Ze hadden het er maar druk mee
19 I Het dorp Waddinxveer^jjhf
C.J. van Veen
Aquarel
Papendrecht uit 1900. De rijdende artillerie en trein in 1808
komen stukken van de municipaliteit van Noord-
Waddinxveen. Het dossier bestaat voor bijna hon
derd procent uit missiven die verstuurd zijn vanuit
het Departementaal Bestuur van de Delf, waarvan
sommige in vriéndelijke woorden verpakte dictaten
bevatten die de bestuurders maar hadden uit te
voeren. Twee ervan uit 1 799 zullen we nader be
kijken en wel omdat de erbij behorende uitgaande
correspondentie er nog bij zit.
Voerlieden en drijvers
Het Uitvoerend Bewind der Bataafsche Republiek
had op 19 juli van dat jaar besloten dat elk depar
tement voor honderd personen moest zorgen die
bekwaam waren om met paarden om te gaan en
die bereid waren om ingezet te worden als voerlie
den en drijvers van de artilleriepaarden bij de ver
plaatsing van de legers. De vergoeding bestond uit
tien stuivers per dag en uit de benodigde kleding.
De dienst zou voor maximaal een jaar zijn.
Ook het Departement van de Delf moest daaraan
voldoen en stuurde dan ook op 20 juli een brief
naar zijn municipaliteiten.
De bestuurders van Noord-Waddinxveen onderna-
De Bataafsche Republiek bestond van 1795 tot
1801 en was feitelijk een vazalstaat van Frank
rijk. Zij maakte de overgang mogelijk van een
decentrale republiek waarin de afzonderlijke
provincies min of meer soeverein waren, naar een
meer gecentraliseerde bestuursvorm met uniforme
rechtspraak, munteenheid, maten en gewichten
en belastingheffing. Daarvoor waren nog wel
staatsgrepen nodig waarin de strijd tussen de fede
ralisten en unitariërs werd uitgevochten. De laatste
wonnen.
Niet alleen de bestuursvorm veranderde, ook de
bestuurlijke indeling ging op de schop. De pro
vinciale indeling werd vervangen door een waarin
de republiek werd verdeeld in departementen (zie
afbeelding 1Waddinxveen viel onder het zesde
Departement van de Delft.
De Bataafse Republiek bracht niet alleen 'Gelijk
heid, vrijheid en broederschap', maar vroeg ook
om uitvoering van het 'nieuwe beleid' van de
centrale overheid. Dat laatste ondervonden de
bestuurders van de municipaliteiten - de Franse
benaming voor ambachten - in toenemende mate.
Goed is dat te zien bij de bewaard gebleven, inge-
van Jan Hoynck van
Het is van alle tijden: een lokale overheid die bereid is de 'opdrachten' van het hogere niveau uit te voe
ren maar zich geconfronteerd ziet met onwillige burgers.