1
1
f
ZONDAG 23 FEBRUARI
N°. 191.
1873.
WEEKBLAD VOOR DE KRIMPENER-, ALBLASSER- EN LOPIKERWAARD EN OMSTREKEN.
I
r
BUITENLAND.
OVERZICHT.
De grootste tooneeldichter. bij
het Nederlindsche volk
ingeleid.
14 Feb.
pa
StlIHHHISCII COURANT
■el
Konii
keld met
ooten, Sehoonhovn.
98«/lt
96«/4
18
85»/4
dagelijks
tot ons.
nigmaal,
alle zijden aangevat als deze
Menigeen onder mijne lezers, die Shakespeare's
t b - -
namen toch* altijd met bewondering, met eer-
Ma
hij weet
andere sti
heeft hij
1093
Hl Vs
111
Maar die
die
hunne
le-
68«/4
Ö3V*
98
142
65«/4
88’/,
86
-
Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-milddag
verzonden. Prijs: voor Schoonhoven per driemaanden ƒ0,70.
Franco per post door het geheele rijk 0,80.
Sectie. 7
869. 7
3
5
7
6
6
8
3
8
S. W. N. VAN JSTOOTEJSF,
Uitg^rs.
Prys der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels ƒ0,50. Iedere
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzen
ding franco, en uiterlyk tot Zaterdags-voormiddags ten 10 ure.
IJVs
225
94
93‘/,
5
5
5
6
7
6
6
6
5
M
3
8
5
5
5
100. 5
5
3
17
917,
«H.
sp, schil, prijs f 24
goeboter 67 4 70 et»
lo; kau f 27 4 34;
jers f 12 4 14; aard-
appelen f10 412,
ja: f28,00 4 32,00
reer 200 stuks vee
n f 220 4 300, min-
■arxen f 140 4 230,
'490, nuchtere kal*
Doch het zou niet de eerste keer
it van - den nood eene deugd moest
pdenke echter één ding; groote kuust-
p eens begrepen, üok
ire’s werken niet. Zij vragen lezing
telkens schitteren nieuwe schoonheden u tegen.
De c’ 1 o
altijd de strijddie de mensch heeft te
tegen zijni
digheden
plaatst
tuks.
Jarige Zeeuwsche,
30 4 13,80, nieuwe
dito f 10,20410,70,
'omer-tarwe f 11,60
lamsche f 7,00 4 7,80,
lamsche Winter aak*
7,60, Overmaassche
gestort f 5,80 4 6,20,
smer aak maat f 6,00
etche f5,90 4 6,20,
>éder f 3,20 4 4,20,
jarige per 100 kilo
255
68»/,
66“/„
86»/„
anderen
tragische
zedelijke
doofd en
nog het
Jji
887.
89
267,
89“/»
99
73‘/,
74
9<7,
«771.
97/,
“IV,
76*7.
r half kilo; biggen
kalveren f 10 4 14.
xi. Aangevoerd: 844
m, 28 nuchtere dito,
rkens, 11 biggen en
ct., 2dequal. 75 ct;
aal. 95 ct.; schapen
voor Londen 48 tot
qual. f74 en 3de
iwsche, Flakkeesche
mindere f 10,25 4
iche f 7,00 4 7,50,
Noord-Brabantsoh»
'lakkeesche en Over-
ito mindere f 6,50 4
dito Zomer f 6,00 4
sssche zware f4,00
vormeen natuurlijkheid en frischheid van voor
stelling en inkleediug, dat die zijne stukken
aandachtig wil genieten een verscheidenheid van
genot heeft, gelijk hij het zich bijna niet.den
ken kan.
Het is waar, Shakespeare is niet altijd ge
makkelijk te begrijpenzelfs niet uit eene Ne-
derlandsche vertaling. Dat spreekt trouwens van
zelf. Daarom worde men bij de lezing niet te
spoedig moedeloos en daarom ook zal men o. i.
zeer verstandig doen Shakespeare samen, in
kleine kringen, te lezen. De een oppert een
denkbeeld, een ander verheldert het weer en
op die wijze kan veel onklaars duidelijk worden.
Daarbij heeft de heer Kok aan zijne vertaling
enkele aanteekeningen toegevoegdo. i. te wei
nig, maar wij willen gaarne gelooven, dat bij
meerdere aanteekeningen deze (vrij goedkoope)
uitgave niet mogelijk zoude zijn.
Wij raden dus onzen lezers de lezing van
Shakespeare met aandrang aan en uiten in stilte
den wensch, dat wij nog eens een stuk van
Shakespeare op het Nederlandsch tooneel mogen
zien. Wanneer het publiek bij de opvoering van
die stukken eenmaal den schouwburg vult, dan
zal daarin de grootste lof gelegen zijn voor de
acteurs en voor het publiek.
'Nadat in Spanje het gewichtige staatkun
dige feit had plaats gehad, waarvan in het
vorig overzicht melding werd gemaakt, is men
aan het zoeken gegaan wat de onmiddellijke re
den kon zijn, die den Koning bewogen bad van de
regeenng afstand te doen. Zoo wil met dat
het laatste Ministerie, gedeeltellijk uit republi
keinen samengesteld, den Koning zou gecon
trarieerd hebben, door de benoeming van ze
keren Hidalgodie noch bij den Koning noch
bij het leger hoog aangeschreven stondtot eene
gewichtige militaire betrekking, welke benoeming
nog meer beteekenis verkreeg, toen de Cortes,
naar aanleiding daarvan, een votum van ver
trouwen in de regeering uitbracht.
Anderen meenen de reden te moeten zoeken
in kuiperijen der conservatieve partijdie den
Koning trachtte over te halen zich van het
radicale ministerie te ontslaan, door de onder-
teekening van een besluit te weigeren en zoo
doende eene crisis uit te lokken. De ontdek
king van dezen toeleg zou de vijandschap der
Ministers hebben gaande gemaakt.
De waardige en besliste toon van de bood
schap waarmede Amedeus zijn besluit aan de
Cortes mededeelde, bewijst evenwel genoegzaam
dat dit niet overhaast genomen was, doch eerst
langzaam tot rijpheid kwam eu alleen zijne
aanleiding vindt in den hopeloozen toestand des
lands.
Zoo vol moed en vertrouwen hij de kroon
van Spauje heeft aanvaard, zoo vurig hij het
geluk en den voorspoed van dat land begeerd
heeft en getracht die te bevorderen, zoozeer
heeft de ondervinding hem geleerd dat, wilde
hij binnen de grenzen blijven der constitutie,
waarop hij den eed van getrouwheid had afgelegd,
al de pogingen om dat doel te bereiken vruch
teloos warenen buiten de grenzen der con
stitutie wilde hij niet gaan.
Geen wonder dat de Nationale Vergadering,
zooals Cortes en Senaat vereenigd zich thans
noemen, in haar antwoord op die boodschap,
even als de meeste dagbladen, hulde brengen
aan dien zeldzamen constitutioueelen zin van den
Vorst en zich van alle hatelijke uitdrukkingen
onthouden.
De proclamatie der republiek, die, zooals de
Castelar in zijne circulaire aan de Buitenlandsche
mogendheden zegt, het gevolg is van kalm over
leg en de beste waarborgen aanbiedt voor de
wordt door handhaving der maatschappelijke orde, is zonder
ernstige rustverstoring afgeloopen, Hier en daar
hadden demonstraties plaatszelfs beproefde itfen
Onlangs schreef een der medewerkers van dit
blad een artikel over «Ons Tooneel.”
Zijn wenschen voor de goede ontwikkeling van
het Nederlandsch tooneel zullen de meeste onzer
hem wel hebben nagezegd.
De beschavende kracht van het tooneel kan
men niet te licht overschatten. En daarmede
bedoelen wij nu niet alleen zelfs niet in de
eerste plaats, dat het tooneel is de leerschool,
de acteur de leermeester, die in levenswijsheid
en deugd aanschouwelijk onderricht geeft.
Bovenaan stellen wij den invloed der kunst;
der kunst van den tooneeldichter, den koning
der poëtenin de eerste plaats, en dan der kunst
van den tooneelspelerdie bij den troon van den
dichter het naast staat.
Wie kan met den dichter worden medege
voerd in de reine sfeeren van zijn idealisme,
wie met hem afdalen in de diepe schatkamers
der menschelijke natuur, wie de stoutheid zijner
fantasie bewonderen en de teedere snaren van
zijn gemoed hooren trillenzonder door dat
verhevene te worden aangegrependoor dat tee
dere te worden geroerd Wie. kan van den too
neelspeler de diepe opvattingende fijiie vormen
de kunstlievende toewijding aanschouwen zon
der bij het zien van zooveel edels, een korten
tijd althansde onedele dingen te vergeten. De
kunst van den dichter wordt ons begrijpelijk
door de kunst van den acteur, en de kunst van
den acteur wordt te edelernaarmate de dichter
dien hij vertolkt, hooger staat.
Voorts werkt de kunst op het tooneel in den
ruimsten kring. De man van de schellingsp laats
kan er even goed het zijne van genieten als de
heer in de loge. Hebben zij eenmaal hunne
plaatsen in den schouwburg ingenomendan ligt
hetzelfde tooneel voor beiden open.
Op dien veredelenden beschavenden invloed
der kunst, volgt dan nog de invloed van het
geen we zien opvoeren voor ons gemoedver
stand en leven. Niet, alsof de dichter een zede-
meester heeft willen zijn I O neen hij heeft
gedicht, alleen omdat bijdichter is.
beelden die hij voor ons doet optreden
levende wezens met hunne hartstochten
zwakheden en hunne deugdenmet hunnen
vensstrijd, zooals die in het werkelijk leven
J~—,;;ks gestreden wordt, die beelden spreken
i. In hen spiegelen wij ons zelven me-
v en in den schouwburg kunnen alzoo
onze hartstochten gezuiverdonze zwakheid ge
sterkt, onze deugden geheiligd worden.
Dat alles ben ik met den geachten medewerker
volkomen eens eu het spreekt van zelf, dat ik
•ven als hij een afkeer heb van die spectakel-
en kermisstukken, welker kunstwaarde nul is,
welke den goeden smaak bederven onedele harts
tochten opwekken in plaats van edeleons me
nigmaal beneden de werkelijkheid doen dalen,
in plaats van er ons boven te verbeffen.
Het is jammer, dat onze nationale tooneel-
poëzie zoo weinig bloeit. Maar het is niet an
ders. Wij moeten in den vreemde ter markt.
Goed oek. Ware kunst behoort aan de geheele
menschheid. Mits wij zorgen op die markt geen
slechte waar te koopen.
En er is heerlijke waar te krijgen. Goede ver
talingen ontsluiten menige schatkamer van bui-
tenlandsche tooneellitteratuur ook voor hen, die
zich het genoegen niet kunnen gunnen, om die
litteratuur in het oorspronkelijke te genieten.
Ook aan den grootsten tooneeldichter, dien
de geschiedenis kent, aan William Shakespeare,
heeft een uitstekend kenner zijner werken de
heer A. S. Kok, van Roermond, zich voor bet
leveren eener Nederlandsche vertaling gewaagd.
Reeds vroeger had hij enkele stukken in onze
ov. 5
Aug. 5
uli. 5
)ct. 5
1860.
64. t
te Barcelona de gruwelen van de Parijsche com
mune te herhalen, doch die bewegingen waren
spoedig onderdrukt. De laatste berichten maken
echter van andere gebeurtenissen gewag, die
voor de republiek gevaarlijker kunnen rijn. De
conservatieve partij n.l. heeft, bij monde van hare
meest begaafde hoofdenverklaard slechts zeer
voorwaaraelijk met de tegenwoordige orde van
zaken genoegen te nemen. Zij kent alleen aan
eene nieuwgezozen vergadering het recht toe-, over
den definitieven regeeringsvorm te beslissenen
eischt daarom dat zoo spoedig mogelijk de nieuwe
verkiezingen zullen plaats hebben. Ook zou in
Biscave een opstand zijn uitgebroken.
Gelijk hare voorgangers heeft ook de tegen
woordige regeerwg de leiding der expeditie tegen
de Carlisten aan een nieuwen bevelhebber op
gedragen. Zij is voornemens kwijtschelding van
alle straf toe te staan aan ben, die binnen 14 dagen
de wapenen neerleggen doch het is niet waar
schijnlijk dat Don Carlos, nu vooral, zijn zaak
zoo licht gewonnen zal geven, te meer daar de
stemming van het leger alles behalve ten gunste
der republiek is.
Ofschoon, naar het scheen, de Pruisische
regeering liever het schandaalWagener, be
treffende de spoorwegconcessiën, had gesmoord,
heeft zij toch moeten toegeven aan den drang
der leden van den Landdag, en zelve het initi
atief tot een onderzoek van deze zaak genomen
dat zal worden opgedragen aan eene commissie van
9 ledenwaarvan 5 door de regeering2 door den
Landdag en 2 door bet Heerenhuis zullen geko
zen worden.
In Straatsburg is de politie op bet spoor ge
komen van eene vereeniging, die zich ten doel
stelde Elzasser kinderen naar Frankrijk te
lokken en aldaar tot hunne meetóerjarigheid op
te voeden.
In de verhouding tusschen de commissie nit
de Nationale vergadering van laatstgenoemd land
en den president is eene gunstige verandering
gekomen. Ter elfder ure heeft de commissie
zich vereenigd met een nieuw voorstel van den
Minister Dufaure, luidende: nDe vergadering
regeltvóór dat zij uiteengaatde organisatie
en de wijze van overdracht van het Wetgevend
en Uitvoerend gezagde samenstelling en de be
voegdheid der Eerste Kamer en maakt eene nieuwe
kieswet”met de bepaling dat de regeering ont
werpen tot regeling van een en ander zal aanbieden.
Deze toenadering heeft algemeen een zeer gun-
stigen indruk teweeggebracht.
De poging van generaal Dutemple, om de
quaestie van de opheffing der geestelijke orden
te Rome in de Nationale vergadering over te
brengeniseven als de toeleg van de uiterste
rechterzijde, om den algemeen geachten voor
zitter den heer Grevy, te doen vallen mislukt.
De Engeleohe regeering heeft niet lang
gewacht met de indiening der in de troonrede
toegezegde wetsontwerpen.
Het belangrijkste is dat tot reorganisatie vau
het Hooger ouderwijs in Ierland, bepaaldelijk
van de Hoogeschool te Dublin. Door uitslui
ting van het vak der Godgeleerdheid en oenige
aanverwante vakken, en door het verbod aan
de professoren om de godsdienstige meeningen
van hunne leerlingen te kwetsen wil mente
genover het protestantsche Trinity-college, eene
inrichting in bet leven roepen, die toegankelijk
is voor alle geloofsbelijdenissen.
Ook in Oostenrijk is een belangrijk ont
werp door de regeering aan de orde gesteld,
n.l. de lang verwachte kieswet voor leden van
den Rijksdag, die dan niet langer door de ver
schillende Landdagen, maar door rechtstreeksche
verkiezingen zullen benoemd worden. De Pool-
sche afgevaardigden, die vroeger reeds tegen kies-
wethervorming protesteerden, hebben na de in
diening geweigerd langer zitting te hemen.
De Zwitsarsohe Bondsraad heeft pastoor
Mermillod, die weigerde het verbod tot waar
neming van het Apostolisch Vicariaat te Genève
nr.
H 66f/’,
.8
.8 I
3 I
8
3
1816. 5 I
5
o 1
5
1000. 5 I
1000. 5 I
leen. 4j 8®V.
4
3
)0. f
groote worstelperk, dat het menschelijk
de borst
in zijne
zich de vl eugelen lam
digheden i
nigmaal de Bondgenooten
van c”
van die
ling
den i
derlai
bezittenuw up zoo noogen irap staan
zij Shakeslpeare’s wérken kunnen vertolken
Doch
ons dan
l %IJU
Het is
taal overgezet. Thans heeft hij de zwaremaar
schoone jen dankbare taak aanvaardom in
afleveringen eene vertaling van al de werken
van Shakespeare het licht te doen zien.
//Shakespeare arbeidde niet enkel voor zijne tijd-
geuooten 1 maar voor alle volgende geslachten”;—
deze woorden deed de heer Kok drukken boven
het titelvignetaan het hoofd der eerste afle
vering.
Voor alle volgende geslachten.
Ook voor onze eeuw.
Niet enkel voor zijne tijdgenooten. Zijn leven
valt tusschen de jaren 1564 en 1616 op deu
gezonden van vrijheidszin doortrokken bodem
van Engeland in een tijdperkwaarin op bijna
elk gebied nieuwe gedachten zich banen braken
onder de iroemrijke regeering van koningin Eli
sabeth in een tijd alzootoen Engeland alle
voor waarden bezat voor eene flinke ontwikkeling
van nationale kracht en natioualen geest.
Doch wanneer Shakespeare’s tijd den dichter
in eene atmosfeer deed levenwaarin zijne Muze
frisch kunde ademen, zijn genie reikte ver over
zijn tijd,ja over alle tijden heen, omdat zijn
genie de gansche menschenwereld en het gan-.
sche mensichenleven omvatte, gelijk deze altijd
zullen zijh.
Niet e0n heeft van de veelzijdige natuur des
meuschen zoo
dichter.
Menigeen unucr mijne lezers, uie onnacapcurc s
treurspelen zelf niet gelezen heeft, heeft hunne
namen toch* altijd met bewondering, met eer
biedige wnardeering hooren noemen. Hamlet,
icbeth, Othello, Konig Lear, Romeo en Julia,
wel niet, wat van deze en zoovele
Lukken de schoonheden zijn, maar toch
een voorgevoel, dat ze onmeteiijk
schoon mieten zijn.
Wij falen hun aan ze ter hand te nemen.
Wij hebben eene stille hoop, dat de verta-
van len heer Kok, Shakespeare’s werken
weg zal banen naar ons tooneel, dat Ne-
md toonen mag ook acteurs en actrices te
die op zoo hoogen trap staan, dat
;slpeare’s wérken kunnen vertolken,
nu wij zoover nog niet zijn, laten wij
pehelpen met lezen. Het is wel niet
bet ware, want ze zijn geschreven om te wor
den vertoond. D
wezendat
worden gemaakt.
Men
productenl worden niet op
8hakespear~’“ ~:_1
en herlezing. Maar zij loonen de moeite,
doorloopende gedachte in het treurspel is
j_ L— voeren
ie hartstochten en tegen de omstan-
van zijn leven. In dien strijd ver-
a ons de dichter en voor zijne strijdende
helden boezemt hij ons het verhevene mede
lijden in, hetwelk ieder toeschouwer bij het
*"*C leven
is, gevoelen moet, wanneer hem een hart in
klopt. De hartstocht heeft den held
macht. Dikwijls slaat hij daartegen
- i en de uitwendige omstan-
van zijn leven zijn dan nog zoo me-
i van dien hartstocht,
die zinnelijke zijde der menschelijke natuur,
die ondeugd of hoe gij het noemen wilt.
Na al d*t worstelen komt eindelijk het droevig
einde, ds.t niet wegblijven kon, waarin de held
onverbiddelijk wordt neergestort en met hem
gorden medegesleept. En door al dat
i heen ziet ge steeds de flikkering der
natuurwelke nooit geheel wordt ge-
i waarvan zelfs bij het droevig einde
schijnsel te zien is.
l)ie gedachte van het treurspel nu wordt door
Shakespeare in zijne talrijke stukken ontwik
keld met een verscheidenheid van inhoud eu