Fietsen: populair bij jong én oud
(<y)
Cvto
en Franc
l
pagina 8
Hart van Holland/8 augustus 2001
2oitoery/>or+
Door Karin Jongkind
Fietsen: een zomersport bij uit
stek! Als kind leer je allereerst hoe
je moet lopen. Maar de tweede
sportieve prestatie wordt vrijwel
direct hierna geleverd op de fiets.
Eerst op de driewieler, later op een
'echte' fiets met zijwielen, de race
fiets of mountainbike. Wedstrijden
op de fiets zijn dan ook mateloos
populair: bij zowel jonge kinderen
als de oudere veteraan. In Neder
land vallen wielrenwedstrijden
onder de verantwoordelijkheid
van de Koninklijke Nederlandse
Wielren Unie (K.N.W.U). Deze bond
organiseert tal van wedstrijden op
verschillende onderdelen. Het
wielrennen op de weg is veruit het
meest bekende onderdeel. In deze
tijd van de grote ronden als de giro
d'ltalia en de Tour de France lijken
in ons land ineens heel wat men
sen rond te lopen, die verstand
hebben van wielrennen. De hoog
tijdagen van goed presterende
Nederlanders in deze wedstrijden
lijken vooralsnog 'even' voorbij.
Maar wie goed oplet bij een van de
vele wielrenwedstrijden in ons
land zal merken dat er nog genoeg
(jeugdig) talent rondloopt. Naast
het 'klassieke' wielrennen op de
racefiets is het mountainbiken
steeds populairder geworden en
boekten landgenoten als Bart
Brentjens en Bas van Doren grote
successen. Dichter bij huis hebben
wij onze eigen 'talenten' als Zeven-
huizenaar Paul van Holst, die hoge
ogen gooide op dit onderdeel. De
KNWU organiseert daarnaast ook
wedstrijden voor Fietscross, Wiel
rennen op de baan, Kunstfietsen
en Cyclo-cross.
Één van de bekendste wegwedstrij
den: de Tour de France
Voor veel mensen is de zomer
onlosmakelijk verbonden met de
Tour de France. In het verleden
behaalden Nederlandse wielren
ners als Joop Zoetemelk, Jan Raas
en Gerrie Kneteman ongekende
successen in Frankrijk. Maar ook
de overwinningen van Peter Win
nen en Gert-Jan Theunisse op de
Alpe d'Huez staan bij velen nog op
het netvlies gebrand. De laatste
jaren moesten we genoegen nemen
met een buitenlandse winnaar op
'onze' berg, maar de vele duizen
den Nederlanders, die de berg
ieder jaar 'bezetten', juichten
onvermoeibaar ook deze grote
coryfeeën aan. Toch zijn er ook
veel dingen die niet bij het grote
publiek bekend zijn. Weet u bijvo-
rbeeld waarom de gele trui geel is?
Of wanneer de eerste Tour de
France georganiseerd werd? Wie
was de eerste Nederlandse 'gele
truidrager'? En wie won nu eigen
lijk de meeste etappes? Wij doken
voor u in het archief van de Tour
de France en kwamen heel wat
interessante dingen te weet.
De eerste Tour de France
De eerste Tour de France vond
plaats-in 1903. Er waren slechts
zes etappes en het was niet onge
bruikelijk, dat er een aantal etap
pes op één dag gereden werden. In
die eerste jaren waren de etappes
vaak enorm lang: dagen van meer
dan driehonderd kilometer waren
eerder regel dan uitzondering. Er
gebeurde van alles tijdens de tour
in die tijd. In 1903 won Maurice
Garin de eerste editie van de Tour.
Het jaar daarna won hij opnieuw,
maar werd kort na zijn overwin
ning - samen met de nummers
twee, drie en vier van het klasse
ment - gediskwalificeerd én voor
twee jaar geschorst omdat hij
gedeelten van de Tour met de trein
had afgelegd.
De legende van de gele trui
In 1919 werd voor het eerst een
gele trui uitgereikt in de Tour. Op
aanraden van enkele journalisten
besloot Tourdirecteur Henri Des-
grange hiertoe, omdat de leider in
het klassement op die manier
beter herkenbaar zou zijn. Hij koos
voor de kleur geel, omdat zijn blad
l'Auto op geel papier gedrukt
werd. Tot op heden is de gele trui
het symbool van de Tour de Fran
ce. De eerste drager van de gele
trui, Eugene Christophe was overi
gens helemaal niet blij met het
opvallende 'maillot jaune'. "Mijn
concurrenten kunnen mij nu al op
kilometers afstand zien," beklaag
de hij zich bij de Tourdirectie.
Tot nu toe zijn er slechts vier ren
ners geweest die de gele trui een
hele Tour droegen. In 1924 was de
Italiaan Ottavio Bottechia de eer
ste. Na hem herhaalde de Luxem
burger Nicolas Frantz in 1928 deze
stunt. In 1935 was de Belg Romain
Maes de derde renner die erin
slaagde de gele trui vanaf de eer
ste dag in zijn bezit te hebben. In
1961 zette de Fransman Jacques
Anquetil als laatste deze prestatie
neer.
De eerste Nederlandse gele trui
drager was Wirp van Est, die in
1951 geschiedenis schreef, door
daags na het veroveren van de
gele trui op de Col d'Aubisque in
een ravijn te storten. Onlangs ont
hulde Van Est op deze col een
standbeeld ter nagedachtenis aan
zijn val.
De Belg Eddy Merckx is veruit de
recordhouder in het dragen van de
gele trui én in het behalen van de
meeste etappeoverwinningen. Hij
won in totaal vijfendertig etappes
en mocht maar liefst zesennegen
tig keer de gele trui aantrekken.
Jan Janssen was in 1968 de eerste
Nederlander die de Tour de France
won. Na hem wist van onze landge
noten 'alleen' Joop Zoetemelk in
1980 deze heldendaad nog te ver
richten. Drie Nederlanders won
nen ieder tien ritten tijdens hun
verschillende Tour de Frances:
Joop Zoetemelk, Jan Raas en Ger
rie Kneteman. In 1989 was de fina
le van de Tour het spannendst:
Greg Lemond wist met slechts
acht seconden voorsprong op de
Fransman Laurent FignoiUde Tour
op zijn naam te schrijven.
Ook al is de Tour de France van
2001 nog maar net afgelopen,
toch is de organisatie al druk
bezig met de Tour
van het volgende
jaar. Er is nog
niet veel over
bekend, maar
dat de Proloog
in Luxemburg
van
start
gaat is in
ieder geval
zeker.
Annette Eijerkamp, (ex-)dtp-er van
het Hart van Holland, bracht
onlangs een lang gekoesterde wens
in vervulling; samen met echtge
noot Tinus en hond Callan, verruil-
Campingvermaak
De camping staat inmiddels afgela
den vol. Elke dag gaan en komen
er mensen en de rust is ver te zoe
ken. Zeker met alle kinderen, wat
kunnen ze veel dingen verzinnen
die ze van hun ouders niet mogen.
De hele dag hoor je kreten van
mopperende ouders. Joeri niet
doen, Michelle kom hier, Duco
haal die vinger uit je neus, Richard
kijk uit, Thibaut waar zat je. In alle
talen klinkt het over de camping.
Leuke klusjes zijn: een kind uit het
zwembad vissen als het vroeg is
gaan zwemmen en je als ouder nu
toch eindelijk nog naar de markt
wilt. Of het van de straat plukken
van een huilend kind dat van z'n
step of fietsje gevallen is (naar
beneden gaat het heel hard).
Favoriet is de trampoline, zie daar
je kind maar eens uit te krijgen. Er
zit een groot net omheen en als
ouder kun je drie dingen doen. Je
klimt erin en vangt je kind of je
gaat staan schreeuwen dat het
eruit moet komen. De andere
oplossing is de wachtrij. Die staat
er altijd wel en de kinderen rege
len onderling dat er af en toe
gewisseld wordt.
Dus met wat geduld kun je je kind
uit de wachtrij plukken. In alle
gevallen wil het natuurlijk niet mee
en protesteert het luidkeels. Hope
loos dus.
de zij Nederland voor Frankrijk.
De komende vijf maanden verblij
ven zij op verschillende campings
in het Franse Bretagne. Ze zijn daar
werkzaam voor een internationaal
Er zijn ook andere manieren om je
te vermaken. Het zwembad is net
een mierennest maar aan het
geluid te horen wel erg leuk.
De karaoke-avonden slaan we
maar over, de fransen vinden het
leuk, ze doen hun best, maar het
klinkt nergens naar.
Elke vrijdag komt Clive met zijn
"petit theatre vert" met een bijzon
der knap gemaakte houten mario
net trekt hij al 8 jaar door europa
om op markten en campings voor
stellingen te geven. Hij woont met
vrouw en twee kinderen in een
grote groene (erg oude) bus. Een
kleurrijk figuur. De kinderen staren
met open mond naar zijn show en
ook vol
wassenen
vinden
het bij
zonder.
Een
echte
beziens
waardig
heid is
het Bre
tonse
dansen.
Wij had
den
begre
pen dat
de moe
der van
Pascal,
caravan- en tentenverhuurbedrijf.
Regelmatig zai Annette in het Hart
van Holland verslag doen van haar
Frankrijk-avontuur.
Deze week aflevering 4
de campingeigenaar in kleder
dracht voor de bar zou komen
huppelen. In werkelijkheid blijkt
het een hele groep die in formatie
komt aanlopen met de Bretonse
vlag voorop. Met duidelijk veel ple
zier geven ze een demonstratie
van verschillende dansen.
In de pauze maak ik kennis met
Pascals moeder. Ze spreekt alleen
Frans maar sleept me mee naar
iemand die erg goed engels spre-
kt. Hij begroet me met goeden
avond. Ja hoor, hij spreekt een
aardig mondje Nederlands. We
hebben Pascal al lekker, proost,
dank u wel, welterusten en tot
ziens geleerd maar dat is voor het
eerste in 12 jaar dat we een frans
man tegenkomen die Nederlands
spreekt.
Hij verteld dat in Bretagne elke
stad z'n eigen klederdracht heeft,
hoewel de verschillen soms maar
heel klein zijn.
In hun groep draagt iedereen een
klederdracht uit een andere stad.
In totaal zijn er circa 450 verschil
lende klederdrachten en 600 dan
sen in Bretagne. De daijsen wor
den ook nog echt gedanst op de
vele Bretonse feesten, vooral door
jongeren.
Na de pauze mag iedereen me
doen én naarmate het donkerder
wordt durven er meer mensen
mee te zien en wordt er harder
gelachen. Het is wel vermoeiend,
ik zie overal zweetdruppeltjes.
Annette