EEN JAAR GELEDEN...
III!
GROOT GOUDA
Feuilleton
Het geheim van den
ingesneeuwden
slaapwagen.
In dagen als de2e gaan onze ge
dachten onwillekeurig terug naar den
tijd van de bevrijding, die als een wild
stortbad oyer onze hoofden werd uit-
^De "^ondragelijke spanning, waarin
heel Nederland reeds dagenlang had
verkeerd, werd eindelijk gebroken op
Hien bekenden Vrijdagavond.
Zooals gebruikelijk hadden wij naar
het politieke weekoverzicht van Radio
Oranje geluisterd. De korte berichten
er voor waren bemoedigend.
Toen spoelverwisselen en Herrijzend
Nederland opzoeken. Dat viel meestal
niet mee, want de accu was niet al te
land en de Friesche eilanden hebben
gecapituleerd.
Zij hebben zich overgegeven aan de
21ste legergroep. Zaterdagmorgen om
8 uur zal de capitulatie van kracht
worden.'/
Even legden wij den koptelefoon
neer. Wat beteekent dit? En stormach
tig juicht het in ons binnenste: „Wij
zijn vrij! vrij! vrij! De Rotterdammer
had het duidelijk gezegd.
Wij snelden de straat op, wjaar men
haastig voortliep om voor negen uur
binnen te zijn. In enkele minuten was
de stad in rep en roer. Hier en daar
zag men een vlag naar buiten steken*
De belangitelling voor onze bevrijders was enorm.
best meer. Maar daar was ie dan
■toch. Eerst zachtjes, daarna harder.
Muziek.
Plotseling houdt dit op en komt de
mededeeling van een extra-bericht.
Dat was iets bijzonders, dat kon niet
anders, want over tien minuten kwa
men de nieuwsberichten.
Daar komt de Rotterdammer voor
de microfoon en duidelijk leest hij de
mededeeling van Montgomery voor:
„Alle Duitsche strijdkrachten in
Nederland, in N.W. Duitschland en in
Denemarken, met inbegrip van Helgo-
oranje en alom blij^ opgewekte ge
zichten.
De patrouilleerende Feldgendarme-
rie wist zich geen houding te geven:
„Wir wissen nichts", was steeds het
antwoord op de tientallen vragen die
Gouwenaars stelden. Enkele Holland-
sche S.S.-ers schoten in verbeten woe
de den Kleiweg schoon. Tegen 10 uur
was het rustig.
Toen aan het werk. Het nieuws
doch de driekleur bleef veelal niét lang
hangen. Op sommige revers zag men
moest bekend gemaakt worden. Ter
Vervolg van pmg. 2
deel zelfs bij volbezetting niet in staat
om alle arbeidskrachten die zich aan
boden op te nemen, zodat zelfs in de
beste jaren in West-Europa nog 10
van de arbeiders werkloos was.
De beruchte aanpassingspolitiek van
Colijn (prijsverlaging, inkrimping van
de productie, loonsverlaging, belas
tingverhoging, etc.) baseerde zich ech
ter op de gedachte van ove'rproductife
en had dan ook funeste gevolgen. In
plaats van het land uit het moeras te
helpen, bracht deze politiek het er nog
dieper in.
Het is de onsterfelijke verdienste
van den groten Britsen liberalen eco
noom Lord Keynes, die juist dezer
dagen overleden is, (^t hij in 1936 op
uiterst scherpzinnige wifze de werke-
lijksoorzaak van alle ellende heeft
aangewezen.
Zijn inzicht is, na enige discussie,
thans door de gehele wetenschappe
lijke wereld geaccepteerd. Aart ons de
taak dit inzicht ten bate der mensheid,
politiek tot uitdrukking te brengen.!
Keynes heeft aangetoond, dat het
werkloosheidsverschijnsel veroorzaakt
werd door het tekort schieten van de
koopkrachtige vraag. Dit proca» wordt
In gang gezet doordat op gegeven
momenten vaak door psychologi
sche oorzaken bepaalde personen
gelden gaan oppotten, d.w.z. dat zij
hun, inkomen niet besteden voor con
sumptie en evenmin hun besparingen,
*1 of niet via banken of spaarbanken,
'ter beschikking van het bedrijfsleven
stellen. Dit oppotten vindt voorname
lijk plaats in de zeer hoge inkomens
groepen.
Wil nu de bestaanszekerheid ge
waarborgd zijn, dan is nodig: le. Ver
hoging van de koopkrachtige vraag
door sociale uitkeringen als ouder
domspensioenen en kindertoeslagen
aan de lagere inkomensklassen. 2e.
Stimulering van het bedrijfsleven
door het ter beschikking stellen van
gelden tegen lage rente. 3e. Uitvoering
van grote openbare werken, wanneer
ondanks deze maatregelen toch nog 'n
crisis dreigt. 4e. De benodigde gelden
moeten gebonden worden door sterk
progressieve belastingheffing, die te
vens het oppottingsverschijnsel tegen
gaat en achterwegelating van belas
tingheffing op de eerste levensbehoef
ten. m
Door een dergelijke monetaire en
fiscale politiek, die de vrije markt en
prijsvorming en het persoonlijk initia
tief onaangetast laat, kunnen zelfstan
digheid en bestaanszekerheid, vrijheid,
geluk en welvaart voor arbeider, mid
denstander boer, industrieel en ambte-
denstander, boer, industrieel en ambte
van het hele maatschappelijke leven
als de P.v.d.A. voorstaat is dus ge
heel overbodig.
Een ieder, die vrijheid en bestaans
zekerheid voor het hele Nederlandse
volk wil verzekeren, stemt op 17 Mei
No. 1 van lijst 5, Korthals, lijstaan
voerder van de Partij van de Vrijheid!
wijl één man de wacht hield bij de
radio, werd bij kaarslicht de laatste
legale Vrije Pers gezet, 's Morgens
uur berichtte het hoofdkwartier van
de B.S. ons, dat bij de lagere Duitsche
instanties de capitulatie nog niet be
kend was.
's Morgéns vroeg togen de versprei
ders van De Vrije Pers op pad en
verspreidden nog half in het geheim
hun nummers.
Hoewel de toestand nog onzeker
was, hakten B.S. en Burgemeester
ames Zaterdagmorgen vroeg den
knoop door.
De Ortskommandant capituleerde.
Nu wordt het zwoegen voor de
menschen van De Vrije Pers. Eenige
weken tevoren had de heer Frenk zijn
jand 'belangeloos ter beschikking ge
steld. Dit moest in orde worden ge
tracht.
De M.V.Z. had reeds toezegging ge
daan van in bruikleen afstaan van
cantoormeubilair. Padvinders, verken
ners en verspreiders, die de geheele
stad zouden doortrekken, moesten
worden biieen getrommeld, volgens 't
tevoren gereed gemaakte plan.
Het drukken van het bevrijdings-
nummer leverde geen moeilijkheden
op. Een twee maanden van tevoren
geplaatste benzine-motor voor het
aandrijven van een drukper^*behoefde
geen dienst te doen. Er was stroom.
In September 1944 waren de cliché's
van de portretten van de Koningin en
Burgemeester James reeds gereed ge
komen en de copie was van te voren
bij stukjes en beetjes met de hand
gezet.
Eenige ontsteltenis werd dien Zater
dagmorgen verwekt door het versprei
den van gestenceld blaadje, dat de
onderteekening van Seys Inquart
droeg. Het werd o.a. in de Doelestraat
verspreid en bevatte de mededeeling,
dat er noch gecapituleerd, noch vrede
gesloten was. Tegen ordeverstoorders
zou streng worden opgetreden, Het
was gedateerd op den 5aen Mei.
Doch dit berichtje was van geen
invloed of) de feestvreugde. De straten
en het Marktplein waren gevuld met
menschendrommen, zooals Gouda
waarschijnlijk nog nooit had gekend.
De geheele stad was één vlaggen-
zee. Gouda was vrij en uitte zich in 'n
laaiende feestvreugde.
Het wachten was nu op onze be
vrijders. Zij kwamen, doch druppels
gewijze, Eerst een motorrijder, daarna
twee. geallieerde soldaten, waarvan
iedereen verwachtte, dat het Canadee-
zen waren, doch Hollanders bleken te
zijn. Daarna een R.A.F.-afdeeling en
kwartiermakers van het Canadeesche
Medical Corps.
Duizenden en duizenden verdrongen
zich op de Markt, wanneer zich een
geallieerd uniform vertoonde. Zij wer
fje/» duizendkoppigemenigte brengt een ovatie voor het baleon van ArtbLegi
u waar zich een bevrijdervertoonde, «we*
een romp heeft. De bemanning van 15
koppen, de 8 bommenrekken van 60
bommen, de 4 motoren van 3000 P.K.
den op de schouders gedragen en zin
gend in het rond gedragen. Verschei
dene van hen verklaarden in geen an
dere stad zulk een enthousiasme ont
moet te hebben.
Zoo verliepen de eerste bevrijdings
dagen; ondanks voedselnood en
kachelmisère, in een gelukkige stem
ming.
en de 4 groote, brandstoffentanks be
vinden zich allen in den vleugel. De
spanwijdte is bijna 52,50 m. Geheel
beladen is het gewicht 104 ton, maar
door het ontwerp kan hij, naar men
beweert, sneller vliegen dan vele be-
Eenige dagen later snelde het Com-1 staande gevechtsvliegtuigen en mer
missariaat Noodvoorziening de Goud-; volledige bommenlast kan hij 16000
sche bevolking tegemoet door den km afleggen.
aanvoer van voedsel, terwijl het Roode op het oogenblik ondergaat de
Kruis-hulpcorps zich over het lot der „Vliegende Vleugel" de grondproeven
ernstig verzwakten Ontfermde. Dank je Hawthorne in Californië. In Juni zal
zij deze hulp waren wij Gouwenaars er er voor het eerst mee gevlogen wor-
weer spoedig boven op. den.
Ons heele leven lang zullen deze da
gen in ons geheugen blijven gegrift
als een verkwikkenden droom na een
vreesélijke nachtmerrie.
Amerikaansche bommenwerper ianQen o a „cuciiaiIU(
Sneller dan een gevechtsvliegtuig; kingen voeren met betrekking tot de
De V.S. en de beperkingen
van het Handelsverkeer
Len Finley, een New Yorksch ju
rist, is Maandag per vliegtuig naar
Parijs vertrokken. Hij zal in verschil
lende landen, o.a. Nederland, bespre-
van 104 ton
I bestaande beperkingen op het gebied
I van den hahdel en de valuta's Hij ver-
Het Amerikaansche Departement klaarde vier groote Bankfirma's en In-
dustriebedrijven te vertegenwoordigen
en hoopte tijdens zijn verblijf in het
buitenland iets te kunnen doen, opdat
de Amerikaansche dollars in het han
delsverkeer iets beteekenen gaan. Hij
zal ook een bezoek aan Eindhoven,
brengen.
v. Oorlog maakte eenigen tijd geleden
bekend, dat het beschikt over een
reusachtigen bommenwerper, van een
tot nu toe onbekende constructie, die
meer bommen over een grooteren af
stand en sneller kan vervoeren dan
elk ander vliegtuig. Hij staat geregi
streerd, als X B 35. Het idee is reeds
23 jaar oud en is het eerst bij John.
K. Northropp opgekomen.
Hij wordt de „Vliegende Vleugel
genoemd. Zijn vorm lijkt wel wat op
dien van een boemerang en zijn con
structie verschilt van elk ander vlieg
tuig, daar hij noch een staart noch
ABONNEERT U OP
si» in
Verlangend verdringen zich honderden om het laatste nieuws te vernemen.
No. 12
Monsieur Bouc was niet aanwezig
ïn de restauratie-wagen. Poirot keek
rond om te zien wie er nog meer ont
braken.
Prinses Dragiloff ontbrak en het
nongaarsche paar. Ook Ratchett,
z'jn kamerdienaar en de Duitsche ka
menier.
De Zweedsche dame veegde haar-
«ogen af.
„Ik ben dwaas," zei ze. „Het is
'erkeerd om te huilen. Alles om best-
"'I. wat er ook gebeurt"
Deze christelijke gevoelens werden
achter lang niet gedeeld.
./Dat is allemaal heel goed," zei Mac-
Queen rusteloos. „We kunnen hier wel
dagen vastzitten."
„Wat is dit eigenlijk voor een land?"
vroeg mrs. Hubbard huilerig.
Toqn ze hoorde dat het Joego-Sla-
vië was, zei ze: „O, zoo'n Balkanland!
Wat kun je anders verwachten?"
„U is de eenige geduldige, made
moiselle," zei Poirot tegen Mary De-
benham.
Ze haalde even haar schouders op.
„Wat valt er aan te veranderen?"
„U is een filosobf, mademoiselle."
Dat wil zeggen ik houd mij afzij
dig. Ik geloof dat 't enkel zelfzucht is.
Ik heb geleerd, mezelf nuttelooze emo
tie te sparen."
2e sprak meer tot zichzelf dan tot
hem. Zé keek hem zelfs niet aan. Haar
blik ging langs hem, naar buiten waar
de sneeuw in zware massa's neerlag.
U hebt een sterk karakter made
moiselle," 'zei Poirot zacht. „U hebt
geloof ik, het sterkste karakter van
ons allen."
„O, neen. Neen, heusch niet. Ik ken
iemand veel, veel sterker dan ik
„En dat is?"
Ze scheen plotseling tot zichzelf te
komen, tot het besef dat ze met een
vreemde sprak, met wien ze tot nu
toe maar een half dozijn zinnen had
gewisseld.
Ze lachte, een beleefd maar gere
serveerd lachje.
„Wel, die oude dame bijvoorbeeld.
U hebt haar waarschijnlijk opgemerkt.
Een heel leelijke oude dame, maar
iemand van beteekenis. Ze heeft haar
pink maar op te lichten en de heele
trein vliegt."
„Hij vliegt ook voor mijn vriend
monsieur Bouc," zei Poirot. „Maar dat
komt omdat hij directeur van de lijn
is, niet omdat hij een heerschzuchtig
karakter heeft."
Mary Debenham glimlachte.
De morgen ging voorbij. Verschei
dene menschen, waaronder Poirot, ble
ven in den restauratie-wagen. Men
voelde dat men den tijd gezamenlijk
beter door kwam. Hij hoorde nog heel
wat over mrs. Hubbard's dochter, en
hij vernam de levensgewoonten van
wijlen den heer Hubbard, van diens
opstaan 's morgens af en zijn biscuitje
bij het ontbijt, tot zijn rust in bed met
de bedsokken die mrs. Hubbard ge
woon was voor hem te breien.
Toen hij luisterde naar een verward
verslag van de zendingsplannen van
de Zweedsche dame, kwam een van de
wagon-Ht-conducteurs den wagen in en
bleef bij hem staan.
„Pardon, monsieur."
,.Ja?"
„Compliment van monsieur Bouc en
of U zoo vriendelijk zou willen zijn,
een oogenblikje bij hem te komen."
Poirot stond op, excuseerde zich bij
de Zweedsche en volgde den man.
Het was niet zijn eigen conducteur,
maar een groote, blonde kerel.
Hij volgde zijn gids door de gang
van zijn eigen wagen en door de vol
gende. De man klopte aan een deur en
liet Poirot binnen gaan.
Het was niet monsieur Bouc's eigen
coupé. Het was een tweede klas
coupé blijkbaar gekozen om zijn
grootere ruimte. Het was er inderdaad
nog vol genoeg.
Monsieur Bouc zelf zat op het bank
je in den hoek. Naast het raam, aan
den overkant, stond een kleine, don
kere man naar de sneeuw te kijken.
Er stond een groote man in blauwe
uniform de hoofdconducteur die
Poirot volkomen belette binnen te
gaan, en zijn eigen wagon-lit-conduc-
teur.
„Ha, beste vriend!" riep monsieur
Bouc. „Kom binnen. We hebben je
noodig."
De kleine man bij het raam schooi
op, Poirot wrong zich voorbij" de twee
andere mannen en ging tegenover zijn
vriend zitten.
De uitdrukking op hionsieur' Bouc's
gezicht gaf hem, zooals hij zeggen
zou, machttig veel te denken. Het was
duidelijk dat er iets buitengewoons
aan de hand was.
„Wat is er gebeurd?" vroeg hij.
„Dat mag je wel vragen. Ten eer
ste die sneeuw dat oponthoud. En
Hij wachtte en een soort verstikte
zucht kwam van den slaapwagen-con
ducteur.
„En nu wat?"
(Wordt vervolgd)
O»
Hijg. wCWCCIl, ÖI,VI,WI T O
i. _aI LAMn«h!>inati nn kot
Ci o
a
1IU