ZONDAG 5 SEPTEMBER.
N°. 325.
1875.
WEEKBLAD VOOR DE KRIMPENER-, ALBLASSER- EN LOPIKERWAARD EN OMSTREKEN.
-
146
67*/,
86’/i.
Een Kermispraatje.
BUITENLAND.
OVERZICHT.
BINNENLAND.
10»./,
00.
ten einde ge-
5
7
14-/,
alledaagsche tjalk te zijn, met talhout
om-
S. W. N\ VAN NOOTEN,
Uitgevers.
dat
ous
del,
En
i de
91
I»'/.
5l’/„
103
Hot is
rang met
i zou d:
listen zot
Alle binnenland.che AdrertentiBn waaraan de
plaatsing DRIE MAAL wordt opgegeven, worden
■lechti TWEE MAAL in rekening gebracht.
juist allen
groote
...At mel
de naaste
jnt van die
eenmaal
van een
gaven er
die ook tot
vrienden dan
wij wisten het, hij alleen
van
betooveringen, bleek bij nadere beschouwing
SMNHOVENSCHt COURANT.
137,
8'
4
8
3
3
3
3
1818. 5
5
5
'1000. 5
r1000. 5
s leen. 4|
67/69. 4
3
5
5
5
f
602
125
78»/,
100 »/4
1047,
et., wei-
84 a 32,
vette kal-
8 a 14 gul-
poters I 1,40
5,00peren
per 100 stuks,
m handelaan-
037,
io* 7
10*
947,
847,
260 7,
243 7,
1017.
IOC*/,
100 7,
957,
977
110
847.
107,
393
406
62 7
64’/
98./.
99’7,.
97’/,
nog kort te
van Keizer Na-
Koning Leopold
r
trotsch
ide, den
irdigheid
niet al
uriutciimeer
Woensdag na
Deze Courant wordt geregeld lederen Zaterdag-middag
verzonden. Prijs: voor Schoonhoven per drie maanden 0,70.
Franco per post door het geheele rijk 0,80
Indanks de gelijktijdig ge-
naburige Lexmond, ne
ig ongeveer 200 stuks en
rendig.
eien 1180 a 275, mindere
i f 130 i 190, guste dito
f 125 4 180, pinken 140
114.
44 A 46 et. per kilofok-
'»00 a 14,00, oudere tot
>oter f 1,26 a 1,30 per kilo,
26 stuks.
rwe. Puike jarige Zeeuw-
assche f 9,30 a 9,70, goe-
en blauwe f 8,40 48,60,
e 17,804 8,20.
5
5
6
7
5
6
6
6
6
5
4j -
3
8
deel.
5
0. 5
5
5
l. 100. 5
4ov. 5
■Aug. 5
Juli. 5
Oct. 5
1854.
1860. r
4. r
i k ubet tegen woordige voor lief.
Tegelijk maak ik van da gelegenheid gebruik
om uvoor zooverre gij daaemee gediend zijt
//pleizierige kermis” te wenschen.
TIM.
Ik was voornemenswaarde lezersu een
deftig betoog te leveren hetzij over den ver-
moedelijken oorsprong van de kermis, of wel,
over de plaats die zij heeft ingenoinen in onze
maatschappelijke ontwikkeling; misschien ook,
over het al of niet wenschelijke van haar af
schaffing. Op eens echter kwamen de herinne
ringen uit vroeger dagen te voorschijn, om mijn
ernst parten te spelen, en zoo is mijn stukje
geworden wat het thans is. Over dat andere
kunnen we later wel eens praten. Neemtbid
Nooit had de zoon van den marktmeester,
onze kameraden behoorde,
in dezen gewichtigen tijd:
was in staat
C H T BH.
nep schil f21,-a 22,-,
boter 66 4 68
kilokaas f 2'
overloopers 1 10 12,
f 14 a 16; v
uchtere idem 8
,50 3,00,
f4,00 a
en f3,80
t vlugger
8de qual. f20 4 28.
ilhier eene groote kaas
tor 11,1041,20 per kilo,
liggen voor Engeland 24
dito f 7 4 20, nuchter*
ug. Aangevoerd2 paar-
:n graskalveren8 nuch-
of lammeren, 253 var*
m of geiten.
et., 2de qual. 62 ct.;
2de qual. 75 ct.; Scha
per kilo. Voor Londen
qual. f 59, 3de qual f 56.
en Zeeuwsche f 8,80 4
f 10,00; Jarige Flakkee-
19,00 tot f9,50; Nieuwe
eesche en Óvermaasche
1,25 4 9,25.
Zeeuwsche, Overmaas-
f 7,50 a 7,75, mindere
sche, Zeeuwsche, Over-
ie f 7,50 a 8,00mindere
ie, Flakkeesche en Over-
dito mindere f 5,00 4
10, dito mindere f5,00
ke zware f 5,30 4 6,30,
i, nieuwe dikke f 4,75 4
e 1215 per 2100 kilo.
lonken der Apetrijnen even goed thuis was als
wij op het //Bolwerk.” Verder op werd de hamer
gehanteerd door een //heer”, die
voren bezoeken had ontvangen
poleon, Koningin Victoria, en
den Eerste, Roi des Beiges, terwijl niet ver
van daar een dame, die gewoon was
als een vorstin, op twee paarden staande, den
circus te doorvliegen, thans haar waar’
in zoo verre verloochende, dat zij een
te zindelijk kind te midden van de heerschende
verwarring pap zat te voeren. O, hoe gaarne
zouden wpj ook planken hebben willen aaudra-
gen voor die tempels der kunst: maar de ge
ringste poging daartoe werd door Aballino of
door den gora-elastieken man begroet door het
zwaaien met een stuk hout, waardoor wij op
eerbiedigen afstand retireerden.
De tijd der voorbereiding was
spoed, de kermisklok had haar eentonig en toch
zoo verrukkelijk gelui doen hooren, de kramen
ontsloten zich van lieverlede, de goede oude
heer Bamberg, de ons allen bekende //Hof-me-
chanicus” met zijn wit piqué vest, zijn kolos-
salen horlogeketting en zijn vriendelijk gelaat,
wandelde deftig voor zijn tent op en neder. Met
geen stokken zouden we in huis gehouden kun
nen wordenwe moesten de leeuwen in het
beestenspel hooren brommen, we moesten ge
tuigen zijn van den schitterenden optocht, waar
mee het personeel uit het acrobatenspel zijn
programma den volke verkondigde. Wel kwa
men we spoedig tot de ontdekking, dat Salomo
volkomen gelijk heeft wanneer hij verklaart dat
i J lieuws is onder de Son, v.—*. J..L
kermis al heel weinig verschil aanbood met haar
voorgangsters; maar ook die oude kennissen wa
ren ons Inf, dewijl zij ons niets dan blijde her
inneringen voor den geest brachten. Daar hadt
je bijvoorbeeld dien Tyroolschen kramer, dien
we nog nimmer hadden gemistde kermis zou
zonder hem geen kermis geweest zijn; en
hij een echte Tyroler was, dat waarborgden
zijn spitse hoed, en zijn breede lederen gordel,
waarop zijn naam voluit te lezen stond.
vervolgens, die groote aantrekkelijkheid van
kermis, die oude getrouwe poppenkast, waarvan
men nu nog wel hier en daar een vernieuwde
editie aanschouwt, maar gemoderniseerd, ver
fraaid, opgeschikt, gepolijst, zoodat zij nog maar
een flauwe weerschijn is van ’t geen zij destijds
was, - die kast met een geruiten omkleedsel,
een klein tooueel, groot genoeg echter voor Jan
Klaassen en zijn dierbare wederhelft Katrijn, of
voor de aangrijpende scène waar Jan den dood
een poets bakt, of den beul opknoopt, of van
verbauwereerdheid het kind dood laat vallen,
en geen beletsel aanbiedende voor de reusach-
tige verlenging van den onbekenden, zwijgenden
vreemdeling. Dat was een genot, als wij den
gelukkigen eigenaar dier k «st zijn ambulant
tooneel zagen neerzetten, en met tromslag de
straatjongens bijeen zagen roepen I met welk een
opgewektheid stonden wij daar, totdat wij voor
de zooveelste maal ai de vernuftige loopjes had
den bewonderd, waarmee Jan Klaassen steeds de
listen zijner vijanden wist te verijdelenO
konden we op den huldigen dag nog
ons verkwikken met de aanschouwing
echte ouderwetsche poppenkast, we
gaarne de lectuur van een geheelen jaargang
van het Humoristisch Album voor!
Vervolgens de mallemolen I Men heeft te
genwoordig recht sierlijke draaimolens, die door
een kunstig mechaniek in beweging worden ge
bracht, somtijds met een hit I ongelukkig
specimen van de schoonste verovering die de
menseb op de dieren heelt gemaakt, ja, wel
dra zullen wij ze misschien aanschouwen met
een stoommachine of electrischen toestel als be
weegkracht. Ze zijn omgeveu door quasi-geestige
afbeeldingen met niet zelden alles behalve on-
berispelijken tekst, en van binnen met meer dan
levensgroots portretten van barsebe kruisvaders
en smachtende meisjes, terwijl schoonheden van
den zesden rang het //samenzweerderslied” uit
de Mad. Angot uitgillen. De draaimolen van
mijn ^vlegeljaren” had geen ander orkest dan
een nooit zuiver gestemd draaiorgel, geen ander
ornament dan den schuif met de ringenhij was
niet voorzien van leeuwen, tijgers, salamanders,
meerminnen en andere natuurhistorische merk-
Nog vaak denk ik er aanhoe ik als knaap
de nadering van de kermis met geestdrift te
gemoet zag. En ik was in dit opzicht de
eenige niet; al mijn kameraden, mijn doorgaans
nog al stemmige buurjongen niet uitgezonderd,
allen telden even als ik reeds lang te voren
de dagen, die nog zouden moeten ten einde
spoeden, alvorens het gansch bijzonder klokge
brom, waarmee op den toren der Groote Kerk
het feest bij uitnemendheid werd //ingeluid”,
boven onze hoofden zou weergalmen.
Reeds lang te voren liep er gewoonlijk een
los gerucht, dat het //groote paardenspel”, des
tijds de circus van Wollschliiger of van Loiset,
dit jaar zeer zeker komen zou, want dat men
reeds een paar van de //heeren”, met rijlaarzen
aan, een zweep in de hand, en een paar ver
vaarlijke, koolzwarte knevels onder den gebogen
neus, had zien wandelen. Inmiddels wist een
ander te vertellen, dat er reeds een poffertjeskraam
en een komedie #in de Nieuwe Gracht lagen”,
welke min of meer duistere of ten minste
eenig’zins dubbelzinnige uitdrukking voor ons
volkomen verstaanbaar was. Niet zelden even
wel bleek het, als wij ons door een onderzoek
in loco van de waarheid der loopende ge
ruchten gingen overtuigen, dat zij, of //ge-,
heel vertonnen,” of voor ’t minet genomen er niets ni
zeer voorbarig geweest warenof ook, dat de
verspreider er van zich eenige dichterlijke vrij
heid had veroorloofd, want, hetgeen door de
Eaam werd aangekondigd als de tijdelijke berg
plaats van een komedie met al haar wonderen
en
een zeer
geladen.
De kermisweek snelde heen nimmer ge
bruikte de tijd zijn vleugels zoo vaardig als ge
durende die dagen. Dezelfde klok, die de ge
boorte vai»» het feest had verkondigdzong ook
zijn uitvaart. Reeds dien zelfden dag begonnen
enkele haastige heden hun paleizen ai te breken.
Den volgereden dag en nog twee «lagen daarna
waren we getuigen van de verwoesting van ons
Jeruzalem.
Nooit gevoelden wij ons meer verlaten
treurig gestemd, dan Dinsdag en
kermis vooral als het dan motregende.
Prijs der AdvertentiënVan 1 tot 5 regels ƒ0,50. Iedere
regel meer 0,10. Groote letters naar plaatsruimte. Inzen
ding franco, en uiterlijk tot Zaterdags-voormiddags ten 10 ure.
meer
want
ous
betrouwbare berichten te geven omtrent hetgeen
de kermis zou aanbieden. Maar het scheen
wel alsof hij zich bewust was, dat hij thans
een min of meer officieel persoon wasmeestal
wees hij onze enquête af met een veelbele, ke
nend, geheimzinnig schouderophalen, vergezeld
van een fijn diplomatiek lachje.
Evenwel, de dag kwam eindelijk waarop wij
voor het eerst op dë^Markt een zeker aantal
balkjes op blokken zagen samenvoegen tot een
reusachtigen rechthoek, en de stellen zagen
hoog werken die een van de tooverpaleizen onzer
droomen bijeen moesten houden. Vandatoogen-
blik af had onze onderwijzer een alles behalve
prettig baantje: al maakte hij ons de dagelijk-
sche portie wetenschap nog zoo smakelijk, we
gaven er minder om dan ooit, onze gedachten
waren ajbsent. De architectonische gewrochten,
die nu op verschillende plaatsen der stad met
verbazingwekkende snelheid werden opgericht,
namen al onze zielsvermogens in beslag, we
fluisterden er over terwijl in de school ons de
mysteriën van de gemengd repeteereude breuken
werden verklaard, en de vrees voor strafwerk
kon ons niet weerhouden elkander deelgenoot
te maken van de gedane ontdekkingen. Nu,
in de meeste gevallen begreep de onderwijzer
wel, waar ons de schoen wronghet scheen
zelfs, of het uitzicht op vacantie ook hem lank
moediger had gemaakt.
Behoef ik er nog wel bij te vertellen, waar
heen onze schreden zich richtten, zoodra de les
uren waren doorgeworsteld? Hoe wij' ijlings
heensnelden naar het terrein van de kermis,
waar wij zelfs het uur van den maaltijd ver
gaten bij het bewonderen van de snelheid, waar
mee het rspul” van Blanus of van Bamberg,
de rgroote en de kleine komedie” en meer
andere merkwaardigheden tot stand kwamen?
Hier klauterde tegen den ladder op een //heer”,
dien wij het vorig jaar op het tooneel hadden
zien schitteren als tAballino den grooten ban
diet;” en, ofschoon hij thans niet aanhoudend
grijnsde, gelijk een rechtgeaard bandiet betaamt,
was het hem aan te zien, dat hij in de spe-
Herzegowiua. In de
om, evenals vroeger
is ten behoeve v<
;en het Tarkache
lorten, indien an(
zijn zoon Menotli
'1 en eene
Je Sectie. 7
1869. 7
3
69. .5
7
.6
8
3
H—e.
De aandacht in Europa blijft algemeen en bijna
uitsluitend op den staatkundigen toestand van Tur
kije gevestigd. Al heeft men nog niet geheel de
hoop opgegeven, dat de opstand, die in de Herze-
gowina zijn brandpunt heeft, doch zich al verderen
verder uitstrekt ook in Albanië, ook ditmaal nog zal
onderdrukt worden, hierover is men het algemeen
eens, dat de opperheerschappij van Turkije in het
Oosten haar einde met rassche schreden nadert. Alleen
onderlinge naijver der groote mogendheden hield haar
tot nog toe in stand. Zoo dra deze het eens worden
omtrent eene herziening van de bepalingen van het
tractaat van 1856, dat, in plaats van de Oostersche
quaestie afdoende te regelen, eene soort van wapen
stilstand tusschen de verschillende belanghebbende
staten in het leven riepis het met die heerschappij
gedaan. Rusland zit reeds op den loer en voert ijve
rig ouderhandehngen met den sultan en den vorst van
Montenegro. Of deze onderhandeliugeu nu juifc
strekken om de bemiddelingsvoorstellen der
mogendheden, waarvan wij in het vorig overzicl
ding maakten, in de hand te werken, zal
toekomst wellicht leeren. Voorshands schiji
bemiddelende stappen weinig vrucht verwacht te mo
gen worden. De opstandelingen toch, die eiken dag
nieuwe versterking ontvangen en zich onder een voor-
loopig bewind met Jubibratie aan het hoofd vereenigd
hebben, weigeren een wapenstilstand te sluiten, alvo
rens zij zekerheid hebben dat hunne grieven zullen
worden weggenomen. Reeds maakten zij zich van
verschillende belangrijke punten meester, waardoor zij
zich in staat gesteld zien aan hunne eisohen klem
bij ie zetten. Het is niet te verwonderen dat de re-
geering ouder die omstandigheden er aan denkt bet
weinig te vertrouwen Servie te bezetten, zich daar
door een gemakkelijker toegang tot het tooneel van
den opstand te openen en tevens de altijd nog
machtige oorlogspartij in Servie in bedwang te hou
den. Het is echter de vraag of Vorst Milan, die
zich blijkbaar door zijne beloften, hem te Weenen
afgeperst, tot nog toe g«‘bonden achtdan nog langer
zou aarzelen zich aan het hoofd der beweging te stellen.
Zooals te verwachten was hebben de forten en de ci
tadel van Seo d’Urgell zich eindelijk op genade of onge
nade moeten overgeven, De fanatieke Carlistisohe bevel
hebber Lizzaraga, de beruchte bisschop van Seo d'Ur-
gelldie mede in de citadel eene schuilplaats had ge
zocht, alsmede de overige bezetting zijn krijgsgevangen
naar Puycerda gevoerd. Nu aldus de burgeroorlog in
Spanje zijn einde schijnt te naderen, komen ook de
redders in menigte opdagen. Ieder die den titel voert
van generaal wil tdans aan de onderdrukking van
den opstand medewerken en zich aldus de eer daar
van toeeigenen. Hut is te hopen dat men te Madrid
aan dien aandrang niet veel zal toegeven; de goede
geest der troepen zou daaronder noodwendig moeten
lijden, en de Carlisten zouden voorzeker niet nalaten
hiervan partij te trekken.
De alge neene afkeuring die de voorgenomen bede
vaart van Duitsche Katholieken naar Lourdes ook
zelfs bij de conservatieve organen van Duitsohland
ondervindtschijnt de ontwerpers er nog toe te zullen
brengen oin van hun plan af te zien. Met het oog
op de agitatie die nu reeds zoowel in Duitsohland
als in België en Frankrijk naar aanleiding van dat
plan heerschte, zou zulk een besluit zeker zeer ge-
wenscht zijn.
Uit Frankrijk valt niets bijzonders te vermelden.
Mac-Mahon is op de jacht, en uit gebrek aan nieuws
zoekt men in een paar redevoeringen die de Bona-
partist Magne te Dordogne en do radicaal Naguet te
Parijs gehouden hebbenmeer beteekenis dan die wel
verdienen.
Tusschen Engeland en China dreigt een conflict
te ontstaan naar aanleiding eener minder goede beje
gening, door deu Bntscben gezant van de zijde der
Chineesche regeering ondervonden.
De oude Lord Russell heelt partij getrokken voor
de opstandelingen van de Herzcgowiua. Inde Times
verklaart hij zich bereid om, evenals vroeger voor de
Grieksche insurgenten, thans ten behoeve voor hen
die in verzet zijn gekomen tegen het lurksche wan
bestuur, een zekere som te storten, indien anderen
zijn "voorbeeld volgen.
In Italië hebben Garribaldi en z”
met hetzelfde doel gelden disponibel gesteld
inschrijving geopend.
De grootvorst Alexis van Rusland, derde zoon
van den Czar, die wegens een heimelijk huwelijk met
een der hofdames zijner moeder, bij den Keizer in
ongenade was gevallen, heeft de gunst zijner ouders
herwonnen door eene echtscheiding met wederzijdse!;
goedvinden. De gewezen hofdame voert thans den
titel van gravin biggiano,
Blijkens een bij het Departement
van Koloniën ontvangen telegram van den Gon-
verneur-Oeneraal van Nederlandsch-Indië heeft
kolonel Wiggers van Kerchem den 22sten dezer
uit Atchin bericht, dat niets meldeuswaardig»
was voorgevallen en dat de gezondheidstoestand
fölardigheden, maar bezat alleen panrden ten
minste, wij hielden het er voor dat het paarden
moesten verbeelden, ’t Waren kolossale, altijd
krakende, piepende, knarsende gevaarten, die
nooit eenig gevaar aanboden dat men door de
snelle vaart duizelig zou worden. De beweeg
kracht, wel, dat waren wij, wij vertegenwoor
digers van het Jonge Nederland, '.jongens wel
te verstaan, ofschoon een enkele maal een reeds
vroegtijdig geëmancipeerde jeugdige dame zich
onder ons mengde, en deelde in onzen arbeid
en onze beloonmg. Want, door toepassing van
een stelsel dat door zijn eenvoud en zijn doel
matigheid de theorieën van alle mogelijke staat
huishoudkundigen in de schaduw stelt, had de
eigenaar het vraagstuk opgelost, hoe zonder veel
arbeid en met weinig onkosten zijn molen aan
den gang te houden. W ij liepen in de balken
en brachten den toestel in beweging. Het ho
norarium werd uitbetaald volgens onveranderlijk
tarief, en geen .onzer trachtte door werkstaking
loonsverhooging te verwervenwie driemaal mee
geduwd had, kreeg één gratis-tournée.
Zelfs de controle was overbodigwij zorgden
wel dat niemand, door meer te eischen dan hem
toekwam, den geregelden gang verbrak. Dat
loon was voor ons dubbel zoet: vooreerst hadden
wij het net zoo eerlijk verdiend als Czaar Peter
zijn schoenen, en ten tweede was het op zich
zelf een genot, gediend te worden door hen
die wij op onze beurt weer zouden dienen.
Zoo vlogen die heerlijke dagen om. Geen
enkele wolk verduisterde den hemel van ons
hj vciMi4ui(, uut geluk, dan alleen de treurige ondervinding, dal
want 3at ZU- ‘■’tiier beneden niets minder onnitpattelijk t» dan
kerinis-centenen misschien een heel verwij
derde gedachte aan ons vacantiewerk dat na
tuurlijk nog altijd het oogenblik verbeidde,
waarop wij er de eerste hand aan zouden slaan.
Is er dan ook ter wereld iets barbaarscher te
bedenken dan vacantiewerk I
Vooral des avonds, tegen dat wij moesten
maken dat we in huis kwamen, dpn was alles
poëzie. De Friezinnen uit de wafelkramen slopen
glimlachend door de drommen kermisgangers
om haar overheerlijke waar te koop te bieden,
lilt de vuurhaarden voor de poffertjeskramen
steeg een wierookwalm ten hemel. De orkesten
van Blanus en van het accrobatenspel trachtten
elkander te overstemmen en joegen door hun
onmelodisch geweld den honden een half uur
in deu omtrek stuipen op het lijf. De gehoornde
dame eu gebaarde heer, beiden van was, voor
het wassenbeeldenspel begonnen te leven onder
den invloed van het flikkerend lichten waren
zeker op dat oogenblik vroolijker dan de tanige
oude vrouw, die de rol van bureauliste ver
vulde. Uit deze en gene tentwaar een dra
matische voorstelling was begonnen hoorden we
pistoolschoten klinken, terwijl de dame in het
beestenspel, die, alvorens zij naar binnen zou
gaan om naar teeder lichaam den leeuwen en
wolven als een versnapering aan te biedenzich
nog eenmaal in al haar glans aan het publiek
vertoonde, aan onze idealen van een toovergodin
uit het sprookje vleesch en bloed gaf.