Wat is valkerij? De vlasteelt in onze regio Oogstfeestkrant 1 september 2004 pagina 27 trainen Mooie ruime polders, velden met wuivend vlas, in juni met blauwe of witte bloemen, 'en schitterend vergezicht, dat is het beeld dat men oproept als men bekend is met j vlasteelt. In Zeeuws-Vlaanderen hebben de boeren de vlasteelt weer opgepakt, misschien zien we dit in de toekomst ook in de polders rond Zevenhuizen, ouim tweehonderd soorten vlas zijn er te vinden. De bekendste zijn het olievlas en het ,eze)vlas. Van olievlas maakt men uit het lijnzaad de bekende lijnolie. Van het vezelvlas pordt van de bastvezels touw, linnen of papier gemaakt. ne geschiedenis 7ni)0 jaar voor Chr. kwam de vlas- ,ant al voor in het Middellandse Lqebied als wilde plant. De fa rao s in Egypte werden toen al in Drachtig linnen gemummificeerd. Rond 2000 voor Chr. begon de vlascultuur zich over Europa te ver spreiden. In België, maar ook in Nederland kende men later, in de 10 en lle eeuw na Chr. een vlas cultuur. In België vooral rond Gent en jn Nederland in Zeeuws Vlaanderen,West-Brabant en op ie Zuid-Hollandse eilanden. Van vlas tot linnen De zaaitijd van vlas is vanaf half machines. In kleine werkplaatsen (meestal huisvlijt, vaak na hun nor male werktijd) werd het vlas gehe keld. Daar werden de vezelbundels via een kambeweging gespleten. Ze haalden de bundels vlas over de hekel. Dan werden de onregelma tigheden uit het vlas verwijderd en de vezels werden dan keurig ge kamd, dus alle vezels in één rich ting gelegd. (Hier komt ook de uit drukking: "Iemand over de hekel halen" vandaan). Zo was het klaar om gesponnen te worden. In de touwslagerijen werden er dan alle Soorten touwproducten van gemaakt. Je zag dan vaak van deze kleine ondernemers de polder in maart tot half april. De bloeitijd is in juni. Vlas wordt zo'n 80 tot 120 cm. Hoog. Om vezelverlies te ver mijden wordt het vlas machinaal uit de grond getrokken en op zoge naamde hokken of schelven gezet om te drogen. De bewerking van het vlas tot linnen of touw ziet u op het aanstaande Oogstfeest, met alle daarbij behorende werktuigen. De vlasboeren uit Dreischor,'t Oude Vlasdorp hebben allemaal in het vlas gewerkt en laten graag hun ambacht zien. De techniek Allereerst het repelen; dit het repe len (afritsen) van de zaadbollen. Men doet dit door de vlastoppen tussen de opstaande tanden van een repelkam te slaan. Door deze rukbeweging worden de zaadbol len losgemaakt. Het bollenbreken; een trechter leidt de zaadbollen tussen twee ci- linderrollen. De cilinderrollen bre ken de bollen zonder het zaad te beschadigen. De wanmolen; de wanmolen zorgt ervoor dat het zaad van het kaf wordt gescheiden. Het roten van het vlas; dit is een belangrijk proces. Het doel is de vezel, die aan de buitenzijde van de houtstengel ligt, los te weken. Het los weken gebeurde ook door het vlas in het water te gooien. In Bel- gie in de rivier de Leie, op de Zuid- Hollandse eilanden gewoon in de sloot. De stank hierbij was nogal groot. De rolbraak; het gerote vlas wordt tussen twee op elkaar draaiende gekartelde cilinders geschoven, zo^ dat de droge houtpijp in kleine deeltjes (lemen) gebroken wordt. De zwingelmolen; liet doel van het zwingelen is de gebroken houtdeel tjes (lemen) uit de vezelmassa te verwijderen. Onze regio In onze regio werden de korte ve zelbundels gebruikt voor de ver vaardiging van touw. Dit gebeurde vooral in de omgeving rondom Gouda. In Moordrecht, Gouderak en Oudewater waren veel touwsla gerijen. In Gouda kende men voor al, de "Garenspinnerij". Hier ge bruikte men in vroeger tijden al gaan om o.a. bij boeren hun koopswaar te slijten (koptouwtjes voor de koeien). Ze gingen ook met hun producten vaak lopend met hun kinderen naar Schevenin- gen om daar aan de vissers hun waren te slijten. Ook werkten ze vaak voor de grote broer in Gouda "De Garenspinnerij". Bekende touwslagers in Moordrecht waren Van Adrichem,Verburg, Van Riet en heel vroeger (rond 1800) Dirkzwager, Tom. De arbeidsomstandigheden in die touwslagerijen (18e en 19e eeuw) waren vaak heel slecht. Vaak werd er veel gebruik ge maakt van vrouwen en kinde ren. Zij maakten vaak dagen van meer dan 10 uur en deden dan zeer eentonig werk. Om het touw in elkaar te draaien gebruikte men een groot wiel het haken waaraan de vlasdraden gebonden wer den en door het wiel te draaien werd het touw gedraaid. Touw in allerlei diktes en lengtes. Meestal werd dit werk door zeer jonge kinderen gedaan. Ook de beroemde zeeheld, ad miraal Michiel de Ruyter draai de eens als kind dagelijks aan het grote wiel. Denk aan het liedje: "In een blauw geruite kiel draaide hij aan het grote wiel de ga-a-an-se dag" enz. Op 11-jarige leeftijd werd hij hiervan verlost door naar zee te gaan. In Moordrecht kreeg het hoofd van dé openbare lagere school, de heer G.B. Lalleman, landelijke be kendheid door het bestrijden van de kinderarbeid. In 1874 kwam minister Van Houten met zijn z.g. Kinderwet, waarin kinderarbeid (voor kinderen beneden 10 jaar) verboden werd, dit mede door de acties van de heer Lalleman. Toch bezorgde deze touwindustrie Moordrecht ook wel enige wel vaart. Het touw werd ook verkocht aan de scheepvaart en visserij. Dik touw voor scheepstrossen en dun garen voor de visnetten. Met de in dustrialisatie (machinale garen spinnerij te Gouda) ging het met de touwslagerijen steeds slechter. Er kwamen steeds minder lijnbanen. In 1861 waren er nog 25 en in 1876 was het aantal gedaald tot 18. Werkten er in 1861 nog 96 jongens en 74 meisjes in Moord recht in de touwindustne in 1876 waren dat er nog slechts 25 jon gens en 16 meisjes; volgens mees ter Lalleman nog te veel). Toch handhaaft de touwindustie zich nog lang in Moordrecht. Na de Tweede Wereldoorlog bestaan er nog een paar lijnbanen waaronder die van de familie Van Adrichem. Zij draaiden nog jaren hun soorten touw, maar het 'grote wiel werd vooraan machinaal draaiende ge houden. Ook gingen zij nog jaren de boer op. Anton van Adrichem Jzn. Heeft nog een aantal jaren met e'en kleine lijnbaan op onze oogstfeesten gestaan. Nu zijn er in Moordrecht geen touwbanen meer. Het sprookje van de vlasbloem Al ben ik maar een kleine vlas bloem, ik ben maar wat trots op mijn familie. Mijn overgroóttan- tes zagen piramiden uit de grond rijzen of bogen verschrikt het hoofd voor het strijdgewoel van de Oude Germanen. Ik kwam op deze wereld in de lente, een knopje in een zachtruisend tapijt van groen fluweel,de Vlaschaard, door Stijn Streuvels zo heerlijk bezongen. Ik ben blauw, maar heb ook mijn witte zusjes.Straks komt de zomerzon en dan gaat het zaad rijpen in mijn bol gewor den, gouden kopje. De 'mensen komen mij dan uit de bodem rukken. Erg?.. Nee, ik vind het eerder fijn, want dan word ik herboren in dat heerlijk frisse en nobele vlaslinnen. Als je het ontmoet, denk dan even te rug aan je kleine vlasbloem. (bronvermeldircj: Moordrecht in van drs. J.H.G. de Graaf) Valkerij is het trainen en africhten van de valk zodat deze geen angst heeft voor de valkenier wanneer deze hem roept. Zodat ze zonder angst naar de handschoen van de valkenier komt en bereid is samen met valkenier en hond te jagen. De valkenier staat dag en nacht klaar voor zijn vogel. Valkerij is een manier van leven. Jezelf wegcijferen en je medehuisgenoten ten dienst stellen van je valk of havik etc. Geen tijd hebben voor andere hobby's of sporten en soms geen tijd voor vrienden en kennissen. Het roofvogelteam Jerkin gebruikt alleen roofvogels die in volières ge boren zijn. Deze komen dus niet uit het wild, ze zijn gekweekt door collega-valkeniers uit Nederland, België en zelfs uit Canada of door mensen uit het eigen team. Alle buizerds, valken en uilen zijn ge ringd en bezitten de benodigde pa pieren, afgegeven door het minis terie van landbouw, natuur en vis serij. Waarom demonstraties? De leden van het Roofvogel De monstratie Team Jerkin zijn op de eerste plaats trots op hun vogels en de behaalde resultaten en willen u daar graag van laten genieten. Zij vinden het ook belangrijk u te laten zien dat roofvogels en uilen geen gevaarlijke en gemene dieren zijn maar ook dat roofvogels zeker geen huisdieren zijn die u even aanschaft, omdat ze zo mooi of leuk zijn. Om goed met roofvogels om te gaan moet je kennis en erva ring op doen door een stage-perio- de te volgen bij een ervaren val kenier. De huif Waar dient de huif. het leren kapje dat u vaak ziet bij de valk op haar hoofd, voor? Dit is de meest gestel de vraag. De huif heeft als doel het zicht van de valk te ontnemen. Het is dan donker voor de valk en van nature zullen valken, en in principe alle vogels die gewend zijn om overdag te vliegen, niet in het don ker vliegen. Zoals al eerder gezegd zit de valk in het donker als hij zijn huif op heeft, daardoor is de valk ook makkelijker te vervoeren. In het begin van de training maakt de valkenier ook dankbaar gebruik van de huif om de valk, die dan nog schuw is, aan de bewegingen, van de valkenier te laten wennen. Tijdens de jacht met de valken is de huif ook noodzakelijk, alleen de valk die op dat moment aan het werk moet, is zonder huif. De andere valken blijven gehuifd, want als een valk aan het ja gen is en de anderen zouden dat kunnen zien, dan willen de val ken achter de prooi aan, hetgeen een hooponrust geeft en het risico om veren te breken vergroot. De loer of de balg Wat is een loer? Een loer is een hoefijzervormig stukje leer, dat een vliegende prooi voor moet stellen, waar een stukje vlees op gebonden wordt en soms vleugels van de prooi waar de valk op getraind moet worden. Dit geheel wordt dan aan een touw rondgedraaid en op het moment dat de valk de loer wil pakken trekt de valkenier deze weg. Dit herhaald zich een aantal keer en uiteindelijk laat hij dan de loer door de valk slaan en mag deze, als beloning, het vlees van de loer eten. Een balg heeft in principe hetzelf de doel, maar met dit verschil dat een balg gemaakt is van konijnen huid en gebruikt wordt om bui zerds en havikachtigen mee af te richten. De balg moet een lopende prooi voorstellen en wordt dus over de grond gesleept. Deze hulp stukken worden ook gebruikt door de valkenier, wanneer de valk of havik zijn prooi mist, om hem weer terug te roepen. Waar worden haviken en val ken in de praktijk voor ge bruikt? De meeste haviken en slechtvalken worden gebruikt voor de jacht. Ook worden ze gebruikt voor het verjagen van meeuwen, konijnen, kraaien etc. die schade en/of over last veroorzaken. Denk maar aan de meeuwen op de vuilnisbelten en op de mosselbanken. Voor deze zaken hebben zij ook tijd en vogels beschikbaar, want naast het geven van demonstraties zijn een aantal mensen van het roofvogelteam da gelijks bezig als beroepsvalkenier. De vogels kunnen na overleg in het hele land worden ingezet. U kunt het roofvogelteam bekijken op het grasveld naast de Ned. Hervormde Kerk.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Hart van Holland | 2004 | | pagina 44