I 16
Of
Kleine Frans. Bron: Familiearchief
op zoek naar iets anders.
Hij werd aangenomen bij de firma Glasbeek aan
de Dorpstraat, een firma die ook vestigingen aan
de Brug had. Hier ontstond de vakman in de
metaal. Enige tijd later specialiseerde Leen zich als
lasser (hij laste onder meer de constructie van de
duiktoren in het zwembad, destijds gesitueerd aan
de Kanaaldijk). Later maakte hij de overstap naar
de firma Verheul aan de Kleikade. Daar legde hij
zich bij de vervaardiging van bussen toe op het
plaatlassen. Zijn groot technisch inzicht toonde hij
door het bedenken van de wegdraaiconstructie van
deuren in bussen. Deze constructie wordt nog altijd
gebruikt bij bussen en treinstellen. Helaas voor
Leen had hij minder kaas gegeten van octrooien.
Hij liet na op zijn uitvinding patent aan te vragen.
In de avonden na het werk bij Verheul begon
hij, we praten inmiddels over ca. 1930, met het
schoonmaken van fietsen voor de notabelen. Ook
reinigde hij elke zaterdagmiddag de motorfiets van
de veearts en deed hij kleine klusjes aan fietsen.
Hij werkte daarbij samen met zijn vriend Marinus
Alblas (later mede-eigenaar van FEMA Meubel
fabriek) in een voormalig varkenshok van de
buurman op Kerkweg 136.
Aan een rijwiel knoeien kan iedereen,
Vakkundig repareren de vakman alleen
aantallen over de Zuidkade van en naar hun werk.
Die hadden regelmatig pech en konden zo dus
snel geholpen worden. Bovendien bood het pand
de mogelijkheid tot allerlei reclame uitingen met
fraaie rijmelarijen.
Vele wegen lopen naar Rome
Maar slechts een naar de Kerkweg
Fietspomp tot gebruik van iedereen
Wie hem meeneemt is gemeen
Ook aan het onderhoud gedacht?
Een centje in de bus gebracht
Wie niets heeft, is niet gemeen
En gaat na het gebruik weer heen.
De vrouw van Leen, Co, zorgde 's avonds voor een
warme maaltijd voor haar man, haar schoonvader
en haar vier zwagers.
Ondernemen was in die tijd dus ook al gebaseerd
op creatief naar kansen en oplossingen zoeken.
Frans
In 1953 werd Leen helaas arbeidsongeschikt. Een
zware chronische reuma maakte hem het werken
hoegenaamd onmogelijk. Zijn zoon Frans (geboren
De dienstverlening ging zover dat er een fietspomp
aan de gevel was bevestigd met de volgende
aanwijzing
Oorlog
De oorlog brak uit en om te voorkomen dat Leen
op werktransport naar Duitsland gezet zou worden,
werd er actie ondernomen. Bij diverse meubelfa
brieken in Waddinxveen werden 'acten' opgemaakt
waarin de desbetreffende meubelfabrieken ver
klaarden dat de fietsenmaker voor hen onmisbaar
was.
Na de bezetting kwam de gang er pas goed in en
werden nieuwe fietsen uit Frankrijk geïmporteerd.
Daar waren echter geen kinderfietsen bij, een
product waar veel vraag naar was. Maar daar wist
de creatieve Leen wel wat op. Hij zaagde van een
gewone fiets de framebuizen eruit, kortte ze in om
vervolgens als ervaren lasser de kleinere buizen
aan elkaar te lassen tot kleinere frames. Zo maakte
hij van een normale fiets een kinderfiets. Ook
autopeds, oftewel steppen, maakte hij eigenhandig
op een dergelijke manier.
Het dorp Waddinxveen
Het begin
Op 15 april 1931 werd Marinus Alblas voor 200
gulden uitgekocht. Kredietverstrekker voor het
uitkoopbedrag was bakker Schelling. Leen en zijn
broer Frans die slager was, toonden hun onderne
mende geest door het oog te laten vallen op een
twee-onder-een kap huis aan de overzijde van de
Kerkweg met de nummers 87 en 89. Ze huurden
het en maakten er twee winkels van: een slagerij
(89) en een rijwielzaak (87) beide met woonhuis.
Ook hier speelde bakker Schelling weer een rol.
De familie was eigenaar van de complete huizenrij
tot aan de spoorlijn.
De rijwielzaak werd 'het draaiende wiel' genoemd,
een verwijzing naar de standaard in de tuin van
Kerkweg 136 waaraan een draaiend wiel was
bevestigd. Dit was ook een constructie van Leen.
Vader Frans Versluis werkte bij aannemingsbedrijf
in de civiele techniek Fa. v.d. Berg als 'lijnentrek-
ker'.3 Maar door de crisis kwam hij plotseling
thuis te zitten met vier van zijn nog thuiswonende
kinderen. Hij was inmiddels weduwnaar.
Leen bedacht een oplossing met ten minste twee
voordelen. Hij huurde het pand Zuidkade 234 van
Slootjes, waardoor opa in zijn 'filiaal' zijn 'steun
geld' wat kon aanvullen. Bovendien kon hij zo zijn
klanten opzoeken. Aan de Zuidkade waren toen
nog vele bedrijven gevestigd. De vele medewer
kers van die bedrijven fietsten dagelijks in grote
3 Het ging om bovengrondse (telefoon) leidingen zoals nu nog aan de Onderweg
4 Hier is ook het restaurant 'De Gouwe Dis' gevestigd geweest
De fiets in zijn huidige basis
vorm stamt uit Engeland en
zag in 1885 het licht. Maar
pas vanaf de introductie van de
rubberband in 1888, begon de
opmars van het rijwiel.
Vóór de Eerste Wereldoorlog bleef
het gebruik van de fiets beperkt
tot de ‘happy few’. De inkomens
waren laag, de fiets relatief duur.
Bovendien waren de wegen
slecht.
Na 1920 kwam hier verande
ring in. Gedurende de twintiger
jaren raakte heel Nederland op
de fiets. Zo reden er in 1924 in
Nederland al ruim 1,7 miljoen
fietsen rond op een bevolking
van ca 7,2 miljoen).
In de pioniertijd van de fiets wa
ren het veelal kleine smederijen
of ex-medewerkers van metaal-
bew er kende bedrijven, die met
de rijwielfabricage begonnen.
Later gingen ook fietsenmakers
en grossiers van het monteren
van fietsen over tot eigen fabrica
ge op kleinere of grotere schaal.
Bron: www.rijwiel.net