Herdenking bij Indië-monument
Dienstplichtig militair
in 'de Gordel van Smaragd'
HART VAN HOLLAND REGIO 10 AUGUSTUS 2011
21
Nieuwerkerk aan den IJssel - Bij het Indië-monument aan de Kerklaan
ter hoogte van nummer 42 vindt zaterdag 13 augustus om 20.00 uur
de jaarlijkse herdenking plaats van militairen en burgers, die in de
periode 1941-1951 zijn omgekomen in voormalig Nederlands-lndië.
Stichting Evenement is op verzoek van het gemeentebestuur belast
met de feitelijke organisatie. Een deputatie van oud-militairen en de
Indische naoorlogse generatie zullen hun medewerking verlenen.
Net als voorgaande jaren begint de herdenking bij het gemeentehuis
aan het Raadhuisplein 1.
Een ieder die aan de herdenking wil deelnemen, kan meelopen vanaf
het gemeentehuis naar het monument. Vertrek vanaf het raadhuis
om 19.45 uur.
Voor meer informatie: v.boxhoorn@zuidplas.nl.
De Moord rechtse El ly van Gelderen gaat voor het Hart van Holland op pad
om oude tijden te doen herleven. Elly Is als vrijwilliger en interviewer actief
bij de Moord rechtse Historische Vereniging.
Zij is auteur van de boeken "Herinneringen rondom de Hollandse IJssel"
en "Leven en werken rond IJssel en Lek", waarin zij onder andere verhaalt
over de slechte arbeidsomstandigheden van de steenplaatsen en touw-
banen langs de IJssel, over verdwenen beroepen (rietsnijders en zalmvis
sers), verdwenen scheepswerven en andere bedrijven, oorlog, watersnood
enzovoort.
Door Elly van Gelderen
Cees van Gameren vertelt over Nederlands-lndië
Op het kerkhof te Medan, een eresaluut door het vuurpeloton tijdens een begrafenis van een militair.
doold uit de Stevenstraat. Dat wist
ik, want ik had een pakje bij hem
gebracht dat zijn ouders aan mij
gegeven hadden toen ik naar Indië
moest. Later ging ik Dick opzoeken
die met een longschot in het hos
pitaal lag. Mijn verloofde Dini Her-
sevoort kwam ook uit Moordrecht,
zelf kwam ik uit Rijsoord.
Onze Indonesische hulpen voor het
koken en kleding wassen, waren
koelies, baboes en djongos, laatst
genoemden waren jongens tussen
twaalf en zestien jaar die ook blij
waren dat ze eten van ons kregen.
We gingen naar diensten van veld
predikers met een tegenstrijdige
naam, het G.V.D., dat was de Gees
telijke Verzorgings Dienst.
Als we op konvooi waren wilden
inlanders vaak meerijden om hun
toko te voorzien van rijst.
De rijst stapelden we dan op tegen
de zijkant van de auto, wat tege
lijkertijd een beveiliging was tegen
vijandelijk vuur.
Verdwaald
De dagen 13,14 en 15 juli 1949
zijn de slechtsten van mijn leven
geweest. Soldaten van onze com
pagnie waren in een hinderlaag
van de vijand gelopen. Met twin
tig man hebben we drie dagen
gezocht. We verdwaalden in het
donker, we liepen hand in hand om
elkaar niet kwijt'te raken, wantje
kon geen hand voor ogen zien in
die rubberbossen. Later met een
overdracht kregen we de solda
ten als krijgsgevangenen terug en
twee van hen waren gesneuveld.
Het waren je makkers, dat deed je
wel wat, ik kan er nog moeilijk over
praten. Van ons bataljon zijn er
twaalf gesneuveld en begraven on
der een vuurpeloton dat eresalvo's
afvuurde.
Op Sumatra was de militaire be
graafplaats, maar later is een groot
deel overgebracht naar de grote
militaire erebegraafplaats in Men-
teng Poeloe op Java.
In het Hollandse Roermond staat
het Indië-monument met zuilen
waar alle namen ingegraveerd zijn
van de Nederlandse militairen die
in Indië gesneuveld zijn, en dat
zijn er ruim zesduizend. Onder hen
was ook de Moordrechtenaar Ger-
rit Knoop die in een ander deel van
Indië was gestationeerd.
Soekarno
De Ambonezen, die men toen zo
noemden, hielpen ons, ze waren bij
het leger van de K.N.I.L. Koninklijk
Nederlands Indische leger. Ze wa
ren fel gekant tegen Soekarno en
vochten aan onze kant. Tijdens
de tweede politionele actie van
Hollandse soldaten, hadden zij
Soekarno gearresteerd, ook twee
andere kopstukken, aanhangers
van Soekarno: Hatta en Sjajir. Ze
werden bij ons gebracht en geïn
terneerd in een vakantievilla van
dokter Mansoer, de gouverneur
van Noord Sumatra (een Indiër
door Nederlanders aangesteld).
De gevangenen kregen een goede
behandeling, maar dit is weer een
apart verhaal. Zes weken hebben
wij hen bewaakt mets nachts een
dubbele wacht en overdag een en
kele.
De capitulatie van Japan was op
15 augustus in 1945. Kort daarna
maakte Soekarno zichzelf presi
dent en het meeste Indische volk
was het daarmee eens.
Soekarno streefde naar een vrij
Indonesië, wat hij uiteindelijk ge
daan kreeg. De republiek Indonesië
werd uitgeroepen, maar koningin
Juliana tekende de overdracht pas
27 december 1949. Soekarno werd
de eerste president. En zo is er een
einde gekomen aan het Nederlands
Indië waar velen soldaten het leven
lieten.
Veteranen
Na 27 maanden mocht ik naar huis.
We kregen bij het afscheid een ere
teken van orde en vrede opgespeld.
De terugweg met een Liberty
schip duurde drie weken.
De meeste soldaten hadden veel
meegemaakt en sommigen hiel
den er de zogenaamde tropenkol
der an over. Op 26 mei 1950 was
ik weer thuis in Rijsoord, waar ze
een feestboog gemaakt hadden
en tevens allerlei feestelijkheden
organiseerden. Maar voor de vele
soldaten die uit Indië terugkwa
men was er geen commissie van
ontvangst van de overheid, nog
van de gemeenten. Veel later is
er een veteranencommissie in
het leven geroepen voor oude en
nieuwe veteranen. Toen pas kre
gen veteranen de waardering die
ze verdienden. Tot nu toe werkt
de commissie perfect. Prins Ber
nard deed ook veel voor de vete
ranen. Rond de verjaardag van de
prins was er een veteranendag in
Wageningen en nu wordt het in
Den Haag gevierd. Prins Willem
Alexander heeft de taak van Prins
Bernard overgenomen.
Na mijn thuiskomst ben ik als
snel getrouwd en gingen we in
de Moordrecht wonen, dan doen
we tot op heden. Nog denk ik
vaak aan die periode op Sumatra,
je vergeet het nooit. In 1990 zijn
mijn vrouw en ik voor het eerst
terug gegaan naar Indonesië. Ik
had er jarenlang voor gespaard.
We hebben veel plaatsen bezocht.
Zonder gevaar, ellende en een ge
weer op mijn rug heb ik toen wel
kunnen genieten van de prachtige
omgeving in de Gordel van Sma
ragd'."
Cees van Gameren met een aapje.
"Met de uitnodiging voor me, van de kranslegging bij het Indië-monu
ment in Nieuwerkerk zaterdag 13 augustus komen veel herinneringen
boven. Ik was dienstplichtig militair toen ik als infanterist (zandhaas)
naar Nederlands-lndië moest. Ik stapte op twintigjarige leeftijd op 28
februari 1948 aan boord van het schip 'De Volendam' met 2400 man
schappen, driehonderd bemanningsleden en veertien journalisten. Er
waren veel Limburgers waar we veel lol mee hadden op het schip, ook
al zat je als haringen in een ton. De reis duurde vier weken. In het ruim
sliepen we drie hoog: op de grond, in het midden op tafels en boven in
hangmatten.
In Sabang op Sumatra mochten
we even aan land voor een ver
zetje. De reis ging verder naar de
rede van Belawan, een haven
plaats op Noord Sumatra. We
werden gelost op een landings
vaartuig omdat de haven te on
diep was. Daarna gingen we met
de trein naar onze garnizoens
plaats in Pematang Siantar waar
ik ben gebleven. Sumatra is veer
tien keer groter dan Nederland, er
waren in Nederlands-lndië, ook
wel 'de Oost' genoemd, in die tijd
honderdtwintigduizend Hollandse
soldaten. Als infanteristen moes
ten wij meestal een konvooi be
waken en ook patrouille lopen. De
rubber- en tabaksplantages wer
den 's nachts lastig gevallen door
infiltranten (Indonesiërs die voor
Soekarno waren, dus tegen ons)
zij werden 'ploppers' genoemd.
Garnizoensplaats
Ons onderkomen waar we gesta
tioneerd waren stelde niet veel
voor, we sliepen in houten krot
ten. Soms kregen we visite van
apen die de hele boel overhoop
gooiden en zelfs onze koffers
openmaakten. Als we onze helm
niet droegen hadden we een hoed
van stro tegen de zon.
Eens zaten we op de grond in een
kring tijdens een patrouille toen
we werden beslopen door een
tijger. Hij werd door een soldaat
doodgeschoten. Hij nam hem
mee om te prepareren.
Ik ontmoette daar een Moor
drechtenaar Jo Goedhart, hij
vertelde dat er nog een jongen
uit Moordrecht was, Dick Ver-