SCHOONHOVENSCHE COURANT WEEKBLAD ZONDAG 17 J4JLL r 55. 1870. N. VOOR DE KRIMPENER-, AtBLASSER- EN LDPIKERWAARD. j T DE PREVENTIEVE GEVANGENIS. S. NIEUWSTIJDINGEN. n. 1. van J >po ng- loo* Ml. ED. PIJ Bar est. HU* MIE* COURART Voor Schoonhoven per drie maanden 0,60. Franco per poet- 0,75. “fc. f »t«n »rn, het ■«tr. veie l oor nd •lyk it te nns- Apot •den In ON, het ver- i, eu OOB- met i te 133) bet tot len els :ts. ren N. 30) ijsi. en wit- HU* MR UVEITERTItN: Van 1 tot 5 regels 6,50. Iedere regel meer- 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franco. IG. Zij het IT. me iar-i- rani ■iï is ks- ons vorig artikel, t men dus uitgaan van deze stelling, dat dwangmiddel een offer is der individueele "J Igemeene veiligheid en de ze kerheid van het recht, pen offer dat alleen dan 1 wanneer op hetzelfde doel kan worden jel iste zorgen dat de be- ontvluchting de voltrekking der straf on mogelijk make of zijne vrijheid mis- bruike otn de sporeih van het gepleegde feit te vernietigdb. Wanneer er dus geer staat dat zoo iets geschieden zaï, i tieve gevangenis' onnoodig; wanneer daarvoor i doch moet eerst worden omgezien -«aar even afdoende doch zachtere middelen; is bepaald noodig dan moet de politie een ruime macht hebben om den van misdrijf ver- i persoon reeds dadelijk aan te houden, tenaren van politie tegen willekeur g V BB nen den kortst megfelijken tijd de beslissing van den onj t pen,’die dan onderzoekt of er genoegzame grond bestaat voor Lev vcruwuucu, hem ten laste gelegde feiten die feiten werkelijk door de wét t_ worden beschouwd, of de voorloopige gevangen houding bepaald npodzakelijk is. Door dergelijke voorschriften alleen wordt het onrecht, dat anders in dit dwangmiddel ligt op gesloten, weggenomen. Is dit alles nu goed geregeld en worden die regels in de praktijk met nauwgezetheid in acht genomen, dan moet meu met de instelling ook vrede hebben en er geen onrecht in zien, al mocht b. v. de ver dachte opk later bij de eindbeslissing worden vrijgesproken. Want zoo iets is altijd mogelijk. De bewijzen betreffende het plegen van een mis drijf ontwikkelen zich eerst langzamerhand en het ^preekt van zelf dat 'de rechter hij over de voorloopige i gevangen neniii m oordèelennog niet al die inlichtingen tot zijn, dienst heeft, waarover hij later, wanneer het ge- heele onderzoek is afgeloopen, beschikken kan. Zijn aan den anderen kant de waarborgen, welke de wet geeft, onvoldoende, dan is de oplegging der preventieve gevangenis onrechtvaardig, al treft zij ook iemand, wiens schuld later ten volle bewezen wordt. Want, wij merkten dit reeds op in ons vorige artikel, vóór de einduitspraak staan de later schuldig verklaarde en de later vrijgesprokene beiden volkomen gelijk. Wat bepaalt nu onze tegenwoordige *wet? De macht der politieom in dezen onmiddel lijk te handelen en den verdachte aan te hou den zonder rechterlijk verlof, beperkt onze wet tot het geval dat em misdrijf op Aeelerdaad ontdekt wordtdocWdit begrip van heeterdaad is te gelijkertijd. veoT te onnauwkeurig en ruim omschreven, zoodat ’aan de eene zijde de macht der politie te gering, aan de andere zijde het W’ tie-overtredingenen die feiten, welke door on voorzichtigheid gepleegd zijn, geen voorloopige gevangenis toelaat, is volkomen juist. Die straffen zijn zoo gering, dat niemand er wel belang bij zal hebben zich door ontvluchting daaraan té onttrekken en mocht dit al eens een enkele maal geschieden, dan is het kwaaddat de maatschappij daardoor ondervindt, niet zoo groot, dat men er de individueele vrijheid aan zoude mogen op offeren. Doch bij de andere misdrijven moet men geen onderscheid maken en bij alle het opleggen van preventieve gevangenis niet' verplickt, doch alleen mogelijk stellen, wanneer er vrees bestaat voor ontvluchting, des noods ook voor vernie tiging der sporen van het misdrijf door den be klaagde. De beoordeeling hiervan moet overge laten zijn natuurlijk allereerst aan de ambtenaren der politie (commissaris, burgemeester, officier van justitie), voor echter in een uitvoerige instructie die algemeene gevallen nader moeten zijn uitgéwerktterwijl zij door een groote yer- antweordelijkbsid, voor bét geval dat haime instructie te-buiten gaan, moeten worden in be dwang gehouden. Doch bovenal moet er voor worden gezorgd, dat de beslissing van den on- partijdigen rechter zeer spoedig worde ingeroepen. Wij zagen het straks, dat onze tegenwoordige wet zes dagen stelt; waarom ^traden b. v. hoog stens tweemaal 24 uren te weinig zijn De rechter beoordeelt dan of de gevallenwaarin de wet de mogelijkheid van preventieve gevangenis heeft aangenomenaanwezig zijnzoodat zij b. v. on derscheid maakt tusschen een gehuwd en een ongehuwd man, tusschen iemand, die geld heeft om te ontvluchten of die arm is, tusschen iemand, die voor zijn zaken reist of die b. v. een ge- vestigde fabriek heeft, enz. Maar zelfs wanneer de rechter meent dat er reden bestaat om de voorloopige gevangenis te bevelenmoet hij nog de bevoegdheid hebben andere middelen daarvoor in de plaats te doen treden. Hierover in een laatste artikel. SCHOONHOVEN, 16 Juli. Toen wij vóór acht dagen aan onze le zers mededeelden, dat de candidatuur van Prins Leopold van Hóhenzollern voor den Spaanschen troon bij enkele mogendhedeh eenige tegenkan ting vond, hadden wij weinig kunnen denken, dat reeds eene week later berichten van eene officieele oorlogsverklaring van Frankrijk aan Pruisen tot ons zouden komen. En “te minder kon men zich met grond hierop voorbereiden, omdat Prins Leopolaziende dat zijne candi datuur tot onderlinge moeielijkheden aanleiding gaf en vreezende de aanleiding tot eenen oor log te zijn, van zijne candidatuur afstand ge daan had. Doch Frankrijk, het land dat zich zoo gaarne het meest beschaafde der wereld noemt, wilde tot eiken prijs een oorlog te gen Pruisen, tegen dat Pruisen, dat, meende men, den invloed en den roem van den Fran- schen adelaar overschaduwde. Is ijverzucht aan de eene zijde de oorzaak van den aanstaanden krijg, niet minder mag die worden toegeschre ven aan den binnenlandschen toestand van Frank rijk zelf. Wellicht zal het keizer Napoleon S. W. N. vanNOOTEN te Schoonhoven, gevaar', dat die macht in de praktijk onbepaald wordt uitgebreid, te groot ia. In geval nu van ontdekking op heeterdaad, onverschillig welk misdrijf het betreft, moet de dienaar van de openbare macht den verdachte vóór den burgemeester of den commissaris van politie brengen, die hem M dadelijk in vrijheid stelt, óf in de gevallen, Waarin de wet voor loopige aanhouding toelaat, ter beschikking stelt van den officier van jurtitte. Deze nu mag, wanneer het een misdaad geldt, d. i. een feit waartegen een zoogenaamde lijf- of oüteerende straf is bedreigd, n. 1. tuchthuisstraf (5 jaar of daarboven), verbanning, deportatie of dood straf, een bevel van voorloopige aanhouding uit vaardigen, dat binnen ^zes dagen door de recht bank moet worden bekrach«gd. terwijl de aan gehoudene. bij gebreke van zulk eene bekrach tiging dadelijk vrij is.' Buiten het geval van ontdekking op heeterdaad echter, geschiedt de voorloopige aanhouding niet, Voordat daartoe door de rechtbank op requisite» van dan officier van justitie bevel is gegeven. Geldt het een misdrijf, waartegen lijf- of ont- eerende straf is bedreigd, dan moet de rechtbank dit doen, geldt het lichter gestrafte soorten van diefstal, voorts oplichting, misbruik van ver trouwen, verwonding, bedelarij en landlooperij, dan kan de rechtbank het doen doch bij an dere misdrijven mag het nooit plaats hebben. Nu wordt het voorloopig onderzoek voortgezet en, behalve wanneer soms reeds daarna duide lijk blijkt dat er geen voldoende gronden'van- verdenking bestaanof dat de feiten, zooals zij aan den dag zijn gekomen, niet door de wet gestraft wordenwordt eindelijk op de openbare terechtzitting van de rechtbank of het hof over de schuld van den beklaagde uitspraak gedaan. Wordt hij vrijgesproken, dan verlaat hy zijn preventieve gevangenis zonder vergoeding te er langen; wordt hij veroordeeld, dan ondergaat hij zijn straf, zonder dat de tijd, gedurende welken bij reeds van zijn vrijheid beroofd was in mindering komt van den duur der straf. Zoo is, in grove trekken, de regeling deier rechtsinstelling in de Nederlandsche wet. Trou wens die wet dagteekent van het jaar 1838 en sinds dien tijd zijn de denkbeelden over strafrecht en strafproces ontzachelijl» vooruit gegaan. Wel heeft onze regeering niet stil ge zeten en is er reeds sinds zes jaren een nieuw ontwerp voor" een wetboek van strafvordering bij de Tweede .Kamer ingediend, maar tot dus ver heeft de kamer daaraan nog niet veel ge daan. Dit ontwerp is in vergelijking met de bestaande bepalingen een groote verbetering, maar nog ontbreekt daaraan in menig opzicht een flink doorgevoerd krachtig en vrijgevig stelsel, en voordat het staatsblad het nieuwe wetboqk bevat zal zeker ook dit gedeelte nog wel eens herzien mogen worden. Trouwens het zal nog wel een behoorlijken tijd duren, voordat het zoo ver is. De eerste fout van ons tegenwoordig stelsel is, dat het de al of niet toepasselijkheid der pre ventieve gevangenis laat afhangen van de zwaarte der misdrijyen en nog Wel bij de misdaden het gebruik van dit dwangmiddel bepaald voorschrijft. Dat men bij de kleinste misdrijven, bij de poli- wanneer ing moet het ge- Bij elke beschouwing van de preventieve ge vangenis, wij zagen het in ons vorig artikel, moet men dus uitgaan van deze stelling, dat dit t o vrijheid aan de algemeene veiligheid kerbeid van het recht, |bcu uiwr «1 rechtvaardig kan worden genoemd geen andere wijl* bereikt. En dat' schuldigdè niet dc bruike om de sporeih sn vrees be staat dat zoo iets geschieden zaï, is de preven-’ tieve gevangenis' onnoodig; wanneer daarvoor wel gegronde vrees bestaat kan zij noodig zijn doch moet eerst worden omgezien «aar an dere zij nu I - den van misdrijf ver dachten persoon reeds dadelijk aan te houden, terwijl door een uitvoerige instructie der amb tenaren van politie tegen willekeur van hunne zijde moet worden gewéfkt; eindelijk moetbin- ipaftijdigen rechter worden ingeroe- het vernióedendat de verdachte de i heeft gepleegd, of als misdrijf

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1870 | | pagina 1