Nieuwe vleeschkeuringsregeling a.s. Maandag in werking ZILVER aan de SANDAWAKU ^de aanlegsteiger 'an ,iDe Volharding" afgebroken AKKERTJES /oei Roggebrood BLAD ZATERDAG 13 StPïEi loEH iZl i itie acht *€3 ere Stadsnieuws. ring aan vroeger* gezelligheid en huise- d ia de kajuit tusschen Boskoop en Gouda Tien jaar geleden verdwenen de booten en met haar de romantiek op de Gouwe Centrale dienst voor Gouda en tien omliggende gemeenten All* slachtingen in d* toekomst te Gouda en noodslachtingen reeds nu Doe het nu! Goudsche Courant I*d*r die op d* hoogt* wil blijven, leest de Goudsche Courant! GEBR. TEN HOEVE FEUILLETON 1 •1. «ut. ■l' «O. «t ijrtrwej gPoeder I «'wicht ®kt Ma w font*» tonfww, "»8t. n*. «a, en Sthradd 1 k.g, ti |r.M M bbcr. Baarden baarden ntrale i ste bw Barden kaarden lurf. t in. I f 1 rant* zeepka» soen, |er. t M. t| Èoonmui. I „De L b: Nieu- NederlD Vrager" kwartel. neert WÊ luaekfeeft] i Een I onmuzt u ziek nscrrfbl* f |tje. IJl I «cUmatiej «macht t kmofot >.®010.15 I f Am«rfCifl Jl.5 M. |bNO lek. V« I zonder Vtt I Bijbel?" Aadto-Sti®» Bet toeü^2 ■omische N® Blei ding I Kjmnuriek W ïjdingS Udio-S" Het t. i 701 .Ml IsolUten *1 Brian en «fl I zjjn orttpj B -IA. 15 fcrverei f hul^i. Sylvel Fn Kart Brkest rl_ Ir rouw. I piano.2*1 I Voor *3 in en i blersj .rkeetjj m Mi I van d«j| Br gelet about ■iber BNOl» uxfek. jnujtle*. J |nobegei irawoK forked •jjj P Voor J r Radio- fTertf ht ï-J - iMl I Bte herinnering aan den tijd van de Boskoopsche boot. De „kleine salon" I m be Volharding" heeft too juist het Bolwerk te dezer stede verlaten. 1 (Foto G. C.) HET bericht in deze courant, dat dezer dagen te Boskoop de aanlegsteiger, waar eer tijds de booten van de maat schappij „De Volharding" pleegden san t« leggen, is afgebroken, heeft onwillekeurig herinneringen aan jaren, toen de passagiersbooten van doze maatschappij diensten op Gouda, Leiden en Amsterdam onderhielden, in het geheugen ge roepen. Hocvele jaren is het niet geleden, fet deze verbindingen werden ge staakt? De stoombooten moesten het veld ruimen voor de verbetering van het verkeer te land t.w. voor de autobus, welke inderdaad een snellere ver binding tot stand bracht. Maar dit was niet het eemge vervoermiddel, dat het bestaan van de passagiersdiensten onmogelijk heeft gemaakt. De laatste jaren ondervonden deze diensten veel nadeel van de toeneming van het rijwlelverkeer, Meer en meer trok men er voor reisjes op Gouda en Leiden per fiets op uit, iets, wat vroe ger lang niet in die mate voorkwam els gedurende de laatste jaren van de bootdiensten. De mensch houdt van opschieten en vooral het opgroeier.de jonge geslacht, dat fietsen kon, dacht er niet aan met de boot te gaan reizen. Bovendien was men Biet een fiets niet aan tijd ge bonden en vrijer in zijn bewegen. Op 28 Februari 1931 hebben de booten van „De Volharding" voor de laatste maal gevaren. Met haar is iets verloren gega* van de bekoring, welke gelegen is in bet verkeer te water. Hildebrand hekelt in zijn „Camera Obscura" het varen. Vooral de trek schuit moet het bij hem ontgelden. Maar ook de stoomboot draagt hij geen goed hart toe. Dit is wel te Verklaren, want Hildebrand beschrijft een boot- lodit tusschen Botterdam en Nij megen, een extra lange reis, en het is begrijpelijk, dat een dergelijke tocht op den duur moet zijn gaan vervelen. Maar een boottochtje van niet te tyigen duur is en blijft altijd iets bij- sonders. Vroeger, toen m het waterrijke «oo.d. en Zuid-Holland aüerwege bootdiensten bestonden, was het zomen voor de kinderen een attrac tie om in de vacantiedagen met vader en moeder eew boottochtje te maken. De boot was Boskoop'» eenig communicatiemiddel. Boskoop wag ijl die jaren enkel per ooot bereikbaar! Het had geen spoor wegverbinding. terwijl de autobus diensten nog nergens in Nederland werden 'gevonden. Maar wel had zij uitmuntende boot- ■"bindingen. Dagelijkj voeren passa- lleribooten van de maatschappij „De joinarding" naar en van Gouda. Lei- oen en Amsterdam, terwijl de stoom- bootdienst „De Vooruitgang" boven-, dien diensten naar en van Gouda onderhield. Van Boskoop vertrok gedurende de laatste jaren van het bestaan der maat- schapij „De Volharding' een boot om 6.45, 8, 9.15, 11, 1.15, 2.30, 4 en 7 uur naar Gouda. Mpt uitzondering van die van 11 uur waren al deze booten z.g, salonbooten. De duur der vaart be droeg vijftien minuten. Van Boskoop naar Leiden voeren per dag drie salonbooten, om 7.30, 12 en 6.45 uur. De duur van deze vaart duurde drie uur. Van Boskoop op Amsterdam bestond slechts één bootverbinding t.w. om 2.15 uur. De duur var. deze reis bedroeg vijf uur. "Deze boot was geen salonboot. De Bootstraat, het korte smalle winkelstraatje in Boskoop dankt aan deze verbinding haar naamJ Wie met deze booten reisde, ging meestal door de Bootgtraat naar den aanlegsteiger, welke nu eer.ige weken geleden is af gebroken, 'n Feestelijk gezicht. DE salonbooten gaven aan de scheepvaart op de Gouwe iets feestelijks. Zij fleurden het zoo drukke scheepvaartverkeer op. Vooral, wanneer des avonds de heldere - electrische lampen in de salon brandden, gaf dit den in druk van een zekere Illuminatie. Het verkeer op Gouda was het drukt. De middenstand in Gouda had er zijn voordeel van. De dames gingen graag eens per boot naar Gouda om daar haar inkoopen te doen. Vooral in de rijke jaren, welke Boskoop gekend heeft, beteekende dit voor den winkel stand in Gouda eere groot voordeel, omdat de Boskoopers van huis niet karig zijn en in goede tijijen hun geld durven te laten rollen. Ook de schooljeugd, welke gymna siaal of middelbaar onderwijs begeer de, was voor het meerendeel hiervoor op Gouda aangewezen en reisde vroe- f;er dagelijks per boot op Gouda om n deze stad de noodige wijsheid en kennis op te doen. De schooljeugd. Hoe dartel, hoe los bandig kan zjj zijn. Zelfs de kapiteins van de booten op Gouda zouden hier van grijze haren hebben gekregen. Het was ten strengste verbonden op de rood pluche banken te gaan staan om zoo door de kajuitraampjes te kijken. Maar hoe dikwiiis zondigde de schooljeugd hiertegen. Nauwelijks had de „kap" zijn rug gekeerd of de jeugd sprong weer uit den band. Allerlei kattekwaad spookte zij uit. In de kajuit had zü ook zoo heerlijk de ruimte. Vreemdelingen op het „hooge kanaal". In de gewone tijden trekken er Jaarlijks eenige honderden Boskoop sche zakenlieden voor langeren of kort eren tijd op uit om in het buiten land hun zaken te doen. De dikwijls zoo lange reis werd vroeger meestal met den boottocht op Gouda begonnen. Gedurende den duur van deze rustige reis kon men. als men zich gehaast had en hoevelen doen dit niet, wanneer zij voor langen tijd op reis gaan tot rust komen. In Gouda wachtte de D-trein. welke hen naar de Europeesehe landen zou voe ren. Welk een „overgang. Na het zoo kalme tochtje door de bekende en vertrouwde streken vol landelijke rust met als mede-passagiers menschen uit dezelfde streek, de reis per D-trein met de enerveerende drukte op de perrons der groote stations door vreemde streken met een internatio naal gezelschap. En wanneer men van de lange reii terugkwam, was de boottocht, welke de verreisde Boskooper na soms maandenlange afwezigheid naar huis zou brengen, de laatste étappe. Eer hij thuis was, had hij zich aan boord meestal reeds op de hoogte gesteld van het laatste plaatselijke nieuws. Voor buitenlandsche zakenlieden, die hun relaties te Boskoop kwa men bezoeken, was deze boottocht iets zeer bijzonders. Wat hen vooral trof was de vaart door het „kanaal", dat stukken hooger lag dan het omringende land. Zoo iets hadden zij meestal nog nimmer gezien. En n^eriig buitenlander zal gedurende da vaart over de Gouwe stellig den indruk (hebben gekregen, dat dit Holland toch maar een gevaarlijk land is, dat elk oogenblik onder water kan loopen. In de huiselijke kajuit. In de kajuit was het een gezellig verblijf. Er werd gerookt, gepraat en gelachen. Voor de oudere® was het bij uitstek een geschikte gelegenheid om een ,boom" over alles en nog wat op. te zetten. Vooral 's winters, wanneer het kacheltje lekker was opgestookt en het electrische lamplicht brandde, had de kajuit iets huiselijks. Daarbij kwam, dat eem klein buffet gelegenheid bood om iets te gebruiken. Wanneer men geschikt gezelschap aantrof was de reis van vijftig minuten zoo om, en menig druk gesprek moest plotseling worden afgebroken, omdat de aanleg steiger te Boskoop was bereikt. Met mistig weer of wanneer de Gouwe- vol drijfijs lag, kon de reis langer duren. Dan viel het voor den kapitein in de stuurkast niet mee. Aanhoudend moest hij met zijn volle aandacht bij zijn werk zijn. Met mistig weer mocht in geen ge val lich tdoor de kajuitraampjes naar buiten stralen. De kapiteins van deze stoombooten waren toen reeds meester in het verduisteren. Voorzichtig werd gevaren en geregeld klonken waar- schuwingsseinen over het water. Met drijfijs had de boot "het zwaar te verduren. Met geweld moest zij zich dikwijls een weg door het vele drijf ijs, dat soms op bepaalde gedeelten op gepakt zat, banen. Bleef het doorgaan met vriezen, dan moest de boot het tenslotte opgeven en werden de dien sten gestaakt Boskoop was dan haast volkomen van de buitenwereld afge sloten, De mooiste reizen waren die per salonboot in het voorjaar en den zachten nazomer. Dan was de tocht per boot, wanneer men op de banken buiten langs de salon geplaalst, of op de banken in de salon kon zitten, een spelevaart. „Karei van de salon" TE Boskoop was de „kleine salon" gestationneerd, Kapi tein. was de heer K. Stigter, die als zoodanig gedurende 24 jaren tot den dag der liquidatie der maat. schappij dienst heeft gedaan. In Bos koop en omgeving en vooral te Waddinxveert, stond hij bekend on der den naam van „Karei van de salon". Stigtér heeft zijn hart aan het water verpand. Nog steeds woont l b.» M^rekwV^e? de nare wy' bartier ®tTJrbtpn.n»k" hij in Boskoop aan de Gouwe en bü denkt dikwijl» terug aan den tijd, dat hij dageljjka de diensten op Gouda onderhield. HU was vergroeid met het bedrijf en het is te begre pen. hoe het hem smartte, toen de vaart werd gestaakt. ug.t. co. o 4.193 13 KriPi t'ElN K. J'lui tR,' „Karei van de salon", die vele jaren het stuurrad van „De Volharding" hanteerde. (Foto G. C.) De schippers, die regelmatig de Gou we bevaren, kennen hem allen en wan neer hij of zijn vrouw aan het geopenj de raam, van waaruit men een mooi uitzicht op de Gouwe heeft, zit, groetèn zij in het voorbijvaren steevast hun ouden kameraad „Karei van de.salon" of diens vriendelijke vrouw. Zoo nu en dan werd vroeger de salon boot gecharterd voor pleizierreisjes naar Marken, A'dam en Katwijk aan Zee. De boot werd dan gepavoiseerd en verder versierd, terwijl soms een klein muziekgezelschap of een draaiorgel gedurende de reis voor een feestelijke stemming zorgde. Een der meest pret tige tochtjes moet het uitstapje van een gezelschap, dat den bijzonderen naam van „De Schuimende Bierpot." droeg, geweest zijn. Leidsche reis trok niet Van de boot op Leiden werd niet zoo druk gebruik gemaakt. Zoo gezel lig alde reis op Gouda kon zijn, zoo naargeestig was die op Leiden soms. Allereerst duurde de reis drie uur, het geen, ook al houdt men n'og zoo van gezellige kout aan boord, te lang is. Men wil zich eens vertreden. Maar daarvoor waren de booten wel wat te klein. Bovendien vervoerden zij veel vrachtgoed, waardoor op het achterdek de ruimte was ingenomen. Maar daarnaast stonden deze booten dikwijls in het toeken van „het zieken, huis te Leiden". Hoe vaak kon het niet gebeuren, dat men op de boot naar Leiden menschen aantrof, die hetzij voor een opneming, in een ziekenhuis, hetzij voor ziekenbezoek in Leiden naar deze stad reisden. Iemand op weg naar een ziekenhuis is meestal geen prettige reisgenoot. Neen. voor het meerendeel ging van een reis op Leiden geen bekoring uit. Van de boot op Amsterdam werd door het publiek uit Boskoop weinig gebruik gemaakt Daarvoor was de reis te lang. Bovendien miste deze boot een salon. Maar voor 't vervoer van vracht goederen was zij bijzonder geschikt. Kooplieden, die in Boskoop hun wa. ren uitventten, maakten soms van deze Ireisgelegenheid gebruik. De bekoring van het oude Het oude heeft echter afgedaan, en ook de passagiersboot op de Holland- sche kanalen en rivieren op enkele uit zonderingen na. In haar plaats zijn de autobussen gekomen, welke voor snelle en doelmatige lokale verbindingen zorgen. Tengevolge van de oorlogsomstan digheden ziet men hier en daar een bootdienst tijdelijk herrijzen om straks voorgoed te verdwijnen. En de tijd, dat zoo goed als geen boot diensten meer zullen worden gevonden, zal niet zoo lang meer duren. Maar met het verdwijnen van deze diensten ia toch iet» verloren ge gaan. Iets, dat een eigen karakter droeg en een bijzondere bekoring had, hetwelk vooral bij de ouderen som» een mooie herinnering aan iets van vroeger zal opwekken, dat de jongeren van dezen tijd nooit zullen kennen en daarom ook nl— rollen kunnen waardeeren. CANDIDAAT B. RIETVELD BEROEPBAAR VERKLAARD. De classis Gouda der Geref. Kerken heeft met gunstig gevolg den heer B. Rietveld alhier, candidaat aam de Vrije Universiteit, het peremptoir examen afgenomen. A.s. Maandag 15 September wordt een belangrijke regeling op het ge bied van de vleeschkeoring in deze streek van kracht. Dan treedt de nieuwe centrale vleeschkeuringa- dienst „Gouda" in werking, waarbij Gouda zal optreden als centrumge meente van een kring, die de vol gende elf gemeenten omvat: Gouda, Gouderak, Haastrecht, Moordrecht, Reeuwijk, Boskoop, Waddinxveen, Moerkapelle, Zevenhuizen, Nieuwer- kerk a.d. Ussel en Bleisw|jk. Voor dezen dienst bezit Gouda een modern slachthuis, waarvan de rund- veeslachthal belangrijk vergroot en voor eenige weken in gebruik geno men is. Hierdoor kunnen elf in plaats van zes runderen tegelijk geslacht worden. Vol-ambtelijke dienst. Reeds bU de opening van het slacht huis ongeveer dertien jaar geleden wapen de vier eerstgenoemde gemeen ten tot den dienst van Gouda toege treden er. zoodoende werden zij opge nomen in een vol-ambteiijk apparaat. Dit wordt thans ook zoo voor de ge meenten, die met ingarg van Maandag bü den keuringskring „Gouda" ko men. Tot dusver stond daar aan het hoofd van den plaatselijken dienst "en keuringsveearts, die tevens praktijk uitoefende. Met ingang van Maandag kan ook daar gesproken worden van eev vol-ambtelijken dienst, daar het thans aan de keuringsveeartsen, die bij den dienst werkzaam zullen zijn, ver boden is praktijk uit te oefenen. Als hoofd van den dierst treedt op dr N. R. Slop, directeur van het openbaar slachthuis te Gouda Het is het streven van Gedeputeer de Staten van Zuid-Holland om alle keuringsdiensten in deze provincie in het belang der volksgezondheid te cen- traliseeren en het laat zich aanzien, dat binnen afzienbaren tijd dit streven werkelijkheid zal worden. Voor Gouda en omgeving is dit nu het geval. De burgemeesters der betrokken ge meenten hadden te Gouda over deze centraliseering verschillende vergade ringen gehouden met het resultaat, dat met algemeene sfemmén een regeling werd aangenomen, die door Gouda was ontvjorpen. Daarna moest deze regeling behandeld worden in de verschillende gemeenteraden. Hierbij hadden zes ge meenteraden de regeling aanvaard en vijf haar verworpen Het gevolg hier van is geweest, dat Gedeputeerde Sta ten thars aan de gemeenten een rege ling hebben opgelegd, die volgens verschillende gemeentebesturen ongun stiger voor de gemeenten is dan die in de vergadering van burgemeesters was aangenomen. In de toekomst centraal slachten. In de regeling, die dpor Gouda was ontworpen, was om. bepaald, dat wanneer een éigenaar van een slagerij de zaak verliet Of kwam te over'ijden de zoon of de weduwe het recht be hield in de slachtplaats, die bij de slagerij behoort, te blijven slachten. Verliet ook de weduwe of zoon de zaak, dan moest voortaan op het open baar slachthuis te Gouda geslacht worden. Ook was bepaald, dat de nood- slachtplaatsen in de bij Gouda aange sloten gemeenten gehandhaafd ble ven. In de regeling door Gedeputeerde Stalen vastgesteld, ia bepaald, dat wanneer de tegenwoordige eige naar zijn slagerij verlaat, het recht om in die slachtplaats te slachten vervalt en dan voortaan te Gouda moet worden geslacht. Tevens Is bepaald, dat de needslaehtptaatsen in de buitengemeenten worden op geheven. Ala noodslachtplaat» veer deze gemeenten Is aangewezen de noodslsehtplaats op het openbaar slachthuis te Gouda. Ieti nieuws ia, dat thans al het vleesch, dat van bulten den kring wordt Ingevoerd en dat aan keuring Is onderworpen, niet meer bij de slagera thuis wordt gekenrd, maar dat deze keuring evenals dit voor de Gondsche slagers het geval la, aan het openbaar slachthuis meet geschieden. Als b.v. een slager uit één der elf gemeenten te Rotterdam vleesch koopt, dan moet hij, alvorens hjj dK naar zijn slagerij brengt, eerst hier mede naar het slachthuis. Huisslachtingen niet meer op de boerderij. Voor de gemeenten Gouda, Goude rak, Haastrecht, Moordrecht en Reeu wijk was de keuring van huisslaeh'in- gen verplichtend. Huisslachtingen zij» die slachtingen, die in de wintermaan den worden gedaan door de veehou ders, die dan geruimen tijd zelf „spek in de kuip hebben". In de andere ge meenten bestond deze keuring op huia- slachtingen niet en was iedere vee houder vrij om zonder keuring een varken te slachten. Wel moest hij va# deze slachting vier dagen te voren aan gifte doen. Met ingang van Maandag moet echter voor alle huisslachtingen zoo wel levend als geslacht keuring go- schieden. Met uitzondering va# Gouda waar deze slachtingen op hat slachthuis gebeuren, werden dezo slachtingen in alle andere gemeen ten verricht op de boerderijen en andere erven. Dikwijls werd op deze plaatsen met alle hygiëne dn spot gedreven. Om dit tegen te gaaa en om zooveel mogelijk de zinde lijkheid te bevorderen is bepaald, dat deze slachtingen thans niet meer op de erven mogen verricht wor den, maar in een slachtplaats in da gemeente, die aan de wettelijke eischen voldoet. In tegenstelling met thans, zullen voor de buitengemeenten dezelfde keurloon en gelden ais die voor het slachthuis zijn vastgesteld. Ongetwijfeld strekt het Gouda tot eer, dat Gedeputeerde Staten.besloten hebben zoo'n groot gebied voor. de keuring van vee en vleesch aan het slachthuis dezer gemeente toe te ver trouwen. j Wie nog geen abonné op de mocht zijn, die geve zich nog heden op aan hot Bureau: MARKT 31. GOUDA TEL£F. 27*5 of bij de agenten oldon ROTTERDAM, TEL. 38 4 27 DEN HAAG, TEL. 333298 Ingez. Med. U 2994 22 (Hl htoest ik doen? Ik heb heel een- het roer verkeerd geslagen en ,i* een schip zonder zeilen door "'woud gedobberd 't Regende 7™<> wijven, met alle respect voor ~9 Waf, en Ik weA druip- en druip- i-Den eersten nacht-heb Ik een geënterd en omdat ik dacht, heb 'ilWel PoesJea konden komen, Bim met mUn riem aaa den g*" «bonden. Maar met die poeze- «i«. het min(Jer erg dan me- teV® denken, want een paar ^**9 geleden kwam zoo'n diertje »».w® i?&emoet «n Ik denk zoo bij kier u.'uite' 't I» Jammer, dat sa »»at 9® Innirt geen notaris hebben, tkm kun je je testament maken, j i! ge^*urt, want het poesje Weidt., v nen *n was een ge bet mLÏ° i,Wsnt h!ld «ei» P«tr°- meer- <He had ik allemaal op de rooien verschoten, maar dat was lang te voren gebeurd en ik vertel 't u straks nog wel. Maar eerst zul len we een slok pakken. Haaivischwillie neemt een slok, dat wil zeggen: hjj giet in één teug den beker thee met rum door het keel gat. Niki knikt tevreden en denkt: Als de jongen zoo'n dorst heeft, dan ia hjj gezond I Da belde vrienden beginnen zoo langzamerhand te begrijpen, dat het niet gemakkelijk zal zijn, het verhaal van Haaivischwillie te volgen. Ze moeten hem een beetje helpen en er voor zorgen, dat hij alles in de juiste volgorde vertelt. En dus merkt Niki op: Je had het zooeven over poeze- beesten, Haaivischwillie. Bedoel je soms tfjfen? Ja. En „rooien"? Wat wil Je daar mee zeggent Roode wolven. Heb Je die ook ontmoet? Een heele bende, Niki, Ontzettend. Meer vóór je met die beesten kennis maakte, vond je toch eerst den promyschlennik? Haaivischwillie maakt een achte loos gebaar. Die? Dat is niks bUzondersl Bij den dood van De Vegaz heb ik tegen mezelf gezegd: Willie, je gaat hier niet weg, vóór je met dien promy schlennik hebt afgerekend. Nou, ik heb woord gehouden. Alleen maar om dien vent te zien, ben lk den berg opgeklommen. Maar wacht eens: lk heb nog wat van hem meegebracht. Dat Is een souvenirtje. Hij werpt den haarlok van den pro myschlennik op tafel. Die haren heb ik hem van den kop gesneden... ofschoon ik waarach tig geen barbier ben... maar wacht: nu ben ik heelemaal van de wijs... wat wilds ik vertellen? Eerat een slok nemen, dan valt 't me weer in. O Je, die geschiedenis van den tijger. Nou, ik dacht zoo bü mezelf, die knaap vreet me met huid en haar op, maar nee, hoor: hjj kijkt me alleen een beetje dom aan, kwispelt met z'n staart en maakt zifh uit de voeten. Zoo gaat het urenlang door. Tot diep ln den nacht moet HaaivischwU- 11e vertellen en eerat langzaam krij gen Niki Gornenburg en Rouca Gura een beeld van de dagen vol ver schrikking, welke Haaivischwillie achter zich heeft In het hol... ...ja, en toeh ik daar zoo zat zag ik op eenmaal een hoL Vlak naast het hol legen moppen van kelen en toen zei lk bij mezelf: Willie, hier ga je vannacht voor anker, daar lig je droog, daar ben je veilig.en die rooie beesten kunnen snuffelen tot ze blauw worden. Nou en toen... Haaivischwillie heeft acht dagen ln het hol gelegen. Uit hetgeen hij ver telt, valt af te leiden, dat hjj in het hol een leelijke longontsteking heeft doorgemaakt Die acht dagen ln het hol staan nog slechts flauw in zijn herinnering. Hij weet, dat hij op za- keren dag uit zijn koortsfantasieën tot helder bewustzijn kwam en dat... Net snuffelt er zoo'n rooie rak ker voor het hoL Ik luister een poosje naar hem en denk bij mezelf, Willie, dat kun je zoo niet laten gaan, want als je niet oppast, breken ze nog je heele villa af en dan is 't met Je gedaan. En ik voelde me zoo ellendig ala een verdronken kat met alle respect voor den graaf, lk kon amper op m'n beenen staan, maar toen ik naar bulten keek, zag ik een half dozijn rooie beesten, die blijkbaar stonden te wachten op mijn afsterven. Nou, toen greep ik mijn geweer en schoof den loop door een gat in den buitenmuur van m'n kasteel en knal d'r heel eenvoudig op los, want mikken kon lk toch niet; ik had allemaal dansende sterretjes voor de oogen. Maar vreemd genoeg ia een van die rooie duivels pardoes omgevallen en toen viel ik weer in slaap. Ik geloof, dat lk het spelletje een paar keer heb herhaald, want toen ik weer behoorlijk kon denken, had ik geen patronen meer. Ik schrok me een aap, want op het eer ste moment dacht ik, dat iemand mijn patronen gestolen had, maar toen lk goed nakeek, vond ik de leege hulzen. Je ziet dus wel, dat Je kunt schieten zonder dat Je 't zelf weet. Ik ruim een steen van m'n buiten muur weg en Ja, warempel, daar ligt nog zoo'n dooie wolf en het beest bloedde ook nog. Nou en toen dacht ik, Willie, als je niet eet, ga je dood en van de lucht leven kan geen mensch en toen heb ik het beest heel eenvoudig naar binnen gehaald en gebraden. Mijn lucifers waren inmid dels droog geworden, maar dat weet u nog niet, want te 'voren waren za nat, maar di* zaak zit zoo... Om weer eenigszins op kracht te komen, bleef Haaivischwillie nog twee dagen in het hol. Toen hij even kon loopen, klom hij naar den top van den berg, waarop het hol lag. En hetgeen h(j daar aanachóliwde, was een hem totaal onbekende wil dernis. Hij daalde da belling af en vond 'ln het dal een beek. Die beek bracht hem op een idee. ...patronen heb je niet meer, maar visschen kun je in ieder geval. Je bindt je mes aan een stok en pikt zoo de lekkerste hapjes uit het water, Dan behoef Je niet van honger te sterven. En die beek stroomt in ieder geval naar een rivier en ia 't niet de Sandawaku, dan ia het een andere rivier, dat hlndart niet: ze stroomen toch allemaal naar de Uasurl of de Amoer. Ben je eenmaal daar, dan vindt je we! den weg, je kunt het in ieder geval probeeren en je behoeft nog niet hier te blijven zitten met Je handen in den schoot... Uit het verhaal blijkt dan verdar, dat Haaivischwillie op zijn zwerftocht door de taiga op zekeren dag aan da Sandacheaa kwam, een zijrivier van de Sandawaku. HU volgde den oever, tot hij, geheel, onverwacht, de blok- h»' "8- - Ongelooflijk, wat Haaivischwillie in dia zestien dagen heeft beleefd. En men kan het e«n wonder noemen, dat hü in de schemerdonkere dalen en wouden van da taiga niet ten onder ia gegaan. Doch hil maast er niet weel ophef van. De hoofdzaak 1», dat hü de blokhut heeft gevonden en dat da rum uitstekend la. Alia respect voor De Vegaz, die kerel wist, wat een goed glas rum waa. Het middernachtelijk uur ia reeda lang voorbij, Wordt vervolgd J

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1941 | | pagina 3