:T
ut
4>7.
ïty,
icliil, prijf f 22 i
ilo; hennepzaad
boter 45 a 48 ct.
koeien f 870 4
o, nuoUen kal-
a 32 ct., over-
!0; aardappelen
aardappelen f9
pen ter Markt,
ird 95 partijea,
N°. 208.
ZONDAG 22 JDNL
J
WEEKBLAD VOOR DE KRIMPENER-, ALBLASSER- EN LOPIKERWAaRD EN OMSTREKEN.
s I»:/..
s
•J‘
Na de verkiezingen.
BUITENLAND.
0V1HZICHT.
stmiinuscn coinn
99
en
dan ook voor,
Prijs der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels 0,50. Iedere
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzen
ding franco, en uiterlijk tot Zaterdags-voormiddag^ ten 10 ura
ie. 7
7
3
5
f
6
Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag
verzonden. Prijs: voor Schoonhoven per driemaanden ƒ0,70.
Franco per post door het geheel# ryk 0,80.
wel
de
men
be Flakkeeache
adert fïl,75 i
f 7,90 i 9,80,
ord-Brabautache
eescbe en Over-
f 6,80 k 7,70.
e swan f5,30
■er 2100 k.
0 ataks vee.
k 300, miadere
HiwMS!
tifo, overtoo-
weken f7il4
a 1,15 het kilo.
Nieuwe puike
soke f 11.80 i
“ge ea blauwe
he f 7,6048,10,
ie Wiutee zak-
OvezmaaMcbe
Viaamache en
7,20, gestort
I 4,50 4 5,00,
SdtMuhavu,
3
3
3
3
16. 5
5
5
5
)0. 5
)0. u
>n. 4J 91»/,
.4 78%
.8
f
5
Kf‘
6
6
6
5
3
s
5
5
5
5
3
8. W. N. VAN NOOTEN,
Uitf^anL
94
67
»S8«/,
151
JS
98«/J
99’/,
saA/.
293'/,
95./,
95
1029
Hl
SB
93>/,
32
33</,
91%
105
«V.
36
Oa M.5 pttiilo.
üo; magere dito
i 26 ot. per half
;en f 1,70 k 1,75
ohtere kalveren
ocrd: 843 run-
nuchtere dito,
en 167 biggen.
idequah 80ct.i
85 ct.schapen
Londen 584 54
In een onzer vorige artikelen spraken wij van
het eentoonig getik der verkiezingsklok. Wij
beweerden toendat ook de verkiezingstijdper-
ken in de laatste- jaren elkaar met eentoonige
regelmatigheid hebben opgevolgdzonder in de
physionomie van ons parlement eenige noemens-
waardige verandering te brengen.
Na de verkiezing van 1873 zal waarschijnlijk
hetzelfde moeten worden herhaald. Een eindoor
deel evenwel is vóór den afloop der herkiezingen
niet uit te spreken omdat het meermalen ge
zien isdat eéne bijzondere persoonlijkheid eenen
invloed heeft uitgeoefenddie dé in het parle
ment werkende krachten samendreef naar een
ander puntdat tot dien tijd toe meer op den
achtergrond had gestaan.
Toch heeft de afloop van den verkiezingsstrijd
reeds nu voor enkele opmerk-ngen stof gelaten.
Gewonnen, rechtstreeks en dadelijk gewonnen
heeft alleen de clericaal-katholieke partij. In
Limburg heeft zij twee, van haar standpunt
beschouwd, slecht bezette zetels door twee trouwe
aanhangers doen innemen. In Brabant heeft de
heer Bots het vdd moeten ruimen voor iemand
die voor getrouwheid aan de bevelen der leiders
betere waarborgen schijnt aan te bieden. Maar
zij heeft slechts gewonnen in de twee provinciën
welke geheel Nederland rreds sinds lang gewoon
is als vhare provinciën” te beschouwen. Zij heeft
die twee forten beter gewapend van beter gedis
ciplineerde manschappen voorzien maar zij heeft
hare stellingen niet verder in het land vooruit
geschoven. Of zij in hare nieuwe vertegenwoor
digers eene eminente persoonlijkheid heelt afge
vaardigd die ook buiten den kring der partij
invloed zal uitoefenen meer dan men van de
tegenwoordige katholieke leden gewend is, zal
moeten blijken. Wat het aantal zetels betreft,
heeft zij thans baar hoogste bedrag bereikt. Wie
met baar rekening moet honden, weet thans
juiat wat hij aan haar heeft en gedurende ge-
ruimen tijd uan haar hebben zal. Voor haar
?eive komt het er niet meer op aan om te
over winnen, maar om van de behaalde overwin
ning partij te trekken.
Van directe winst kan geene der andere par
tijen spreken.
Morëele winst of verlies is eene andere vraag.
De liberale partij heeft niet te klagen. Één
zetel zal zij waarschijnlijk wel verhezen, want
wij vermoeden, dat te Almelo de heer Insinger
bij de herkiezing de meerderheid erlangen zal.
Voor het overige zijn hare plaatsen alle weer
door dezelfde mannen bezetsoms bij zeer zwa-
ren strijdzooals te Arnhem. Te Dockum
waar de liberale afgevaardigde had bedankt
komt, ten gevolge eener onderlinge verdeeldheid
een der twee nieuwe candidaten in herstemming
zijne overwinning is niet twijfelachtigevenmin
als de overwinning van den heer Jolles te Am
sterdam. lu twee districten, waar tot dusver de
anti-liberale candidaat dadelijk de zege wegdroeg
(Leiden en Delft) heeft zij de voldoening ge
smaakt, dat diecandidaten tegen de harem her
stemming komen.
Zij heeft dus reden om voldaan te wezen.
Ook nu weer is het geblekendat zijdie hare
candidaten meestal met groote meerderheid zag
herkiezenaltijd nog in getalsterkte de krach
tigste partij is en op den duur de eenig mo
gelijke regeeringspartij. Want bet gaat niet aan,
om met het Dagblad van 's Gravenhage alle uit
gebrachte stemmen bijeen te tellen en omdat het
totaal der op anti-liberalen uitgebrachte stemmen
iets grooter is dan dat der stemmenwelke aan
de liberalen zijn toegekomen (deze laatste bedra
gen ongeveer 41 percent) daaruit het besluit te
trekken dat de liberale partij bij de kiezers de
minste sympathie vindtdat zij eigenlijk geen
recht heeft om regeeringspartij te wezen. Menig
een zoude zich door zoodanige redenoenng uit
die cijfers laten misleiden. Toch is zij geheel
onjuist en worden twee zaken voorbijgezien.
Vooreerst is het bekend, dat de liberale kie
zers niet bet best opkomen dat b. v. in de
provincie Groningen waar nooit een andere dan
een liberale candidaat kans van slagen heeft
slechts enkele honderden kiezers hunne stem uit
brengen en dat b. v. in de Limburgsche en Bra-
bantsche districten het getal stemmenden, in ver
houding tot het getal stemgerechtigdenzeer
aanzienlijk is. Daar waar de liberalen niet veel
tegenstand hebben te vreezenzijn zij slap in
het vervullen van den kiezersplicht.
Maar in de tweede plaats wordt voorbij ge
zien dat al wijzen ook de genoemde cijfers de
juiste verhouding der liberale en der anti-libe
rale kiezers aan, hetgeen wij ontkennen, daar
mede ten nadeele der liberale partij als regee
ringspartij niets gezegd is.
Immers al die anti-bberale kiezers zijn wel
anti-liberaal in zooyer als zij alle tegen de libe
ralen oppositie voerenmaar indien zij eens tot
regeeren geroepen werdenzoude men zien, hoe
zeer zij uiteen loopen. Daar is eene kunstwelke
men noemt de kunst om cijfers te groepeeren.
Menigeen is door haar reeds op een dwaalspoor
gebracht. Men vergelijke dus eeus de stemmen
der liberale partij met die van ieder der anti
liberale partijen afzonderlijk en de redenee-
ring van bet Dagblad zal in al hare naaktheid
en ongegrondheid uitkomen.
De liberale partij heeft dus ook bij dezen strijd
weder hare macht getoond. Maarnergens heelt
zij hare aftredende leden tegen nieuwe verwis
seld, nergens heeft zij nieuw bloed in het par
lement gebracht (behalve te Dockum, waar het
aftredend lid bedankt had.) Dit zal menigeen
merkwaardig noemen die zich herinnert hoe in
den laats ten tijd, juist in de liberale organen,
op zoodanige verfrissching werd aangedrongen,
'loch is dit niet te verwonderen. Immers te
recht is ergens opgemerkt, dat de publieke
opinie haren invloed in het practische leven,
slechts langzaam gevoelen doet, en vooral is dit
waar, indien er, zooals natuurlijk in dit geval,
personeiiquaesties mede gemoeid zijn. Het be
wustzijn van de noodzakelijkheid eener vernieu
wing van vele krachten is eerst sterk begonnen te
ontwaken na de verwerping van het wetsontwerp
der rechterlijke organistie, dus zeer kort voor de
verkiezingen. Dat bewustzijn heeft nog den tijd
niet gehad, diep genoeg door te dringen. Men
wil nog eens afwachten en dan later zien.
Tegenover de liberale partij maakt zeker de
conservatieve al een zeer droevig figuur. Wij
bedoelen natuurlijk die conservatieve partij, welke
misschien beter als de dagbladpartij bekend is,
niet de conservatievegelijk wij die in een con-
stitutioneelen staat zouden wenaeben, maar de
conservatieve gelijk zij, vooral sinds de jaren
18661868, zich als oppositiepartij heelt doen
kennen.
Wat was haar lot?
Overal waar zij hare plaatsen behield, ge
schiedde dit door samenwerking met de Katho
lieken. Daar, waar deze laatsten zich van haar
afscheidden, werd zij belachelijk, door het be-
spottelijk gering aantal aan stemmen, waarover
zij te beschikken had. Men denke aan Botter
dam, waar hare beide candidaten 30 en 32 stem
men verwierven. In de residentie bracht zij
is waar Graaf Schimmelpeamnek weder in
Kamer, maar in de residentie, dit weet r.__,
is iedere conservatieve candidaat van de over
winning zeker. Ieder ander zoude het er even
roemrijk hebben afgebracht ais deze Oud-Mi-
nisler. In Arnhem heeft zij den heer Du Hert
niet kunnen verwijderen, in Zutfen den heer
Lenting evenmin.
Wat echter veel meer zegt, in Delft, Go-
rinchem en Gouda heeft zij haar candidaten,
de eerste mannen uit hare gelederenin her
stemming gebracht moeten zienin Delft zelfs
tegen een liberaal.
Maar in Gorinchem en Gouda?
Thans it het gebleken, hoe vatt zij altij
beleid, waarin zij met ons programma mede
gast, b. v. in zake de koloniale politiek.
Aan den anderen kant is het ook waar, dat
de sympathie der «'conservatieven” voor dat opsp-
baar onderwijs ook niet buiten verdenking is,
vooral niet, nu zij deze steunen en moeten steu
nen indien zij nog eenige kracht willen behouden
op de clericaal-catnolieken.
Ook dit is gevaarlijk. En dan ié bet zeker,
dat een paar krachtige woordvoerders der anti
revolutionairen in plaats van twee conservatieven
den parlementairen toestand veel zuiverder zou
den maken, dat zij’, mannen van beginselen
als zij zijn, de liberalen niet zouden bestrijden
quand- inêine en dat zij door hunne aanvallen
tegen de neutrale schoolmisschien juist meer sa
menwerking der verschillende liberalen en beweging
tot eene verheffing en verbetering van het openbaar
onderwijs zouden in het leven roepen. Misschien
ook zouden zij door het luide uitspraken hunner
strenge eischen de onderwijsquaestie nog eens aan
de orde brengenze nog eens geheel doen overzien
en ze voor goed doen beslissen.
Misschien zoude dat alles gebeuren. En zoo
het geschiedde, zouden wij ons later verheugen,
dat de antirevolutionaire heeren waren gekozen.
Misschien echter ook zoude de bom anders
springen.
Ieder gemoedelijk kiezer overwege deze op
merkingen bij zich zelven en beslisse dan wat hij
doen zal. Hij overlegge met geest verwan tea
vooral overlegge hij ernstig.
Wij voor ons zouden ons liever onthouden.
Als algemeenen regel voor gevallen als dit,
stellen wij zoodanige onthouding uiet. Hat
konde wezendat op het oogenblik eene groote
zaak aan de orde was, eene zaak waarin con
servatieven en antirevolutionairen tegen elkaar
overstonden en waarin wij het met de eene partij
eens waren. Dan zouden wij alle andere pun
ten van verschil willen voorbijzien om die eene
groote, alles beheerschende quaestie in onzen
zin beslist te krijgen. Thans is er echter zoo
danige quaestie niet en kan zoodanige overweging
onze keuze niet leiden.
Daarom zouden wij ons thans liever onthouden.
Wie der twee vijanden de sterkste is, moge over
winnen. Door met geen van beiden mede te
werken zullen wij wel geenen invloed oefenen
□aar buiten, maar in onzen eigen boezem onze
beginselen het zuiverst bewaren.
Dit is onze meening. Wij hebben haar aan
onze lezers niet willen onthouden.
Meenen zij wegens de tegenwoordige politieke
omstandigheden anders te moeten handelen, wij
zullen hen daarom niet van trouweloosheid be
schuldigen, indien zij maar hunne beslissing
nemen na ernstig overleg en met zuivere, eer
lijke bedoelingen, uit overwegingen betreffende
het belang des lands.
AI vereenigde de meerderheid van de Natio
nale vergadering van Frankrijk zich niet
met het voorstel om een afkeurend votum uit
te brengen over de beruchte circulaire aan de
prefecten, het omkoopen van dagbladen ten
doel hebbende, de algemeene indruk daardoor
in het land te weeg gebracht is alles behalve
gunstig voor de regeermg. Eenigszins in strijd
met de verklaring van den Minister Beulé, dat
hij de volle verantwoordelijkheid voor die cir
culaire op zich nam, kondigde het Journal
officïel, daags na de interpellatie van .Gambetta
op die zaak betrekking hebbende, het ontslag
aan van den Onder Secretaris bij het Ministerie
van Binnenlandsche zaken, door wien het
stuk was onderteekend. Dat ontslag, natuur
lijk op verzoek van den titularis, bewijst ge
noeg hoe de Minister met zijne positie verle
gen was.
Jt Ligt voor de hand dat van de aanschrijving
zelveter kwader ure aan de openbaarheid prijs
gegeven, weinig gevolg te wachten was. Om
aan de kerkelijke partijen heeft gehangen. Eéne
slechts heeft haar daar thans losgelaten. Had
ook de andere het gedaan, wie weet hoe man
nen ah Heemskerk en de Brauw dan uit de
bus zouden zijn gekomen I
De anti-revolutionairen zijn ib die beide dis
tricten en ook elders consequent geweest. Zij
hebben begrepen dat, om kracht te erlangen,
het zaak is alle valsche steunsels weg te werpen
de eigen krachten te beproeven en te meten.
Zij heeft succes gehad, groot succes. Tot
dusver door haar niet bezette plaatsen heeft
zij nog wel niet veroverd, maar zij is, over
het geheele land genomeugebleken krach
tiger te zijn, dan eene der andere anti-liberale
partijen het geweest is. Zij kan thans, waar en
wanneer ook, op haren grooten aanhang onder
het kiezerspersoneel wijzen en behoeft zich niet
weder te laten afschepen met het gezegde, dat
hare sterkte niet te beoordeelen is, omdat zij
bondgenooten onder hetzelfde vaandel had ver-
eenigd, of wel zich zelve onder de vlag van
anderen had geschaard.
Twee goede kansen echter heeft zij nog, in
de districten Gouda en Gorkumvooral in het
laatste.
Die herstemming moet in dit blad even wor
den besproken.
De liberalen in deze districten zieu zich in
een wonderlijken, in een voor hen zeer vreem
den toestand geplaatst. Zij kannen bij de her
stemmingen het overwicht geven. Dat is zeker.
Maar zij zijn het met gewend te moeten kiezen
tusschen twee vijanden. Dikwijls hebben zij
eene of andere anti liberale partij in soortgelijke
positie gezien, en daarbij aan deze allerlei raad
gegeven. Thans moeten zij zich zelven raden.
Wat te doen?
De beantwoording dier vraag is niet gemak
kelijk, vooral niet wanneer men weet, dat de
keuze die men doet zonder twijfel beslissend
zal wezen voor den uitslag.
Dat wij de verkiezing der heeren Heemskerk
eu de Brauw niet wenseben, behoeven wij niet
te herhalen. De oppositie der zoogenaamd con
servatieve partij in de Kamer, van welke de heer
Heemskerk on tegenzeggelijk het eminente hoofd
is, achten wij voor den goeden gang onzer parle
mentaire instellingen zoo verderfelijk, dat wij
u et volle overtuiging de verkiezing van twee
leden dier partij hebben ontraden. Deze con
servatieve partij, welke, wanneer wij haar be
schouwen van alle valsche aanhangsels ontdaan,
iu het land dood is, kunnen wij niet wenschen
dat m de Kamer voortleve.
Zeer natuurlijk komt het ons dan ook voor,
dat de eerste gedachte die bij de liberale kiezers
opkomt deze ia: laat ons liever Teding van
Berkhout en Dr. Kuijper stemmen, dan die
conservatieven, die aan ons parlementair leven
der laatste jaren zooveel kwaad hebben gedaan.
Men zij echter op zijne hoede. Men late zich
vooral niet leiden door de gedachte aan het
nemen van wraak. Die gedachte is onedel. Eene
gezonde politieke partij mag hare handelingen
door zoodanige gedachten niet laten beheerschen.
Dan zoude de partij zich zelve zedelijk eene
wonde toebrengenvan veel nadeeliger gevolgen
dan de verkiezing van eenen tegenstander. De
liberalen hebben het lot der conservatieve candi-
dateu in handen, maar juiat bij dat gevoel van
macht mogen zij zich hoeden voor de verleiding
van //het zoete der wraak.”
Bovendien, de antirevolutionaire partij is ook
hun tegenstander. Met haar kerkelijk karak
ter kan eeue zuiver staatkundige partij zich
nooit vereenigeu. Hare vijandschap tegen de
neutrale volksschool, haar streven om bet open
baar volksonderwijs te doen vervallen, in plaats
van het te verbeteren en uit den vervaHen toestand,
waarin het op vele plaatsen verkeertop te hef
fen, heeft tusschen baar en ons eene niet te
dempen kluve gegraven.
Dit zie men met voorbij, al boude men ook
een open oog voor de vele punten van staats-