SCHOONHOVENSCHE COURANT. -.ft4' - WEEKBLAG ZOW 19 MRUARI. 1871. r. 86. B. RIJG VOOR DE KRIMPENER-j, ALBlljsSER- EN LOPIKERWMRD. lAR, e uitgaaf. IN ERNSTIG WOORD. VRIJHEID EN KRACHT. - -j-4- - V I onafhankelijkheid. Aan de Europa Schoouh»' ƒ040. - 040. PRIJS DER ADVERTENTIËN Van 1 tot 5 regel» Iedere regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Inzending franoo. juist niet de rechte man En men >rdt opgekocht 1,70 per kilo. Nuchtere kal- i goedkoope t den l. van >ladz., in een maand voor- t. De prijs is Zang van 12 iet tneer dan i0 ven ON. onker IJenberg. v. San en Kolft. Houtzager, [Zadelstraat. Stuart, iraijenbrink. n. (13P7> niktunwijrina- nNOOTEN ar: HN. Eerste i Cents, zijden druks platen en in enten, coni sch 90 Cts. ■EB, tot be- oht in groote lts. theker GEISS PRIJS DEZER COURANT Voor Schoonhoven per drie maanden f 0,60. Franco per poat 0,70. 1 tot 8 dezer (gelling). Prijs let: Vette «ar- a 24 et, Goe- 20 per 60 kilo»- ,60, 2de qual. '1,75, alles per een eeuwige waarheid erkend en de wetenschap zegt hst hem zege len toch beweegt zij zich.” iij :i( er nog zoo ~v.jegen, haal ik alleen aan hoe de uitspraak der weten* minachting bejegend wordt en er som» vereischt wordt, om zulk en «»n het ree: Oct., kalveren >en 70 ct., wei- i a 44 ct. alles Jde qual. ƒ75, er öok heden zich toch een t reeds gisteren scheidene tegen iet aangevoerd, jpeieren ƒ1,00 12,00 A 13,00. ,00 a 8,50. 5,75. Boek- 1,00 a 9,50. 1,90 het kilo. L. Rutgers te iackenstein te j If'aarder, naar F/m- Lhel monde 'ottenbroei, - - otlerwierntt, - naar Beril- Rijven H. van iar frietenwen yrnterl. >r Ml. Goeman J. J. Ippius P. Drees man, cand. stri te Wenvl- te Bertel e. a., hanen, voor te Noordwtjker- E. B. Gunning Uomp te Pole- Hoogstraten te Het morgenrood verscheen aan de oosterkim en kondigde de naderende komst der zon aan. De zon der wetenschap zou weldra aan de kim men verrijzen en hare weldadige stralen over het gansche aardrijk verspreiden. Déér werd op eens het woord van een Galileï vernomen: E pur te muove”, zoo sprak hijen Europa zag met ontzetting op naar den mandie, zooals het meende, zulk een geweldigen strijd tusschen geschiedenis en ervaring in bet leven riep. En dat woord van dien grooten denkerdat een» de glimlach der bespotting op het gelaat van Europa te voorschijn riep, het wordt thans al gemeen als -U"J gehuldigd en vierend na: Dit historische beeld, waaraan ik velen zou kunnen toevoej om te doen zien, hoe schap soms met i wdk een tijd S. W. N. van NOOTEN te Schoonhoven, I Uitffevef». kiesplieh^. Die niet opkomt ter stembus, ver zuimt plichten, welker vervulling al zijne me deburgers welker vervulling het nageslacht van hem eischen, Daarom kome de kiezer op en stemme pen man zijner keuze. Hij late zich inlichten, hij zij vatbaar voor overreding, hij versta zich met anderenmaar noo t schrijve hij op zijn jstembiljet-*een naam, om een ander genoegen te doenom er een voordeeltje bij te behalen k om zekere menschen te vriend te houdenJJ Dergelijke slaafschheid wreekt zich Wie heeft laten zi|n, dat hij zwak is, zeker van zijn daf zijne zwakheid tneer- —i j_.. --ppjiceefd f en dat hij eindigen zal het kind van de tekening te worden. bekwaamheid FMmt Daar zijn, waarom het te verzwijgen, te middelmatigheden in ons parlement. De elhig onzer kiesdistficten draagt daarvan 0n groot deel de schuld, maar die in- deeling niet alleen. Men is te sjwedig tevre den met een afgevaardigde, die er voor door gaat liberaal of conservatief gekleurd te zijn. Men js bevreesd voor de overwinning der te genpartij en is dan al tevredenwanneer men tegenover den candidaat dier partij een man heeft gevonden, die bij de kiezers nog al bekend is, die zoo eenigermate populair kan worden ge noemd, al is hij nu juist niet de rechte man op de rechte plaats. En men moest daarmede met tevreden zijn. Men moest er iets voor over hebben een bekwaam man, al is hij dan niet ljuist een huisbakken beroemdheid, bij de kiezers bekend te maken. Tegenwoordig is dat zoo bezwaarlijk niet. Men toone zijne geschrif ten, fmen belegge meetings en vrage hem, dat hij daar ten aanhoore van het publiek zijne overtuigingen meedeele. Naast de bekwaamheid sta (je onafhankelijkheid. Een ingewijde zeide onsjeensdat, wanneer men één jaar lid van de Kamer was, men in zijn politiek geweten een |groote deuk had gekregen. Dit zal wel nieti zonder overdrijving gezegd zijnmaar de kern van waarheid, die er in schuilt, is reeds on gelukkig genoeg. Zeker, daar komen omstan digheden voor, waarin men om een grooter doel te kunnen bereiken, in kleinigheden toe moet geven en het vereischt zeker niet weinig tact, omjl te beslissen hoever dit gaan mag. Doch juist de bekwaamsten zullen dien tact het meest bevitten en vooral van de middelmatigheden is het te vreezendat zij zich vaak onwillekeurig vernederen tot stemmachines van partijen of par tijhoofden en de figuranten van het staatstooneel zullen wordendie de geheele opvoering in de war sturen. i De ministers. De fauteuils achter de groene tafel zijn eigenaardige stoelen. Zij hebben iets verleidelijks en zij hebben het ook al weer niet. Met zachte kussens zijn ze niet bekleed cn toch schijnt htt veel te kosten omwanneer men éénmaal zit, op te staan. Maar die opstaat, be vindt zich zoo licht op straat, d. w. z. die voor elen ministerschap een goede positie heeft laten varen, vindt die positie maar niet zoo dadelijk weder. Doch het is ongelukkig te zienhoe In ons vorig artikel bespraken wij het nieuwe regeeringsbeginsel, dat in 1 84>8 in onze Grond wet is erkend. Dat beginsel der vrijheid en der politieke mondigheid van het volk, zeiden wij toenbeteekent dit, dat de door directe verkie zingen samengestelde vertegenwoordiging krach tens hare verschillende grondwettige rechten de richting bepaalt, waarin het land door den on- schendbaren koning en zijne aan de vertegen- woordiging verantwoordelijke ministers zhl wor den bestuurd. Wij wezen er op, hoe licht vooral in den eersten tijd hieruit zekere veranderlijk heid van ministerieën en regeermgsstelsels ont staan kan, en hoe die veranderlijkheid gevaar loopt hier en daar aanleiding te geven tot ver richtingen van zwakheid, alsof men beter deed de verkregen vrijheden te laten varen en tot hét persoonlijk gouvernement de» koning* -fe* rug te keeren. Wij hebben toen met allen ernst er op aan gedrongen dat voor niets ter wereld de schoone zaak der vrijheid mocht worden prijs gegeven wij hebben er toen op gewezen, dat bij een natuurlijke en degelijke ontwikkeling des volks de nationale krocht en de kracht van het staats- bestuur onder den boom der vrijheid ontegen zeggelijk tot heerlijken wasdom zouden komen. Thans willen wij vragenwelke de voorname elementen zijn, van welker kracht de kracht van den staat afhangt. Dit is van het grootste belang. Immers de tijden welke wij beleven zijn niet rosekleurig, de toekomst is onzeker eri men behoeft nog geen zwartgallig pessimist te wezenom de schouders op te halen bij de vraag wat die toekomst aan Nederland brengen zal. Bij die onzekerheid is vooriiereiding, ont wikkeling der politieke kracht, de eerste plicht. Op de kracht der natie buiten het eigenlijke staatsleven hebben, wij thans het oog niet. Hoe is het staatsleven zelf? Vier elementen en het constitutioneels stel sel treden hierbij reed» dadelijk op den voor grond: de kiezers, de vertegenwoordiging, ministers, de koning. De kiezers. Wie zij zullen wezen, hangt af van het kiesstelsel. Over dat kiesstelsel spra ken wij reeds vroeger en zullen wij nader spre ken nu immers in de laatste maanden de or ganen der openbare meening begonnen rijn dat stelsel aan een vernieuwde kritiek te onderwer pen, naar aanleiding van het voorstel tot cen susverlaging, door den minister Fock ingediend. Wij blijven aangaande dit onderwerp bij onze vroeger geuite meening uit vaste overtuiging volharden, dat een degelijke hervornpng van ons stelsel door de- Grondwet zelve wordt be let, dat de Grondwetgever een ontzachelijke fout heeft begaan, toen hij den census als eenige maatstaf voor het kiesrecht aannam en de bekwaamheid als tweeden grondslag daar naast verwierp. Doch al zegt het kiesstelsel wie de kiezers zullen zijnwat zij zullen wezen hangt van hen zelven af. Het kiesrecht is niet een recht, waaAan men al of nift gebruik kan maken naar Believen. Het kiesrecht is men juist over die ministeriëele zetel» dikwijl» geheel in een cirkel redeneert. Een bekwaam man die eene goede positie heeftzegt men durft het niet aan, want hij is niet zeker van zijn levensduur; dan komt een minder bekwame wie.ns levensduur natuurlijk kort is. Doch waar om? Juist omdat hij onbekwaam wa». Is nu de redeneeringj bewezen of niet? Veel komt daarbij. Qns’land is klein, men kent elkaar zoo goed; men weet van iederen minis ter de gansche levensgeschiedenis en men schept er behagen in die op te halen, terwijl men dan bij voorkeur bij kleinigheden staanblijftdie toch niemand bevoordeelen kan. En dan nog de jalouzieen, misschien wel dagteekeuende van de schooljaren. Men moest te hooghartig zijn, om daaraan te denken. De tegenwoordige mi nisters zijn bekwaamdat erkent ieder. Laat ons hopen, dat ons parlement genoeg hooghar tigheid bezit, om ze niet door speldeprikken het zitten onmogelijk te maken. De Koning. Och, roept men ons toe, daar moest gij maar over zwijgen, gij met uw parle mentaire en vrijheidstheorieën wilt hem toch maar maken tot een strooraan; gij zijt toch geen kouingsgezindenstelt u nu maar niet aan alsof gij het zijt. Weet gijlezerswie dat zeggen? Dat zeggen zij, die, wanneer de Koning van hctLoo in den Haag komt, eenige personen uit de heffe des volks opwinden om de paardën af te spannen en zelf het rijtuig naar het paleis te rijden, en die dan daarover artikelen schrijven en toasten drinken, om te doen uitkomen dat rij zulke tooneelen prachtig vin den en dat, die zoo iets walgelijk vindt, een vij and is van Oranje. Die personen koningsgezin- den? God betere het, zij weten niet wat dat woord beteekent. Zij verbeelden zich steunsels onder den troon te moeten plaatsen, en zij zijn daarmede zoo aan het haspelendat wanneer er geen anderen warener niets van terecht zoude komen. Doch het constitutioneel koningschap eischt een afzonderlijke bespreking. zelf. Wi kan erl® malen zal worden geappliceerd - van t]e (ekening te worden. De vertegenwoordiging. Hare kracht ligt in hare bekwaamheid en onafhankelijkheid. Aan bekwaamheid ontbreekt het in onze kamer te veel. veel njiddelmatigheden ii voor een met een it liberaal of

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1871 | | pagina 1