar de heer Stolker gedurende vele si een ijverig lid 1» geweest. De heer P. Stolker, zoon van den (rledene, dankte namens de familie ir.de belangstelling tijdens de ziekte i bij het overlijden van zijn vader vonden. Ds. M. J. W. Zevenboom, d. Herv. predikant te Berkenwoude, ïk hierna een kort woord en ein- jde met gebed. [Onder de vele bloemstukken, die f basr dekten, waren kransen van de stie en van het personeel van de nootschap, van den Aannemers- l en van de verschillende collega's. EXAMEN GEMEENTE. ADMISTRATIE. 's-Gravenhage is geslaagd voor Tft examen gemeente-administratie •keer B. Ringeling, alhier. Thalia Theater: Onder gele vlag (met Hans Albers, Dorethea Wieck en Olga Tscheehowa). Aanvang 8.15 uur, Zondag vanaf 3.30 uur. Remde Bioscoop: Amsterdam bij nacht (met Piet Kohier en Louis.de Bree). Aanvang 8.15 uur, Zaterdag vanaf 6 uur. Zondag vanaf 3.30 uur. Zon dag 10.30 uur: De dochter van den Samoerai (met Sessue Hayakawa). Schouwburg Bioscoop: Schaduwen der duisternis (met Rudolph Fernau, Fritz Kampen, Christine Grabe en Ellen Bang). Aanvang 8.15 uur, Zondag vanaf 3.30 uur. 22 Juni 10 uur G.S.V.-terreln: Tweede dag athletiek-competitie Turnkring Gouda en omstreken. 23 Juni 11 uur De Zalm: Openbare ver- kooping door notaris J. van Kranen burg. 23 Juni 8 uur Ons Genoegen: Alge meene vergadering sociëteit 23 Juni 8 uur Voormalige Ambachta- avondschool: Cursus transportcolonne Roode Kruis dames. 24 Juni 7.30 uur Stadhuis: Vergade ring van den gemeenteraad. 24 Juni 1 uur Achter de Waag: Ver trek excursie Ned. Vereeniging van Huisvrouwen naar landbouwbedrijf in Zuidplaspolder. 24 Juni g uur Dlaconessenhuis De Wijk: Concert mondaccordeonvereeniging „Crescendo". 25 Juni 7,36 uur Ned. Geref. Gemeente: Spreekbeurt ds. Joh. van Weizen. 25 Juni 8 uug Daniël: Cursus E.H.B.O. 26 Juni 7.30 uur Leger des Heils: Heiligingsdienst. 26 Juni 7.30 uur Vrije Evangelische Gemeente: Bijbellezing en bidstond. 2 Juli 89 uur Oosthaven 10: Zitting adviesbureau Ned. Vereeniging voor luchtbescherming. 94.30 uur Gebouw Daniël: Uitrei king distributiebonboekjes en -kaarten aan hen wier geslachtsnaam begint met een der letters: Maandag: J, K. Dinsdag: L, M, N. Woensdag: O, P, Q, R, T, U. Donderdag: S. Vrijdag: V. Zaterdag: W, X, Y, Z. ZONDAGSDIENST DOKTOREN. Bij afwezigheid van den huisarts Zijn van Zaterdagmiddag 3 tot Zondag avond 12 uur te consulteeren de dokto ren H. Reedijk, Crabethstraat 45 (telef. 3132) en J. H.^F, Remme, Fluweelen singel 59 (telefoon"3003). APOTHEKERSDIEN ST. Steeds geopend (des nachts alléén voor recepten): Apotheek E. Grendel, alleen Prins Hendrikstraat 15. NUMMER EEN OP BENOEMINGS VOORDRACHT. Op de voordracht voor de benoeming van een directeur der gemeentelijke handelsscholen te Amersfoort staat als nummer één onze oud-stadgenoot <fe heer K. Bouma, directeur van de han delsschool te Den Helder, vroeger alhier onderwijzer aan de Prinses Julianaschool en directeur der Ge meentelijke handelsavondschool. - verloren dagen", heette het vroegfer. Nu met meer, nu xqn er "AKKERTJES"! Een peer per dag, wèg pijn en nangheidl Ingez. Med. U 1982 13 f JET is op 24 Juni St. Jansdag. Ê~~f Deze dag is nog altijd omgeven A A door een mysterieus waas van volksgeloof en volksgebruiken. Een stadsmensch heeft er een vage notie van, terwijl er op het platteland nog een gedachte aan voortleeft, als tijd vak zaaien, aanwijzingen voor het weer, bijzondere kracht van het St. Janskruid, de sterkende invloed van kruidgn of dauw, die in den St. Jans nacht van 23 op 24 Juni) verzameld zijn. De St. Jansdag is gewijd aan Johan nes de Dooper, den woestijnbewoner én boeteprediker. Het ligt niet voor de hand, dat deze zomersche dag, vol kleu ren en geuren, zon en lipht, aan dezen Stroeven man gewijd is. Maar net schijnt, dat hij de plaats is gaan ver vullen van den god Balder, de verper soonlijking van de zon: in smetloos wit gewaad Den gouden gordel rond de lenden, ('t hoofd In 't blonde haaf gevat, als in een 1 [krans van stralen (Marcellus Emants) Op 24 Juni herdachten de oude Ger manen den dood van Balder. Het lijkt vreemd dit te doen als de zon vrijwel •7 Ate St. Jan Baptist, fragment uit Glas 6 in de Sint Janskerk, door Dirck Crabeth 1571, waarvan het Fonds Goudsche Glazen een prachtige kleurenrepro ductie heeft uitgegeven. t (Foto Fonds Goudsche Glazen) op haar hoogtepunt is; van dien dag af echter worden de dagen korter en gaat dus Balder neerdalen naar het duister van yela's rijk. Daarin ligt een zekere parallel met het leven van Johannes den Dooper, wiens leven zijn hoogtepunt bereikt als hij Christus doopt en die overigens ge tuigt: „Hij moet wassen, én ik minder worden." Reproductie vol kleuren- schoonheid. In verband met dezen dag van St. Jan geven wij hierbij zijn af beelding' door Dirck Crabeth, uit de aan Johannes den Dooper gewijde St. Janskerk. Deze afbeelding geeft slechts in de verte een idee van de mooie, diepe kleuren van de plaat, die het Fonds Goudsche Glazen naar deze glasschildering heeft laten maken. Tot nu toe was er naar de Goudsche Glazen geen kleurenre productie, die zoo uistekend is en zulk een afmeting heeft. De figuur die zich goed leent om, bijv. met loodstrip omlijst, te worden opge hangen, is een halve meter hoog. Nog juist voor de Glazen werden opgeborgen zijn daarvan de noodige foto's gemaakt. Deze gestalte is een eindpunt in het werk van Dirck Crabeth. Bijna 20 jaren lang had hij, in eén verbazingwekkend tempo, aan de St. Janskerk gewerkt. Een viertal van zijn schilderingen in het koor waren aan den patroon van stad en kerk ge wijd. Johannes predikend temidden van soldaten, geestelijken en volk, Jo hannes Christus doopend, Johannes op den achtergrond en sprekende: Illum opbrtet crescere, me autem minui. (Hij moet wassen en ik minder worden), Johannes in de gevangenis, die zijn leerlingen naar Christus stuurt met de vraag: Tune es qui venturus es? (Zijt Gij degene, die komen zou?) Dit werk maakte Dirck Crabeth in de jaren 1553 tot 1562, een tijd van be trekkelijke rust. Tenslotte schept '"hvj in 1571 deze laatste samenvattende Johannes ge stalte in het schip van de kerk, als Be schermheilige staande achter graaf Jan van Arenberg. De tijden zijn veranderd Margaretha van Parma, die in 1562 een Glas aan de kerk had geschonken, is door Alva vervangen. Prins Willem, voor wiép Dirck Crabeth in 1567 het Glas van de Tempelreiniging voltooi de, is "de leider geworden van den op stand tegen koning Philips II, voor wien Dirck in 1557 het Glas mét het Avondmaal 'en de Tempelwijding had gemaakt. Graaf Jan van Arenberg zelf, stad houder der Noordelijke provinciën, in gevolge wiens opdracht dit laatste Glas werd gemaakt, was intusschen in 1568 reeds bij Heiligerlee gesneuveld. Het was als gin$HoIland neerdalen in een rijk van duisternis. Figuur van dienende wijsheid, kraoht en warmte Te midden van deze onrust werkt Dirhk Crabeth aan de gestalte van Johannes den Dooper, die hem predikend, doopend, terugwijkende en twijfelende in zijn werk aan de St. Janskerk had begeleid. Hij geeft een laatste samenvatting, in het Glas dat ook het laatste van zijn hand zou zijn. Drie jaren later is Dirck Crabeth gestorven. Hij plaatste dezen St. Jan in de wer kelijkheid van militair en vorstelijk vertoon: op de kleurenplaat ziet men onderaan de sporen, een stuk van den paarsehen mantel en de helmpuim van den gesneuvelden veldheer. Maar over de Johannes-figuur zelf ligt stilte, zoo als hij den toeschouwer aanziet en wijst op het prille zuivere lam, toonbeeld van nieuw goddelijk leven, gelijk hij eens tot zijn leerlingen, wijzende op Christus, zeide: Ziet het Lam Gods. Het lam is witter tegenover de grijs bruin ingehouden kleuren, terwijl aan "i het geheel gloed wordt gegeven door den diep donkerrooden, maar van iicht doorstraalden mantel. In de reproductie komt dit rood van de glasschildering uitstekend uit, ter wijl ook duidelijk te zien is, hoe prach tig de sterke hand is geschilderd (met aderen, rimpels en spierspanning), die het Lam vasthoudt. In deze figuur is dienende wijsheid. Kracht en warmte. De fraaie plaat is iets typisch Goudsch en tegelijk een hoogste uiting van vroomheid en kunst, een kunst werk midden uit den roerigsten tijd van onze geschiedenis, dat spreekt tot dezen tijd. AMSTERDAM BU NACHT. Welk een beroering en'onaangename situatie een groote prijsvraag kan te- weerbrengen illustreert op komische wijze de film „Amsterdam bij Nacht' in het Reimie-p 'Ogramma, een genoeg lijke en vroo rolprent, die aange name ontspar biedt. In het vernaai is sprake van een prijsvraag voor een film-scenario met als titel „Amsterdam bij Nacht", waar aan een groote geldprijs is verbonden. Mijnheer Theodoor Drommel, een eer zaam boekhouder ten kantoren van een groot modehuis, hoort ook >van deze prijsvraag en wel uit den mond van zijn echtgenoote, die de meening is toe gedaan, dat mijnheer Drummei ook wel eens iets anders kan scHryven dan de.saaie cyfersreeksen'in zijn kantoor boeken. Dienzelfden dag ontmoet de boekhouder zijn ouden vriend- Berg man en zij maken een afspraak 's avonds uit te gaan. Het gevolg is, dat mijnheer Drommel diep in den nacht thuiskomt. Zijn vrouw geeft hem de volle laag en om zich te verdedigen komt de, arme Theodoor op het onza lige idee het te doen voorkomen, dat dit uitstapje noodzakelijk was om „stof" te verzamelen voor het scenario dat hij wel eens even in elkaar zal zetten. Mevrouw Drummei stelt hem den eisoh, dat hij haér over drie weken het scenario zal laten lezen! Het gevolg van mijnheer Drummel's ondoordachte bewering is, dat hij aan alle kanten in moeilijkheden komt. Het schijnt echter dat zijn typiste hem zal kunnen heipen. Ook zij droomt van filmroem, wil eveneens trachten een scenario te schrijven en nu perst miim heer Drummei haar de belofte af dat zij hem binnen drie weken dat manu script zal laten lezen. De geschiedenis van dit filmseenario- in-wording is op zichzelf reeds ko misch en onderhoudend, doch daarom heen vlecht zioh nog een andere ge schiedenis, namelijk die.van de liefde der typiste voor haar jongen patroon Boyendien is er nog sprake van pen grooten diefstal, die in mijnheer Drum mel's kantoor wordt gepleegd en zoo is het alles bijeen een vrij ingewikkeld en lachwekkend verhaal, dat mijnheer Drommel steeds dieper in de perikelen brengt, doeKt dat een bevredigenden afloop heeft. Louiy de Bree geeft een amusante uitbeelding van dén schutterigen boek houder.' terwijl Gusta Chrispijn-Mulder een strénge en bijdehands mevrouw Drummei is. Annie Van Duyn speelt op vlotte wijze de vrouwelijke hoofdrol en Jan Riveron toont zieh als de pa troon een beter zanger dan fiim-aoteur. bekenden dader en het nauwkeurig on derzoek brengt mede, dat men de overeenkomst kan vaststellen tusschen de overvallen, dia voorheen op het platteland en nadien in de groote stad gepleegd worden. Het ia ten slotte een pet, die het spoor in handen geeft en met de perfecte poütie-organisatie kan men nagaan, waar de pet gekocht is en wie de kooper was. Dan heeft men ook in het archief spoedig de foto van den kooper gevonden en deze foto maakt het voor de slachtoffers mogelijk be langrijke inlichtingen te geven over .dprl dader, die uiteraard onder anderen naam, den grand seigneur uithangt Dan is de strtjd «nel beslist, een groot, scheepsche aanval volgt, het geheele apparaat komt in actie en na heftigen tegenstand valt de gevaarlijke misda diger in handen van de politie. Een film als deze heeft uiteraard tal van sensationeele gebeurtenissen en z(j geeft daarbij een inzicht in het uitste kende werk van de politie, hoe deze schakel na schakel in elkaar past en ten slotte haar zorgvuldigen arbeid met succes bekroont. Rudolph Fernare en Fritz Kampers zijn de voornaamste fi guren in deze spannende rolprent. Vooraf gaan de journaals, voorts een belangwekkende film die op duidelijke wijze de gezondheidszorg in beeld brengt en ten slotte een aardige film met de mooie zang van het Don Kozak, kenkoor onder leiding van Serge Ja- roff. SCHADUWEN DER DUISTERNIS. In de politioneele film, die dé Schouwburg Bioscoop deze week met „Schaduwen der duisternis" vertoont, ziet de toeschouwer de misdaden ple gen en hü weet ook wie de dader is. De handeling is' hoe de .politie lang zamerhand haar net samenspant en ten slotte den misdadiger vangt. Deze deinst voor niets terug en de film be licht uitvoerig hoe hij van kwaad in erger vervalt, zijn operatieterrein over het geheele land uitstrekt en zich dan in steeds driester daden blootgeeft. Men leest zoo dikwijls, dat een misda diger altijd wel een fout maakt en dat het veelal kleinigheden zijn, die een belangrijke aanwijzing geven, die tot de arrestatie leidt. Zoo is het ook hier. Speurders werk geeft de draad in handen voor de vast stelling van de identiteit van den on- ONDER GELE VLAG. Van Hans Albers films gaat steeds n zekere bekoring uit, dank zij de bijzondere flair, waarmede deze acteur steeds persoonlijkheden weet uit te beelden. „Onder gele vlag". Thalia's hoofdnummer van deze week, is een Hans Albers film in optinia forma. Daarin speelt zij de rol van Peter Diercksen, die op weg is naar Puerto Guaza om daar de leiding van een expeditie op zieh te nemen. Het schip, waarop hy reist, wordt echter ge dwongen op het eiland San Luis Rey in quanrantaine te gaan. Zijn voort, varendheid in den omgang met dames is oorzaak van verwikkelingen, die de film zoo boeiend maken. Prompt geboden hulp maakt, dat Helen Roe der, een knappe, journaliste, een groote bewondering gaat koesteren, voor haar beschermers. De commandant die het contact met de bewoonde wereld zoo lang mogelijk gehandhaafd wil zien, verlengt ongemotiveerd de quaran taine. Diercksen, die de aansluiting met zijn expeditie niet wil missen, weet door de verpleegster van het station, een stil water met diepen grond, meer dan gewone attenties te bewijzen, haar medewerking te ver krijgen om tegen het verbod in te tele foneren. Dat telefoongesprek heeft een onderzoek ten gevolge met als resultaat opheffing van de quaran taine. De attenties aan de verpleeg ster hebben echter tot gevolg, dat deze verliefd is geworden op Dercksen en bovendien de meening is toegedaan, dat deze dezelfde gevoelens ten op zichte van haar koestert. Zij reist het gezelschap na. Voor den eersten avpnd aan wal maakt Dercksen een afspraak met haar, doch inplaats van die na te komen, grijpt hij de gelegenheid aan om met Helen een autotocht te maken. Teleurgesteld en verbitterd verwisselt de verpleegster eenige rapporten, die bij het onderzoek op |get quarantaine station van alle passagiers van het schip zijn gemaakt. Daardoor wordt ten onrechte verondersteld dat Dierck sen ernstig ziek is, waarom, hem het leiderschap van de expeditie ontno men wordt. Diercksen die na de auto rit Helen ten huwelijk heeft gevraagd, m ontwijkt haar echter als hém de conW clusie van het rapport bekend wordt, en gaat hevig aan de rol. Meerdere conflicten, ontstaan, vooral tusschen Helen en Dolores, de verpleegster, maar als er bericht komt dat de expe ditie wordt gevangen gehouden en Diercksen zich aansluit bij de hulp- expaditie, bekent Dolores haar fraude en stelt Helen daarna in staat al» blinde passagiere met de colonne mee te trekken. Na spannende gevechten in het oerwoud, waarbij Hans Albers zich als een tweede Tarzan ontpopt, volgt tenslotte na veel afwisseling, spanning en sensatie, een happy end. De film, die zeer veel actie en vaart toont wordt voornamelijk gedragen door Hans Albers. Naast hem treden Olga Tscheehowa en Dorothea Wieck, die eveneens uitstekend spel leveren, het neest op den voorgrond. (Nadruk verboden 0p een afstand van eenige kilome- M» lijken alle kleine booten op elkaar IJtesr Olsen zou toch de „Ingebjorg" *ijn lading hebben herkend, als t juist op het oogenblik, dat hij er i verrekijker op wilde richten, een "etje hem meldde, dat zijn tegen- 'gheid in de keuken werd ver- Toen hij een tijdje later terug zag hij tot xijn schrik, dat de en van Frettenor door een hef- sneeuwstorm aan het oog was er een oogenblik te aarzelen, i hij de gToote mistklok in wer- i het geluid drong als de stem 1 een vertrouwden vriend tot den i Niels en de beide meisjes door. die den toestand al weer ge- heheerschte, gaf zijn voornemen "«Ma om naar da dichtstbijzijnde te varen. kunnen nu niet naar den vuur- [»»an, zei hij, we zouden bij- tegen de rots-te pletter slaap, morgen terug moeten ko- harde knal atuitte zijn woorden- Op den vuurtoren had man een signaal afgeschoten. De „Inge bjorg" scheen in haar voegen te tril len. Ström wilde juist omkeeren toen Dagmar met een enkele beweging van het stuur de boot in de richting van de rots bracht. Een oogenblik aarzel de bij, bovendien was hij door den slag geschrokken. Mijnheer Olsen zal ons gezien hebben, zei hij, het is een waar schuwing voor ons niet verder te gaan. Nauwelijks waren de woorden over zijn lippen gekomen-, toen de stilte voor de tweede maal door een knal werd verbroken. Dat kan,niet voor onf bedoeld zijn, zei Hildur, we waren' pas half weg, toen het begon te sneeuwen. Ik heb heelemaal geen schip in de buurt van den toren gezien, jij Niels? vroeg Dagmar angstig. Vóór Strom den tijd had te ant woorden, klonk voor de derde maal het noodsignaal van den vuurtoren. Niels, we kunnen niet terug, ze zijn op den toren in nood, ze hebben hulp noodig, riep Dagmar opgewonden uit. We moeten nog een kwartier tje denzelfden kant op zeilen en dan roeien. De mistklok zal ons den weg wel wijzen. Ja Niels, er ik iets op de rots. Ik weet zeker, dat er geen enkel schip zoo dicht in de buurt was, dat ze eer ongeluk op zee kunnen melden, voeg de Hildur er bij. Ja, er zal wel niets anders op zitten! Het zal er om spannen, maar ais het er op aan komt, heb ik net zoo lief u beiden aan boord als een paar manskerels. Op den toren waren drie wachters Het signaal beteekende waarschijnlijk dat één van hen plotseling ziek was geworden. Wie zou het zijnT De beide meisjes verkeerden in doodsangst, dat Olsen. het was. Axel Olsen was voor beiden ^en toegewijd vader. Htj had er steeds poor gezorgd, dat Hildur nooit voeld^f dat zij van zijn goedheid afhing. Pas nog, toen ze er over had gesproken, dat zij schil derles wilde gaan nemen om in de toekomst in haér eigen onderhoud te, kunnen voorziet), had hy, ofschoon hjj lachte om haar motief, onmiddellijk zijn toestemming voor deze studie ge geven. Met jouw aardige snuitje en lieve maniertjes, Hildur, had hij gezegd, zal ik toch al moeite genoeg heb ben je in het nest te houden. Ik zal mij dus maar geen zorgen maken, hóe je het verlaat. Maar begin vooral niet met kleuren, eerst teekenen 1 En waar Dagmar en ik zullen leven, kun jij ook zijn, als je ons niet heelemaal in den steek wilt laten. Het was dan ook niet te verwonde ren, dat de beide meisjes ervan over tuigd waren, dat er op deze wereld geen tweede man geiyk hun „vader" was. Het huis, dat zij bewoonden, was een middelpunt van intiem geluk en' er was maar één schaduw: dat Olsen twee van de drie maanden niet thuis was voor zijn uitvinding, waaraan hjj zich geheel had gewijd. De gehoorzame „Ingebjorg" baan de zich rustig een weg door de woelige golven. Elke minuut bracht hen dich ter bij den toren en deed hen de mist klok duideiyker hooren. Ström lag op de voorplecht van de boot. Met zijn blikken trachtte hij den sneeuwstorm te doorboren en zijn ooren hoorden slechts het gelui van de klok. Met enkele handbewegingen duidde hij Dagmar aan, hoe zij moest manoeu vreeren. Hildur, die zich gereed hield om zoodra dit noodig mocht zijn, het zeil te .strijkeii, wierp angstige blikken op haar horloge. Eindelijk riep zij: Twintig minuten Niels I In orde, /juffrouw, maar We kun nen nog wel even doorgaan, we zyn dadelijk bij den toren. Het zal direct wel^wat opklaren. Jfe visscher had gelijk. De sneeuw was niet meer zoo dicht en spoedig wak het mogelijk een honderd meter vooruit te kijken. Aan stuurboord hoorden zij een dof gegrom. De vloed speelde over den voet van de rots. Uit de duisternis rees een spook achtige reus op. De boot schoot langs de boei, waaraan de stoomboot eens in de maand aanlegde en even later klonk het uit Ström's mond: „Strij ken". Op hetzelfde oogenblik zakte het zeil. Dagmar deed de boot een groo ten boog beschrijven en Niels greep de riemen om te zorgen, dat zij niet op de rots te pletter werd geslagen. Hildur hield haar oogen strak op den omloop van den toren gericht. Toren, ahoi, riep zij en aan haar stem kon men hooren, hoe de opwin ding haar had aangegrepen. Op den toren bewoog zich niets. De deur, die naar den omloop leidde, bleef gesloten. Ook Dagmar riep nu en hun stem men waren ver hoorbaar in de onheil spellende stilte. Een raam halverwege in den toren werd geopend en een hoofd en een paar schouders kwamen naar buiten. 'Het was Axel Olsen. Gelukkig, zuchtte Dagmar. Hildur moest zich op de lippen byten om haar tranen te bedwingen, zoozeer hadden de emoties van de laatste oogenblikken haar aangegrepen. Ik kom beneden, riep hij. Jul lie komen, alsof de hemel je heeft gestuurd. Even later wérd de deur boven aan de primitieve trap geopend en Axel Olsen verscheen in de opening. Hij had geen tqd voor een, harteUjke be groeting of om zijn verbazing over hun onverwachte komst te uiten. Wanneer kan de sleepboot hier zijn? vroeg Olsen aan Niels. De mededeelingen van den schipper over de gesteldheid van wind en wa ter waren niet erg hoopvol; Dan moeten de meisjes hier ko men en mij helpen. Lie heeft in de keuken zijn arm en handen verbrand en toen Pontin naar de voorraadka mer ging om olie en verbandmate riaal te halen is hij op de trap uit gegleden en heeft zqn been gebroken. We moeten ze naar land brengen. Kun jy ze meenemen, Niels? Zeker, meneer. Nu, Dagmar, jy eerst! Paa op en sta rustig in de mand. Jullie boot kan niet dichterby komen. Olsen bracht de hyschinrichting in orde en liet de mand zakken om er zijn dochter in op te hijschen. Onderwijl fluisterde Dagmar tegen Hildur, die' van opwinding haast niet wist wat ze deed: Laten wij allebei de helft van de pakjes nemen. O, ik zou ze bijna vergeten heb ben, was het antwoord, en dadelijk begon Hildur hun goede gaven te voor schijn te halen. Zonder een spier van haar gezicht te vertrekken, stapte Dagmar in de stevige mand en nacfat Hildur er nog het een en ander had ingepakt, riep ze Olsen toe, dat hy „halen" kon. Ze kwam goed en wel boven, even later door Hildur, die al evenmin angst toonde, per zelfde reisgelegenheid ge volgd. Drommels, zei Niels, toen de bei de meisjes In den toren waren ver dwenen, en hij krabde zich eens ach ter zijn oor, die dametjes zijn ook niet bang uitgevallen. JWordt vervolgd.),

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1941 | | pagina 3