Bedoelden ze dit nu met moderne jeugd? 1*1 n t is ■S^ 11 &SkZ S§f2 II S V ONDER LEIDING VAN Dr. MAX EUWE OUD-WERELDKAMPIOEN SCHAKEN GOEDE OPLOSSINGEN. 5 3 31 tJ r Z 2 m ia n M Ret la vroeg in dan morgan. Arthur van Balen zit nog mat dan brief, dien hij zoo juist ontvangen heeft, te zijn hand. Da vier- es-dertigjarige leeraar in de Nederlandsche taal en letterkunde, vrijgezel, ouderloos en groot kindervriend, krijgt zorgelijke rimpels op - zijn voorhoofd. Bet is duidelijk, dat hij over iets belangrijks ernstig nadenkt. Weer leeat hij de slotregels van den. brief, dien hij zoojuist ontving: Mocht u geneigd zijn om Betty, het vier jarigs dochtertje van uw toenmalige vrien- den, dia zoo ongelukkig om het leven zijn gekomen, als uw eigen kind aan te nemen, fan gfclieve u dit z.v.p. spoedig te berichten, aangezien het kind anders ter beschikking van hst Waashuis hier ter stede aal worden wtBnii Arthur van Salens gedachten gaan meer dan zes jaar terug. Leonard Vellinga was van hst gymnasitun aV zijn vriend geweest an dit, tijdens huil» gezellige studiejaren aan ds universiteit, gebleven. Veel hsd hij met den ernatigen, wijsgeerlg aangelegden vriend gesproken. Zij hadden elkanders leven vol komen aangevuld. Was dit de reden geweest, dat hijzelf niet tot trouwen was gekomen? Heewel op vier-en-dertigjarigen leeftijd nog heel wat gebeurer kon! Arthur van Balen bekende zichzelf voor de soovaelata maal, dat dit hoogatena één 'van de redenen was geweest, dat hij met zijn verliefd hart en zjjrj chronisch verlangen naar kinderen, nog niet tot een keuze was gekomen. Zt gecompliceerd was hij. De wer kelijkheid ontnuchterde hem te veel. Leonard Vellirga was gelukkiger -geweest dan hij, die had de vrouw, die hij noodig had, wél ge- Gelukkiger? Dat had hij aanvankelijk ge dacht; hoe anders was alles geloopen dan menschelijke berekening uitstippelt. Hoe on beschermd is de mensch! Nog zag hij de aankondiging in de courant: Getrouwd: Mies Terwind an Dr. Leonard Vellinga. Was dat zijn vriend? Leonard en hij hadden als broers van' alkander gehouden. Ook aan Mies had hij sen prettig» herinnering. Ja, dat beschaaf de, gevoelige meisje was da aangewezen Leonard. Hat geval zat too: Leonard had sen prach tige aanstelling gekregen aan de H.B.S. te Batavia an direct na hun huwelijk vertrokken tij. Da jaren door had Arthur een diepgaan de en uitgebreide correspondentie onderhou- den. Daarom wist hij alia bijzonderheden; natuurlijk ook dat zij met verlof kwamen met bun eemg kind, een meisje van vier jaar. Bat achip was echter op een drijvende mijn geloopen en zijn ghno vrienden lagen op den bodem der zee. Bij de weinige ge redden behoorde hun dochtertje Betty. Een huivering gaat door Arthurs lichaam. Even denkt hij nog na. Zal hij ar met mijn vertrouwde hulshoudster, mevrouw Ver hagen, over spreken? Of is zij misschien lets' te nuchter om dit te begrijpen? Een tevreden glimlach verheldert plotseling zijn gelaat. Wanneer hij zijn daad heeft volbracht, zal hjj haar eenvoudig mat hat feit te kennis stel len. Hij weet maar al te goed, wélk een gevoelig hart achter bat wel eens wat te 'van haar plichtsgelaat ver ligt. itt een ruk 'draalt Mf zich om op zijn stool en grijpt zijn vulpen. Geachte notaris, Betty Vellinga, het kind van mijn overleden vrienden, zal bjj mij een warm thuis vinden. Dan de noodig» formaliteiten. Opgelucht legt hij zijn pen neer. Na langen tijd zingt Y, het weer bij hem ven binnen. Hij zal dus... vadertja wórden. Sapperloot, wordt hij senti menteel op xijn ouden dagl Ouden dag? Hij la niet oud. Jong genoeg om eet kind ih opgewektheid op te voeden. Veel speelkame raadjes most sa hebben. Zon, licht en ruimte. Jeugd om haar heen. Doel had-zijn leven Wi gekregen. Zou het een mooi meisje zijn? Hij hield nu al van haar. Vóór al het an dere zou hij ervoor sorgen, geen boeken over opvoedkunde te knopen, hij mocht eens in om ze te lezen. Vrij-, natuurlijke banden dar liefde niat voldoende bleken en natuurlijk het wakend oog ven den volwassene dan hielp toch niets. Waren de jongens en meisjes uit de hoogste klassen van het Gym niet zijn vrienden? Mevrouw Verhagen heeft het niet alleen goed gevonden, maar een kleur van bewogen- heid heeft haar anders zoo beheerscht gelaat werkelijk verjongd. Duidelyk heeft hjj haar stem hooren trillen: Wat een achat, meneer! Arthur zit met het kind op zijn schoot. Betty en hij zijn in enkele uren reeds ka meraadjes geworden. Waarschuwend legt hij zijn vinger op zijn mond. Begrijpend kijkt mevrouw Verhagen hem aan. •w U heeft gelijk, meneer, ze beseffen a Ilea op dit gebied. Mevrouw Verhagen neemt Betty van Ar thur over en in haar oogen komt een groot» innigheid. Het kind slaat de armpjes om haar hals. Een groots teederheid voor het ouder- looze meisje vervult haar. Ook haar leven heeft een bestemming gekregen, beseft zij. Met vTeugde constateert Arthur van Balen, dat hij zich in deze stille, wellicht iefs te conventioneele oudere vrouw, niet heeft ver gist. Duidelijk bemerkt hij haar bewogenheid, die zij met alle macht tracht te beheerschen. Groot en vochtig staan haar lichte oogeq. Het kind omhelst en kust baar. Plotseling staat Arthur Op en- schudt ontroerd de hand van mevrouw Verhagen. En zij vinden het niets vreemd. Ingrijpend ia het teven voor den ietwat een- zelvigen leeraar veranderd. De jaren, die nu volgen, behooren tot de beste van zijn leven. Betty is de groote be teekenis van hun be staan; voor hem en mevrouw Verhagen. Zij volgen met groote aandacht iedere neiging, iedere' verandering en verlangen van het kind. Haar ochtend- en nachtkus zijn kleine, maar onmisbare evenementen voor. Arthur. Wanneer zij gebaad wordt, totdat zij blank an rose glimt onder de soepel* handen van mevrouw Verhagen, blijft Arthur overgegeven ernaar turen, als naar iets ongekend moois. Voor de klas, bij 'het naar huis gaan, denkt hij aan het kind. Het koopen van een stukje speelgoed af lekkernijen behoort tot zijn-lief ste bezigheden; altijd ls er wat anders, wat leuks, wat liefs.' De schooltijd staat voor de deur, eer op als m raak opvallend rota Holland. mevrouw V»rhagen en hij erop bedacht ijjn. Reeds thuis wordt zij zijn leerling, zijn kleine vriendinnetje. Zijn club en zijn litteraire krin gen verwaarloost hij. Niets wil hjj van zijn pupil missen, 's Avonds blijft hij met' mevrouw Verhagen napraten over baar. vor deringen op school, haar Intelligentie, haar mooie blonde krullen, haar werkelijk blauwe kinderkijkers, haar speelgoed, vriendinnetjes en mooie kleertjes. Arthur geniet. U mag haar niet te veel verwannen, mevrouw, zegt hij opeens. - Det durft u zeggen, meneer! L Als ze elkaar aankijken, schieten ze in een lach. Gelukkig» jaren vliegen om, zooels zand door da vingert glijdt. Betty groeit op als een heel mooi, opvallend rank meisja, dat veel houdt van vadertje Arthur en tante Ver hagen. En wanneer. Betty op- het gym is, gaan zij gearmd langs de wegen. De jongelui van het gym weten het al: meneer van Ba len met zijn.pupil. Zonder haar zou hij zich zijn leven niet meer kunnen voorstellen. Zijn liefdeverlangen, zijn hunkering om een eigen gezellig gezin te stichten, die hem vroeger dikwijls overmanden, schijnen gestorven. Als door een wonder geleid, schijnt het jonge meisje alles voor hem te kunnen vervangen. De wandelingen, die hij buiten da stad zoéf haar maakt, zijp kleine feesten voor hem. Hun gesprekken over het leven, de kunst en de litteratuur verkwikken hen bei den en maken het leven de moeite waard. Haar eerste bal en haar voortreffelijk eind examen zijn bijna mijlpalen in zijn bestaan. De wereld heeft kleur voor hem gekregen; geringe aardsche zakenhebben zijn volle ba- langstelling, omdat Betty erop gesteld is. Totdat zij hem plotseling zij ls nog pas een half jaar op de universiteit dringend moet spreken, hem bijna plechtig om een onderhoud verzoekt. Arthur van Beien voelt zich bezwaard, al heeft hij nog geen bepaal de reden daartoe. Het la tóch de gewoonste zaak van de wereld, dat Betty hem raad pleegt, wanneer zij moeilijkheden heeft. Tot wien zou zij zich den moeten arenden? Hij moest er juist blij om zijn, troost hjj zich zelf. Toch blijft hij eenigszins bevreesd naar den avond uitzien, den avond, die pnders altijd Iets prettigs vooi* hem beteekent. Ne het middagmaal komt za op zijn studeerkamer. Zij zit op haar gewone fauteuiltje tegenover hem. Zichtbaar gelukkig ziet zij er uit. Ze. grijpt zijn hand. Vadertje, zegt zij resoluut, Ik heb je iets prettigs te vertellen. Sedert gisteren ben ik verloofd met Marinus Hoogkamp, den doo- torandus in de scheikunde, den broer van Jeanne Hoogkamp,die u wel kent. Niet onmiddellijk dringt de beteekenis ven haar .woorden tot hem door. Zonder een woord te zeggen, blijft hij in dezelfde hou ding zitten, vlak voor Betty, zonder haar te zien. Eindelijk ontdooit er iets in hem. Be doelden ze dit nu met moderne jeugd? Samen met je te leven en toch naast je, het in tiemste verzwijgend? Je hebt mij nooit iets van jullie om gang gezegd, zegt hü, niettegenstaande zijn beheersching zenuwachtig glimlachend. Vadertje, zegt zie een weinig t>j»rstoord en teleurgesteld, is dat nti je gelukwensch, een verwijt? Voor het eerst is er een wanklank tusschen hen. Mechanisch staat hij vop en drukt èen kus op haar voorhoofd. Ik feliciteer je, zegt hij dof. Opgelucfit babbelt ze verder. Over drie maanden trouwen we al. O* dat nog, denkt hij. Dan grijpt zjj weer zijn '.and en houdt deze vast. Werkelijk ver leg' n zegt ze - Ik ben zoo gelukkig. (Vervolg op pagina y Oplowring No. A door A. F. ifrckoosU: punten. Wit: Kc8, Dg7, Tf3. Lb8, Let Pet PhL Zwart: Ke4, Ta5, Th5, Lf2, Lh2, PM, Pdl, pi. ct dt a, «i. 1. Tg», dreigt, t De5 mat tf4 t Pd« mat. 1d4, t PW mat. Y tPd3. t L13 mat 1Lg3 2. Pg3: mat. Oploaatng No. 41 B. door "W. Marttndale: t^reo punten. - 3 Wit: Kbt Tft LM, pi. ct c4, <12, et Zwart: Kd4. pi. e5. L Lf8 tempozet 1. Ke4 2- Lf7!. Kd4 Tf4 mat LKc4. 1 Tdf, KM T04tf mat. Probleem No. 44 A. De ontknoopte*. Het maakeerende «tuk <Lf& valt de witte dame aan, terwijl liet gemwkeeroe stak (Ddt) tegelijkertijd op d4 wordt gertóii. Wit kan niet meer ain pioneêrüec ontkomen. 16. Ddl x f4 EX» x d4f IT. Kg I-Al Dd4 x c4 Zwart heeft nu een geixa&deu pion gewonnen, maar de partij is nog lang niet uit want er bevin den zich nog voldoende stukken op bet bord era verwikkelingen te scheppen. verwikkel mgen geven altijd hoop op buitenkansjes, aoodat wit hier den moed niet behoeft te laten zakken. 16. b2bS Dc4af Deze zet was sterker, wanneer zwart op xijn vierden zet <57df had gespeeld. Thans wordt zwart ln ptaat gesteld een in de Siciliaanache Partij gewoonlijk teer belangrijken centrumopmarsch door te zetten. 5 «f7—<53 Zoodoende' verkrijgt zwart volkomen bevredigend spel, 6. Lflb5 Lefd7 Overweging verdiende ook 6de4:. maar na 7 Pc6:, Ddl.f 8. Kdl af 8. Pd4t, ab5: 10 PbS: staat wit lang niet slecht. 7. e4 x d5 P» x df 8. LbS x c« b7 x cf 8. c2c4 Pd5c7 10. 0-d gT-gf 4L Pblc3 In het algemeen verdient het aanbeveling, de vleugelontwikkeling van den vijandelijken konings- looper met de overeenkomstige looperontwikkeling aan den ahdêren kant te beantwoorden In aanmerking kwam dan ook 11. b3, Lg7, 12. LbS (12cf li. Pcf!) of nog beter 11. Ld2 benevens 12 LcS. 1LLf8g7 Nu wit de diagonale lijn aan zijn tegenstander heeft overgelaten, verricht Lg7 uitstekende dien- aten. 12. Lel—e3 0—0 13. f3—f4 Pc7—ef 14. Tal—cl? Koet «en pion, zooals bet vervolg leert. Wit ziet de beteekenis van de maskeerende opstelling Ld7Dd8 over bet hoofd. 14.Pe6xd4 Het begin van een eenvoudige maskeeringscom- binatle. II *.«.U T AR ai n Tel—e* DeS—M 25 Df3—e3 Men voor de hand lag B Tïcl, arawop rwart met 25. DfS voortzet, een bet vetiie» na den c-piorr door de verovering van den witter, f- of b- pion te compenseer na (S-. TfcL DS 34. Tc5, TrO: 25. Deft, DM;, rasp. 25. TcS:, Dbl? beneven, 28. DeS:). 25. Td5-d« Vee! sterker was 25. TdtJ gevolgd door 24. Dd5 De tekstzet vervet, a ft wit de gelegenheid een tegenaanval te ondernemen. 24. Tfl X dl TWlfit 25 Khl—h2 DbS—dS Misschien wos 25. Ti" veietsndigor fi»weeft, maar zwart doet een poging om den aanval vost te houden. 26. DeSzeT Tdl—d2 28.Ld4 ziet er traa! uit maar er zoo volgen 27 De6t. Kg7 28. PcJ!, Iglt 29. Khll, en zwart beef» niet beter dan mciae door eeuwig schaak. 27.. De7—ett l<7—f» 28. De8zc8? ent mist zijn kans; met 28. Te4 had hjj dén vtjan- delijken aanval kunnen afslaan. Dij hall tot onge veer gelijk spel geleid, daar 28Ta2: wegens 29. PcJ niet mogelijk was genees! 28 Td2zg2f 28. Kh2bt DdSxcS 25. Tc4xo8 Tgtzat Thans heeft zwart niet alleen een pion méér, maar bovendien staan zijn stukkien zooveel beter dan de witte, dat verlies van. een tweeden pion weldra onvermijdelijk la. Er volgde nog; 31. Te£ Te3 32. Ta?', TbS: S3. K|2. Ld6 34. Talt. Kg? 35. Tc». Lf4- 58. TcS. TbS 57. Pc5, Tb2t 38. KO, Le5 3». TdS. TM 40. Ke4, IAi 41. T3. Te2* 42. Te3, St 43 ICB Tel-t 44. Ke3:. K« 45 Pdl. Le5 4A K«. gS 47. PcS, h5 43. PdS, g4t 49. hg4 hg4.-f. *8. Kg2. f4. Wit gaf het op. Wit: Kg3, Df7, Tb8, TM, La9, LfJ, Pc4, Pr. PL bl. o». O 01 stukken). ZweiT; Kc5, Dg5, Lc8. LfB, Pdl, Ph7, pi. b4, 28 (8 stukken). Wit geeft in twee zetten ma! k. Probleem No. 44 B. Wit: KC8, TT. Led, LtX PcS, pl. dl, d«, he <8 stukken). Zwerf. Ke5, TH, pi. ft. ft. <4 stukken). Wit geeft ln drie zetten me! No 41 A. A. de Wilde 14). J. Ste.'fen 14). A P. Maakènschijn H). J. A. Vroom (4J. D !- Rieke 14), J. W. Stegeman (4). W Bijl <4), A. Poldervaart (4), J. H. v. d. Velden (4), J. Harmsen f4), J. Schr. <4), J. HtUebrand (4). mej. W. F. Koeh (4), W. .Tongenee) (4). A. Mes (4), H Wenting (4), J. H Burg Jr. (4), L. Kappers (4), G. Hopman (4), A.-v. d. Tol ,4), W. de Vries Jr. (4). No. 41 B. C. J. Vogel (3), A. J. Berkenbosch (3). D. Schaap (3), J. H. Burg (3), R. H. Mosterd f3). D. *t Hart f3), J. Oudenaarden (3), W. Pieterson fS) Het sehaakspel kent verschillende soorten van combinaties. Tot de leerzaamste combinaties, vooral voor beginnende spelers, behooren de t g „maskee- ringscombinaties". Wanneer een stuk in zijn wer kingssfeer door 'n stuk van zijn eigen partij gehin derd wordt, zeggen we, dat het eerste stuk gemas keerd is. Laten we een witten toren op el staan en een witten looper op e3, dan belemmert de looper de activiteit van den toren langs de e-Ujn. Een dergelijke situatie is voor de tegenpartij geenszins van gevaar ontbloot. Wanneer b.v. Le3 den een of aaderen aanvallenden zet kan doen. rijst de kans. dat zwart door de gelijktijdige activeering va» Tel voor een dubbele dreiging wordt geplaatst In onderstaande partij, die gespeeld werd in den, achtkamp t» Baarn 1941, zien we' een eenvoudig voorbeeld van een veelvoorkomende maskeerings- combinatie. Overigens leert deze partij ook, dat men den moed niet te vroeg moet opgeven. Wit: G. B. D. van Doesburgh Zwart: Dr. M. Euwe. Siciliaanache Partij. 1. eïe4 c7c5 3. Pgl—f3 Pb®c6 3. d2d4 c5 x d4 4. Pf3 X d4 Pgg—f8 ken. Wat wü hij dan? Was hij op zijn ouden dag jaioerSch? Schamen moest hy zich. Hoogkamp was iemand, die wist wat hij wilde, die Betty, zijn rechtmatig... bezit, zou verzorgen en beschermen. Hij had een heel knap uiterlijk en eerlijke oogen, die je aan keken. Een forsch gebouwde sportman, wiene kwabbige, roode stierennek hem echter hin derde. Zou Betty dat niet zien? Wat zeurde hjj toch?.Wie trouwde: zij of hij? Te oudérwetsch was hij om de jeugd van thans te begrijpen. De laatste dagen leefde hij als in koorts. Tpt hbt laatste moment hield hij zich be trekkelijk goed.' Wel merkte Betty zelfs, dat zijn gezicht wat verwrongen stond. Heftig omhelsde zij hem op de boot bij het a&cbeid. zooals een liefhebbende dochter baar veder, die als een vriend voor haar is, omhelst. Tot over zes jaar. vadertje, fluisterde zjj. Maar toen hij alleen -was, thuis, zakte hjj psychisch geheel in elkaar. Zijn levensvreugd (Vervolg van pagina J) Weer nestelt zich een glimlach als» een pijntrek op het verouderde gelaat van den grijzen leeraar. Gebogen zit hij voor haar, als in afwachting van een nieuwen slag, dien hij als een naderend onheil voelt aankomen. Zijn intuïtie bedriegt hem niet Nu hapert haai- stem toch, als ze zegt: Rinus heeft veel geluk gehad, door voor spraak van één zijner hoogleeraren heeft hü een prachtige positie gekregen aan de H.B.S. te Batavia. Eerst trouwen we hier, natuur lijk. Ik vind het prettig, weer in het land te komen, waar ik geboren ben.- Maar reeds die laatste drie maanden is Betty voor hèm verloren. Zij -is óf in wer kelijkheid óf met haar geheele wezen bij Ma rinus Hoogkamp, haar aanstaanden man. Wanneer Arthur zich niet te afgemat voelt stiel is hij den laatsten tijd verouderd tracht hü door redelijke overpeinzingen zich zelf te troosten. Marinus Hoogkamp is^och een zeer oppassend jongmensch, begaafd, in tellectueel, die bü zijn professoren fh hoog aanzien staat. Voor haar maatschappelijke toekomst behoeft hjj zich geen zorgen te ma-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1941 | | pagina 6