ik dacht
m m
DÉ GOUDSCHE COURANT
Een origineele slag
Oostertoumooi
jt&i
Zevende jatrgahg
No. 17
ZATERDAG 6 SEPTEMBER 1941.
Chauffeur:Heeren, komt u toch
alstubiielt naar voren, we blijven
anders steken.
Hum. Mat. Dienst, Hongarije (m.)
We «brengen u den hoofdprijs van
de loterij, in welke kamer zullen we
het ding neerzetten?
HOLA 11
Kan ik u misschien helpen?
Erg vriendelijk van ul Houd u
alstublieft het huis even vast, zoodat
ik het sleut lgat kan vinden
Hum. Mat. Dienst, Hongarije (m.)
Kijk eens, George, zij heeft dezelfde
strandpyjama als ik. Zul je ons niet
met elkaar verwisselen?
Hum. Mat. Dienst, Hongarije (m.)
Meneer Meier, vader vraagt of we
de gramofoon vanavond van u te lsen
mogen hebben?
Willen jullie dansen?
Nee.... slapen!
(Teekening De- Coninck)
Liefste Amalia, ik kniel voor je
neer in het stof! t
Stof? Wat denk je wel? Vanmorgen
heb ik hier pas geveegd!
Hum. Mat. Dienst, Hongarije (m.)
Ik heb er nog eens over nagedacht,
maar ik koop voor dat genMpch liever
ten hoed
Hum. Mat Dienst. Hongarije Om.)
Nu is er al weer een Jong meisje
ontvoerd. Wil je wel gelooven, ik durf
haast niet meer uit te gaan
Hum. Mat. Dienst, Hongarije (m.)
zet had bemerkt speelde echter uit blijdschap,
dat zwart den slag niet had genomen, zoo haastig
4136??, dat hem de schijfwinst ontging.
Een merkwaardige OpeenhMBig van wederzljd-
sche foutzetten, welke men zeiden ln een hoofd-
klessepartij aantreft.
Op 34 Augustua werd de voorlaatste ronde ge
speeld en de kampioen ven Nederland, J. M. Bom
uit Den Haag. wist zich daarin naatt J. T. H.
Kinnegin uit Waddinxveen te plaatsen, die vanaf
het begin de lefdlnf ln het tournool in handen had,
doch tegen den landskampioen het onderspit dolf.
Hieronder volgt de door iwart agressief ge
speelde positie-partij:
t. 3328. 18—23, 2 33—29, 13 32, J. 37:18. M—28, 4.
39-33, 12-18, 5. 41-37, 7-12. 6. 46-41. 1-7, 7. 44—
39, 19-23, 8. 23 19, 14 23, 9 80-44, 17-22, 10. 33-28.
Het is begrijpelijk, dat de witspeler met een
voorsprong van 2 punten op een geduchten tegen
stander, complicaties uit den weg gaat.
10.22:24, 11. 34r-30, 2834, 12. 39:38, 16-21,
12. 37-32, 21—28, 14. 41—37. 10—14, 15. 44-39, 8-10,
16. 39—33, 14—19, 17. 43—39, 18—23. 18. 31—27, 15—20,
19. 37—31, 28 37, 20. 42:31.
De witte stelling ondervindt meer moeilijkheden,
om tot ontwikkeling te komen, dan ,1a zwarte en
terwijl wit reeds aan bepaalde richtlijnen gebon
den it, kan zwart nog elke wending aan zijn «pel
geven, die de omstandigheden noodig zullen maken.
20.20—24, 21. 40—34, 10—14. 22 47—42,
12—18, 23. 49-44, 11-18, 34. 27—22. 18:27, 28. 31:22.
Wit heeft hiermede een goede oplossing gevonden,
om zijn langen vleugel te ontlasten van overtollige
stukken en schijf 36 den weg tot ontwikkeling te
benen.
25.8—12, 26. 22-18, 13:22, 27. 283. 3:12,
28 33—29.
Ook 33—27 'komt hier ln aanmerking.
28.24 33. 29. 38:18, 1123, 30. 3g~33, 7-12,
II. 44—40
Zoo spoedig mogelijk 3831 en 31—37 opbrengen
verdient hier toch aanbeveling; over 44—39 of 44—40
kan dan de beslissing nog worden aangehouden.
In san vrije pertij, welke door A. Hagenaars (Con
stant) met zwart gespeeld werd, kwam de volgende
opening voor:
1_MZTU' W-33. 12—48? 3 31-27, 7-13,
4- *7—31, 29-34. 3. 34-30, 14-10, 8. 39-25, 10—14, 7.
4?-». 17-22, 3. 38 17: 11:32, 9. 31-36, 13:31. 19.
36 37, 1—7, II. 41-37, 7—11, 12 33-38, 13-17, 1».
4J-44, 17-33. M 28:17, 11M. 18. 39-21, 16:17,
19 37:26; 8-11, 1? 3211, 11-56, 13. 43-37, 18:27,
18. 37-32, 184-22, 20 S2M. 8-B.M. 31-19 8-7, 22
4?-42 13-18, 22 49-34?
Zwart maakte nu op een voor het pertijspel ori
gineel. wijze dam door 14-30, 24. 3519 14-&11H en
°P "14, «lgt 9:20, 29 18:39 20 49!
Niet diep. doch verreseend.
In da op Aug. )1. gespeelde laatste ronde
kwam de volgende stand voor tumchen W. v. d
Kraan. Dordrecht met wit en Jee. BulMr (Het
Weet en. Rotter lbm) met zwart: -
zwart 13 ach. op 9 9 9 19 13—11, 19 19, 33,-»;
wit 13 Kh. op 29 27, 34, 39 39-49 45. 48
Wtt beging hier de fout, 39-3217 te spelen, waar
op «wart de .pertij kon winnen door (13—22) VA
(8—13) 9:19 <23 11) 34:23 (19 46) met dam
Zwart zag het niet en beging dus een dubbele
fout, door 11—17777 te spelen, want tan eerste ver
zuimt hl) hiermede da wtnst. maar ten tweede ken
wit thans een aei jt winnen en we! door 28—31
(17:38) 17-21 (28:17) 33-28 (23:32) 34 21 w.ero» schijf
33 voor zwart verloren gaat.
Wit, dia Inmiddels zijn vergissing bQ dan vorigen
Een interessant tempOBpei, waarbij zwart het
-voordeel aan zijn zijda heeft en wit een zetten-
reeka kan opdringen
47. 82—27, 21:32, 48. 28 37, 18—22. 49. 37—31, 14—20,
50. 25:14, 19 10, 51. 34—30, 24 35, 52. 39—34. 10—14,
53. "33—28, 23—28, 54 28—24
Wit geeft op. zwart kan immers met 3540 offe
ren en daarna met schijf 28 naar dam gaan, waar
door hij zonder verderen strijd kan winnen.
0P een Zondag droeg Dona
tot de eer«te maal de rr.et
gouddraad bestikte rood flu-
weelen pantoffeltjes, die Miklós
haar gegeven had. Dat beteeken-
de niets meer en nieta minder,
dan dat Miklós Ilona liefhad.
Want het wa» een oud gebruik in
het dorp, dat een jongen het
meiaje vaitetijn hart rood fluwee-
len pantoïreltjes zond, bestikt met
harten en andere liefde-symbolen
en als het meisje ze aannam, gaf
zij daarmee te> kennen: Ik heb^
mjjn hart Weggeschonken.
Ilona's oogen straalden als de
zon. Met warme stem zong zij een
lied van juichende verwachting en
stS verlangen. Miklós, die haar
zoo opvallend.uit den weg was .ge
gaan langen tijd. Miklós, naar
wien alle meisjes keken, Miklós,
die zóó mooi op de fluit kon spe
len, dat ieders hart er blij van
werd, Miklós hield dan toch van
haar! Had altjjd van haar gehou
den, maar Ilona's stiefmoeder, die
bezit vóór liefde stelde, had Mi
klós te verstaan gegeven, dat de
rijke Janos voor Ilona een meer
geschikte partij werd gevonden en
Miklós had zich teruggetrokken.
Maar op een avond, toen het feest
was in het dorp, hadden zij elkaar
gevonden en Miklós had den vol
genden dag bij den ouden schoen
maker Bela de roode liefdepantof
feltjes besteld, met harten en
bloemen bestikt, zinnebeelden van
jonge, onstuimige liefde. Nu droeg
Ilona die pantoffeltjes en ze was
gelukkig...
Natuurlijk had haar stiefmoeder
een lang gezicht getrokken en Ilo
na kon niets meer doen in huis of
op het erf, of er vielen onvriende
lijke opmerkingen, maar wat
deerde dat Ilona in haar over-
O Miklós*
Miklós, die zóó mooi op de fluit kon spelen, dat Ieders hart er biy van werd.
Foto Hollend.
groote geluk? Ze merkte de hate
lijkheden nauwelijks op, er was
voor haar niets dan een lachend*
toekomst, zelfs wanneer de oude
vrouw haar vertelde, dat Miklós
nog steeds naar alle meisjes keek
en dat stellig ook in de stad deed,
waar hij werkte.
Ilona lachte maar eens en sloeg
geen geloof aan wat haar werd
verteld. Toch, soms, als zjj in het
overmoedige gezicht van haar Mi-
klos keek, besloop haar wel eens
de gedachte of het mogelijk zou
zijn, dat deze heftige jongen, die
maar naar een meisje behoefde te
kijken om dat meisje tot de haar
wortels te laten blozen, misschien
nog niet zeker was van zijn hart.
Niet dat zij hem wantrouwde, o
neen, zij behoefde hem maar aan
te kijken om te weten, dat Miklós
haar zeker niet bedriegen zou,
maar... maar... zou Miklós al een
keus hebben kunnen doen voor
zijn leven? Maar als Miklós haar
kuste, waar bleven dan haar zor^
gen? Dan leken die zorgen zinloos
en dom.
Over een jaar zouden zij trou
wen, een jaar nog moest Miklo»
naar de stad, naar de stad met
de vele verleiding. Neen, Ilona
wilde dairaan niet denken. Ilona
hield van Miklós, vertrouwde hem.
Het jaar van scheiding zou snel
genoeg voorbij zijn en dan...
Het was niet gemakkelijk voor
Ilona dag aan dag samen te moe
ten zijn met haar stiefmoeder, die
niet ophield Miklós bij haar ver
dacht te maken; het was niet ge
makkelijk Miklós te moeten mis
sen. Niets had ze van hem dan
een fpto en de roode pantoffel
tjes, zijn brieven waren maar
achaarsch. Miklós moast hard
werken en een jaar, ach, een jaar
is zoo gauw om. Maarde stad,
waar Miklós werkte, was dia stad,
waarvan za Ilona hadden verteld...
er waren hachten, dat Ilona niet
kon slapen, dat haar hart beefde
van. angst. In het helle daglicht
was alle twijfel gauw vergeten, in
het helle daglicht deed Ilona zich
zelf verwijten, maar als het don
ker werd en stil in het dorp, dan
kwamen de angst en de twijfel,
van
had
geluk is zoo broos...
Op een dag kwam zij thuis
den akker, waar zij gahob
bij het werk. Eén -van de melk
meisjes overhandigde haar een
pakje...
Van Miklós. 1
Met haastigs vingers. Innerlijk
juichend, pakte Ilona het uit. Een
paar roode pantoffeltjes lagen
voor haar, maar deza waren be
stikt met zwaluwen en vallende
bladeren... Ilona wist hoe zij dit
geschenk had uit te leggen: bet
was een afscheidsgeschenk. Déz*
roode pantoffeltje» spraken niet
van liefde, maar za zeiden: zooais
de zwaluwen wegtrekken in' den
herfst, zooals da bladeren wag-
dwarrelen, zoo wil ook mijn hart,
dat bij jou niet kan blijven...
Ilona werd bleek en stil, maar
met geen woord ging zij in op dan
hoon van haar stiefmoedar. En
Janos, die haar maar al ta graaf
wilde troosten, wees zij veront
waardigd af.
Niemand had Ilona, bij wit zij
haar hart kon uitstorten, niemand
wa» er die haar troostte, behalve
dan de oude naadstar, dia Ilona
het verdriet van het vermagerd*
gezichtje aflas en dia soma met
haar moede, afgewerkt* hand
over Ilona's krullen streek.
Eens gaf tij haar Zoo'n grooten,
hartvormigen koek, die in Honga
rije zoo dikwijls gegaven wordt als
bewijs van genegenheid. Maar in
dezen koek was ln het midden van
het hart, een vierkant spiegeltje
gedrukt.
Dit spiegeltje, kind, zei de
oude vrouw zacht, zal ja zeker
heid gaven. Ze zeggen, dat Jonge
meisjes er hun toekomstigan man
in kunnen zien of.... als hij haar
ontrouw is... da vrouw, die-daar
de oorzaak van wa». Kijk er in,
Ilona, maar do* het op den Juis-
ten tijd, dat is bij volle maan,
precies om middernacht, dèn
moet je er in kijken bij het licht
van een kaars, niet bij het licht
van de maan en di* kaars moet
je aansteken onder een honderdja
rigen boom.
(Vervolg op pagina 3)