N0?EHBEK'Z0N0A6. De terugkeer Tan de Gondsche Glazen op de film. vat* de week. Dezer dagen werd in een eenvoudige samenkomst te Utrecht de voltooiing van een nieuwen godsdienstigen liederenbundel bezegeld, die ook in gebruik is in de Remonstrantsche gemeente alhier. 'De Commissie die dit tot stand bracht, heeft er in de oorlogsjaren onverstoord aan doorgewerkt. De organist Adr. C. Schuur man, die in dit jaar in de reeks orgelconcerten ook het orgel van de St. Janskerk bespeelde, zei tot slot, bij de toelichting van zijn werk daaraan, dat he hem een vreugde was geweest het zijne bij te dragen om liederen te geven; aan gemeenten, groepen en menschen, die tot kracht zouden kunnen zijn, gezongen, gesproken of misschien alleen maar gedacht,.in tijden van verdrukking en moeite, zooals er geweest waren, nog weer komen kunnen en er, min of meer, altijd zijn. Hij haalde daarbij een der liederen: uit den bundel aan, dit spreekt van het diepgewortelde besef van waarheid, gerechtigheid, vrijheid en van eeuwige waar den, dat de mensch, bij alle verwording, in zich blijft omdragen. Deze verzen volgen hier. Nog is het oud geloof niet dood; geen mart'ling, kerker, zwaard wat nood, de mensch ooit voor den mensch verzint, dien dit geloof niet overwint. God, maak ons trouw, wat wank'len zou, maak aan dat oud geloof ons trouw! Dat elk van ons dien weg mag gaan, tot alle volken voor U staan en heel de menschheid mee geneest in 't waaien van Uyy heil-gen Geest. Maak ons dus troi^t wat wank'len'zou, rrjaak aan dat oud geloof ons trouw. En maak ons vrij van eigen baat, Laat ons niets haten dan den haat en strijden voor Uw Rijk, in werk en woorden, rein, in daden sterk. Ja, maak ons trouw, wat wank'len zou, maak aan het oud geloof ons trouw. J. J. Thomson, geb. 1882, naar F. W. Faber, 1814—1863. TAHITI IN HET REVUEKLEED. Twee opvoeringen in de Schouwburg: Zoowel Donderdag- als Woensdag avond gaf de Goudsché Krontjongclub „Tahiti" ,in den Nieuwen Schouwburg twee uitverkochte voorstellingen ten bate van liefdadige doeleinden. Woensdag avond was de opbrengst, voor den bouw van een., Jeugdparochiehuis in de Korte Akkeren, terwijl gisteravond de opvoering geschiedde in de actie „Gouda helpt Venlo". Met deze opvoeringen trad Tahiti, in het revuekleed en wij kunnen net anders zeggen, dan dat er. grooten zorg aan was besteed, hetgeen, de opvoeringen ten zeerste ten goede kwam. Op vlotte wijze werden de met zorg uitgekozen en ingestudeerde nummers ten uitvoer gebracht. Hoewel een van de solo-zageressen mej. G. van der Jagt ten gevolge van een verkoudheid sjecht ge disponeerd was, verdiénde haar optreden alle bewondering, evenals dat van de andere soliste. Ook de heer Klerks ver dient met zijn vocaal optreden onze wel gemeende waardeering. De heer De Korte wist in verschillende schetsjes tie aandacht van het publiek te trekken en was voor zijn taak berekend. De door mevr. v. d. Horst-v. Vliet en den heer W. Kok ingestudeerde dansen brachten de revue op een goed peil. Krontjong-liefhebbers zullen deze avon den buitengewoon op prijs hebben ge steld, want, en' het ligt uiteraard in he« ■wezen van de club, voor Krontjongmu- ziek. was een behoorlijke plaats inge ruimd. Speciaal willen wij vermelding maken van de décors, die op artistieke wijze door den heer H. C. de Korte waren verzorgd. Na de tweede opvoering, nam het ge zelschap Tahiti afscheid van de inmid dels in het huwelijk getreden mej. G, v d. Jagt, die Tahiti gaat verlaten. Aan mevr. v. d, Horstv. Vliet werden na afloop bloemen aangeboden, terwijl de heeren Klerks en De Korte voor hun werk op andere wijze een erkentelijkheid voor hun werk ontvingen. Tahiti mag met vreugde terugzien op deze beide avonden en zij zal wel niet berouwen, dezen weg ingeslagen te heb ben Wie weet, welke perspectieven er voor de club nog open liggen, vooral als zij zich op veelzijdig terrein, wat het instrumentale terrein betreft, gaat be wegen. „HET POORTJE" of „De Duivel in Kruimelberg". Donderdagavond voerde „De Spele- wache" voor de leden van de R.K. Lees- vereeniging hetsatyrische blijspel van Fred, van Eeden op: „Het Poorteje of „De Duivel in Kruimelberg". Dit stuk ge niet in de literaire wereld meer,bekend Iers van het zelfde formaat waren. Met het grootste genoegen maken wij melding van het spel van Ad. van Agtmaal, die op brillante wijze de rol van Mephisto en Goudkatej vertolkte. Ook Maalman leefde zich geheel in zijn rol in. Ook da- mesrollen had de regisseur Henk Zouten dijk goede typen uitgezocht. De dames Van Krenten en Kwakelberg kweeten zich buitengewoon van hun taak. Leuk was een vergissing van Leentje, die pathe tisch „het stuk onder Uw naam" i.p.v. „uw naam onder het stuk" zeide, zon der dat een groot deei van de toehoor ders daar erg in had. Wanneer wij over de opvoering eenige opmerking mogen maken, hadden wij Leentje gaarne iets „modefner"' in haar optreden gezien, ter wijl wij Kwakelberg gaarne iets meer emotioneel hadden spelen. De burgemees ter van Kruimelberg, van Krenten, had de ontdankbare taak, herhaalde malen in woesfe buien uit te barsten, hetgeen bui tengewoon zware eischen aan hem stelde. De meeste malen wist hij zich hiervan goed te,kwijten. Al met al was de op voering een succes en kan „De Spele- wache op een goede opvoering terug zien. GEESTELIJK LEVEN. De nieuwe Liederenbundel van den Ned. Protestantschebond plechtig aanvaard. Dwars door het oorlogsrumoer van den tijd wordt het bouwen voortgezet dat iets, aan zich heeft van de stile en de kracht der eeuwigheid. Zoo stil als fle Commissie, met Ds. Wegerif als voorzitter, vanaf het jaar 1937, den oorlog door heeft gewerkt aan den nieuwen bundel van godsdienstige liederen, zoo sober was de plechtigheid waarin het Hoofdbestuur van den Prote stantenbond zijn dank uitspaak voor het voltooide werk. Het was de bedoeling geweest om on geveer een jaar eerder in een algemeene ledenvergadering den bundel van 250 liederen feestelijk in gebruik te nemen. Het moeilijke laatste oorlogsjaar maakte dit onmogelijk; zoodat de liederen intus- schen reeds algemeen in vrijzinnige ge meenten en groepen zijn ingevoerd. De geheele eerste druk is al uitverkocht en een tweede wordt reeds beraamd. De nieuwe bundel is een levend getui genis van eenheid en verscheidenheid van het vrijzinnig protestantisme. Niet alleen in de godsdienstige bijeenkomsten van den N.P.B. worden ze gebruikt, maar met eenige aanvulling en toelichting zijn ze ook het Kerkboek van de Remonstrant sche, Doopsgezinde en van Luthersche gemeenten. Vertegenwoordigers van deze kerken en van verwante groepen als de Vrije Gemeente te Aipsterdam, de Vrijzinnige Hëévormden, de V.P.R.O. dezer in het Centraal Secretariaat te Utrecht, waar Ds. Mr. D. G. Hoevers, als voorzitter van het Hoofdbestuur van den N.P.B. een woord van dank bracht aan de Com missie voor het goede werk dat zij had voltooid. Ook de muzikale medewerkers mejuf frouw Joh. Wagenaar en de heer Adr. C. Schuurman' waren aanwezig. De bundel bevat menige nieuwgecomponeerde melo die van hun hand. Met den heer Schuurman aan het orgel werd ter opening samen gezongen Lied 1, het oude Te Deum, met het begin „Groote God, wij loven Ulater Lied 132 een nieuwe melodie van Joh. Wagenaar bij Jan Luikens. „De droeve schaduw is aan 't breken", en tot slot Lied 96, „Wat mijn God wil, geschied' altijd" een 'vertaling van Ds. Immink, lid van de Commissie, die, een jaar ge leden, om het leven kwam, getroffen door een bom bij ziekenbezoek in een zieken huis te Utrecht. "y Ds. Wegeriff vertelde van het werk dat voor de verzamelaars zelf een vreugtiy was geworden, van het overleg om in de zen bundel de sfeer van het geloovige, maar niet dogmatisch toegespitste lied te scheppen. De heer Schuurman deelde mee hoe bij de muziek-gestreefd was naar ge voeligheid zonder sentimentaliteit. Na mens de kerken werden tot den N.P.B. Morgen is het Zondag, een November- Zondag. Onwillekeurig gaan onze gedachten terug naar vorig jaar, naar dien Zondag morgen, toen een hypnotiieerend bericht door Gouda ging, dat Duitschers met een vijftien honderd Hollandsche mannen in de St. Janskerk hadden overnacht. Spoedig wist men, wat er aan de hand was. Dit was een gedeelte van een razzia buit in Rotterdam. Toen de verlammende kracht van dit be richt uitgewerkt was, kwam bij een ieder de gedachte op: „Is hier niets aan te doen?" Ja, handen vol werk was er! Het leek ook zoo dwaas. Vijftienhonderd mannen, van diverse pluimage, ouden en jongen, in het uniform van tramconducteur of posterijen. Sommigen gepakt en gezakt, anderen zonder iets als Zondagwandelaars. De algemeene hulp, die eenleder spontaan bood was, ondanks de nijpende schaa'schte, „voedsel". Alles werd gegevenbrood, appels, melk, niemand dacht aan zichzelf. Doch er was nog meer te doen. Vijftien honderd mannen met enkele tientallen be wapende Duitschers. Konden er niet worden bevrijd? O ja, tientallen gevangenen zagen kans om tijdens den marsch, of uit de St. Janskerk te ontsnappen. Voor velen was dadelijk een onderdak te vinden, doch Zondagavond 7 uur moesten er nog zeven razzia-slachtoffers worden geplaatst. Niemand scheen er één van hen te willen herbergen, totdat zij allen op éên adres konden worden geplaatst. Zondagmorgen tegen tien begon de af- ■marsch. Zi) gingen een donkere toekomst tegemoet, maar niet terneergeslagen. Hoe diep ligt het nog in ons geheugen gegrift toen zi) zingend: „Voor Koningin en Vader land" den Kleiweg afmarscheerden. Velen van hen hebben Gouda niet verge ten, getuigen de velen berichten en dankbe tuigingen, die talrijke Gouwenaars later mochten ontvangen. Gouda liet zicji van haar beste kant zien en ondanks de tragiek aan deze gebeurtenis verbonden, waren velen verheugd iets gedaan te kunnen hebben. Deze week kan men in alle drie de bioscopen zien, hoe de glas schilderingen van de St. Janskerk gedurende den oorlogstijd in kluizen in de duinen weggeborgen hebb.en gestaan, hoe de laatste partij kisten door dfe stoere mannen van Poldervaart in vrachtwagens wordt geladen en ze aan de St. Janskerk aankomen. Een aardig stukje documentaire film, dat aan het begin van het programma in het jótutalaal draait dn waarvoor in Gouda wellicht bijzondere [belangstelling bestaat. Hen geroes van herkenning gaat door de zaal als de verhuizers op het witte doek verschijnen hejd, dan in die van het toonejel. De ver- diélfête van „De Spelewach'e* ligt dan ook,ju de bijzondere wijze, waarop difstuk wist voor te dragen. Het is tuurlijk te begrijpen, dat niét alle zij na- spe- „Ergens in Nederland". Uit het Nederlandsche filmjournaal spreekt hier in Gouda het terugvoeren v. d. Goudsche glazen 't meest aan. In de film v. debuitenl. gebeurtenissen is de weergave van het En- gelsche gerecht dat de beulen van Bergen- Belsen beoordeelt, het meest-treffend, vooral door de indrukken die de geallieerde troepen bij aankomst in het kamp kregen en die ook op het doek worden vertoond. Er is altijd iets aantrekkelijks in om een Ned. film te zien. En „Ergens in Nederland" is van de films in eigen taal een goede ver tegenwoordiger. De geschiedenis speelt tij dens de mobilisatie onder de mariniers. De hoofdpersoon is een jong advocaat, die in zijn hart zeeman is en zijn element vindt, hu hij, gemobiliseerd als marinier, vrijwillig dienst doet hij het gevaarlijke werk van demontage van zeemijnen. Jan de Hartog, de schrijver van het bekende boek „Hollands Glorie" toont zich hier een goed filmspeler, vooral aannemeli)k in zijn rol van marinier. Het hoofdmotief is de wankeling, die zijn huwe lijk bedreigt, als zijn vrouw alleen thuis achterblijft gedurende zijn mobilisatie. De inundatie (toen nog op last van de eigen regeering en met meer voorzorg), het eigen Hollandsche landschap en de Holland sche matrozenhumor geven er de eigen kleur in het element van ontspanning aan. „De Avonturen van Marco Polo". Groot opgezette massaregie, bravour en spanning zijn de voornaamste bestanddeelen van de film, die deze week in de Réunie vertoond wordt. Marco Polo, de zoon van een Venetiaansch koopman, wordt door zijn vader naar Peking gezonden om daar han delsverdragen af te sluiten. Tal van avon turen beleeft hij er. Ook romantische avon turen. Na vele spannende momenten komt alles in orde. Natuurlijk zouden wij haast zeggen. Hoe dat alles echter verloopt kan in het korte bestek van een recentie niet zoo snel verteld worden. Gaat U het zien. Er is ondanks het feit, dat het hier een oude film betreft veel te bewonderen. De gran dioze massaregie valt daarbij wel het meest in het oog. GrUotsch van ensceneering en aankleeding zijn de tafereelen in de stad Peking en in de legerkampen. Onwillekeurig maakt men vergelijkingen met films als „Ben Hur" en „Robin Hood". En dan doet deze film daar niet veel voor onder. Er zit vaart in. Gary Cooper is wel bij uitstek de figuur voor een dergelijke rol. Forsch van gestalte, knap van uiterlijk weet hij te boeien, zonder tot sentimentaliteit te vervallen. Ook dg fiqygen vap het tweede plan zijn goed gekpzen. Daar is, wel in d^ eerste plaats de> miftistgr lAtMddJ aluie €b back» nend. Ook de, ppstanjlige generaal is raak getypeerd jn zijn plompe wreedheid. en haar commisie woorden van dank ge sproken. Het was geen grootsche, massale be tooging. Het was maar een simpele sa menkomst van een dertigtal mannen en vrouwen in het oude heerenhuis aan de Nieuwe Gracht, op een regenachtige No vembermiddag. Maar er was dankbaarheid, vertrouwen, sobere geloofskracht; een sfeer door drenkt van het vrome lied dat vanuit de zen kring in handen werd gegeven aan de vrijzinnige kerken en groepen in Nederland. Iö, het voorprogramma is ook hier de teifugkeer van de Goudsche glazen in de St. Janskerk te zien en een teekenfilm, die de geschiedenis van drie poesjes en een hond in beeld brèpgt. DE ZWARTE KAMER. De titel van de film, welke in „Thalia" draait en de naam Boris Karlof zeggen reeds voldoende om den aard van deze film, zonder haar gezien te hebben, vast te stellen. Hoewel deze film minder grie zelig is dan „Het Monster van Franken stein" ëf „Dé 'Zb'on vart hét Monster van Frankenstein", zijn er ook in deze film genoeg suggestieve scènes om te kunnen rillen". De film speelt zich af in Hon garije, waar op een kasteel een tweeling wordt geboren waarvan niets goeds wordt voorspeld. De oudste van de twee ling erft den titel en wordt tengevolge van zijn ondragelijk karakter, door de bevolking gehaat, zoodat meerdere aan slagen op hem worden gepleegd. De jongste is lam aan den rechterarm, trekt de wereld in en wordt door zijn broer naar het kasteel teruggelokt, waar hij hem in de zwarte kamer den dood in jaagt. Daar hun gelijkenis spreekwoorde lijk is, geeft de moordenaar zich .uit voor zijn broer. Hij verraadt zich echter, door zijn rechterhand te gebruiken' bij het plaatsen van zijn handteekening. De ont dekker hiervan weet hij uit den weg te ruimen, terwijl hij erin slaagt de verd_en- king op een ander te schuiven, die hier voor ter dood veroordeeld Wordt! Als hij op het punt staat in het huwelijk te tre den (met de verloofde van den terdood- veroordeelde, wordt de huwelijksvoltrek king gestoord door een aanval van den hond van zijn vermoorden broer. Om den hond vap hét lijf te houderr, gebruikt hij zijn rechterhand,waardoor hij zich ver raadt. Hij valt door den mand en vindt op dezelfde wijze den dood als zijn broer en overige slachtoffers. Het uitgebreide voorprogramma bevat o.a. een opname van de terugkeer van ct^)Goudsche glazen, een interessante film van het Rijksmuseum en een bijzondere film over de Nederlandsche glasindustrie.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Groot Gouda | 1945 | | pagina 2