Nieuwe vleeschkeuringsregeling
a.s. Maandag in werking
ZILVER aan de
SANDAWAKU
^de aanlegsteiger
'an ,iDe Volharding" afgebroken
AKKERTJES
/oei Roggebrood
BLAD
ZATERDAG 13 StPïEi loEH iZl i
itie
acht *€3
ere
Stadsnieuws.
ring aan vroeger* gezelligheid en huise-
d ia de kajuit tusschen Boskoop en Gouda
Tien jaar geleden verdwenen de booten
en met haar de romantiek op de Gouwe
Centrale dienst voor Gouda en
tien omliggende gemeenten
All* slachtingen in d* toekomst te Gouda
en noodslachtingen reeds nu
Doe
het
nu!
Goudsche
Courant
I*d*r die op d* hoogt*
wil blijven, leest de
Goudsche Courant!
GEBR. TEN HOEVE
FEUILLETON
1
•1.
«ut.
■l'
«O. «t
ijrtrwej
gPoeder
I «'wicht
®kt
Ma w
font*»
tonfww,
"»8t.
n*. «a,
en
Sthradd
1 k.g, ti
|r.M M
bbcr.
Baarden
baarden
ntrale i
ste bw
Barden
kaarden
lurf.
t in. I
f 1 rant*
zeepka»
soen,
|er.
t M.
t|
Èoonmui. I
„De L
b: Nieu-
NederlD
Vrager"
kwartel.
neert WÊ
luaekfeeft]
i Een I
onmuzt
u ziek
nscrrfbl* f
|tje. IJl I
«cUmatiej
«macht t
kmofot
>.®010.15 I
f Am«rfCifl
Jl.5 M.
|bNO
lek. V«
I zonder Vtt
I Bijbel?"
Aadto-Sti®»
Bet toeü^2
■omische N®
Blei ding I
Kjmnuriek
W ïjdingS
Udio-S"
Het t.
i 701 .Ml
IsolUten *1
Brian en «fl
I zjjn orttpj
B -IA. 15
fcrverei
f hul^i.
Sylvel
Fn Kart
Brkest rl_
Ir rouw.
I piano.2*1
I Voor *3
in en i
blersj
.rkeetjj
m Mi I
van d«j|
Br gelet
about
■iber
BNOl»
uxfek.
jnujtle*. J
|nobegei
irawoK
forked •jjj
P Voor J
r Radio-
fTertf
ht ï-J -
iMl
I Bte herinnering aan den tijd van de Boskoopsche boot. De „kleine salon"
I m be Volharding" heeft too juist het Bolwerk te dezer stede verlaten.
1 (Foto G. C.)
HET bericht in deze courant,
dat dezer dagen te Boskoop
de aanlegsteiger, waar eer
tijds de booten van de maat
schappij „De Volharding" pleegden
san t« leggen, is afgebroken, heeft
onwillekeurig herinneringen aan
jaren, toen de passagiersbooten
van doze maatschappij diensten op
Gouda, Leiden en Amsterdam
onderhielden, in het geheugen ge
roepen.
Hocvele jaren is het niet geleden,
fet deze verbindingen werden ge
staakt?
De stoombooten moesten het veld
ruimen voor de verbetering van het
verkeer te land t.w. voor de autobus,
welke inderdaad een snellere ver
binding tot stand bracht. Maar dit was
niet het eemge vervoermiddel, dat het
bestaan van de passagiersdiensten
onmogelijk heeft gemaakt. De laatste
jaren ondervonden deze diensten veel
nadeel van de toeneming van het
rijwlelverkeer, Meer en meer trok
men er voor reisjes op Gouda en
Leiden per fiets op uit, iets, wat vroe
ger lang niet in die mate voorkwam
els gedurende de laatste jaren van de
bootdiensten.
De mensch houdt van opschieten en
vooral het opgroeier.de jonge geslacht,
dat fietsen kon, dacht er niet aan met
de boot te gaan reizen. Bovendien was
men Biet een fiets niet aan tijd ge
bonden en vrijer in zijn bewegen.
Op 28 Februari 1931 hebben de
booten van „De Volharding" voor de
laatste maal gevaren.
Met haar is iets verloren gega*
van de bekoring, welke gelegen is in
bet verkeer te water.
Hildebrand hekelt in zijn „Camera
Obscura" het varen. Vooral de trek
schuit moet het bij hem ontgelden.
Maar ook de stoomboot draagt hij geen
goed hart toe. Dit is wel te Verklaren,
want Hildebrand beschrijft een boot-
lodit tusschen Botterdam en Nij
megen, een extra lange reis, en het is
begrijpelijk, dat een dergelijke tocht
op den duur moet zijn gaan vervelen.
Maar een boottochtje van niet te
tyigen duur is en blijft altijd iets bij-
sonders.
Vroeger, toen m het waterrijke
«oo.d. en Zuid-Holland aüerwege
bootdiensten bestonden, was het
zomen voor de kinderen een attrac
tie om in de vacantiedagen met vader
en moeder eew boottochtje te maken.
De boot was Boskoop'»
eenig communicatiemiddel.
Boskoop wag ijl die jaren enkel per
ooot bereikbaar! Het had geen spoor
wegverbinding. terwijl de autobus
diensten nog nergens in Nederland
werden 'gevonden.
Maar wel had zij uitmuntende boot-
■"bindingen. Dagelijkj voeren passa-
lleribooten van de maatschappij „De
joinarding" naar en van Gouda. Lei-
oen en Amsterdam, terwijl de stoom-
bootdienst „De Vooruitgang" boven-,
dien diensten naar en van Gouda
onderhield.
Van Boskoop vertrok gedurende de
laatste jaren van het bestaan der maat-
schapij „De Volharding' een boot om
6.45, 8, 9.15, 11, 1.15, 2.30, 4 en 7 uur
naar Gouda. Mpt uitzondering van die
van 11 uur waren al deze booten z.g,
salonbooten. De duur der vaart be
droeg vijftien minuten.
Van Boskoop naar Leiden voeren
per dag drie salonbooten, om 7.30, 12
en 6.45 uur. De duur van deze vaart
duurde drie uur.
Van Boskoop op Amsterdam bestond
slechts één bootverbinding t.w. om 2.15
uur. De duur var. deze reis bedroeg
vijf uur. "Deze boot was geen salonboot.
De Bootstraat, het korte smalle
winkelstraatje in Boskoop dankt aan
deze verbinding haar naamJ Wie met
deze booten reisde, ging meestal door
de Bootgtraat naar den aanlegsteiger,
welke nu eer.ige weken geleden is af
gebroken,
'n Feestelijk gezicht.
DE salonbooten gaven aan de
scheepvaart op de Gouwe
iets feestelijks. Zij fleurden
het zoo drukke scheepvaartverkeer
op. Vooral, wanneer des avonds
de heldere - electrische lampen in
de salon brandden, gaf dit den in
druk van een zekere Illuminatie.
Het verkeer op Gouda was het
drukt. De middenstand in Gouda had
er zijn voordeel van. De dames gingen
graag eens per boot naar Gouda om
daar haar inkoopen te doen. Vooral in
de rijke jaren, welke Boskoop gekend
heeft, beteekende dit voor den winkel
stand in Gouda eere groot voordeel,
omdat de Boskoopers van huis niet
karig zijn en in goede tijijen hun geld
durven te laten rollen.
Ook de schooljeugd, welke gymna
siaal of middelbaar onderwijs begeer
de, was voor het meerendeel hiervoor
op Gouda aangewezen en reisde vroe-
f;er dagelijks per boot op Gouda om
n deze stad de noodige wijsheid en
kennis op te doen.
De schooljeugd. Hoe dartel, hoe los
bandig kan zjj zijn. Zelfs de kapiteins
van de booten op Gouda zouden hier
van grijze haren hebben gekregen.
Het was ten strengste verbonden op
de rood pluche banken te gaan staan
om zoo door de kajuitraampjes te
kijken. Maar hoe dikwiiis zondigde de
schooljeugd hiertegen. Nauwelijks had
de „kap" zijn rug gekeerd of de jeugd
sprong weer uit den band. Allerlei
kattekwaad spookte zij uit. In de
kajuit had zü ook zoo heerlijk de
ruimte.
Vreemdelingen op het
„hooge kanaal".
In de gewone tijden trekken er
Jaarlijks eenige honderden Boskoop
sche zakenlieden voor langeren of
kort eren tijd op uit om in het buiten
land hun zaken te doen.
De dikwijls zoo lange reis werd
vroeger meestal met den boottocht op
Gouda begonnen. Gedurende den duur
van deze rustige reis kon men. als men
zich gehaast had en hoevelen doen
dit niet, wanneer zij voor langen tijd
op reis gaan tot rust komen. In
Gouda wachtte de D-trein. welke hen
naar de Europeesehe landen zou voe
ren. Welk een „overgang. Na het zoo
kalme tochtje door de bekende en
vertrouwde streken vol landelijke
rust met als mede-passagiers menschen
uit dezelfde streek, de reis per D-trein
met de enerveerende drukte op de
perrons der groote stations door
vreemde streken met een internatio
naal gezelschap.
En wanneer men van de lange reii
terugkwam, was de boottocht, welke
de verreisde Boskooper na soms
maandenlange afwezigheid naar huis
zou brengen, de laatste étappe. Eer hij
thuis was, had hij zich aan boord
meestal reeds op de hoogte gesteld
van het laatste plaatselijke nieuws.
Voor buitenlandsche zakenlieden,
die hun relaties te Boskoop kwa
men bezoeken, was deze boottocht
iets zeer bijzonders. Wat hen vooral
trof was de vaart door het „kanaal",
dat stukken hooger lag dan het
omringende land. Zoo iets hadden
zij meestal nog nimmer gezien. En
n^eriig buitenlander zal gedurende
da vaart over de Gouwe stellig den
indruk (hebben gekregen, dat dit
Holland toch maar een gevaarlijk
land is, dat elk oogenblik onder
water kan loopen.
In de huiselijke kajuit.
In de kajuit was het een gezellig
verblijf. Er werd gerookt, gepraat en
gelachen. Voor de oudere® was het
bij uitstek een geschikte gelegenheid
om een ,boom" over alles en nog wat
op. te zetten.
Vooral 's winters, wanneer het
kacheltje lekker was opgestookt en het
electrische lamplicht brandde, had de
kajuit iets huiselijks. Daarbij kwam,
dat eem klein buffet gelegenheid bood
om iets te gebruiken. Wanneer men
geschikt gezelschap aantrof was de
reis van vijftig minuten zoo om, en
menig druk gesprek moest plotseling
worden afgebroken, omdat de aanleg
steiger te Boskoop was bereikt.
Met mistig weer of wanneer de
Gouwe- vol drijfijs lag, kon de reis
langer duren. Dan viel het voor den
kapitein in de stuurkast niet mee.
Aanhoudend moest hij met zijn volle
aandacht bij zijn werk zijn.
Met mistig weer mocht in geen ge
val lich tdoor de kajuitraampjes naar
buiten stralen. De kapiteins van deze
stoombooten waren toen reeds meester
in het verduisteren. Voorzichtig werd
gevaren en geregeld klonken waar-
schuwingsseinen over het water.
Met drijfijs had de boot "het zwaar
te verduren. Met geweld moest zij zich
dikwijls een weg door het vele drijf
ijs, dat soms op bepaalde gedeelten op
gepakt zat, banen. Bleef het doorgaan
met vriezen, dan moest de boot het
tenslotte opgeven en werden de dien
sten gestaakt Boskoop was dan haast
volkomen van de buitenwereld afge
sloten,
De mooiste reizen waren die per
salonboot in het voorjaar en den
zachten nazomer. Dan was de tocht
per boot, wanneer men op de banken
buiten langs de salon geplaalst, of op
de banken in de salon kon zitten, een
spelevaart.
„Karei van de salon"
TE Boskoop was de „kleine
salon" gestationneerd, Kapi
tein. was de heer K. Stigter,
die als zoodanig gedurende 24 jaren
tot den dag der liquidatie der maat.
schappij dienst heeft gedaan. In Bos
koop en omgeving en vooral te
Waddinxveert, stond hij bekend on
der den naam van „Karei van de
salon". Stigtér heeft zijn hart aan
het water verpand. Nog steeds woont
l
b.» M^rekwV^e?
de nare wy' bartier
®tTJrbtpn.n»k"
hij in Boskoop aan de Gouwe en bü
denkt dikwijl» terug aan den tijd,
dat hij dageljjka de diensten op
Gouda onderhield. HU was vergroeid
met het bedrijf en het is te begre
pen. hoe het hem smartte, toen de
vaart werd gestaakt.
ug.t. co. o 4.193 13
KriPi t'ElN K. J'lui tR,'
„Karei van de salon", die vele jaren
het stuurrad van „De Volharding"
hanteerde.
(Foto G. C.)
De schippers, die regelmatig de Gou
we bevaren, kennen hem allen en wan
neer hij of zijn vrouw aan het geopenj
de raam, van waaruit men een mooi
uitzicht op de Gouwe heeft, zit, groetèn
zij in het voorbijvaren steevast hun
ouden kameraad „Karei van de.salon"
of diens vriendelijke vrouw.
Zoo nu en dan werd vroeger de salon
boot gecharterd voor pleizierreisjes
naar Marken, A'dam en Katwijk aan
Zee. De boot werd dan gepavoiseerd en
verder versierd, terwijl soms een klein
muziekgezelschap of een draaiorgel
gedurende de reis voor een feestelijke
stemming zorgde. Een der meest pret
tige tochtjes moet het uitstapje van
een gezelschap, dat den bijzonderen
naam van „De Schuimende Bierpot."
droeg, geweest zijn.
Leidsche reis trok niet
Van de boot op Leiden werd niet
zoo druk gebruik gemaakt. Zoo gezel
lig alde reis op Gouda kon zijn, zoo
naargeestig was die op Leiden soms.
Allereerst duurde de reis drie uur, het
geen, ook al houdt men n'og zoo van
gezellige kout aan boord, te lang is.
Men wil zich eens vertreden. Maar
daarvoor waren de booten wel wat te
klein. Bovendien vervoerden zij veel
vrachtgoed, waardoor op het achterdek
de ruimte was ingenomen.
Maar daarnaast stonden deze booten
dikwijls in het toeken van „het zieken,
huis te Leiden". Hoe vaak kon het niet
gebeuren, dat men op de boot naar
Leiden menschen aantrof, die hetzij
voor een opneming, in een ziekenhuis,
hetzij voor ziekenbezoek in Leiden naar
deze stad reisden.
Iemand op weg naar een ziekenhuis
is meestal geen prettige reisgenoot.
Neen. voor het meerendeel ging van
een reis op Leiden geen bekoring uit.
Van de boot op Amsterdam werd
door het publiek uit Boskoop weinig
gebruik gemaakt Daarvoor was de reis
te lang. Bovendien miste deze boot een
salon. Maar voor 't vervoer van vracht
goederen was zij bijzonder geschikt.
Kooplieden, die in Boskoop hun wa.
ren uitventten, maakten soms van deze
Ireisgelegenheid gebruik.
De bekoring van het oude
Het oude heeft echter afgedaan, en
ook de passagiersboot op de Holland-
sche kanalen en rivieren op enkele uit
zonderingen na. In haar plaats zijn de
autobussen gekomen, welke voor snelle
en doelmatige lokale verbindingen
zorgen.
Tengevolge van de oorlogsomstan
digheden ziet men hier en daar een
bootdienst tijdelijk herrijzen om straks
voorgoed te verdwijnen.
En de tijd, dat zoo goed als geen boot
diensten meer zullen worden gevonden,
zal niet zoo lang meer duren.
Maar met het verdwijnen van deze
diensten ia toch iet» verloren ge
gaan. Iets, dat een eigen karakter
droeg en een bijzondere bekoring
had, hetwelk vooral bij de ouderen
som» een mooie herinnering aan iets
van vroeger zal opwekken, dat de
jongeren van dezen tijd nooit zullen
kennen en daarom ook nl— rollen
kunnen waardeeren.
CANDIDAAT B. RIETVELD
BEROEPBAAR VERKLAARD.
De classis Gouda der Geref. Kerken
heeft met gunstig gevolg den heer B.
Rietveld alhier, candidaat aam de
Vrije Universiteit, het peremptoir
examen afgenomen.
A.s. Maandag 15 September wordt
een belangrijke regeling op het ge
bied van de vleeschkeoring in deze
streek van kracht. Dan treedt de
nieuwe centrale vleeschkeuringa-
dienst „Gouda" in werking, waarbij
Gouda zal optreden als centrumge
meente van een kring, die de vol
gende elf gemeenten omvat: Gouda,
Gouderak, Haastrecht, Moordrecht,
Reeuwijk, Boskoop, Waddinxveen,
Moerkapelle, Zevenhuizen, Nieuwer-
kerk a.d. Ussel en Bleisw|jk.
Voor dezen dienst bezit Gouda een
modern slachthuis, waarvan de rund-
veeslachthal belangrijk vergroot en
voor eenige weken in gebruik geno
men is. Hierdoor kunnen elf in plaats
van zes runderen tegelijk geslacht
worden.
Vol-ambtelijke dienst.
Reeds bU de opening van het slacht
huis ongeveer dertien jaar geleden
wapen de vier eerstgenoemde gemeen
ten tot den dienst van Gouda toege
treden er. zoodoende werden zij opge
nomen in een vol-ambteiijk apparaat.
Dit wordt thans ook zoo voor de ge
meenten, die met ingarg van Maandag
bü den keuringskring „Gouda" ko
men. Tot dusver stond daar aan het
hoofd van den plaatselijken dienst "en
keuringsveearts, die tevens praktijk
uitoefende. Met ingang van Maandag
kan ook daar gesproken worden van
eev vol-ambtelijken dienst, daar het
thans aan de keuringsveeartsen, die bij
den dienst werkzaam zullen zijn, ver
boden is praktijk uit te oefenen. Als
hoofd van den dierst treedt op dr N.
R. Slop, directeur van het openbaar
slachthuis te Gouda
Het is het streven van Gedeputeer
de Staten van Zuid-Holland om alle
keuringsdiensten in deze provincie in
het belang der volksgezondheid te cen-
traliseeren en het laat zich aanzien,
dat binnen afzienbaren tijd dit streven
werkelijkheid zal worden. Voor Gouda
en omgeving is dit nu het geval.
De burgemeesters der betrokken ge
meenten hadden te Gouda over deze
centraliseering verschillende vergade
ringen gehouden met het resultaat, dat
met algemeene sfemmén een regeling
werd aangenomen, die door Gouda was
ontvjorpen. Daarna moest deze regeling
behandeld worden in de verschillende
gemeenteraden. Hierbij hadden zes ge
meenteraden de regeling aanvaard en
vijf haar verworpen Het gevolg hier
van is geweest, dat Gedeputeerde Sta
ten thars aan de gemeenten een rege
ling hebben opgelegd, die volgens
verschillende gemeentebesturen ongun
stiger voor de gemeenten is dan die in
de vergadering van burgemeesters
was aangenomen.
In de toekomst centraal
slachten.
In de regeling, die dpor Gouda was
ontworpen, was om. bepaald, dat
wanneer een éigenaar van een slagerij
de zaak verliet Of kwam te over'ijden
de zoon of de weduwe het recht be
hield in de slachtplaats, die bij de
slagerij behoort, te blijven slachten.
Verliet ook de weduwe of zoon de
zaak, dan moest voortaan op het open
baar slachthuis te Gouda geslacht
worden. Ook was bepaald, dat de nood-
slachtplaatsen in de bij Gouda aange
sloten gemeenten gehandhaafd ble
ven.
In de regeling door Gedeputeerde
Stalen vastgesteld, ia bepaald, dat
wanneer de tegenwoordige eige
naar zijn slagerij verlaat, het recht
om in die slachtplaats te slachten
vervalt en dan voortaan te Gouda
moet worden geslacht. Tevens Is
bepaald, dat de needslaehtptaatsen
in de buitengemeenten worden op
geheven. Ala noodslachtplaat» veer
deze gemeenten Is aangewezen de
noodslsehtplaats op het openbaar
slachthuis te Gouda.
Ieti nieuws ia, dat thans al het
vleesch, dat van bulten den kring
wordt Ingevoerd en dat aan keuring
Is onderworpen, niet meer bij de
slagera thuis wordt gekenrd, maar
dat deze keuring evenals dit voor
de Gondsche slagers het geval la,
aan het openbaar slachthuis meet
geschieden.
Als b.v. een slager uit één der elf
gemeenten te Rotterdam vleesch
koopt, dan moet hij, alvorens hjj dK
naar zijn slagerij brengt, eerst hier
mede naar het slachthuis.
Huisslachtingen niet meer
op de boerderij.
Voor de gemeenten Gouda, Goude
rak, Haastrecht, Moordrecht en Reeu
wijk was de keuring van huisslaeh'in-
gen verplichtend. Huisslachtingen zij»
die slachtingen, die in de wintermaan
den worden gedaan door de veehou
ders, die dan geruimen tijd zelf „spek
in de kuip hebben". In de andere ge
meenten bestond deze keuring op huia-
slachtingen niet en was iedere vee
houder vrij om zonder keuring een
varken te slachten. Wel moest hij va#
deze slachting vier dagen te voren aan
gifte doen.
Met ingang van Maandag moet
echter voor alle huisslachtingen zoo
wel levend als geslacht keuring go-
schieden. Met uitzondering va#
Gouda waar deze slachtingen op hat
slachthuis gebeuren, werden dezo
slachtingen in alle andere gemeen
ten verricht op de boerderijen en
andere erven. Dikwijls werd op
deze plaatsen met alle hygiëne dn
spot gedreven. Om dit tegen te gaaa
en om zooveel mogelijk de zinde
lijkheid te bevorderen is bepaald,
dat deze slachtingen thans niet meer
op de erven mogen verricht wor
den, maar in een slachtplaats in da
gemeente, die aan de wettelijke
eischen voldoet.
In tegenstelling met thans, zullen
voor de buitengemeenten dezelfde
keurloon en gelden ais die voor het
slachthuis zijn vastgesteld.
Ongetwijfeld strekt het Gouda tot
eer, dat Gedeputeerde Staten.besloten
hebben zoo'n groot gebied voor. de
keuring van vee en vleesch aan het
slachthuis dezer gemeente toe te ver
trouwen.
j
Wie nog geen
abonné op de
mocht zijn, die
geve zich nog
heden op aan
hot Bureau:
MARKT 31. GOUDA
TEL£F. 27*5
of bij de agenten oldon
ROTTERDAM, TEL. 38 4 27
DEN HAAG, TEL. 333298
Ingez. Med. U 2994 22
(Hl
htoest ik doen? Ik heb heel een-
het roer verkeerd geslagen en
,i* een schip zonder zeilen door
"'woud gedobberd 't Regende
7™<> wijven, met alle respect voor
~9 Waf, en Ik weA druip- en druip-
i-Den eersten nacht-heb Ik een
geënterd en omdat ik dacht,
heb 'ilWel PoesJea konden komen,
Bim met mUn riem aaa den
g*" «bonden. Maar met die poeze-
«i«. het min(Jer erg dan me-
teV® denken, want een paar
^**9 geleden kwam zoo'n diertje
»».w® i?&emoet «n Ik denk zoo bij
kier u.'uite' 't I» Jammer, dat sa
»»at 9® Innirt geen notaris hebben,
tkm kun je je testament maken,
j i! ge^*urt, want het poesje
Weidt., v nen *n was een ge
bet mLÏ° i,Wsnt h!ld «ei» P«tr°-
meer- <He had ik allemaal op de
rooien verschoten, maar dat was
lang te voren gebeurd en ik vertel
't u straks nog wel. Maar eerst zul
len we een slok pakken.
Haaivischwillie neemt een slok, dat
wil zeggen: hjj giet in één teug den
beker thee met rum door het keel
gat. Niki knikt tevreden en denkt:
Als de jongen zoo'n dorst heeft,
dan ia hjj gezond I
Da belde vrienden beginnen zoo
langzamerhand te begrijpen, dat het
niet gemakkelijk zal zijn, het verhaal
van Haaivischwillie te volgen. Ze
moeten hem een beetje helpen en er
voor zorgen, dat hij alles in de juiste
volgorde vertelt. En dus merkt Niki
op:
Je had het zooeven over poeze-
beesten, Haaivischwillie. Bedoel je
soms tfjfen?
Ja.
En „rooien"? Wat wil Je daar
mee zeggent
Roode wolven.
Heb Je die ook ontmoet?
Een heele bende, Niki,
Ontzettend. Meer vóór je met
die beesten kennis maakte, vond je
toch eerst den promyschlennik?
Haaivischwillie maakt een achte
loos gebaar.
Die? Dat is niks bUzondersl Bij
den dood van De Vegaz heb ik tegen
mezelf gezegd: Willie, je gaat hier
niet weg, vóór je met dien promy
schlennik hebt afgerekend. Nou, ik
heb woord gehouden. Alleen maar om
dien vent te zien, ben lk den berg
opgeklommen. Maar wacht eens: lk
heb nog wat van hem meegebracht.
Dat Is een souvenirtje.
Hij werpt den haarlok van den pro
myschlennik op tafel.
Die haren heb ik hem van den
kop gesneden... ofschoon ik waarach
tig geen barbier ben... maar wacht:
nu ben ik heelemaal van de wijs...
wat wilds ik vertellen? Eerat een
slok nemen, dan valt 't me weer in.
O Je, die geschiedenis van den tijger.
Nou, ik dacht zoo bü mezelf, die
knaap vreet me met huid en haar op,
maar nee, hoor: hjj kijkt me alleen
een beetje dom aan, kwispelt met z'n
staart en maakt zifh uit de voeten.
Zoo gaat het urenlang door. Tot
diep ln den nacht moet HaaivischwU-
11e vertellen en eerat langzaam krij
gen Niki Gornenburg en Rouca Gura
een beeld van de dagen vol ver
schrikking, welke Haaivischwillie
achter zich heeft In het hol...
...ja, en toeh ik daar zoo zat
zag ik op eenmaal een hoL Vlak
naast het hol legen moppen van kelen
en toen zei lk bij mezelf: Willie, hier
ga je vannacht voor anker, daar lig
je droog, daar ben je veilig.en die
rooie beesten kunnen snuffelen tot ze
blauw worden. Nou en toen...
Haaivischwillie heeft acht dagen ln
het hol gelegen. Uit hetgeen hij ver
telt, valt af te leiden, dat hjj in het
hol een leelijke longontsteking heeft
doorgemaakt Die acht dagen ln het
hol staan nog slechts flauw in zijn
herinnering. Hij weet, dat hij op za-
keren dag uit zijn koortsfantasieën
tot helder bewustzijn kwam en dat...
Net snuffelt er zoo'n rooie rak
ker voor het hoL Ik luister een
poosje naar hem en denk bij mezelf,
Willie, dat kun je zoo niet laten gaan,
want als je niet oppast, breken ze
nog je heele villa af en dan is
't met Je gedaan. En ik voelde me
zoo ellendig ala een verdronken kat
met alle respect voor den graaf, lk
kon amper op m'n beenen staan,
maar toen ik naar bulten keek, zag
ik een half dozijn rooie beesten, die
blijkbaar stonden te wachten op mijn
afsterven. Nou, toen greep ik mijn
geweer en schoof den loop door een
gat in den buitenmuur van m'n
kasteel en knal d'r heel eenvoudig op
los, want mikken kon lk toch niet;
ik had allemaal dansende sterretjes
voor de oogen. Maar vreemd genoeg
ia een van die rooie duivels pardoes
omgevallen en toen viel ik weer in
slaap. Ik geloof, dat lk het spelletje
een paar keer heb herhaald, want
toen ik weer behoorlijk kon denken,
had ik geen patronen meer. Ik
schrok me een aap, want op het eer
ste moment dacht ik, dat iemand
mijn patronen gestolen had, maar
toen lk goed nakeek, vond ik de leege
hulzen. Je ziet dus wel, dat Je kunt
schieten zonder dat Je 't zelf weet.
Ik ruim een steen van m'n buiten
muur weg en Ja, warempel, daar ligt
nog zoo'n dooie wolf en het beest
bloedde ook nog. Nou en toen dacht
ik, Willie, als je niet eet, ga je dood
en van de lucht leven kan geen
mensch en toen heb ik het beest heel
eenvoudig naar binnen gehaald en
gebraden. Mijn lucifers waren inmid
dels droog geworden, maar dat weet
u nog niet, want te 'voren waren za
nat, maar di* zaak zit zoo...
Om weer eenigszins op kracht te
komen, bleef Haaivischwillie nog
twee dagen in het hol. Toen hij even
kon loopen, klom hij naar den top
van den berg, waarop het hol lag.
En hetgeen h(j daar aanachóliwde,
was een hem totaal onbekende wil
dernis.
Hij daalde da belling af en vond 'ln
het dal een beek. Die beek bracht
hem op een idee.
...patronen heb je niet meer,
maar visschen kun je in ieder geval.
Je bindt je mes aan een stok en pikt
zoo de lekkerste hapjes uit het water,
Dan behoef Je niet van honger te
sterven. En die beek stroomt in ieder
geval naar een rivier en ia 't niet de
Sandawaku, dan ia het een andere
rivier, dat hlndart niet: ze stroomen
toch allemaal naar de Uasurl of de
Amoer. Ben je eenmaal daar, dan
vindt je we! den weg, je kunt het in
ieder geval probeeren en je behoeft
nog niet hier te blijven zitten met Je
handen in den schoot...
Uit het verhaal blijkt dan verdar,
dat Haaivischwillie op zijn zwerftocht
door de taiga op zekeren dag aan da
Sandacheaa kwam, een zijrivier van
de Sandawaku. HU volgde den oever,
tot hij, geheel, onverwacht, de blok-
h»' "8- -
Ongelooflijk, wat Haaivischwillie in
dia zestien dagen heeft beleefd. En
men kan het e«n wonder noemen,
dat hü in de schemerdonkere dalen
en wouden van da taiga niet ten
onder ia gegaan. Doch hil maast er
niet weel ophef van. De hoofdzaak 1»,
dat hü de blokhut heeft gevonden en
dat da rum uitstekend la. Alia
respect voor De Vegaz, die kerel
wist, wat een goed glas rum waa.
Het middernachtelijk uur ia reeda
lang voorbij, Wordt vervolgd J