De Nieuwe Amsterdam te Southampton
B
Nieuws in het kort
Een droevig relaas
BINNENLAND
Ramblers Jn Tivoli te
Utrecht.
De H.A.R.K. vr&agt
kranten en tijdschriften
Bunker m.landmijnen te Scheveningen ontploft
Eon Hroovio relaas
Op Nieuwjaarsmorgen kwart over negen is te Southampton aangekomen
de „Nieuw Amsterdam". Aan boord bevonden zich 3800 Nederlandsche
uit Indië geëvacueerde mannen, vrouwen en kinderen, alsmede een
zeshonderd verlofgangers van het vermaarde Britsche 14e leger uit
Birma. Het was een verheugend en toch droef weerzien. Hier kwa
men haast vierduizend Nederlanders na lange barre jaren in de Oost in
Europa terug. Maar zij kwamen als „geëvacueerden" en dat is een
leelipt woord. „Evacueeren is een mooi woord voor „er uitgetrapt
wórden", zei een cynische man op de kade.
Onze.landgenooten hadden een goede
reis gehati. In Suez hadden ze winterklee-
ding ontvangen en was hun door de
plaatselijke autoriteiten en Het Roode
Krüis een mooi welkom bereid, want het
liep tegen Kerstmis. Helaas was gebrek
aan tijd er oorzaak van dat 200 men-
scheri geen kleeren kregen. Doch de En-
gelschen hadden wat dekens ter beschik
king-gesteld, en hiervan maakte men
kleeren, in de eerste plaats voor de kin
deren.
De gezondheidstoestand aan boord
liet veel te wenschen over. De menschen,
vooral de jongeren, waren zwak en had
den geen tegenstand. Daarbij ktwam het
verschil in temperatuur. Naar schatting
een veertig procent van de Nederlandsche
opvarenden leed dan ook aan influenza
en mazelen. Niet allen lagen in bed. De
meesten wandelden maar rond, want ran
elke gelegenheid werd aangegrepen om
eens de beenen te kunnen uitstrekken,
of een wandelingetje te maken. Er wa
ren evenwel geen ernstige zieken.
Over het eten aan boord was men zeer
tevreden. Vreemd viel het evewel op,
dat er nog steeds verschil werd gemaakt
tUSschen passagiers die het recht hadden
te etep in de „Officers Mess" en de
genen (de meesten), die dit voorrecht
niet hadden. In de mess van de officie-
Ten werden maaltijden verschaft van een
Ïebalte, dat ver uitsteekt boven dat der
ondensche restaurants, terwijl de minder
bedeelden het moesten stellen met overi
gens lang niet slechte soldatenkost. Maar
men klaagde niet. Deze geëvacueerden
waarvan de meesten jaren lang in de
hel der Japansche kampen hebben ge
leefd, klagen niet gauw. En zeker niet,
als ze op weg naar huis zijn.
Onder de passagiers bevond zich ook
een aantal katholieke geestelijken t.w.
vier priesters, vijf broeders en tien zus
ters. Zij kwamen uit verschillende deelen
van Indië. De meesten van hen hadden
een zeer zwaren tijd achter den rug, doch
allen hadden slechts één doel voor oogen:
eerst terug naar Nederland, om wat op
krachten te komen en vrienden en fami
lie te zien, en dan terug naar Indië.
Eén der zusters vertelde: „in het kamp
Krarhat op Java, dat wel gold voor
beste in1 heel Indië, hadden de Japanners
een soort respect voor de geestelijken.
Er was een moeder-overste, die hun alles
kon zeggen,-tot de waarheid toe. Elders
hadden de geestelijken het veel minder
goed, en moesten, met de andere gein-
terneerden allerle i baantjes, tot koelie
werk toe, verrichten.
De „hoogste" passagier aan boord was
de Sultanvan Johore. Hij wilde geen
interview, toestaan. Zijn vrouw was ziek.
Na een korte, beleefde woordenwisseling
trok de Sultan, die gestoken was in En-
gelsche generaalsuniform, de deur van
zijn hut toe.
Verder waren twee sportkampioenen
aan boord, n.J. de kampioene zwemmen en
schoorfejftfiiftn van Indië, Kieki Heek, en
de skiffeur en Olympische roeier, Hans
ten Houten, die drie jaar van Rampen, af
beuling en ellende achter den rug heeft.
Hij was sergeant. Na zijn intérneering als
China
De ministers van Buitenlandsche Zaken
hebben van gedachten gewisseld over de
situatie in China. Zij waren het eens over
de noodzakelijkheid van een eensgezind
en democratisch China onder een natio
nale regeering.
Oprichting van een commissie
voor controle der atoomenergie
door de Vereenigdë Volken
De ministers van Buitenlandsche Zaken
van de Sowjet-Unie, de Vereenigde Staten
en Engeland zijn overeengekomen om aan
de algemeene vergadering van vereenigde
volken in overweging te geven over te
gaan tot de oprichting van een commissie
ter bestudeering van de problemen, welke
voortvloeien dit de ontdekking van de
atoom-energie en de hierbij betrokken
aangelegenheden.
krijgsgevangene vertrok hij met een
p-oote groep andere Nederlandsche
krijgsgevangenen naar Tjilitap, waar men
de hayen moest „opruimen". Na drie
maandén paar Tjimahi, waar corveedien-
stfen werden verricht. Weer drie maan
den later naar de Unie-kampong, bij Priok.
Toen wilden de Japanners de Nederlan
ders naar Thailand sturen, vermoedelijk
om er mee te werken aan de beruchte
spoorlijn, maar om de een of andere
reden ging dit niet door.
Vervolgens vertrok Ten Houten aan
boord van een uit vijf schepen bestaand
convooi naar Ambon. Hij kwam terecht
in een kamp op Aaki, op Ceran. Daar
moest een vliegveld worden aangelegd,
onder de slechtste omstandigheden, die
men zich kan voorstellen. Er werd mis
handeld en het eten bestond uit driemaal
per dag een kommetje waterige rijstpap,
zonder suiker, zout of vet. De mannen
vermagerden tot geraamten.
lederen dag waren er dooden. Haast
alle gevangenen leden aan hongeroedeem.
De meest heerschende ziekte was dysen
terie. Na zes maanden vertrok men naar
Haroekoe. Daar was het nog erger. Bij
aankomst trof "men er, vertelde Ten Hou
ten, 1700 man gevangenen. Dit aantal
was in drie maanden, dat hij er verbleef,
gereduceerd1 tot 550. Men at slangen
(vooral pythons,-gebraden in eigen vet),
ratten, honden, katten en alles wat er
groeide, tot bananenschillen toe".
In September 1943 vertrok men met
900 man, waarvan er 600 op brancards
moesten worden vervoerd, aan boord van
een klein Japansche schip terug naar Ba
tavia. Aan boord moesten de mannen
leven onder in het ruim zonder licht en
lucht, practisch zonder water en absoluut
zonder ruimte. Als er iemand stierf, dan
was de verzuchting „ziezoo, nu kunnen
we de beenen eens uitstrekken".
De Japanners rosten iedereen af inclu
sief de zwaarste zieken. Toen de gevan
genen op een of andere manier wat re
genwater hadden opgevangen, „vorder
den" de Japanners het en gingen er zich
in baden, daarbij overvloedig van zeep
gebruik makend. Het was sadisme in de
gemeenste vorm.
Ten Houten die bijzonder lang is, was
herhaaldelijk het mikpunt van mishan
deling door de Japanners, die zich in zijn
nabijheid dubbel „onder de maat" von
den. Tot tweemaal toe sloeg men Ten
Houten een gat in het hoofd. De Japs
trapten eenige ribben in, en braken door
slagen zijn linkerarm.
In Batavia maakte men kennis met den
Japansehen luitenant Sonoi, die op het
oogenblik als oorlogsmisdadiger terecht
staat. Sonoi was-één van de ergsten. Dat
bij de gevangenen nog gevoel voor hu
mor bestond, blijkt uit het feit, dat Sonoi
algemeen „Sunny boy" werd genoemd.
In Mei 1944 vertrok Ten Houten met
een transport naar Sumatra. Bij Padang
werd één der schepen door geallieerde
vliegtuigen tot zinken gebracht. 1300 Ne
derlandsche en Engelsehe krijg.sgev.ange-
vangenen en 2200 Indische koelies en
geronselde arbeiders, verdronken daarbij.
Te Pakambaroe op Sumatra moest men
werken aan de spoorlijn van Kotabaroe,
Lipat Kain, Logas naar Moeara. Veel
is geschreven over den beruchten spoor
weg in Thailand. Hier was het evehwel
geen haartje minder. De mannen moes
ten vaak drie etmalen werken zonder
voedsel. De meesten waren naakt. Men
sloeg bruggen, soms tot de kin in het
water staand. Men was vervuild door de
luizen en de schurft en volkomen uitge
hongerd. Velen stierven. Ontvluchten
was onmogelijk. Ten eerste wegens de
strenge Japansche bewaking, ten tweede
omdat de blanke vluchtelingen zich in
het oerwoud toch niet konden handha
ven. Overigens werden ze door de inlan
ders voor een zakje rijst met plezity ver
raden en uitgeleverd.
Tot aan de capitulatie werkte Hans ten
Houten mee aan den spoorweg. Toen
volgde een vliegtochct naar Palemban.
Vandaar Singapore, de „Nieuw Amster
dam" en binnenkort naar Nederland.
Óver de houding van de Indiërs in het
algemeen zeide hij: „tot aan de capitu
latie waren ze zeker niet tegen de Neder
landers Ze hadden togn ook geen wa
pens. Na de capitulaltie\veranderde dit.
De inlanders kregen Wapens en de ter
reur begon. Op Sumatra was het waar
schijnlijk beter dan op Java, omdat men
daar haast geen wapens had kunnen be
machtigen De menschen werden er
hoofdzakelijk opgestookt door extremis
ten. die vanuit Java waren gekomen.
De geëvacueerden aan boord van de
„Nieuw Amsterdam" zullen in twee greïe-
pen en met een ander schip naar Ne
derland vertrekken. De eerste groep ver
trekt vermoedelijk reeds vandaag, de
tweede naar schatting een dag of zes
later. De „Nieuw Amsterdam" keert met
Ganadeesche soldaten aan boord, naar Ca
nada terug. t
De stemming van de teruggekeerden
is prachtig. Men is bfij weer in Europa]
te zijn. Wat men thans nog wil is, be
halve naar de familie terug te keer en,
rust en een „plaatsje voor zichzelf" waar
men eens alleen kan zijn.
Want men kan zich de gemoedstoe
stand van de geëvacueerden, die barre
jaren achter de rug hebben en al hun
bezittingen kwijt zijn, voorstellen.
Iemand aan boord zei tegen me: „jul
lie in Holland kan je riet voorstellen wat
wij achter de rug hebben".
Laat dit een waarschuwing zijn voor
degenen die thuis wachten. Laat de men
schen uit Indië op hun verhaal komen.
Stelt geen ounoodige vragen laat de
ten. Zij hebben meer ellende
meegemaakt dan wij weten. Misschien
menschen
wel meer dan onze landgenoot en m ue
Duitsche concentratiekampen.
Politieke moord te Dordrecht
DORDRECHT, 31 Dec. In den afge-
loopen nacht is te Dordrecht een nog met
opgehelderde -politieke moord gebeurd.
Vermoord is de heer J. van Dijk, directeur
van de Commanditaire Vennootschap v.h.
Van Dijk en Co., Steenfabriek, die eem-
gen tijd geleden op last van den Proc--
fiscaal in voorloopige vrijheid is gesteld
uit interneering, waarin hij was geraakt
wegens leveringen aan de weermacht.
Jn den afgeloopen nacht is door het raam
van zijn slaapkamer vermoedelijk een
bom of een handgranaat gegooid. Van
Dijk was op slag dood. Zijn vrouw werd
ernstig aan het hoofd verwond en is over
bracht naar de ziekenverpleging in
ordrecht.
De politie in Dordrecht stelt een uitge
breid onderzoek in. Omtrent d% daders is
op het oogenblik niets bekend.
De Ramblers traden gistermiddag in
Tiveli te Utrecht op voor een niet geheel
uitverkochte zaal, waarbij ongewoon veel
politie aanwezig was. Bij den ingang wer
den aan de bezoekers, voor het overgroote
deel jongelui, pamfletten uitgereikt. Hier
in werd hen ontraden de uitvoering bij
te wonën en' aan de foto heinnerd, die
dezer dagen in het plaatselijk dagblad
stond, waarop de Ramblers optreden voor
frontzorg, terwijl een groote wolfsangel
als versiering was aangebracht in dezelfde
Tivolizaal. In dit pamflet, een K.P.-uit-
gave, werd hulde gebracht aan België,
dat de Ramblers het land had uitgewezen.
Behalve veel minder applaus dan vroe
ger en soms wat gefluit is de uitvoering
zonder éenig opmerkelijke gebeurtenissen
Verloopen. Uden Marsman speelde mee als
pianist, terwijl de drummer, Kranenburg,
het ensemble leidde.
Opleving in de Rotterdamsche haven
Het afgelopen jaar is voor de Rotter
damsche haven van geweldige beteekenis
geweest. Niet alleen is de dreiging der
totale verwoesting als een nachtmerrie
aan haar voorbij gegaan, maar de- op- |j
leving is sneller gekomen dan in de eerste'
4 maanden verwacht werd.
Dit is niet alleen te danken aan de ener-
gieke wijze waarop de verwijdering van
obstakels en de uitdieping der haven heeft
plaats gehad, maar ook en vooral aan
den goodwill die Rotterdam in den loop
der eeuwen in het buitenland heeft ver
kregen. Hoe verblijdend het scheepvaart
verkeer weer is toegenomen moge blijken
uit de volgende cijfers: in 1945 kwamen
1338 schepen binnen met een netto ton-
nenmaat van $068.000 én een inkomende
lading van 3.224.000 ton, verdeeld als
volgt: stukgoed 1.198.000 ton; grain
928.000 ton; olie 535.000 ton; kolen
303.000 ton; hout 40.000 ton en salpeter t
-Ryriet 210.000 ton.
Ook de export is weer op gang geko
men, al is het nog op bescheiden wijze,
een aantal van 56 schepen vervoerde een
hoeveelheid kolen uit van 135.000 ton. De
overige uitvoer omvatte alleen nog wat
bloembollen en pulp.
De Boeken-Actie van het Nederland
sche Roode Kruis (B.A.R.K.) mag lang
zamerhand over het geheele land nage
noeg bekend verondersteld worden. Van
af October van dit jaar verzond de af-
deeling B.A.R.K. van het Nederlandsche
Roode Kruis reeds tienduizenden boeken
naar Indië.
Aanvulling van den kleinen voorraad is
daarom dringend noodig, mochten er dus
nog boeken beschikbaar zijn, dan willen
de plaatselijke afdeelingen van het Ne
derlandsche Roode Kruis deze gaarne in
ontvangst nemen.
Men kan echter nog meer doen en wel
op de volgende manier: speciaal de re
cente tijdschriften en dagbladen irtteres-
sèeren onze landgenooten in Indië, Stuur
dus na lezing de dag- of weekbladen aan
het Nederlandsche Roode Kruis, afdeeling
i B.A.R.K., Prinsessegracht 27, Den Haag.
De mogelijkheid bestaat natuurlijk ook,
dat "men een abonnement op een dag
blad of periodiek neemt, dat men Iaat
toezenden aan de afdeeling B.A.R.K. van
het Nederlandsche Roode Kruis, doch
waarvan men de abonnementskosten voor
eigen rekening neemt.
De Regeeringsvliegdienst heeft toege
staan met ieder vliegtuig dat naar Ba
tavia vertrekt, 100 kg.krantenen tijd
schriften voer de B.A.R.K. mede te ge
ven. Het vervoer is dus verzekerd.
Helpt allen mee om voor de lading te
zorgen.
Telefonisten fejiciteeren elkaar
Het telefoonkantoor te Londen heeft
tallooze geluk wenschen voor het nieuwe
jaar uit allerlei werelddeelen ontvangen.
Onder meer uit* Rotterdam voor de afdee
ling Engel^che telefonisten een album
met de handteekeningen van alle Rotter
damsche telefonisten en de volgende
boodschap: „wij hopen dat de vriend
schapsbanden tusschen uw land en het
onze nimmer verloren zullen gaan".
Volgens de Evening News zal de fl'oote
vrede: confri ent lee van alle volken die de as
bestreden hebben waarschijnlijk te^en eind
April in Washington gehoudeD worden'
Het personeel' van de Greynhound auto-
busonderneming, dat in 12 Amerikaansche
s-aten sinds November in staking was. za
3 Jan. het werk hervatten.
enorme krater.
Maandagmiddag omstreeks half vijf
werd Den Haag en dan wel in het bij
zonder de omgeving van de Van Alke-
madelaan, opgeschrikt door een gewel
dige explosie, die glasschade over het
geheele Noord-Westelijke deel van de
str-d heeft veroorzaakt
Het bleek, dat een bunker, die als op
slagplaats diende voor landmijnen, ge
legen ob het militaire terrein achter de
nieuwe Frederikskazerne, in de lucht was
gevlogen. De ontploffing ging met een
dusdanige kracht gepaard, dat er een
krater werd gevormd, welke naar schat
ting eert diepte had van 25 meter en een
middellijn van 45 meter.
Onmiddellijk na de ontploffing rukten
brandweer en geneeskundige dienst met
groot materiaal uit. Gelukkig stond de
bunker in het duinterrein en op grooten
aftand van de huizen verwijderd, terwijl
er geen menschen in de directe omgeving
waren. Brand had de explosie dan ook
niet ten gevolge.
De geneeskundige dienst kon geen
slachtoffers vinden. Slechts een wielrijder,
die zich op ongeveer 100 meter afstand
Van de plaats der explosie bevond, moest
eenige hulp worden verleend. De man
was n.l. bedolven geraakt onder meer dan
een halven meter opgestoven zand. Hij
kon echter snel worden uitgegraven.
Ook in de op enkele honderden meters
afstand gelegen gevangenis van Scheve
ningen zijn eenige slachtoffers. Zij hebben
echter slechts glaswonden en hun toe
stand is niet ernstig. Het is echter niet
uitgesloten, dat zich in de omgeving van
de plaats des onheils nog menschen be
vonden, die, hetzij onder het zand, hetzij
onder brokstukken beton, die door de ge
weldige kracht van de explosie door d<
Lucht zijn geslingerd, zijn bedolven. Het if
dan ook niet te zeggen of er vele slacht
offers zijn. Van de /zijde van de pojitif
werd medegedeeld, dat de oorzaak va»
deze ontploffing vermoedelijk gezoc'
moet wordfen in het feit, dat kinderen
,hetzij met landmijnen hebben gespeet
'hetzij erheen vuurtje hebben gestookt.
it- Inni /la
IIIVVgVUIWM»» 1