1874. F. 287. ZONDAG 13 DECEMBER EN LOPIKERWAARl) EN OMSTREKEN. Liberalen en antirevolutionairen. «7.. >*»7, 79 »»7u ««V. MS 190 '00 7. 1007. WEEKBLAD VOOR DE KRIMPENER-, ALBL^SER- BERICHT. "«7. BUITENLAND. OVSUZICHT. 41 w 0> ge westelijke be- 60 r. I' 100‘/, 1042 107 84% 18% 15 92% 58 23% 80% 26% 9. Ie.100. l°l% 94% 82% 71 305 7 295 «w. 61% W/a 6o‘/, 584 142 7, iber. per l 1 et. 29 CU kalfki het menschelijk geweten, ziet D«c. 877. 167. U'7.. ‘00 7. SCBOONHOVENSCHE COURANT .ƒ//.- -r. Deze Courant wordt geregeld iederen Zaterdag-middag ^wionden. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden ƒ0,70. o Franco per,post door het geheel® rijk 0,80. t «S. W. N. VAX NOOTEN, üitgtvers. «cbelijke rede en Prijs der AdvertentiênVan 1 tot .5 regels 0,50. Iedere regel meer ƒ0,10. Groote lettere naar plaatsruimte. Inud- ding franco, en uiteriijk tot' Zaterdags-roormiddags ten 10 ure. D«IE MAAL w»«fr «n-t—F word.» TWEE MAAL u. f*—?*»- Tengevolge van het Kersfeest zal de Schoonhovensche Courant, in plaats van op Zaterdag 26 December a. s., op DON DERDAG 24 December, des avonds worden verzonden. S. W. N. VAN NOOTEN. —Nov. 5 r.—Aug. 5 .—Juli. 5 Oct. 5 00, 1860. 1864. r .5 5 5 6 7 6 6 6 5 4| 3 3 landed. 5 5 5 ?5 .st. 100. 5 isk. 1007. 90 Het moet eene verademing geweest zijn voor de geheele politieke pers in Frankrijk, toen eindelijk na de lange vacantie der Nationale vergadering, de regeénng voor het eerst weder door eene boodschap met'de natie in recht- streeksche aanraking kwam. De meest uiteen- loopende geruchten omtrent de plannen der re- geenng en ophanden zijnde kabinetswijzigingen, voor een goed deel alleen vindingen van wanho pige dagbladschrijvers, waren ui omloop; de boodschap zou in ailes opheldering geven. Of zij het werkelijk deed? Wat men had moged verwachten, u. 1. dat de président met den noodigen nadruk had aange-, drongen op de eindelijke regeling van zijne volmachten, gebeurde niet. Slechts ter loops werd hierover gewag gemaakt; elke juiste aan duiding van hetgeen verlangd werd ontbrak. De eenige vastheid die Frankrijk op dit oogen- blik bezit is het zevenjarig bewind van Mac- Mahon, dat, zooals hij het m zijn boodschap uitdrukie, hem is opgedragen m het belang van vrede en orde en dat hij tot den laatsten dag toe zal weten te handhaven. Wel verze kert men dat in eene nieuwe boodschap met het begin van het volgeude jaar, meer bijzonder op ,de daarstelling eener constitutie zal worden aangedrongen, doch dit is slechts een gerucht. Vrij zeker is het dat, voor zooveel dit van de regeering afhangt, ook gedurende deze zitting weinig haast met de constitutionele ontwerpen zal worden gemaakt. Overigens iieeft de boodschap niets dan goed§ te melden. Handel en nijverheid herleven; de oogst was buitengewoon goedorde en vrede wer den in het binnenland gehandhaafdde betrek- .kingen met het buitenland zijn van vredelieven de!! en vriendschappelijken aard en door dit een en ander is het de regeering mogelijk te streven naar het herstellen van het evenwicht in ’s lands financiën. De indruk, dien de woorden vau den maarschalk-president gemaakt hebben, is over ’t algemeen gunstig. De uiterstenle gitimisten ep radwajmi.uitgezonderd, trachten ieder de woorden vah Mac-Mahon in het voordeel zijner partij uit te leggen. Staan hierdoor de kansen der regeering al Vrij g unstigdit is nog meer het,'geval, nu er weder sprtke van is, dat de beide centrum-partijen het te langen laatste eens zullen worden ten opzichte van de te volgen gedragslijn. De Nationale vergadering houdt zichiniusschen bezig met de behandeling van een wetsontwerp, blijkens de toelichting ten doorhebbende de vrij heid vau het onderwijs beter te verzekeren doch in werkelijkheid strekkende om dat on derwijs meer omjer den invloed der Jesuieten te plaatsen. Wat opmerking verdient ie, dat.bij de beraadslaging over ditonderwerp de uiter sten elkasr ontmoettenzoowel Laboulaye als Bisschop Dupanloup verdedigden het outwerp. Dit zal zeker niet het geval zijn, wanneer be slist zal worden over het voorstel van den af gevaardigde Turquet, die de republiek als definitieven regeenngsvorm wil organiseeren. Eerst di;zer dagen is door de regeering het antwoord verzonden op de bekende Spaansche nota. Met groote gematigdheid maar niettemin met nadruk worden daarin alle beschuldigingen van bevoorrechting der Carlisten wederleg^ en onverholen sympathie uitgesproken met het liberale Spanje. Veel waaide heeft die verklaring voort! op het oogenblik, dat Serrano alle strijdkrachten des lands bijeenbrengt om eeüfe uiterste poging te wagen tot onderdrukking van den burgeroorlog. Hij heeft zelf het opperbevel aanvaard en zal de Carlisten in Navarre aantasten terwijl generaal Lomo zich uaar Santander heeft inge scheept om in Quipuzcoa te opereeren. Het oogenblik schijnt gunstig gekozen. Op nieuw toch is de partij der Cirlisten verzwakt door den afval, van Bisschop van Urgel en van Don Alfonso. Tegenover die goede verwachtingen staan echter nieuwe gevaren, die Spanje van eene andere zijde bedreigen. In de lioodschap toch, waarmede de president van de Vereenigde St. van Noord-Amerika de zittingen van het congres den 7en dezet ge opend heeft, wordt op weinig* vriendschap-1' pelijke wijze over de verhouding met Spanje gesproken. De Virgii^ius-quaestife is nog on opgelost, terwijl de toestand op Cuba mét het oog op den hahdel en de eerbiediging der .En- gelsche en A nenka'ausche vlag als niet langer houdbaar wordt voorgesteld. //Het kan noodig wordenzegt de president, vdat andere mogend heden in vereemging met Amerika een einde maken aan den opstanddien Spanje te vergeefs tracht te onderdrukken” Uit eene reels vroe ger gedane mededeelmg aan den gezant te Ma drid blijkt dat vAmerika hierbij de onafhanke lijkheidsverklaring, niet de annexatie, van Cuba op het oog heeft. De opstand in .de Argentijnsche Republiek (Zuid-Amerika) is eindelijk onderdrukt. Generaal Mitre, het hoofd vau den opstand, heeft met zijn ge.iëele leger amnestie verkregen. Het voorstel van den bekenden Mecklen- burgschen afgevaardigde Baumgarten, om in de Rijks-grond wet een artikel op te nemen, dat aan iederen Staat de verplictiting Oplegt, om eene door de natie gekozene volksvertegenwoor diging te hebben, is door dén DultSOhen, Rijksdag met groote meerderheid- aangenomen. De oegrooting van Buitenlandsche Zaken werd daarna ingeleid door eene mededeehug van den Kijkskanseher, dat de Bondsraad besloten had den post voor een vertegenwoordiger bij het Vaticaan te schrappen. Dit bericht lokte een storm uit zoo hevig als sedert langen tijd niet plaats had. Alle woordvoerders der Ultramontaansche partij vie len beurtelings het regeeriugsbeleid van den Kijkskanseher aan. Dat beleid, zoo beweerden zij, liet veel te wenschen over en was verre van vredelievend. Ook de jongste aanslag op bet leven van Vou Bismarck kwam nog ter sprake. Dezfe, hoewel bij zich nauwelijks kon be dwingen, liet dien aanval met onbeantwoord. Na eerst betoogd te hebben, dat Duitseblands die zij gewoon zijn in beginsel hunne tegen voeters te noemen. Daarvoor zijn wij menschen om hetgeen wij willen en wenschen te beoor- dee’en naar de eenige maatstaven waarover wij kunnen beschikken, ouze eigenverstandelijke en zedelijke vermogens. Daar wordt echter, ook dat weten wij, nog eene andere klove genoemdde quaestie van het onderwijs, en het schijnt dat die klove niet te dempen is. Toch moet dat geschiedenwant in den grond is het anti revolutionaire standpunt tegenover het openbaar onderwijs ongerijmd en in het thans in de Tweede Kamer daarover ge voerde debat is dat weder zoo. klaar gebleken. Mocht dat debat iets tot beëindiging, tot oplos sing dier quaestie hebben bijgedragen. Het wordt inderdaad hoog tijd. En het is o. i. zeer goed mogelijkindien de antirevolutionairen hunne oogen maar willen open doen. Daarover een volgende keer. Dit is één punt vanl'vergelijking tusschen anti-revolutionaire en liberale politiek,, dat wij nadrukkelijk wenschen'te bespreken. Een tweede punt is beider houding tegenover de //arbeidersquaeslie” een punttot welks behandeling eene andere schitterende rede van Dr. Kuyper heeft aanleiding gegeven zijne rede in een der laatste November dagen uitgesproken over rhet Wetboek voor den Arbeid.” Beide beschouwingen zullen ons leiden tot deze conclusion: De anti-revolutionairen zoeken nog te veel bun eigenaardigheid iu groote woordendie be ginselen móeten uitdrukken, maar eigenlijk be ginselen bedekken, verborgen houden, onken baar maken. Dit moet ophouden. Scherpe for- van hetgeen zij willen in de praktijk. Zieidaar waartoe zij moeten worden gedrongen. En indien zij voor dien drang, die. geen andere is dan de drang van den ernst der zaak, wijken, dan zullen zij zelven zien, dat zij staan naast die liberalendie de noo- dige hervormingen op den grondslag der libe rale beginselen aandurven en aan willen. Wij mogen onze lezers voor zoover zij kie zers Zijn in het district Gouda wel gelukwen- schen. Zij kunnen’ hunnen afgevaardigde noe men. Zij kunnen er mede voor den dag komen, gelijk het in de volkstaal heet. Dr. Kuijper's verschijning in de Tweede Kamer is, de quaes tie van richting daargelaten, eene gelukkige. Krachtig verheft hij zich op zijn ^christelijk historisch standpunt,” gelijk hij het noemt. Hoe klein, hoe nietig staan naast dien mau van vaste overtuiging, gloeiende geestdrift en strenge consequentie, zoovelen zijner zoogenaamde geestverwanten, vroeger als vertegenwoordigers der antirevolutionaire partij aangeprezeu, maar op de keper bezien halfheden, meevareude ia het zog der conservatieven, tegen de kracht hun ner eigen beginselen niet opgewassen. Aan het recht van bestaan dier onvoldragen anti-revolutionairen heeft Dr. Kuijper een einde gemaakt en langzamerhand zullen zij, misschien wel met wegsterven, maar in elk geval de plaats der onbeduidendheid gaan innemen. Het talëfit van den afgevaardigde uit Gouda is zoo buitengemeendat hij in den eersten tijd wei geen mededinger van zijne richting te vree- zen beeft. Hij zal nog gedurende geruimen tijd de baan vrijhouden en alzoo ongetwijfeld op zijne richting een merk drukken, dat er lang op zal blijven, voor die richting zekere tradition stel len, welke zijne opvolgers het met zullen wagen te miskennen. Het zoude ons verwonderen, wanneer niet aan vele gemoedelijke personen, die zich steeds rangschikten onder den naam van antirevolu tionairen en gaarne Dr. Kuijper pn zijne geest verwanten als rhunne mannén’ erkendenmaar die toch eigenlijk piets anders waren dan vro me rechtzionigen, geloovigen naar de oude kerkleer, zonder pohtieken zin, het zoude ons niet verwonderen indien aan vele van de zoo- danigen Dr. Kuijpers houding wel eens de schrik om het hart deed slaan. Is dat een anti revolutionaire of revolutionaire, zullen zij misschien wel eens nauw hoorbaar elkander heb ben toegefluisterd, en menigeen zal misschien een gesprek over vonzeu afgevaardigde,” hoofd schuddend met zijnen buurman gevoerd, geëin digd hebben met een schouderophalen en een: rwij zullen hem wel niet begrijpen." Dr. Knijper is de langverwachte profeet zijner richtihg, die bovendien iu eene uitnemende wel sprekendheid een wapen bezit, waarmede^ hij wonderen kan doen. Dr. Kuijper is de enthou siast, ja, wij zouden bijna zeggen de dweeper der antirevolutionairen. In zoover koude hij in de oogen vau velen zijner geestverwanten wel eens gevaarlijk worden, want dezen vreezen mets meer dan te worden gecompromitteerd. En hoe menig profeet, hoe menig fhuaticus compromit teerde niet reeds de rvoorzichtigen” onder zijne volgelingen. Er zoude echter o. i. voor zijne eigeu partij misschien nog wei iets anders te duchten zijn van Dr. Kuijper’s parlementair bedrijf, n. 1. hare ondergang als politieke partij. Dit zoude echter een zegen zijn voor het land. Geen kerkelijke woekerplanten zouden langer aan het staatsleven de heiliame krachten onttrekken, welke bet ouder zoovele antirevolutionairen vindt. Geen verschil in godsdienstige overtuiging zoude langer menschen van elkaar vervreemd houden, a die in den grond hetzelfde willen. Immers, eu dat bedoelen wij hiermede,‘daar is tussche'n het beginsel der liberale ep dat der daar op de keper bezien de eenige tottssteeneu Mtwevoiutwamw oueind^ minder verschil, da.i- zij anti revolutionairen «yen goed als bij hen, menigeen geneigd is te gelooven. Doch wij J•- - spreken dan van dé liberalenzooals wjj zouden wenschen dat allen het waren, herwrmingtge- zinden, van liberalep naar het ideaal, dat wij ook zoo dikwijls in dit blad hebben geleekend. De antirevolutionairen noemen huu beginsel met grooten ophef, dat vau het recht voor allen’//eerbiediging der minderheden”, //erken ning van de waarde van het individu?. Welnu, wjat hebbeu te allen Jijde de liberale bewe gingen anders beoogd, dan .dit? Telkens en telkens zijn de -minderheden opgékomen voor hunne rechten en hebben de individuen hunne zelfstandigheid willen handhaven tegenover het gezag. Alle groote hervormingen en revoluties in de wereldgeschiedenis dragen geen ander karakter. In den strijd voor die begiuöelen is de opperheerschappij der kerk gevallen voor de reformatie, de bevoorrechting 'van den adel voor de opkomst der nijvere steden, de willekeur van den vorst voor den invloed der volksvertegen woordigingen en de leer der ministerieel© ver antwoordelijkheid. Zijn de liberale door eenige andere beginselen gedreven, toen zij de zelf standigheid van gemeente- en sturen hebben bevestigd? Neen. Zij zoeken het recht voor allen- in de instellingen van den Staat meer en meer te bevestigen en met warmte willen./zij de hand drukken van hen, die, al herten zij anli-revo- lutionairen, voor de verwezenlijking ijveren van diezelfde gedachten. Wie herinnert zich niet, dat dit o. a. ge schied is, zóó dat bet aller aandacht trok, op het gebied van koloniaal bestuur. De verschij ning van Mr'. Keuchemus in der tijd heeft .veler oogen geopend. Hoog hief hij de vaan der- .muléering, aanwijzing hervorming van I «disclie toestanden in de lucht 1 en de liberale hervormingsgezmdeu herkenden hunne kleuren. Op menig gebied van binnenlandsch staats- 'oeleid geldt hetzelfde.' De ware auti-revolutio- uair wil politieke vrijmaking der Kerk vau den Staat, wil zelfstandigheid der gewestelijke- en gemeentebesturen, wil vrijheid, ruimte voor het recht, van vereeuiging, wil wegneming vau alle belemmeringen der drukpers, wil algemeenen dienstplicht, wil flinke zorg voor de verdediging des lands, wil algemeenmakiiig zooveel modelijk van het genot der nieuwere middelen van ver keer, wil afschafli g in de rechtsinstellingen van al wat uaar bevoorrechting zweemt. De hervormingsgezinde liberalen willen niets minder en het is van belang, dat men elkaar van die twee zijden leert verstaan. Dit is van belang, juist omdat tegenwoordig die her vormingspartij zich tracht te vormen en te be vestigen, omdat zij nare wenschen tracht te formuleeren, een programma tracht gereed te maken en zich alzoo wil voorbereiden voor den dag, waarop de omstandigheden haar lot de regeering zullen roepen. Dit streven is onlangs zeer verlevendigd door de prachtige taal van Mr. Kappeyne van de Cuppello, waarin het meer of min zijne uitdrukking schijnt te hebben ge vonden. Tegen dien dag is het goed, dat men elkaar kent en is het noodzakelijk dat vooral anti revolutionairen en hervormingsgezinde liberalen elkaar verstaan. Maar de anti-revolutionairen moeten dan ook van hunne zijde zich en andereq volkomen re kenschap geven van hetgeen zij willen. Wy weten wel, dat zoo dikwijls de antire volutionairen op die sympathie worden gewezen en zij ze niet geheel kunnen ontkennen, zij zich toch dadelijk haasten te zeggen, dat er tusschen de liberalen en hen een met te dem pen afgrond bestaat. Zij immers komen met den bijbel in de hand, de liberalen steunen op de feilbare m nschelijke rede. Wij willen ons in de logica, of liever in het onlogische dier bewering met verdiepen. Ai beroept men zich op hetgeen men Gods woord noemt, toch is voor de toepassing van dat woord op heden- daagsche toestanden uitlegging noodig, d. w. z. moet men dezelfde menschehjke rede te hulp roepen, die men bij anderen verwerpt. Men zij toch oprecht tegenover zich zelven. De men- ICBTKII. pc 24 3 4 3 3 3 3 .3 8 en 1816. 5 i 820 5 j 5 5 862. 5 4 11000. 5 U/1000. 5 2e leen. 4> 7/6». 4 3 f 2e Sectie. 7 1869. 7 I- 3 869. 5 7 6 6 8 3 3 1CHTKN. “““P. f“.«O. 50 kdo; goeboter per half kilo; kaas :t., orerloopers f 7 4 boeien f 260 k 290, iste vaarzen f 90 a 100, kalveren 80 a 85 ct. per vette schapen f30 A 36, 2,50 a 3,00, peeren f 8.00 poters f 1,10 k 1,30 per 100 stuks. Ter markt Aangevoerd 40 partijen; ütof 1,20 a 1.30 per kilo, liggen voor Engeland 21 e dito f 5 k 14. ec. Aangevoerd; 2 paarden, 'raskalveren, 4 nuchtere meren, 486 varkens, 142 82 ct., 2de qual. 60 ct.; Ie qual. 80 ct.; schapen 5t., voor Londen 45 tot 2de qual. f 64 en 3de 00, Overmaassche f 6,00 5 en Vlaamsche f 9.00 i i Overmaassche f8,50i 1.40. eeuwsche f 7,80 a 8,30, en Noord-Brabantscbo wscho, Flakkaesehe- en 7.40, dito mindere 1 6,00 ,10, dito mindere f 6,00 e f 5,00 i 6,00, lange en en Zeeuwscha f 8,50 a S.60. che f 225 h 230, Vlaam- 303 i 205 per 2100 kilo. een aanvoar van ideels jong vee, was de beperkt. Wel werd veel prijzen verkocht. Fran- irs, die andersom dezen !U» 81J“, wegens gebrek min op de groote als uarklen gezien, vandaar in den handel. f <00 4 280, rape Italf- qual. f 135 a 190, dito Jien f 90 a 190, pinken 0 160 kilo 50 a 52 ‘7 49 ct., die van 90 4 fok varkens f 4,S0 h 10 ulo. 16 stuks. Zeeuwwhe, I7,S0iB3™

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schoonhovensche Courant | 1874 | | pagina 1